Argumenteren

Een mening ( standpunt, stelling) is iets wat je vindt.
Signaalwoorden van een mening zijn: ik vind, volgens mij, ik denk dat, mijn conclusie is dat, dus, daarom, kortom, etc.
Er zijn drie soorten standpunten:
• Positief
• Negatief
• Twijfel

Een meningsverschil ontstaat als twee of meer partijen niet dezelfde mening over een standpunt hebben. Een meningsverschil kun je oplossen of beslechten (het probleem is niet echt opgelost):
• Dreigen met geweld

• Chanteren
• Stemmen
• Loten
• Arbitrage vragen
• Oplossen (dit is als iemand zijn standpunt verandert)

Argumenten zijn uitspraken waarmee je je eigen standpunt verdedigt, of waarmee je het standpunt van een ander aanvalt.
Signaalwoorden voor argumenten zijn: want, omdat, aangezien en immers.
Argumenten kunnen feitelijk of niet-feitelijk zijn. Een feitelijk argument hoeft niet
ondersteund te worden. Een niet-feitelijk argument daarentegen moet ondersteund worden
omdat er anders een verschil van mening over kan ontstaan.


De vier basisstructuren van argumentatie zijn:
• Enkelvoudige argumentatie
• Meervoudige argumentatie
• Nevenschikkende argumentatie
• Onderschikkende argumentatie