Hoofdstuk 1:
• 6 mei 2002: Pim Fortuyn doodgeschoten door Volkert van der G omdat hij pim als gevaar voor samenleving zag. 18 jaar gevangenisstraf.
• 2 november 2004: Theo van Gogh vermoord met messteken door Mohammed B. hij liet zich door zijn geloof leiden. Levenslange gevangenisstraf.
• In feite wordt ons gedrag en onze vrijheid van handelen bepaald en afgebakend door het recht.
• Al deze maatschappelijke normen komen voort uit het geloof, tradities en gewoonten.
• Rechtsnormen gedragsregels die door de overheid wettelijk zijn vastgelegd. Ze kunnen aan de ene kant ontstaan vanuit het oogpunt van doelmatigheid en ordening. Andere rechtsnormen komen voort uit normen en waarden. Zo staat het recht op een bijstandsuitkering in de grondwet genoemd, omdat we vinden dat iedereen recht heeft op een inkomen.
• Het is belangrijk dat rechtsnormen zo veel mogelijk overeenstemmen met de opvattingen die burgers hebben over goed en kwaad. Mensen zullen zich er dan eerder aan houden.
voorbeelden van het ingaan tegen het gevoel van rechtvaardigheid:
-hogere bekeuring om id vergeten of niet bij je hebben terecht?
-2006 alle buitenlanders het land uit, maar bevolking wilde dat alle buitenlanders die al voor lange tijd hier woonden mochten blijven
-de meeste verdachten krijgen in ons land eerlijk proces. Sommigen vinden de straffen toch te laag.
• Belangrijkste onderscheid is dat tussen publiekrecht en privaatrecht. Beiden gaan over rechten(datgene waar je recht op hebt) en over plichten (datgene wat je moet doen).
• Publiekrecht: regelt inrichting van de staat en relatie tussen burgers en overheid. Kan worden onderverdeeld in:
-staatsrecht: hierin staan de regels voor de inrichting van de Nl staat. Bevoegdheden van de ministers, welke rechten een 2e Kamerlid heeft enz.
-bestuursrecht: hierin staat verhouding tussen burger en overheid centraal. Vergunning voor huis of café bouwen. Behoren verder ruimtelijke ordening en belastingrecht. Bevat ook allerlei bepalingen die je beschermen tegen de overheid.
-strafrecht: meest bekend en bestaat uit alle wettelijke strafbepalingen.
• Privaatrecht: regelt betrekkingen tussen burgers onderling. Behoren:
-personen- en familierecht: regelt zaken als sluiten van huwelijk, geboorte, scheiding, overlijden en adopteren
-ondernemingsrecht: regelt voorwaarden waaronder je een stichting, vereniging over bv kan oprichten. Dit soort organisaties rechtspersonen. Bv mag wel als doel hebben winst te maken.
-vermogensrecht: regelt alle zaken die te maken hebben met iemands vermogen en in geld zijn uit te drukken. Koop, huur, arbeidsovereenkomst. Tot vermogensrecht behoren tevens het regelen van erfenis en maken van testament neem je op aan wie je je vermogen na wilt laten.
• Belastingplicht, leerplicht: iedereen tussen 5 en 17 jaar verplicht naar school. Verkeer verplicht alcoholcontrole. Identificatieplicht. Dna-plicht; voor mensen die veroordeeld zijn voor ernstige gewelds- en zedendelicten. Afstaan aan justitie.
Hoofdstuk 2:
• 1789; einde absolute monarchie: regeringsvorm waarbij koning alle macht had. Om machtsmisbruik door overheid te voorkomen, werden de belangrijkste rechten en plichten opgeschreven in een Franse grondwet.
• 1798: eerste grondwet in NL.
• 1848: Thorbecke wijzigt de grondwet. Koning Willem II verloor zijn macht. Nederland werd democratie.
• 1917: alle mannen kiesrecht
1919: alle vrouwen kiesrecht.
• 1983: sociale grondrechten in grondwet opnemen. Zoals plicht van overheid om actief te streven naar goede gezondheidszorg en een inkomen voor iedereen.
• De grondwet moet het fundament bieden waar iedereen het (bijna) helemaal mee eens kan zijn en waar iedereen op kan vertrouwen
• Bescherming tegen de macht van de overheid plus de wens van burgers om gelijk te worden behandeld en in vrijheid te kunnen leven zijn uitgangspunten. Zijn uitgewerkt in de volgende grondbeginselen:
-er is sprake van machtenscheiding
-rechters zijn neutraal en onafhankelijk
-grondrechten zijn wettelijk vastgelegd
-wet bepaalt wanneer je strafbaar bent
• Machtenscheiding: trias politica door fransman Montesquieu. (1689-1755). Volgens hem macht in 3 delen worden onderverdeeld. Doel: moest absolutisme en dictatuur onmogelijk maken.
• Wetgevende macht: stelt wetten vast waar burgers zich aan moeten houden. Bijv leerplichtwet. Taak van regering en parlement samen.
• Uitvoerende macht: zorgt ervoor dat eenmaal goedgekeurde wetten ook precies worden uitgevoerd. Regering+ ministers.
• Rechterlijke macht: beoordeelt mensen en rechtspersonen of de overheid wetten hebben overtreden en doet uitspraak in conflicten. Onafhankelijke rechters.
• Belangrijkste trias politica is dat machten elkaar controleren en scherp houden .
• ‘checks and balances’
• Feit dat rechters neutraal en onafhankelijk zijn bied ons aantal garanties:
- Biedt mogelijkheid je recht te halen als je je benadeeld voelt door andere burgers
- Biedt bescherming tegen ongeoorloofd overheidsoptreden
- Zorgt ervoor dat mensen geen eigen rechter gaan spelen.
• Grondrechten kun je onderverdelen in :
- Vrijheidsrechten: vrijheid van godsdienst, meningsuiting en recht op onaantastbaarheid van het lichaam.
- Gelijkheidsrechten: discriminatieverbod.
- Politieke rechten: kiesrecht en recht van vrije, geheime verkiezingen.
- Sociale grondrechten: recht op werk en woongelegenheid.
• Eerste 3 klassieke grondrechten, die overheid moet garanderen. De laatste geld er een zorgplicht voor de overheid.
• Aantal beginselen:
-legaliteitsbeginsel: iets is alleen strafbaar als in wet staat.
-strafmaat: in de wet staat bij ieder strafbaar feit maximale straf.
-ne bis in idem-regel: na uitspraak van rechter kun je niet voor 2e x vervolgd worden.
Hoofdstuk 3:
• Vanwege veranderde maatschappelijke normen en waarden is er bijv. geen verbod meer op homoseksualiteit enz.
• Grondrechten vormen het fundament van de rechtsstaat en kunnen alleen met 2/3 meerderheid in parlement worden gewijzigd. EVRM heeft ondertekend. Europees verdrag voor de rechten van de mens en fundamentele vrijheden. Verbied landen om doodstraf in te voeren.
• Er is regelmatig roep om zwaardere straffen: gat tussen maximale tijdelijk straf en levenslang te groot. Dus maximale tijdelijke straf verhoogd naar 30 jaar.
georganiseerde misdaad: de Wet BOB. De wet bijzondere opsporingsbevoegdheden. Geeft politie onder voorwaarden bevoegdheid tot inkijkoperaties en infiltreren. Gevaar is dat er misbruik van kan worden gemaakt of dat iemand die infiltreert kan worden overgehaald.
wereldwijde terreurdreiging: 2005: opsporingsbevoegdheden werden aanzienlijk uitgebreid met de Wet terroristische misdrijven. Belangrijkste verandering begrip verdachte: bij terreurverdachte hoeft niet langer sprake te zijn van redelijk vermoeden. Aanwijzingen zijn genoeg. Dit kan geconstateerd worden door AIVD algemene Inlichten en veiligheidsdienst. Ook mag AIVD anonieme getuigenverklaring aandragen.
grondrechten ter discussie: met name 3 grondrechten kunnen botsen: vrijheid meningsuiting, godsdienstuitoefening en verbod op discriminatie. Vrijheid meningsuiting: zeggen wat je vind, maar behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet. Vrijheid van godsdienst kan botsen met allebei. Mag ene imam homoseksualiteit aanduiden als een besmettelijke ziekte? Mag een niet-gelovige van de Profeet Mohammed een spotprent maken over de profeet? Rechter maakt afwegingen tussen de verschillende grondrechten.
Hoofdstuk 4:
• Er is rechtsbescherming. Overheid moet zorgen voor rechtshandhaving en mag daarom gebruik maken van geweld geweldsmonopolie. Precies verschil tussen rechtsstaat en dictatuur. Ook overheid moet zich aan regels houden
• Wordt onderscheid gemaakt tussen misdrijven( meer ernstige strafbare feiten ) en overtredingen( minder ernstige). Overtredingen: door rood rijden en te snel rijden. Misdrijven: diefstal, mishandeling en moord. Meeste overtredingen en misdrijven staan in wetboek van strafrecht. Belangrijke verschillen tussen overtredingen en misdrijven: mogelijke straffen zijn hoger bij misdrijven en overtredingen en misdrijven staan geregistreerd bij justitie.
• Criminaliteit: alle misdrijven die in de wet staan omschreven.
• Regels staan in wetboek van strafvordering: procedure loopt volgens vast patroon:
1: politie verzamelt informatie over het strafbare feit. Verhoort verdachte en getuigen en kijkt wat er precies is gebeurd. Wordt opgeschreven in proces verbaal.
2: politie geeft proces-verbaal aan officier. Gaat zaak verder onderzoeken in opsporingsonderzoek. Verhoort verdachte en eventuele getuigen.
3: als officier voldoende bewijs heeft, stuurt hij dossier naar rechter. Deze moet tijdens rechtszaak vaststellen of verdachte inderdaad schuldig is. Is dat zo? Straf opleggen.
• Verdachte: er bestaat een redelijk vermoeden van schuld.
• Bepaalde bevoegdheden (dwangmiddelen) met toestemming nodig van rechter-commissaris. Speciale rechter.
• Zonder toestemming mag de politie een verdachte:
Staandehouden(iemand laten stilstaan om hem te vragen naar ID)
aanhouden/arresteren. Verzet mag niet en je word voorgeleid aan officier
fouilleren(aan zijn kleiding en lichaam onderzoeken)
zes uur op bureau vasthouden
bewijsmateriaal mag in beslag genomen worden
• Met toestemming mag de politie:
woning binnengaan om iemand te arresteren met een machtiging tot binnentreding. Huiszoeking mag politie zoeken naar bewijzen.
opvragen van speciale persoonsgegevens
preventief fouilleren.
in totaal 110 dagen in voorarrest zitten
infiltratie moet rechter commissaris ook toestemming geven.
• Officier is openbare aanklager. Hij zoekt namens de samenleving bewijzen tegen verdachte en straf kan eisen. Openbaar ministerie: alle officieren.
klaar met opsporingsonderzoek? seponeren: afzien van verdere rechtsvervolging.
transactie: geldboete maar ook taakstraffen tot 180 uur. Niet voor rechter. Wordt ook wel voortijdige afdoening of schikking genoemd.
vervolgen: dossier naar rechtbank sturen en rechtszaak beginnen.
Hoofdstuk 5:
• Officier brengt strafzaak bij rechtbank door middel van tenlastelegging staat aanklacht tegen verdachte geformuleerd. Komen voor politierechter (kleine misdrijven) ernstige misdrijven voor meervoudige kamer.
• Voor begin van terechtzitting krijgt verdachte oproep of dagvaarding staat in dat je ervan verdacht wordt dat je op een bepaald moment, bepaalde plaats een bepaald delict hebt begaan. En op welk tijdstip de zitting plaatsvindt.
• Rechtszaak bestaat uit 7 stappen:
1 opening: rechter controleert persoonsgegevens. Verdachte krijgt te horen dat hij goed moet opletten en niet verplicht is te antwoorden
2 tenlastelegging of aanklacht: officier leest aanklacht voor.
3 onderzoek: rechter. Ondervraging van verdachte door rechter, officier en eigen advocaat. Verdachte staat niet onder ede en hoeft dus niet waarheid te spreken. Rechter kijkt of er geen fouten zijn gemaakt. Kijkt ook naar persoonlijke omstandigheden.
4 requisitoir; in dit verhaal probeert officier aan te tonen dat verdachte schuldig is en vraagt rechter om bepaalde straf
5 pleidooi: advocaat houdt pleidooi. Verdedigt verdachte. Vraagt meestal strafvermindering of vrijspraak.
6 laatste woord: verdachte kan zijn spijt betuigen.
7 vonnis: rechter heeft onderzoek gedaan doet uitspraak.
• Een rechter kan straffen en/of strafrechtelijke maatregelen opleggen. Lijfstraffen zijn niet toegestaan.
• Straffen: vrijheidsstraf: 20 procent. Maximumstraf voor overtredingen is 1 jaar. Hechtenis.
taakstraf: vanwege opvoedende karakter. Ter vervanging van maximaal 6 maanden gevangenis. Werk of leerstraf.
geldboete: varieert van 220 euro tot 440.000 euro. Als je geldboete niet betaald moet je voor elke 50 euro een dag in gevangenis zitten.
bijkomende straffen: in combinatie met bovenstaande straffen. Rijbevoegdheid ontzeggen.
• Strafrechtelijke maatregelen: TBS. wanneer iemand ten tijde van misdrijf niet of verminderd toerekeningsvatbaar is. Psychisch niet in orde. Kan onbeperkt duren.
onttrekking aan verkeerd door in beslag genomen goederen.
ontneming wederrechtelijk voordeel. Winst afnemen
schadevergoeding aan slachtoffer
• Na vonnis kan veroordeelde als officier in hoger beroep gaan. Naar gerechtshof. In eerste instantie door kantonrechter komen in hoger beroep bij meervoudige kamer. Wordt strafzaak nog eens helemaal overgedaan. Daarna kun je in cassatie gaan bij hoge raad.
• Jongeren tussen 12 en 18 jaar jeugdstrafrecht. Haltbureau. Taakstraf. Kinderrechter. Deze kan jeugddetentie opleggen die in jeugdgevangenis wordt doorgebracht. Verblijf in behandelcentrum.
Hoofdstuk 6:
• 1 op 4 nederlanders angst van veelvoorkomende criminaliteit.(geweld, diefstal en vernielingen.
• 1 op 7 winkeldiefstal en 1 op 5 gevochten.
• Gevoelens van onveiligheid worden versterkt doordat bepaalde misdrijven veel aandacht krijgen in media. Terroristische aanslagen enz. gevoelens hebben te maken met angst voor geweld.
• Aantal geweldsmisdrijven steeg in 8 jaar tijd van 65.000 naar 112.000.
• Vinden nu jaarlijks meer dan 13.000 straatroven plaats. Bijna 2 x zoveel als 15 jaar geleden.
• Worden elke dag ruim 2000 fietsen gestolen.
• Laatste 5 jaar heeft helft winkeliers te maken gehad met berovingen, bedreigingen of overvallen.
• Aantal inbraken is teruggelopen ruim 300.000 in 1990 naar minder dan 100.000. ook aantal slachtoffers moord en doodslag teruggelopen.
• Bij delicten als vernieling of zakkenrollerij doen we vaak geen aangifte omdat we denken dat de dader toch niet gepakt wordt. Of ze durven niet te doen. Sommige delicten worden niet eens ontdekt. Zoals dronken rijden, belastingontduiking en zakkenrollerij.
• CBS slachtofferenquetes.
• Je kunt onderscheid maken tussen maatschappelijke en persoonlijke oorzaken.
• Maatschappelijke oorzaken:
alcohol- en drugsgebruik
- pakkans
- minder sociale controle
- maatschappelijke achterstand
- betere beveiliging
Een theorie is een verklaring voor bepaalde gebeurtenissen
• Persoonlijke gebeurtenissen:
- biologische theorie door Lombroso. Criminelen kun je herkennen aan bepaalde kenmerken.
- sociobiologie. Het sociale gedrag van mensen uit biologische factoren verklaren.
- bindingstheorie door Hirschi. Iedereen is crimineel, maar door bindingen is er sociale controle.
- aangeleerd – gedragtheorie door Sutherland. Crimineel gedrag wordt aangeleerd.
- persoonlijkheidstheorie door Sigmund Freud. Er is een verband tussen crimineel gedrag van een volwassenen en hun ervaringen tijdens de kinderfase. Het id is het onderbewuste en bevat instinctieve driften. Het ego het bewuste deel dat de overhand krijgt als we volwassen worden. Het superego is het geweten, waardoor we gevoelens als schuld en schaamte hebben. Als er een van die drie uit balans is, kan di lijden tot afwijkend of crimineel gedrag.
- anomietheorie door Merton. Criminaliteit treedt op als mensen er niet in slagen hun levensdoelen te bereiken
• Overheid heeft tweesporenbeleid: preventieve maatregelen die bedoeld zijn om crimineel gedrag te voorkomen.
repressieve maatregelen is bestraffing.
Hoofdstuk 7:
• Iedereen vanaf 18 jaar kan geschil(conflict) met andere partij voorleggen. Ook als mensen van elkaar willen scheiden, moet er in beginsel een rechtszaak komen. Eiser is degene die de zaak aan de rechter voorlegt. Gedaagde is persoon van wie iets wordt geeist en daarom voor de rechter wordt gedaagd.
• Verloop burgerlijke zaak:
- dagvaarding. Een dagvaarding is een schriftelijke mededeling aan een persoon dat hij voor de rechter moet verschijnen.
- verweer. Jij vertegenwoordigt door procureur. Gedaagde hoeven niet persoonlijk aanwezig te zijn.
- vonnis doet de rechter.
Bij een schadevergoeding kan de rechter loonbeslag laten leggen. Dan wordt automatisch een deel van het loon aan de winnaar betaald totdat deze schadeloos is gesteld. Als een dwangsom niet wordt betaald kan de deurwaarder beslag leggen op goederen en deze verder verkopen. Vermogensschade is de vergoeding van gemaakte kosten, van geleden verlies en misgelopen winst. Immateriële schade kan worden beschouwd als een ander nadeel dan vermogensschade. Als je in hoger beroep gaat, wordt de zaak voorgelegd aan een hogere rechter. Een kort geding is een versnelde en vereenvoudigde procedure voor spoedeisende zaken. Een voorzieningenrechter behandelt dit en doet in zijn eentje uitspraak. De uitspraak in een kort geding is altijd een voorlopig oordeel. De bodemprocedure is het voorlopig oordeel in afwachting van een definitieve uitspraak in het normale burgerlijk proces.
• Vermogensschade: betreft vergoeding van gemaakte kosten, van geleden verlies en misgelopen winst.
immateriële schade: met geld kan hij iets leuks kopen om pijn te verzachten.
Hoofdstuk 8:
• Uitgaande van de trias politica, de scheiding en het evenwicht der machten, vergelijken ew de 2 landen op:
-macht van het staatshoofd;
-onafhankelijkheid van rechters.
• Vervolgens gaan we het strafrecht bekijken.
-wijze van rechtspraak;
-rechten van verdachten;
-de straffen
-het verschijnsel klassenjustitie.
• In Vs president sterke machtspositie. In Nl is macht van minister-president en zijn ministers veel beperkter. Bij ons zijn de ministers verantwoordelijk voor het beleid, maar zij moeten wel bij belangrijke besluiten toestemming van het parlement krijgen.
• We beperken onze vergelijken tot de positie van rechters van de Hoge raad, in Amerika Hooggerechtshof (Supreme Court) genoemd. Bij amerika worden de negen rechters op politieke gronden benoemd. Rechters van het Amerikaanse hooggerechtshof hebben als taak om alle Amerikaanse wetgeving, zowel van de staten als federale overheid, te toetsen aan de Amerikaanse grondwet. Dit heeft beslissende stem. In NL benoemt de Kroon formeel de raadsheren van de Hoge raad, op voordracht van 2e kamer. Worden benoemd voor het leven langs koningin om eed af te leggen. Hoge raad in NL heeft alleen bevoegdheid om rechtszaken in cassatie te behandelen. In Amerika kan iedereen 18 jaar voor jury gevraagd worden. Jury doet overigens alleen uitspraak over de schuldvraag. Hoogte straf wordt bepaald door rechter. Veel Amerikanen vinden ons strafsysteem te besloten en te ambtelijk en vinden dat de bevolking meer betrokken moet zijn bij de rechtspraak. In Nederland is juryrechtspraak niet mogelijk. In de grondwet is bepaald dat de stem van het volk gehoord moet worden bij de zwaarste misdrijven, bij persmisdrijven en politieke misdrijven.
• In Vs hebben verdachten minder rechten en is uitlokking toegestaan. Kort na aanslag Patriot Act. Deze wet gaf de CIa ruimere bevoegdheden om burgers in de gaten te houden. In NL is politie sterk gebonden aan allerlei regels bij het opsporen van verdachten. Verdachten hebben meer rechten en uitlokking is niet toegestaan in beginsel. Ze hebben recht op advocaat, medische hulp. In VS wordt 90 procent van de zaken afgehandeld door de zogenaamde plea bargaining, waarbij de advocaat en de aanklager een deal sluiten op voorwaarde dat de verdachte bekent. Nadeel is dat veel verdachten onder druk akkoord gaan met deal terwijl ze onschuldig zijn.
• Three Strikes and you’r e out law. 3 x is scheepsrecht. Heel zwaar gestraft. In Nederland zijn dit soort strafpraktijken niet aanwezig.
• Er is sprake van klassenjustitie als mensen uit de hogere sociale klasse door justitie worden bevoordeeld boven mensen uit de lagere sociale klasse. Volgens een rapport van de VN krijgen zwarten en kleurlingen twee tot driemaal hogere straffen dan blanken.
• In Nl is klassenjustitie minder sterk aanwijzig.
• Witteboordencriminaliteit. Met deze term worden misdrijven als fraude en milieudelicten aangeduid.
Hoofdstuk 9:
• Met name de waarden vrijheid en veiligheid kunnen met elkaar botsen. Vrouwenbesnijdenis. (ieder heeft behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam. Mag je bijv. op basis van etnische selectie iemand dwingen tot controle?
• Handhaven van de openbare orde is 1 van de basisfuncties van de staat. Slaagt overheid daar niet in?--> gevaar van eigenrichting wordt steeds groter. Dat wil zeggen dat mensen het recht in eigen hand nemen. Toch probeert de overheid de burgers steeds meer te betrekken bij de preventie van misdaden in de vorm van actief burgerschap, zoals de actie van de overheid ter preventie van terreuraanslagen laat zien.
• Vanwege geweldsmonopolie van de overheid mogen burgerwachten geen wapens dragen. Burgers of particuliere bewaking mogen iemand wel staande houden. Dit heet burgerarrest. Ook mogen burgers zich beschermen.
• Je kunt jezelf vragen stellen als:
Vind je burgerwachten gewenst?
mes meenemen ter zelfverdediging?
juwelier die al x overvallen is achter toonbank honkbalknuppel?
• Het geven van straf is bedoeld als:
wraak en vergelding. Misdaad mag niet lonen
afschrikking
voorkomen van eigenrichting. Als mensen niet zou straffen, zouden ze recht in eigen handen nemen.
resocialisatie
beveiliging van samenleving.
• In Nl is doodstraf officieel in 1870 afgeschaft. In militaire en oorlogsstrafrecht was tot 1983 mogelijk. Op 21 maart 1952 vonden laatste executies plaats.
Rechtsstaat hoofstuk 1 t/m 9
7.4- Samenvatting door een scholier
- 4e klas havo | 2874 woorden
- 17 maart 2008
- 19 keer beoordeeld
7.4
19
keer beoordeeld
ADVERTENTIE
Bewaar of download dit verslag!
Om dit verslag toe te voegen aan je persoonlijke leeslijsten of te downloaden moet je geregisteerd zijn bij Scholieren.com.
26.330 scholieren gingen je al voor!
Ook lezen of kijken
Student Hanne en scholier Naomi over studiekeuzes: 'Het is jouw toekomst'
Amarins (26) studeert Scheikunde in Amsterdam: 'Ik wil graag weten hoe de wereld werkt'
Riquelme (13) turnt op topniveau: 'Het is echt hard werken'
REACTIES
1 seconde geleden