1. Het ontstaan van het Christendom Het christendom is ontstaan in een Joodse geloofsgemeenschap bij de Jordaan als een verzetgroep die tegen de joodse wetten in ging. Jezus maakte deel uit van een groep mensen die anders over het joodse geloof dachten. Hij was een groot voorbeeld voor iedereen. In de TeNaCH (Het oude testament) wordt gezegd dat er een Messias (een soort bevrijder) komt. Hij zal door god naar de wereld komen om vrede, rechtvaardigheid en geluk te brengen. Jezus is een Jood en hij valt op omdat hij goede daden verricht. Hij wordt gezien als een Messias. Jezus probeert het goede voorbeeld te geven en hij probeert mensen naastenliefde te geven. Hij had een kleine groep volgelingen om zich heen, ook wel apostelen genoemd. Hij had ook vijanden. Zij zagen in hem een leider die in opstand wilde komen. Door de Romeinse bezetters wordt Jezus gevangen genomen en hij wordt tot de dood veroordeeld. Hij werd gekruisigd. Volgens de christen is hij 3 dagen na de kruisiging opgestaan uit zijn dood. Veertig dagen daarna is hij naar de hemel gevaren (Hemelvaart).
2.De leefregels van het Christendom De Christenen leven volgens de 10 geboden. Dit zijn regels waar Christenen zich aan moeten houden:
1. Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben.
Hij wil niet dan mensen naast hem ook andere goden aanbidden.
2. Gij zult geen beeld van mij maken
Dit betekent dat je god op geen enkele manier mag uitbeelden.
3. Gij zult de naam van god niet misbruiken
Hiermee wordt bedoeld dat je niet mag vloeken.
Veel mensen gebruiken om bepaalde dingen god zijn naam.
4. De zevende dag is de rustdag waar geen werk verricht wordt
Hij bedoelt daarmee de Zondag. God schiep de aarde in 6 dagen, en de zevende dag hield hij rust.
God wil dat mensen dit ook doen.
5. Eer uw vader en moeder
Hier wordt mee bedoeld dat je respect moet hebben voor je ouders. Zij hebben je op de wereld gezet.
6. Gij zult niet doodslaan
Je mag geen mensen neersteken, vergiftigen of doodschieten, maar dat er bijvoorbeeld ook geen abortus en euthanasie mag worden gepleegd.
7. Gij zult niet echtbreken
Hiermee wordt bedoeld dat je niet mag scheiden van je echtgenoot/echtgenote maar je mag ook niet vreemdgaan.
8. Gij zult niet stelen
Je mag geen dingen stelen
9. Gij zult geen valse getuigenis preken over uw naaste
Dit houdt in dat je niet iets over iemand anders mag zeggen wat gelogen is. Je mag dus ook niet roddelen over iemand anders.
10. Gij zult andermans goed niet begeren
Je moet niet jaloers zijn op iemand anders.
3.Hoe de Christenen over de dood denken Ze geloven dat je van god komt en na de dood er weer naar toe gaat. Het wordt ook wel de verrijzenis of de verlossing van je leven genoemd. Als je dood bent en je hebt in god geloofd dan zal je na je dood een beloning krijgen. De ziel va het vorige leven wordt dan vergeten en je wordt wedergeboren. De mens mag tijdens zijn leven gelukkig zijn. Aan dit gelukkig zit ook een grens. De mens zal altijd blijven verlangen naar het echte geluk. Dit zal je moeten vinden bij god. Wil je in deze wereld komen dan zul je er ook in moeten geloven dat betekent onder anderen dat je in het christendom moet geloven.
4.De Christelijke feesten Er worden in het christendom veel feesten gevierd.
Pinksteren: De naam is afgeleid van het Griekse woord pentakosta. Pentakosta betekent 50e. Omdat Pinksteren 50 dagen na Pasen wordt gevierd heet het Pinksteren. Tijdens Pinksteren herdenken de Christenen hoe de apostelen de geest van Jezus ontvingen.
Vasten: Het duurt 40 dagen. In die tijd bereiden ze zich voor op het paasfeest. Aswoensdag is de eerste dag van de vastentijd. Als je op die dag naar de kerk toe gaat, krijg je vast een kruisje van as op je voorhoofd. Dat laat je herinneren aan de dood. Eigenlijk mag je geen vlees of vet eten tijdens de vastentijd, maar niet iedereen doet dat. Andere drinken weer geen wijn en eten geen zoete dingen. Zo kunnen ze begrijpen hoe Jezus leefde.
Witte donderdag: Het is de donderdag voor Pasen. Dan wordt het laatste avondmaal herdacht.
Goede vrijdag: Het komt de vrijdag na witte donderdag en is de vrijdag voor Pasen.
Stille zaterdag: Het is de zaterdag voor Pasen. Ze herdenken dan Jezus.
Pasen: Bij Pasen herdenken de Christenen de verrijzenis van Jezus uit zijn graf op de derde dag na zijn kruisiging. Op die dag gaan er veel mensen naar de kerk en ze geven elkaar dan vaak narcissen. Ze kunnen een witte kleur hebben en dat witte staat voor onschuld omdat Jezus onschuldig is gekruisigd.
Palmzondag: Op deze dag herdenken we de intocht van Jezus in Jeruzalem. De mensen legde toen palmtakken neer om hem welkom te heten.
Hemelvaart:
De christenen vieren hemelvaart 40 dagen nadat Jezus was opgestaan uit zijn graf.
Op die dag gaan nog steeds veel mensen een wandeling maken of een stukje fietsen
Dat is een oud gebruik van vroeger.
Allerheiligen: Op die dag bezoeken de meeste Christenen de graven van mensen die gestorven zijn en zo denken ze aan die gene die gestorven is.
Kerstmis: Kerstmis is het 2e grote feest van de Christenen. Op die dag vieren we de geboorte van Jezus. Alle kerken, behalve orthodoxe vieren kerstmis op 25 december. De meeste orthodoxe vieren kersmis op 7 januari. Kerstmis wordt gezien als belofte van het nieuwe leven dat Jezus ons brengt. Veel Christenen in de hele wereld gaan laat op kerstavond, de dag voor kerstmis, naar de kerk. Ze houden een nachtdienst, zingen liedjes en zijn dankbaar voor de geboorte van Jezus. In de kerk is dan vaak een kerststal te zien. De stal waar Jezus is geboren.
5.Hoe het Christendom in Nederland is gekomen Veel mensen uit andere landen waren al Christenen. Doordat veel mensen in Nederland kwamen wonen. Steeds mee mensen in Nederland werden ook Christenen, en zo is het ook 1 van de grootste godsdiensten in Nederland geworden. Je hebt in Nederland ook veel Christelijke scholen, waar ze met dit geloof werken.
REACTIES
1 seconde geleden