Crisis in Amerika: 1929-1933

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas vwo | 1481 woorden
  • 28 april 2005
  • 50 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
50 keer beoordeeld

Formulering hoofdvraag en deelvragen

Crisis in Amerika 1929-1933.

Hoofdvraag
Wat veroorzaakte en verergerde de crisis in de jaren 1929-1933?

Deelvragen
a. Wat ging er vooraf aan de crisis?
b. Hoe reageerde de Amerikaanse samenleving op de Depressie?
c. Wat waren de gevolgen van de crisis op economisch gebied?
d. Wat waren de gevolgen van de crisis op sociaal gebied?
e. Hoe hebben ze de crisis opgelost?

Uitwerking deelvragen

a. Wat ging er vooraf aan de crisis?
Voor 1929 was er een periode van welvaart en hoogconjunctuur, ‘The Roaring Twenties’. De inkomens namen tussen 1923 en 1929 per hoofd van de bevolking toe met bijna een derde. Maar onder de boeren en de zwarte bevolking bleef er armoede bestaan. De overheid deed er alles aan om de grote bedrijven te helpen, maar de boeren en zwarte bevolking moesten het ontgelden.
In 1920 kwam er een totaalverbod op de productie en verkoop van alcoholische dranken. Het gevolg hiervan was een enorme stijging van de criminaliteit, en de maffia deed zijn intrede in Amerika. Veel werkloze werden boot-leggers (dranksmokkelaars).
Amerika werd overspoeld met drugs, seks, alcohol, schandalen, corruptie en noem maar op. Dit bepaalde het beeld van Amerika. Er kwamen nieuwe muziekstromingen, en er werden veel nieuwe apparaten uitgevonden. Ford en General Motors hadden de touwtjes in handen op de automarkt. Tussen 1914 en 1927 verkocht Ford zo’n 15 miljoen T-Fords. De mensen waren niet bestand tegen de ongekende luxe en gingen massaal ijskasten, auto’s, broodroosters en stofzuigers kopen. En als het niet contant betaald kon worden, dan kochten ze het op afbetaling. De banken leende al het geld gewoon uit, want ze dachten dat de economische groei nog jaren zou voortduren, en dat ze het geld uiteindelijk dus wel terug zouden krijgen.
Ook op de beurs was iedereen optimistisch. De koersen bleven maar stijgen, dit kwam onder andere omdat de mensen steeds meer aandelen gingen kopen. Het was heel gemakkelijk om aandelen te kopen, want je kon met een klein vermogen al aardig wat geld lenen, en je gekochte aandelen waren het onderpand.
De kranten hadden een grote invloed op de manier van leven. Er verschenen allerlei verschillende soorten kranten, de eerste tabloids en vrouwentijdschriften verschenen. Ook kwamen te gossiptijdschriften en comic strips op de markt.
Maar het allerbelangrijkste consumptieartikel was de film. De jeugd kreeg hier de standaard voor taalgebruik, goede manieren en beelden over mannen- en vrouwen gedrag.
Het was voor een groot deel van de bevolking dus een geweldige tijd.

b. Hoe reageerde de Amerikaanse samenleving op de depressie?
Op donderdag 24 oktober 1929, ook wel ‘Black Thursday’ genoemd, stortte de aandelenkoersen in New York gigantisch in. De mensen wilden zo snel mogelijk al hun aandelen verkopen, er werden die dag dan ook bijna 13 miljoen aandelen verkocht, het record was 7 miljoen. Op dinsdag 29 oktober werd het record nogmaals verbroken, nu werden er 16 miljoen aandelen verkocht. Omdat er zoveel aandelen verkocht werden, daalde de koersen steeds verder. De meeste aandeelhouders waren binnen een dag failliet. De kranten publiceerde geruststellende berichten, maar de mensen geloofde er niks van. Ze verzamelde zich woedend voor de beursgebouwen, er waren zelfs mensen die zelfmoord pleegden.

c. Wat waren de gevolgen van de crisis op economisch gebied?
De crisis veroorzaakte een heleboel problemen voor de economie. Veel aandeelhouders waren door de enorme dalingen van de koersen failliet gegaan. Vele bedrijven moesten de deuren sluiten vanwege een faillissement. En ook de banken verkeerde in grote problemen, ze moesten alle mensen hun geld terug betalen, maar dat lukte niet. Er werd daarom extra geld bijgedrukt, alleen dat bracht nog een probleem met zich mee, de producten werden duurder, en het geld werd steeds minder waard.
De Verenigde Staten ging ook hoge invoerbelastingen heffen om hun eigen goederen te beschermen tegen importgoederen uit het buitenland.

d. Wat waren de gevolgen van de crisis op sociaal gebied?
Er ontstond veel werkeloosheid, dat had veel sociale gevolgen. De koopkracht ging sterk achteruit, dat leidt tot een lagere levensstandaard. Er was weinig te eten, daardoor was er veel honger, en daalde het geboortecijfer.
De burgers deden er alles aan om aan geld te kopen, ze verkochten al de luxe apparaten die ze gekocht hadden tijdens The Roaring Twenties. Maar ze probeerde ook via het criminele circuit aan geld te komen.
De mensen probeerde via steun, aan geld en werk te komen, maar meestal was dat tevergeefs. En als ze een baan kregen, werden ze zwaar onder betaald, want de werkgevers konden de lonen zo laag houden als ze maar wilden, want er was toch geen ander werk.

e. Hoe hebben ze de crisis opgelost?
President Hoover (1928-1932) deed niets om de crisis op te lossen, hij bleef bij zijn standpunt dat de crisis na enkele jaren vanzelf weer zou omslaan. Hij bedacht wel een paar dingen, maar het had allemaal niet erg veel invloed. Een van zijn ideeën was om de prijzen te verhogen, want zo zou er meer geld binnen komen. Maar de werkeloze hadden al geen geld, laat staan dat ze meer uit konden gaan geven. Dit plan werd Hoover ook afgeraden, en hij zag uiteindelijk zelf ook in dat het helemaal geen zin had.
Een van zijn andere plannen was om de belasting te verlagen, voor de werkende was dit natuurlijk voordelig, maar voor de werkeloze niet, want die betaalde al geen belasting. In de zomer van 1932 ontstond het Bonus Army, dit leger bestond uit 12.000 werkeloze oorlogsveteranen, ze gingen naar Washington om een extra uitkering te krijgen, maar Hoover wilde niks van deze mensen weten. Hoover deed wel dingen om de bevolking te helpen, maar dan wel de werkende bevolking. De burgers verloren hun vertrouwen in de economie, en in Hoover.
Roosevelt verweet Hoover dat hij niks aan de crisis deed, in de strijd om het presidentschap beloofde hij de mensen te helpen, op 4 maart 1933 werd F.D. Roosevelt dan ook president. Hij beloofde de economische crisis op te lossen met een nieuwe aanpak, ‘New Deal’.
Dit plan hield in dat de dollar minder waard werd, zodat de producten ook voor het buitenland interessant werden. Hij gaf subsidies aan de landbouw. En stelde verzekeringen in voor zieke mensen, en voor oude mensen. Ook stelde hij een minimumloon in, en een maximum werktijd. En de regering zorgde ook voor werk.
De mensen kregen weer hoop in de toekomst, maar toen het ergste leed geleden leek in 1939 brak er opnieuw een oorlog uit. Roosevelt wilden politiek neutraal blijven, zodat ze niet weer in een economische crisis terecht zouden komen.

Conclusie: Uitwerking Hoofdvraag

De crisis van de jaren dertig begint met de beurscrash op 24 oktober 1929, normaal gesproken zou zo’n crash nog geen economische (wereld)crisis veroorzaken, de koersen zouden na een tijdje weer herstellen. Maar de situatie in 1929 is verreweg van normaal. Maar niemand zag het aankomen, of niemand wilde het zien aankomen.
Na The Roaring Twenties was er een overproductie aan goederen ontstaan. Iedereen had al een auto en een ijskast, en die gaan niet van de een op de andere dag kapot, dus een nieuwe wordt niet snel aangeschaft. En de mensen kochten liever aandelen, in plaats van goederen, want daar viel veel meer mee te verdienen.
De grote ondernemingen produceerde uitsluitend voor de binnenlands markt, dus ze hadden ook geen inkomsten vanuit het buitenland.
Doordat de mensen al hun spullen op afbetaling gekocht hadden ging de koopkracht sterk achteruit. De mensen maakte veel te veel schulden, en de banken deden er niks aan, want ze dachten dat de periode van grote welvaart voor altijd zou duren.
Ook was de welvaart oneerlijk verdeeld, er waren in Amerika nog grote groepen arme mensen. Een van die groepen was die van de boeren, de banken hadden veel geld gestoken in de boerenbedrijven, maar omdat de boeren geen afzetmarkt konden vormen voor hun consumptieartikelen, gingen ze failliet, en de banken verloren hun geld.
De banken verloren steeds meer geld, en gingen uiteindelijk zelf ook failliet.
Door het sluiten van de bedrijven en fabrieken was in 1933 tweeëndertig procent van de bevolking werkeloos, de regering liep daardoor veel belasting mis. En ze moesten door middel van steun ook weer mensen aan geld, eten, en werk helpen.
Presidenkt Hoover probeerde de crisis op te lossen, maar zijn ideeën maakte het alleen maar erger, want de mensen hadden nu niet eens meer vertrouwen in de toekomst, en dat had ze er al die jaren door heen gesleept.

Literatuur-/bronnenlijst

Een aantal sites die ik gebruikt heb, het zijn ze niet allemaal, maar wel een groot deel:
www.scholieren.com
http://nl.wikipedia.org/wiki/Crisisjaren
http://www.allesamerika.com/geschiedenis-amerika-algemeen-4.html
www.google.nl
www.geschiedenisvoorkinderen.nl
http://www.allesamerika.com/geschiedenis-amerika-algemeen-4.html
http://www.nrc.nl/W2/Lab/Profiel/Recessie/crisis1929.html
http://www.amerika.nl/politiek/html/presidenten/presarchief/131hoover.htm
http://www.support.tue.nl/studiereisUSA/US/Geschiedenis.htm
http://www.geocities.com/mb_williams/hooverpapers/

Een boek dat ik gebruikt heb:
Sfinx geschiedenis; De twintigste eeuw; Hoofdstuk 2; bladzijde 32-37

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.