Criminaliteit en etniciteit

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas vmbo | 2173 woorden
  • 24 maart 2005
  • 29 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
29 keer beoordeeld

Criminaliteit en etnische minderheden

Inleiding;

Wanneer het gaat over de criminaliteitsproblemen van etnische minderheidsgroepen in ons land, is het wel goed om eerst te weten wat er precies bedoeld word met de term ‘etnische minderheidsgroepen’. In de eerste plaats wordt dikwijls onderscheid gemaakt tussen autochtonen en allochtonen. Autochtonen zijn Nederlanders met een Nederlands nationaliteit en een Nederlandse achtergrond. Allochtonen kunnen ook een Nederlandse nationaliteit hebben, zoals het geval is bij velen uit de Surinaamse groep. Het verschil is echter dat één van de beide ouders in een ander land geboren is. Dit verschil kan tot problemen leiden omdat sommige jongeren wel in het buitenland geboren zijn, maar Nederlandse ouders hebben, terwijl sommige tweede- en derde generatie jongeren en hun ouders in Nederland geboren zijn. Kenmerkend voor deze groepen was niet alleen hun etnische achtergrond, maar vooral hun lage economische stand en die economische stand die dragen ze generatie op generatie door.

De belangrijkste groepen die tot de etnische minderheden
Gerekend worden zijn;

 Turken  Marokkanen  Surinamer  Antilliaanse  Arubanen  Molukkers  Vluchtelingen (en zigeuners en woonwagenbewoners)

Het aandeel van de etnische minderheden op het totaal van de bevolking in zo’n 8%. Deze populatie is heel ongelijkverdeeld over het land. Zoals in de onderstaande tabel is te zien is het criminaliteit gehalte in de grote steden veel groter dan op het platteland. De grote steden hebben in dit opzicht dan ook veel grotere problemen dan de rest van het land.

Het aandeel van etnische minderheden in de vier grote steden in procenten

1975 1980 1986 1992 1996
Nederland 2 3 4 7 8
Amsterdam 6 11 16 27 33
Rotterdam 6 10 14 25 30
Den Haag 5 9 14 22 32
Utrecht 5 8 9 17 21

Bron: Van Praag

Hoofdstuk 1

Waar komt criminaliteit vooral voor?

Criminaliteitsontwikkeling
De criminaliteit bevond zich in Nederland enkele tientallen jaren terug op een laag niveau. Sindsdien is het aantal ongevallen sterk toegenomen dat een niveau is bereikt dat niet meer afwijkt van wat in andere westerse landen gebeurt. Ook daar steeg de criminaliteit, maar minder sterk dan in ons land. Deze volumestijging van de criminaliteit is vooral tot middenin de jaren tachtig opgetreden en ging voornamelijk over lichtere criminaliteitsvormen. Daarna stegen vooral de zwaardere (gewelds-)criminaliteit continu - dit betreft onder andere vormen van diefstal met geweldpleging (straatroof, roofoverval). Het is niet vanzelfsprekend dat de criminaliteit zal stabiliseren als een \'normaal\' Europees niveau is bereikt.

Misdrijven Aantal Misdrijven relatief

-Utrecht 95.475 89 -Noord-Holland 217.058 88 -Flevoland 20.681 76 -Limburg 77.289 68 -Noord-Brabant 155.262 68 -Zuid-Holland 223.920 67 -Gelderland 122.081 65 -Groningen 35.847 64 -Overijssel 56.007 53 -Zeeland 19.136 52 -Drenthe 19.970 44 -Friesland 22.739 37

Aan de hand van deze gegevens kunnen we zien dat in Utrecht, Noord-Holland, Flevoland, Limburg en Noord-Brabant relatief gezien de meeste misdaden voorkomen.

Hoofdstuk 2

Criminaliteit onder etnische minderheden;

Van allen jongeren tussen de 12 en de 14 jaar in 3 politie regio’s (Amsterdam, Rotterdam, Tilburg) kreeg 3% een proces-verbaal.

Percentage in 1990 geverbaliseerde jongeren uit minderheidsgroepen (12 tot 14 jaar) in de politie regio’s Amsterdam, Rotterdam en Tilburg, naar hun aandeel in de bevolking.

Jongeren Aandeel in de Bevolking Geverbaliseerd N= 550.716 N= 16.090

Nederlands 76 2,5
Antilliaans 1 11,3
Marokkaans 3 9,7
Surinaams 3,5 5,6
Turks 3,5 3,3
Overigen 14 2,5

Bron: Van Hulst en Bos

Duidelijk is dat twee groepen, de Marokkaanse en de Antilliaanse nog al hoog staan in de lijst. De Turkse groep niet, zoals veel mensen verwachten. De Turkse groep neemt nauwelijks deel aan de lijst. Etnische minderheden, met uitzondering van de Turkse groep, komen aanzienlijk vaker met de politie in aanraking dan Nederlandse jongeren. Dat kun je in de volgende tabel duidelijk zien die het gemiddelde aantal proces verbalen per persoon laat zien ook laat het zien het aantal ongevallen (delicten) waar men van verdacht wordt.

Aantal processen-verbaal en aantal delicten per persoon naar etnische groep in drie politieregio’s (Amsterdam, Rotterdam en Tilburg)

Jongeren Aantal P-V’s per persoon Aantal delicten per persoon Nederlands 1,60 1,95
Curaçaos 1,91 2,38
Antilliaans 1,69 2,10 Marokkaans 2,16 2,71 Surinaams 1,66 2,09 Turks 1,79 2,11 Overigen 1,53 1,77

Bron: Van Hulst en Bos

De Marokkaanse jongeren hebben het grootste aantal processen-verbaal en ook het grootste aantal delicten waarvan ze verdacht worden. Ze worden gevolgd door Curaçaose jongeren, die zo’n 83% van de Antilliaanse jongeren vormen. Het laagste aantal processen verbaal en delicten zijn door Nederlandse Jongeren gepleegd. Ongeveer 5,5% van al deze jongeren is vrouw. Ook blijkt dat vrouwen in het algemeen veel minder contact met justitie hebben gehad dan mannen. Opvallend is dat het verloop van criminele activiteiten gezien de leeftijden voor alle etnische groepen ongeveer het zelfde is. Meestal komen ze rond de 15 jaar voor het eerst in contact met justitie. Echte criminele activiteiten worden meestal tussen de 16 en 20 jaar waargenomen, maar dat geld zowel voor autochtonen als allochtonen jongeren. Zie onderstaande grafiek voor de leeftijden en het percentage justitiële contacten. Hierin is heel goed te zien dat dit probleem overal ter wereld zich voordoet. Ook is duidelijk dat in alle groepen een hoogte punt van criminaliteit zit. Dit heeft deels met de opvoeding te maken maar ook met de WIJ-cultuur die in deze landen een belangrijke rol speelt. De wij-cultuur houdt in dat in deze landen je familie en je vrienden heel belangrijk zijn. Dus, als ze iets doen dan doet de hele groep mee. Naast de grootheid van het probleem is ook de aard van het probleem erg belangrijk. In de eerste plaats is te zien dat de verschillende criminele acties door jongeren uit verschillende etnische groepen worden gepleegd. Te zien is dat Nederlandse jongeren vooral vermogens zonder geweld word gepleegd en overtredingen in weden en verkeer wet. De buitenlanders plegen in de meeste gevallen de gevaarlijke en bedrijgende delicten.

Hoofdstuk 3

Achtergronden van crimineel gedrag;

Een van de belangrijkste oorzaken van crimineel gedrag is de integratie en de problemen die dat met zich meebrengt voor de Etnische groepen. Ze worden in Nederland met een scheve blik ontvangen, “stomme buitenlanders”, “ga terug naar je eigenland”. Hierdoor word meteen een vijandige houding aangenomen en voelen ze zich aangevallen, dit wil niet zeggen dat we ze eigenlijk vrij moeten spreken. De mensen uit etnische minderheidsgroepen hebben een pittig temperament. Ook speelt het jaloerse gevoel een rol. Dit komt voornamelijk door hun lage sociaal-economische positie. Indirecte controle wordt vooral in het gezin, op
school en op sportvereniging uitgeoefend. Kortom, de jongeren die een goede relatie met hun ouders hebben en die het goed doen op school en het later in een baan goed doen, hebben een sterkere binding met Nederland en de Nederlandse cultuur. Door die sterkere binding zouden de criminaliteit cijfers een heel eind kunnen dalen. Maar als de thuis de gezinsrelatie slecht zijn en school mislukt en je geen goede baan kunt krijgen? Ze krijgen dan geen respect en voelen zich niet geaccepteerd. Ze krijgen dan geen enkele beloning of waardering en gaan zich achtergesteld voelen en komen zo in het criminele circuit terecht. Daardoor is respect voor regels en wat de samenleving van zo iemand verwacht helemaal niet belangrijk. Omdat ze er niets voor terug krijgen. Bovendien wonen zulke gezinnen meestal in verloederde en vervuilde buurten waar vandalisme, drugsmisbruik en criminaliteit aan de orde van de dag is. Nu wonen allochtonen gezinnen vaak in dit soort buurten en daarom gelden deze cijfers het meeste voor hen. Surinamers hebben in veel opzichten dingen voor op andere etnische groepen. Dat komt omdat de meeste uit deze groep al Nederlands spreken en ze zijn bekend met het Nederlandse onderwijs systeem. Het onderwijs niveau is gemiddeld ook hoger, en dat leidt tot de conclusie dat er in deze groepen aanzienlijk minder criminele activiteiten zijn.

Hoofdstuk 4

Het verband tussen etnische herkomst en jeugd criminaliteit.

Marokkaanse jongeren zijn oververtegenwoordigd als het gaat om criminaliteit. We beginnen helemaal bij het begin. De problemen ontstaan wanneer de groepen ons land binnen komen. Bij binnenkomst worden ze naar een tijdelijk verblijf gebracht. Daar moeten ze lang wachten tot ze horen of ze mogen blijven. Tijdens dat tijdelijke verblijf word onderzocht of deze mensen echt reden hebben om bang te zijn en niet meer terug kunnen naar hun eigen land. Meestal vluchten deze mensen voor oorlog, politieke achtervolging of godsdienstige achtervolging. Wanneer zij in hun eigen land hun mening uiten lopen ze de kans geliquideerd te worden. Wanneer er een geldige reden is, word er een verblijfsvergunning verleend. Als ze deze hebben dan moeten ze proberen om in onze maatschappij binnen te komen. Dit is voor de meeste etnische groepen een groot probleem omdat ze niet of nauwelijks de Nederlandse taal kennen. Ik vind het goed dat ze inburgering cursussen gaan doen. Wat is namelijk het gevolg wanneer zij de taal niet beheersen?Dan kunnen ze geen werk krijgen omdat goede beheersing van de taal een belangrijke factor is in de meeste bedrijven. Geen werk kunnen vinden? Dan komt er dus ook geen geld binnen. Daardoor komen ze in achterstand wijken terecht. Waar criminaliteit en drugsgebruik aan de orde van de dag is. Als je geen geld hebt en je kunt geen werk krijgen, wat gebeurt er dan in zulke wijken? Dan komen ze in het criminele circuit terecht. Bijv. drugs verhandelen, dat kun je met taalachterstand ook. Nu ben ik uitgegaan van wat er met jonge mensen gebeurt die binnen komen in Nederland, maar wat gebeurt er dan met de kinderen van deze mensen? Uit statistieken blijkt dat wanneer ouders laag op de maatschappelijke ladder staan dat kinderen het dan ook niet ver schoppen. Dat komt omdat ouders hun kinderen vaak niet kunnen helpen. Als de kinderen thuis alleen de taal van afkomst spreken omdat de ouders geen Nederlands spreken word het voor de kinderen ook moeilijker omdat ze contant moeten omschakelen. Deze kinderen krijgen later waarschijnlijk de zelfde problemen als hun ouders gehad hebben. Door achterstanden alleen wat zwarte baantjes kunnen krijgen of tijdelijk ergens een min baantje krijgen. Zij voelen zich niet geaccepteerd en dan begint de cirkeltje weer opnieuw. Al zal de derde generatie al beter ingeburgerd zijn want de ouders van de derde generatie spreekt dan wel Nederlands en hebben zelf ook op school gezeten dus zullen hun kinderen meer kunnen bijstaan bij hun school werk.

Hoofdstuk 5

Wat wordt er aan gedaan om de criminaliteit terug te dringen?

In Nederland zijn we nog steeds bezig met het vergroten van de kennis over criminaliteit, de gevolgen van criminaliteit voor de bedrijven, en de manieren om al in een vroeg stadium de criminaliteit aan te kunnen pakken. Ook zijn we bezig met een goede samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven om gezamenlijk de problemen te beheersen. Dit wordt er al gedaan om criminaliteit terug te dringen: • Extra aandacht schenken aan de overtreders jonger dan 12 jaar
Kinderen jonger dan 12 jaar zijn nog jong. Als we deze kinderen op tijd aanpakken en ze ook helpen, zijn we er op tijd bij. Een kind van 10 heeft tenslotte nog heel wat jaren te gaan. Door wat hulp komt het kind weer op het rechte pad. • Resoluut aanpakken van de \'harde kern\' van groepen criminele jongeren in de steden
Als we de ‘harde kern’ aanpakken van een groep criminelen, heb je meestal de leider te pakken. Zonder de leider kan de groep vrij weinig. Want hij bedenkt meestal de plannen, hij geeft de rest van de groep hun taken. Als je deze persoon, of personen, te pakken hebt, zal de criminaliteit van de betreffende groep in ieder geval een heel stuk afnemen. • Verbeteren van de uitvoering van de leerplichtwet
Criminaliteit vindt dus ook plaats bij jonge kinderen. Door deze kinderen goed op te voeden en ze goed onderwijs te geven, kan er heel wat criminaliteit voorkomen worden. Als ze een kind leren wat goed en fout is, zal een kind inzien dat, als hij aan criminaliteit meedoet, het fout is. Een kind dat niet naar school gaat, en dit soort dingen niet leert, zal dit niet zo goed weten, en heeft dus een grotere kans dat hij of zij mee gaat doen aan criminele dingen.

• Tegengaan van geweld op televisie
Als we minder of geen geweld zien, zal dit ons niet aanleiden tot geweld. • Ervoor zorgen dat criminaliteitspreventie hoog op de agenda van regionaal en gemeentelijk jeugdbeleid komt • Verhogen van de \'jeugddeskundigheid\' bij de politiekorpsen. Jonge criminelen kunnen beter aangepakt worden als de kennis daar ook voor aanwezig is. • De inrichting van binnen- en buitenruimten moet veiliger worden. Goed zicht (verlichting, geen \"verborgen\" plaatsen) is daarbij
belangrijk. • Een samenhangend jeugd- en jongerenbeleid, waar we mee bedoelen: - schoolmaatschappelijk werk. - het oplossen van conflicten tussen verschillende groepen. • Het streng optreden tegen o.a. verslaafden, die buurten verzieken en onveilig maken. Hulp zou hier kunnen bestaan uit behandeling, vorming, scholing en het bieden van mogelijkheden tot het opbouwen van werkervaring.

Wat kunnen we er nog aan doen om de criminaliteit terug te dringen?

De criminaliteit in Nederland moet verminderen. Er wordt al wat aan gedaan, maar helaas is dat nog niet goed genoeg. • Uitbannen alcoholreclame
Het uitbannen van de alcoholreclame is genoodzaakt omdat minder alcohol tot minder criminaliteit leidt.Ook een krachtdadige campagne tegen drank- en drugsmisbruik zal de criminaliteit een stuk verminderen. • Racismebestrijding
Discriminerende teksten en leuzen kunnen leiden tot criminaliteit. Ze zouden er dus boetes voor kunnen gaan geven. • Vroeg genoeg beginnen
Hier bedoelen we mee dat de overheid in samenwerking met scholen projecten kan opzetten voor kinderen, zodat ze vanaf jonge leeftijd leren sociaal te zijn. •Ouders aanpakken
Asociaal gedrag kan leiden tot agressie en agressie kan weer leiden tot criminaliteit. Ouders zouden moeten gaan beseffen wat de gevolgen kunnen zijn van hun asociaal gedrag.

REACTIES

J.

J.

zeker een goed verslag ik zit ook in 4 VMBO en dank je heel erg hiervoor

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.