Aan de leerling
1. Het wordt een vak met iets van kunst leren bekijken, en een hoop culturele activiteiten doen. Maar verder weet ik het niet precies.
2. Zie dossier
3. Oké
4. A. Het zal wel leuk worden, maar wel veel werk om elke keer alles op internet op te zoeken. Er zullen onderwerpen als muziek en cultuur aan de orde komen denk ik. Het thema lijkt me redelijk leuk, omdat ik zelf in veel steden ben geweest.
B.
- Verschillende culturen
- Soorten kunsten
- Gebouwen
Ja bij ons in de buurt zijn er wel wat culturele activiteiten die ik kan ondernemen. Bijvoorbeeld Klein Profijt.
We zouden wel foto’s van de stad kunnen maken om zo een beeld van een stad te maken of een filmpje waar we verschillende mensen van verschillende culturen interviewen.
5. –
6. –
7. zie planner
Afdeling 1.
Opdracht 1
associatie positief negatief
verkeer X
aantal grote winkels en bedrijven X
grote evenementen X
privacy X
rust X
uitgangsmogelijkheden X
faciliteiten X
werkgelegenheid X
veiligheid X
sport X
2. a. In een stad is het heerlijk wonen: 3 In een stad zijn de mensen toleranter: 5 In een stad kun je helemaal jezelf zijn: 4 Als je jong bent, moet je eigenlijk in een stad wonen: 5 Het leven in een stad is interessanter dan in een dorp: 2 In een stad kijkt niemand naar je om: 2 In een stad is het gevaarlijk: 2 Ik zou later wel in de stad willen wonen: 4 Wie van uitgaan houdt, moet eigenlijk in een stad wonen: 3 De mensen in een stad zijn ongelukkiger dan mensen van buiten: 5 In een stad leef je pas echt: 5 Kunst en cultuur komen alleen in een stad tot bloei: 5
Opdracht 2 Oud-Beijerland:
Musea: In het monumentale pand \"het Oud Raadhuis\", dat te vinden is in het centrum van Oud-Beijerland, zijn twee musea gevestigd, namelijk de Stichting Het Oude Raadhuis en het Archeologisch Museum Hoeksche Waard. Verenigingsgebouwen: Een groot aantal van deze activiteiten, zoals de kunstuitleen en theatervoorstellingen, vinden plaats in het sociaal-cultureel centrum De Lindenhoeve. Ook is men plaatselijk heel actief in het organiseren van cursussen op allerlei gebieden. Bibliotheken: In Oud-Beijerland is één centrale bibliotheek gevestigd in gebouw \"De Lindenhoeve\". U kunt hier terecht voor het lenen van boeken, beeld- en geluidsdragers. Daarnaast bestaat er ook de mogelijkheid om informatie te zoeken via internet.
Hoeksche Waard:
Musea: Oranjemuseuam in ’S-Gravendeel Een verzameling van het konigshuis.
Het Poldermuseum
In het strakke, open landschap van de Hoeksche Waard ligt een bijzonder stukje cultureel erfgoed. Het bestaat uit twee panden: het statige ambachtsherenhuis \"Hof van Assendelft\" en de zeventiende-eeuwse boerderij Oost-Leeuwenstein. Samen vormen zij het grootste streekmuseum van Nederland: het Streekmuseum Hoeksche Waard.
Naast een uitgebreid genealogisch archief beschikt het over een keur aan historische voorwerpen. Van kunstzinnig gegraveerde drinkbekers tot Oud-hollandse klederdrachten.
Rotterdam:
Musea: Belasting & Douanemuseum
Brillenmuseum (Kortland Kollektie)
Centrum Beeldende Kunst
Chabot Museum
Havenmuseum
Historisch museum Rotterdam De Dubbelde Palmboom
Historisch Museum Rotterdam Schielandhuis
Historische collectie politie Rotterdam-Rijnmond
Home of History / Stadion Feijenoord
Keramiek Museum
Kralingse Karottenfabriek
Kunsthal Rotterdam
Mariniers Museum
Maritiem Museum Rotterdam
Museum Boijmans Van Beuningen.
Museum Hillesluis
Museum Oud-Overschie De Hoop doet Leven
Museum Stoomdepot Stoomstichting Nederland
Museum voor Keramiek Pablo Rueda Lara
Museumwoning De Kiefhoek
Nationaal Schoolmuseum
Nationaal Veerdienstmuseum
Natuurmuseum Rotterdam
Nederlands Architectuurinstituut (NAI)
Nederlands Economisch Penningkabinet
Nederlands Fotomuseum
Nederlands Kustverlichtingsmuseum in De Vuurtoren
Nederlandse Kustverdediging / Het Fort
Oorlogsverzetmuseum
Openbaar Vervoer Museum
Oude Jacob Catshuis, Het
Rotterdams Radio Museum
Rotterdamsch Trammuseum
Schielandshuis, Het / Atlas van Stolk
Scouting Museum de Ducdalf
Snuiftabak/Specerijenmolens De Ster en De Lelie
TENT.Centrum Beeldende Kunst
Toy-Toy Museum
Wereldmuseum Rotterdam
Wijkmuseum Katendrecht
Witte de With, Centrum voor hedendaagse kunst
Theaters/concertzalen: Ahoy\' Rotterdam
Bibliotheektheater
De Doelen
Jeugdtheater Hofplein, Grote zaal
Jeugdtheater Hofplein, Kleine zaal
Luxor, het nieuwe theater
Luxor, het oude theater
Maatwerk Theater
Muziekcafe Rotown
Nighttown
Nighttown Cafe/Theater
Odeon
Onafhankelijk Toneel
Prinses Theater
RO-theater
Rotterdamse Schouwburg
Theater ‘t Kapelletje
Theater De Evenaar
Theater Hal 4
Theater Lantaren/Venster
Theater West
Theater Zuidplein
Wijktheater Musica
Zaal De Unie
Bibliotheken: Bibliotheek (Centrale)
Bibliotheek Afrikaanderwijk
Bibliotheek Alexanderpolder
Bibliotheek Beverwaard
Bibliotheek Blijdorp
Bibliotheek Bloemhof
Bibliotheek Charlois
Bibliotheek Crooswijk
Bibliotheek Delfshaven
Bibliotheek Feijenoord
Bibliotheek Hillegersberg
Bibliotheek Hoek van Holland
Bibliotheek Hoogvliet
Bibliotheek IJsselmonde
Bibliotheek Lombardijen
Bibliotheek Nieuwe Westen
Bibliotheek Ommoord
Bibliotheek Oude Noorden
Bibliotheek Oude Westen
Bibliotheek Overschie
Bibliotheek Pendrecht
Bibliotheek Schiebroek
Bibliotheek Vreewijk
Bibliotheek Zuidwijk
RotterdamNet
Bioscopen: Cinerama
Lantaren-Venster
Pathé De Kuip
Pathé Schouwburgplein
2. Ja, ik verveel me meestal niet. Het zou wel leuk zijn als er nog een bioscoop zou komen, maar daar is denk ik te weinig animo voor. Of een paar leuke uitgaansgelegenheden erbij.
Opdracht 3.
Afdeling 2.
Opdracht 2.
1. –
2. Ik vind het wel een mooi goedicht, het geeft wel een beetje het leven in de stad weer.
3. Bij Blues krijg ik een beetje een licht gevoel. Het zweeft een beetje en daar houd ik wel van.
4. Dromen naar een betere wereld ofzo.. Nu leeft de persoon in het gedicht armoedig, en zou graag in de stad in een mooi huis willen wonen, waar iedereen van iedereen houdt.
5.
9.
Ik, Jan Cremer
Het geheim van Rotterdam
Dagboek van Anne Frank
De man in het Vondelpark
Turks fruit
Oliver Twist
Miss Saigon
Chicago
De koning van Katoren
Oh, oh Den Haag
New York, New York
Tulpen uit Amsterdam
Opdracht 3. 1 Ja, het wekt een goede sfeer op en je herkent elementen in zowel het gedicht als de foto’s. 2 Deze atmosfeer wordt opgeroepen door stedelijke elementen, zoals de betegelde grond, de gracht en panden en de kleren die de mensen dragen. 3 Door de compositie van 1a word je gedwongen om naar het midden te kijken, bij 1b naar links. 4 Bij 1a kijkt de persoon naar iemand anders alsof hij staat te wachten en bij 1b kijkt de persoon een beetje verdrietig of enorm vermoeid weg.
Opdracht 5.
Alles bij elkaar staat hieronder samengevat:
In het zuiden van de VS werkten in de slavernijperiode veel slaven uit Afrika. Zij wilden graag de muziek van hun voorouders blijven spelen. Maar sommige eigenaren van plantages probeerde dat te verhinderen door de slaven te verbieden trommels te gebruiken. Trommels werden in Afrika ook gebruikt voor communicatie (in tijden van oorlog bijv.) en dat wilden de plantage eigenaren natuurlijk niet.
De slaven begonnen daarom op andere instrumenten te spelen, zoals snaarinstrumenten en trompetten. De ritmes van hun voorouders probeerde ze toch zo veel mogelijk in hun muziek te verwerken en zo ontstond de blues.
De meeste teksten in de vroegere bleus gingen over de ellende van de slaven. De blues muziek (nog geen hiphop) wordt gekenmerkt door twee elementen: gesyncopeerde ritmes (een tegen de maat in gaand ritme, komt echt van de Afrikaanse drum) en bleu notes (dat zijn noten die anders worden gespeeld dan je zou verwachten in een bepaald liedje). Op een gegeven moment (na de afschaffing van de slavernij) trok een deel van de zwarte bevolking van het platteland van de VS naar de grote steden. Toen ontstond er Jazzmuziek.
Terwijl de blues een vrij langzaam karakter heeft werd de stadse jazz gekenmerkte door uptempo ritmes. Dat komt natuurlijk door het snellere leven in de grote stad! Tot de familie jazz behoren swing bebop spirituals en de gospel songs.
Na de tweede wereld oorlog ontstaan genres zoals rythm and blues en rock and roll De jaren 60 werden gekenmerkt door de opkomst van soul music Soul vindt zijn oorsprong in de doo-wopgroepen van de jaren 50 en het gospel genre. Artiesten zoals James Brown gaven
De sentimentele soul met hun rouwe stijl een duwtje in de richting van de funk. Deze fusie van soul en rythm and bleus gespeeld op elektrische rockinstrumenten levert een swingend genre op en werd al snel een ware rage in de VS. Diskjockeys (de dj\'s) draaide de funk regelmatig in clubs en feesten op hun sound systeem, een enorme geluidsinstallatie.
Een van deze dj\'s heette Clive Cambell, alias Kool Herc, een Jamaicaan van oorsprong. Hij vond dat de instrumental breaks (het gedeelte in een nummer waarin alleen de instrumenten erop los jammen) Het plubliek het meeste aanzetten tot dansen. Het probleem was dat deze instrumental breaks te kort waren, maar hiervoor vond hij al snel een oplossing: hij gebruikte twee dezelfde platen en twee platen spelers, en zo herhaalde hij steeds dezelfde break r door zijn eigen verlengde versie van een nummer maakte. Deze continue beat noemde hij toepasselijk een break beat. De breakbeat had al snel fans: de b-boys (beat boys). Ze dansten op deze nieuwe muziek en deden allerlei acrobatische trucs. Zo ontstonden de breakdance. In eerste instantie ging die overgang van de ene breakbeat naar de andere nog vrij stuntelig. Daarom sprak de dj tijdens zon overgang tegen het plubliek, dan viel het gestuntel minder op. Omdat de dj\'s zich moesten bezighouden met de techniek van het mixen gaven ze de microfoon aan iemand anders, zodat die het publiek en de b-boys kon aansporen. Deze sfeermakers werden de Mc (master of ceremonies of mike controller) genoemd. De mc zweepte het plubliek op met kreten zoals, everybody say ho! of trow ya hands in the air and wave em like ya just don’t care!. Al snel wilden ze meer doen dan alleen maar de menigte opzwepen. Ze ontwikkelden een manier om hun boodschappen ritmisch op de muziek te laten klinken de rap.
Opdracht 9. 1. zie bijlage
2. Een tag is kunst indien:
- er meer te zien is dan alleen letters
- de techniek bijzonder is
- het een hele originele tag is
het een tag is van een bekende graffitischrijver, passend in zijn hele oeuvre.
- De vorm v.d. letters, het kleurgebruik en de betekenis goed bij elkaar aansluiten.
3.a. – Het werk bestaat uit drie even grote delen (panelen), de scheiding tussen de delen is goed te zien. - Het is een complexe compositie die niet snel en spontaan gespoten is. De graffiti is zeer gederailleerd, dat zul je niet snel zien op een straat(muur)-graffiti. - De verf is op verschillende manieren gebruikt: vloeiende grote vlekken (Bijvoorbeeld het blauwgroene) en de strakke zwarte lijnen. Dat is haast onmogelijk op een poreuze muur. b. Vermoedelijke volgorde: - Van de belangrijkste vormen (trein, brug, horizon, wolkenkrabber, vrijheidsbeeld, wolken, notenbalk) - Kleuren van de achtergrondvlakken (o.a. oranje geel groen blauw) - Inkleuren van de vorm - Zwarte lijnen - Noten, teksten, detaillering - Titel (sky’s the limit 83) c. Het vrijheidsbeeld in combinatie met de wolkenkrabbers van Manhattan en graffiti op de subway. Op de getekende ondergrondse op de brug staat York. d. Zijn tag Blast is te zien op het onderste paneel, bovenaan in het blauwe vlak tussen de zwarte stippels. e. Er zijn verschillende aanwijzingen dat graffiti niet tegen te houden is, de schrijvers zullen doorgaan met het maken ervan: - Het vrijheidsbeeld draagt een radio waar muziek uit komt: Sky is the limit, het vrijheidsvuur omringt de tekst met vlammen. - De zwarte stippels verbinden de tag van de schrijver aan de ene kant met de graffiti en aan de andere kant met het vrijheidsbeeld, de muziek en de lucht. Ook blast is niet te stoppen, hij wil in vrijheid blijven schrijven en hij laat zich door niemand tegen houden. De maker van de graffiti is dus tegen de acties van de Oud-burgemeester
Opdracht 14 2. 6a: de hoge huizen doen mij aan een stad denken, hoewel het zo leeg is dat het niet zo stads meer is. et licht komt van linksachter,lage zon, het is een lege straat, en het heeft een donkere lucht, wat het schilderij mysterieus maakt. 6b: de drukte en chaos doen me aan de stad denken, het ziet er heel erg ongeorganiseerd uit, de mensen zijn in het zwart, waardoor het er niet gezellig uitziet. 6c: de huizen op de achtergrond doen me aan een stad denken, maar de rest lijkt meer op een industrieterrein. Er gaat heel veel om op dat schilderij, het ziet er erg druk uit, door de kleuren is het ook wel vrolijk. 6d: de drukte van de markt doet me aan de stad denken, het ziet er druk uit, een beetje somber door de bruine kleuren.
3. 6a: hierin ben je betrokken omdat je aan de onderkant van het schilderij de straat ziet en aan de bovenkant de lucht, zodat het lijkt alsof je in de straat staat. 6b: van een afstand, want je ziet mensen schuin van boven, wat betekent dat ze onder je lopen, hierdoor kan je de straat overzien. 6c: je ziet deze stad van een afstand, onder in het hoekje zie je een richel, waar je dus op staat, waarvandaan je dus de stad bekijkt. 6d: hier ben je in betrokken, het is vanuit gezichtsniveau geschilderd, de mensen lijken om je heen te staan.
4a. 6a: geel en paarse pastelkleuren, maakt het nog leger, de lage zon werpt grote schaduwen waardoor het nog mysterieuzer wordt. 6b: zwart, het staat in contrast met de kleur van de straat, waardoor het meer opvalt. 6c: rood-achtig bruine kleuren om van de kleine details een geheel te maken. 6d: donkere, bruine kleuren laten alles in de verte in elkaar overgaan, maakt het herfstig, en druk.
b.
6a: gemaakt met olieverf en een zeer dunne kwast waardoor het net echt lijkt
6b: aquarel, maakt het slordig, waardoor het chaotische naar voren komt.
6c: met een dunne kwast, dat maakt het strak
6d: een ietwat dikke kwast, of dikke verf, waardoor het drukker lijkt.
5.
6c: laat de grootste beelduitsnede zien.
6d: lijkt het meest een dichtbij-opname
6c: lijkt en industriestad, in het centrum veel hoge gebouwen, en eromheen veel industrie, niet veel natuur, geen grachten ofzo.
6d: oude, hoge gebouwen, gezellig, brede straten.
6a: spreekt mij het meest aan omdat het heel echt lijkt, brengt je echt de sfeer van het schilderij, de mysterie.
Opdracht 16 1. Eigenlijk niks behalve dat hij een schilder was en dat hij vrij abstract schilderde geloof ik. 2. Pieter Cornelis Mondriaan werd op 7 maart 1872 in Amersfoort geboren. In 1889 behaalde hij zijn diploma voor tekenonderwijs op op lagere scholen en in 1892 behaalde hij het diploma dat hem recht gaf om ook op middelbare scholen tekenonderwijs te geven. Vervolgens is hij avondcursussen aan de Rijksacademie in Amsterdam gaan volgen.
Mondriaan schilderde in die tijd best veel, waarvan het merendeel in naturalistische en impressionistische stijl.
Van 1908 tot 1910 woonde Mondriaan in het Zeeuwse plaatsje Loverendale. Gedurende deze periode schilderde hij een serie schilderijen van de kerktoren van Domburg. In 1910 verhuisde Mondriaan naar Amsterdam. Hij wordt lid van een schildersgenootschap
waardoor hij in contact komt met de symbolist Jan Toorop en met enkele pointillisten. Mondriaan werd door hun werk beïnvloed en begon zelf met het symbolisme en pointillisme te experimenteren.
Aan het eind van 1910 komt Mondriaan in het bestuur van de \'Moderne Kunstkring\' in Amsterdam. In 1911 werd er in Amsterdam een tentoonstelling van Franse Kubistische schilderkunst gehouden, waar Mondriaan zeer van onder de indruk raakte. Al vrij snel na de tentoonstelling besloot hij dan ook naar Parijs te verhuizen en begon met het maken van kubistische schilderijen. In die tijd was Parijs \'the place to be\' voor artiesten. Mondriaan kreeg in Parijs de kans om aan vele internationale tentoonstellingen deel te nemen en hij ontving vele lovende kritieken.
Wegens ziekte van zijn vader werd Mondriaan in 1914 gedwongen naar Nederland terug te keren. In Nederland was hij door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog genoodzaakt te blijven.
Hij verhuisd meerdere malen en komt uiteindelijk in Laren te wonen. Hier komt Mondriaan in contact met Theo van Doesburg, die leden voor de Stijl zoekt (1915). De Stijl is te herkennen aan het gebruik van rechte horizontale of verticale lijnen en de primaire kleuren rood, geel en blauw. Verder werden de kleuren zwart, wit en grijs gebruikt en het geheel lijkt bijna een technisch geconstrueerd geheel. Het was niet zozeer de bedoeling om iets concreets te vertellen of weer te geven, maar uit alle werken komt wel altijd duidelijk de ideale harmonie naar voren. Mondriaan was onder de indruk van de ideeen van Theo van Doesburg, maar hij besloot pas definitief om lid te worden van de groep nadat hij in1916 Bart van der Leck ontmoette.
Als lid van de Stijl kreeg Mondriaan zijn eigen programma in het tijdschrift \'de Stijl\'. Zijn programma heet \'De nieuwe beelding in Schilderkunst’. Hij probeerde zijn principes en ideeën, tevens de principes en ideeën van De Stijl, duidelijk te maken. Dit waren voornamelijk zuiver geometrisch-abstracte schilderijen.
In 1919 , na de oorlog, verhuisde Mondriaan weer naar Parijs, waar hij weer op zijn oude adres kon wonen. Ter gelegenheid van zijn vijftigste verjaardag werd in 1922 in het Stedelijk Museum in Amsterdam een overzichtstentoonstelling van zijn werk gehouden. Mondriaan reisde naar Nederland Holland en kwam daardoor in contact met de architect Oud. Deze hechte vriendschap eindigde al in hetzelfde jaar door een meningsverschil over de betekenis en de rol van de architectuur in de maatschappij.
Vlak na het einde van deze vriendschap werd Mondriaan lid van de internationale Parijse kunstenaarskring \'Cercle et carré\'. Hier ontmoet Mondriaan o.a. Wassily Kandinsky (lid van \'Der Blaue Reiter\', een onderdeel van hetexpressionisme).
In 1925 eindigde de lange en zeer hechte vriendschap met Theo van Doesburg. Dit kwam doordat Van Doesburg ondanks de principes van De Stijl en hun eigen principes, toch met de kleur groen en met diagonale lijnen ging experimenteren. Theo van Doesburg stapte uit De Stijl startte al snel een nieuw genoodschap met de naam \'Abstraction-Creation\'. Dit betekende het einde voor De Stijl, hoewel de overige leden doorgingen met het naleven en uitdragen van de ideeen en principes.
Al snel begint Mondriaan ook met diagonale lijnen en andere kleuren te experimenteren. In 1929 ontmoeten Mondriaan en Van Doesburg elkaar weer en raken wederom bevriend. Mondriaan besluit lid te worden van het nieuwe kunstenaars genoodschap van Van Doesburg, \'Abstraction-Creation\'.
In 1938 verhuisde Mondriaan door de dreiging van het Nazi-Duitsland naar Londen. En in 1940 verhuisde hij naar New York na het Duitse bombardement op Londen. Mondriaan bleef in New York tot hij stierf in 1944. Tijdens deze jaren in New York werd hij omringd door een groep jonge Amerikaanse kunstenaars.
Gedurende zijn leven werd Mondriaan vaak beinvloed door de mensen waarmee hij in kontakt kwam. Toch kunnen we Mondriaan als een van de belangrijkste kunstenaars van De Stijl beschouwen en heeft hij op zijn beurt weer vele mensen weten te inspireren.
REACTIES
1 seconde geleden