Inleiding Mijn werkstuk gaat over de Apartheid. Ik heb dit onderwerp gekozen, omdat ik er nog erg weinig over wist, maar het leeft nog steeds. Iedereen heeft er wel een menig over en het is nog regelmatig in het nieuws. Ik wist dus vrij weinig van de Apartheid en daarom ben ik op onderzoek gegaan met deze vraag in mijn hoofd: Waarom was er in Zuid-Afrika een systeem van Apartheid mogelijk en waarom kon hij ook weer eindigen?? Eerst had ik samen met mijn geschiedenis lerares een andere vraag, namelijk waarom was er juist in Zuid-Afrika een systeem van Apartheid mogelijk? Maar ik heb achteraf besloten deze hoofdvraag te veranderen. Dit omdat ik met de oorspronkelijke hoofdvraag eigenlijk de hele wereld zou moeten betrekken. Waarom JUIST in Zuid-Afrika en dus waarom niet in andere landen. Het onderwerp zou dan te groot worden leek mij. Een ander ding wat ik niet goed vond aan de oorspronkelijke vraag was dat ik in principe niets zou hoeven te weten te komen over de afloop van de Apartheid. En dat vind ik toch wel een belangrijk deel van de hele Apartheid geschiedenis. Maar goed mijn hoofdvraag is dus: Waarom was er in Zuid-Afrika een systeem van Apartheid mogelijk en waarom kon het ook weer eindigen. Deze vraag ga ik beantwoorden aan de hand van de volgende deelvragen: 1. Wat is de voorgeschiedenis van Zuid-Afrika? 2. Hoe begon de “Apartheid”? 3. Hoe verliep de “Apartheid”? 4. Hoe was het verzet van de zwarte mensen tegen de “Apartheid”? 5. Wat was het echte einde van de “Apartheid”?
Vraag 3 + 4 zijn niet direct nodig om de hoofdvraag te beantwoorden, maar zijn wel nodig om het werkstuk tot een lopend verhaal te maken.
1. Wat is de voorgeschiedenis van Zuid-Afrika? De oorspronkelijke bewoners van Zuid-Afrika zijn van verschillende stammen en bevolkingsgroepen, zoals Zoeloe en Swazi. Allemaal met een donkere huidskleur. Zij leefden naast en met elkaar. Natuurlijk hadden ook zij hun oorlogen, maar die gingen over land en grondgebied. Er was toen nog geen echte republiek. Alle volkeren leefden naast elkaar en hadden geen echte grenzen zoals we die nu kennen. De mensen waren in de steentijd nomaden. Ze leefden van knollen en wortels en ze hielden hun eigen vee. Later begonnen zij hun eigen handel. Het volk ‘Sotho’ bijvoorbeeld ging aan mijnbouw doen en de stoffen die ze uit grond haalden (o.a. goud en ijzererts) gebruikten ze om gereedschap te maken en om mee te handelen. Een ander volk handelde in ivoor met Portugal. In de tijd dat de oorspronkelijke bewoners hun handel een beetje op gang lieten komen, besloot de Vereenigde Oost-Indische Compagnie om van Kaap de Goede Hoop een verversingspost en de inwoners tot slaven te maken. Zo gezegd, zo gedaan en op 6 april 1652 werd Kaap de Goede Hoop een belangrijke verversingspost voor Nederlandse schepen die naar Oost-Indië voeren en hielpen de zwarte mensen onbetaald mee op het land. Ook voor andere landen, zoals Portugal en Groot-Brittannië, werd Kaap de Goede Hoop een belangrijke verversingspost. Dit leidde tot een opbloeiende handel van Kaap de Goede Hoop. De boeren (oorspronkelijk van Franse, Duitse en Nederlandse oorsprong) hadden niet meer genoeg land om hun vee te laten grazen dus trokken zij oostwaarts het land in. Daar kwamen ze andere boeren, de oorspronkelijke bewoners, tegen die hetzelfde idee hadden, alleen dachten zij het voedsel voor hun vee in het zuiden en westen te kunnen vinden. Dit leidde dus tot problemen. Na ongeveer 50 jaar na aankomst vonden de kolonisten dat ze niet genoeg vertegenwoordigd waren in de regering. De Politieke Raad en de Raad van Justitie waren de regeringslichamen toen. De kolonisten wilden een zelfbestuur. Maar de VOC weigerde dit verzoek in 1784. De kolonisten lieten het er niet bij zitten en in februari 1795 schudden zij het bestuur van de VOC van zich af en gingen de districten Graaff-Reinet en Swellendam ‘zichzelf besturen’ maar ze waren nog wel direct onder het gezag van de Nederlandse Republiek. Dit duurde niet lang. Groot-Brittannië vond Zuid –Afrika namelijk steeds interessanter worden om zelf te hebben, dus in 1795 veroverden zij Zuid-Afrika. Hiermee kwam gelijk een eind aan de zelfbesturen van de twee districten. In 1806 kwam Zuid-Afrika weer onder het gezag van de Bataafse Republiek, dankzij “de Vrede van Amiens”. Ook dit was voor korte duur, want in 1806 herveroverde Groot-Brittannië Zuid-Afrika en in 1814 mochten zij het blijvend houden. Maar dat Groot-Brittannië het in bezit mocht houden bracht ook een aantal problemen met zich mee. Zoals hierboven al eerder vermeld gingen de boeren en de oorspronkelijke bewoners naar een andere kant van het land om hun vee te laten grazen. De Boeren naar het oosten en de oorspronkelijke bewoners naar het westen. In een poging de vrede te bewaren trachtten eerst de VOC en daarna de Britten blanken en zwarten te scheiden en onder de Britse gouverneur Lord Charles Somerset (1814-1828) werd zelfs een neutrale zone ingesteld. Erg effectief was deze maatregel niet en het optreden van de Britten krenkte de Boeren erg. De Britten hadden namelijk het engels tot enige officiële taal gemaakt, ook in het onderwijs en ze hadden schotse predikanten benoemd. Maar een andere heel belangrijke maatregel die de Britten hadden genomen was de afschaffing van de slavernij. Dit was voor de Boeren heel nadelig, omdat ze nu geen gratis arbeidskrachten meer hadden. De oorspronkelijke bewoners die richting Kaap de Goede Hoop gingen werden eerst met militair geweld tegengehouden, maar uiteindelijk wisten de Britten met de leiders van de verschillende stammen enkele overeenkomsten te sluiten en was het weer rustig. Ondertussen hadden al deze bovenstaande factoren ervoor gezorgd dat de Boeren in 1835 weggingen uit Kaap de Goede Hoop. Ze vonden dat ze niet goed behandeld werden en dat de zwarte mensen steeds meer invloed kregen. Toen de boeren met z’n allen tegelijk weggingen werd dit de Grote Trek genoemd. De Boeren gingen naar het oosten van Zuid-Afrika en stichtten daar een nieuwe republiek Natalia met een eigen gekozen Volksraad. De Britten vonden dit helemaal niet cool, dus veroverden zij het gebied om die nieuwe republiek heen. Zo zou Natalia omringd zijn door Brittannië. In 1848 probeerde de Britten Natalia met geweld in te nemen, maar dit mislukte. In 1852 moest Groot-Brittannië Natalia als soevereine republiek erkennen en twee jaar later in 1854 ook de twee nieuwe republieken Transvaal ‘Zuid-Afrikaansche Republiek’ en “Oranje Vrijstaat”. Wat opviel in deze twee republieken was dat er een strenge lijn was op het gebied van huidskleur. Blank bleef bij blank en alle andere huidskleuren anders dan de blanke huidskleur werd apart gehouden. Ze werden gescheiden in staat en kerk. Groot-Brittannië was met de erkenningen van de twee nieuwe republieken niet blij. Zeker niet toen bekend werd dat er in de Oranje Vrijstaat grote diamantvelden waren en in de Transvaal grote goudmijnen. Ze probeerden deze gebieden dus weer in te nemen. De Boeren waren hier niet blij mee en begonnen de Eerste Boerenoorlog. Die eindigde in 1881. Toen in 1885 bekend werd dat er ook in de Witwatersrand heel veel goud zat, deden de Britten een nieuwe poging om Zuid-Afrika in te nemen. Elk Bantoe gebied (Bantoe is een verzamelnaam voor de verschillende volkeren in (Zuid-) Afrika) werd ingenomen en uiteindelijk werden de Oranje Vrijstaat en de Transvaal omringd door Groot-Brittanië. Na een aantal politieke spelingen liep het uit op een Tweede Boerenoorlog. Die duurde van 1899 tot 1902. Door een verdrag die de Oranje Vrijstaat en de Transvaal hadden gesloten waren ze aan elkaar verplicht elkaar te helpen, wanneer een van de twee aangevallen zou worden. Aan dit verdrag gingen zij ook ten onder en Groot-Brittannië was weer de baas in Zuid-Afrika. Vijf jaar later, in 1907, mochten Transvaal en Oranje Vrijstaat een zelfbestuur oprichten. Dit was iets wat de Kaapkolonie en Natal al sinds de vorige eeuw hadden. Samenvatting: Zuid-Afrika begon dus als een verversingspost van de VOC. Hier gingen kolonisten blijvend wonen en leven. De zwarte mensen maakten ze tot slaven. (dit was dus eigenlijk al een klein begin van de “Apartheid”.) Groot-Brittannië veroverde Zuid-Afrika in 1795, vanwege de gunstige ligging en later ook vanwege het goud en diamant dat er werd gevonden. De kolonisten waren het niet met de verovering door Groot-Brittannië eens en ook hun aanpassingen vonden ze niks. Hieruit ontstonden de Grote trek en de Boerenoorlogen. Deze hebben geleid tot scheiding tussen blank en zwart. Daar hebben de Britten voor gezorgd omdat ze bang waren voor escalaties tussen de oorspronkelijke bewoners en de kolonisten.
2. Hoe begon de “Apartheid”? Op 31 mei 1910 werden de 4 zelfregerende kolonies, Oranje Vrijstaat, Transvaal, Natal en Kaapkolonie, samen 1 unie. De Unie van Zuid-Afrika. Louis Botha werd de eerste premier. Zijn aanhangers (o.a. Smuts en Hertzog) organiseerden zich als Suid-Afrikaanse Party. Deze partij was erg pro-Groot-Brittannië, zo erg zelfs dat een aanhanger van Botha, meneer Hertzog, het nodig vond om in 1912 uit de partij te stappen en de “Nasionale Partij” te vormen in 1913. Deze groep was in het begin klein, maar kreeg veel bijval toen Botha in 1914 Groot-Brittannië in de oorlog tegen Duitsland wilde helpen en het parlement besloot om Zuid-West Afrika aan te vallen. De mensen van de Nasionale Partij vonden het maar niks dat Zuid-Afrika voor Groot-Brittannië moest vechten. Zij wilden los van Groot-Brittannië komen en dus ook niks met hun oorlogen te maken hebben. De meeste Afrikaners waren het wel met de beslissing van Botha eens en hielpen met het veroveren van Zuid-West-Afrika. In 1919 overleed Botha en werd Smuts premier. Maar door de oorlogen en een staking die Smuts met militair geweld had neergeslagen was hij niet erg populair bij het volk en dus moest hij zijn plaats in 1924 alweer afstaan aan Meneer Hertzog, de leider van de Nasionale Partij. Deze heeft meteen de Afrikaanse tot tweede officiële taal gemaakt. In 1930 was er in de hele wereld een economische crisis. Zo ook in Zuid-Afrika. En de crisis trof Zuid-Afrika hard. Door de crisis wilden steeds meer mensen dat de Suid-Afrikaanse Partij en de Nasionale Partij samen gingen werken. Hertzog en Smuts deden dit en ze hadden succes. De overgrote meerderheid van de Afrikaanse bevolking koos in 1933 voor deze twee leiders. Hierdoor werden de twee leiders steeds meer met elkaar verbonden en in 1934 versmolten de Suid-Afrikaanse Partij en de Nasionale Partij tot de Verenigde (S.A.Nasionale) Partij. Hier werd Hertzog de leider van en Smuts de onderleider. In 1936 werd er een nieuwe wet aangenomen waarin stond dat de zwarte mensen uit de Kaapkolonie geen stemrecht meer hadden en in plaats daarvan 3 blanke vertegenwoordigers in de Volksraad kregen. Ook zorgde de twee nieuwe leiders ervoor dat de mensen nationalistischer werden. Ze werden steeds meer Anti-Brits en pro- Zuid-Afrika. Midden in deze ontwikkeling kwam de oorlogsverklaring van Groot-Brittannië aan Duitsland in het begin van september 1939. Hertzog wilde neutraal blijven, maar dit voorstel werd verworpen. Smuts wilde wel gaan vechten. Door deze gebeurtenis wilde Hertzog geen premier meer zijn en dus werd Smuts premier. Hertzog en zijn volgelingen vormden een nieuwe partij: de Herenigde Nationale Partij. Na de Tweede Wereldoorlog veroverde Zuid-Afrika Namibië. Hier waren de Verenigde Naties het niet mee eens en hierdoor werden de verhoudingen tussen Zuid-Afrika en Verenigde Naties slecht. Dit kwam de binnenlandse politiek ten goede, omdat er nu bijna niemand was die de plannen van Zuid-Afrika kon tegenhouden. In 1948 behaalde de Herenigde Nasionale Partij een stembusoverwinning. Zij hadden toestemming van het volk gekregen voor een programma, waarin de scheiding tussen blanken, kleurlingen, Aziaten en zwarten een hoofdrol speelde. De overwinning was vooral te danken aan de steeds groter wordende groep van Afrikaners en het pas ingevoerde kies-stelsel volgens districten. 1948 was dus het echt begin van de apartheid. Samenvatting: de 4 staten die in het begin van 1900 waren gevormd smolten samen in 1 unie. Zuid-Afrika. In 1910 kwam ook de eerste politieke partij van Zuid-Afrika, de Suid-Afrikaanse Partij, waarvan Botha de premier was. Maar deze partij was erg voor Groot-Brittannië en aangezien een aantal mensen dat absoluut niet zagen zitten, kwam er in 1912 een nieuwe partij, de Nasionale Partijonder eiding van meneer Hertzog. Maar onder andere door de wereldcrisis van 1930 kwamen de twee partijen weer tot elkaar in de ‘nieuwe’ partij S.A. Nasionale Partij. Weer waren er meningsverschillen, en weer gingen ze over de invloed van en de hulp aan Groot-Brittanië. En weer was het Hertzog die uit de partij stapte en een nieuwe partij oprichtte. De Herenigde Nationale Partij. Omdat Smuts premier was, werd Groot-Brittanië zo veel mogelijk geholpen door Zuid-Afrika. Na de Tweede Wereldoorlog veroverde Zuid-Afrika Namibië. Hier waren de Verenigde Naties het absoluut niet mee eens en zij bemoeiden zich niet meer met Zuid-Afrika wat zuid-Afrika wel goed uitkwam, want nu konden ze ongestoord hun gang gaan. Bijvoorbeeld met het beginnen van een apartheid, zoals in 1948 gebeurde.
3. Hoe verliep de “Apartheid”? De apartheid was een sterke scheiding tussen de verschillende mensen rassen in Zuid-Afrika. Juridisch betekende dit dat huwelijken tussen blank en zwart werden verboden (1949) en in 1950 werd geslachtsgemeenschap tussen blanken en kleurlingen (dit waren meestal halfbloeden) verboden. Geslachtsgemeenschap tussen blank en zwart was al sinds 1927 verboden. In 1950 werd ook een zogenaamde Groepsgebiedenwet aangenomen. Deze wet hield in dat steden en landelijke gebieden werden ingedeeld voor exclusief gebruik van de verschillende bevolkingsgroepen. Een derde wet die in 1950 werd aangenomen was de wet tegen het communisme. Deze wet bemoeilijkte het verzet tegen de Apartheid. In 1953 kwam er een nieuwe wet waarin stond dat de zwarte mensen een ander soort onderwijs kregen. Dit onderwijs voor de zwarte mensen was kwalitatief veel minder dan het onderwijs voor de blanke mensen. Maar nu vonden de blanken nog steeds dat de zwarte mensen te veel mochten. Dus tussen 1959 en 1971 werden het recht op vergadering, het recht op vereniging en het recht op meningsuiting steeds strakker gemaakt. Zwarte mensen mochten niet meer bij elkaar komen of hun mening overal rond vertellen. Dit was een soort bescherming van de blanken. Wanneer zij de zwarte mensen hun gang zouden laten gaan, hadden ze elkaar kunnen opstoken en in opstand komen. En dat zou alleen maar problemen geven. En dat zou weer vervelend zijn voor de blanken mensen. Ook werd er steeds grotere censuur op de pers gelegd door de regering. In 1962 kwam er zelfs een wet die verzet tegen de apartheid aanleiding vond om de doodstraf te geven. Dit werd de wet van sabotage genoemd. De leiders (toen: meneer Verwoerd, hij was de premier en ook de grote man achter de apartheid.) van Zuid-Afrika werden steeds banger voor het verzet van de zwarte mensen, mede door de steeds fellere kritieken van de ‘African National Congress’ in 1952 en dus kwam er in 1963 een wet die het mogelijk maakte mensen 90 dagen op te sluiten zonder een proces te hebben gehad. In 1965 werd deze wet zelfs uitgebreid tot 180 dagen. Sociaal gezien was de apartheid absoluut geen pretje Je was volgens de wetten van Apartheid het laagste van het laagste als je een mens was met een zwarte huidskleur. Kleurlingen (dit waren meestal halfbloeden) waren wel weer een treetje hoger dan zwarte mensen op de sociale ladder, maar je was dan nog steeds niet veel. Na kleurlingen had je Indiërs. Ook dit was niet een echt gerespecteerd volk, maar omdat ze toch wat rijkdom hadden werden ze getolereerd. Het beste, hoogste, mooiste enzv. wat je kon zijn in Zuid-Afrika was blank. Als je blank was mocht je alles en kon je alles maken. Zeker ten aanzien van zwarte mensen. Als je blank was mocht je zwarte mensen vernederen, commanderen en in sommige gevallen zelfs mishandelen. Het was allemaal nauwelijks strafbaar, omdat de politie en de rechters allemaal blank waren. En de meeste blanken waren het wel met apartheidsbeleid eens. Als je zwart was, had je een eigen pasje. Op dit pasje stonden al je gegevens en je moest het altijd laten zien als een blanke persoon hierom vroeg. Ook moest je naar een speciale school voor zwarte mensen. Ook moest je in een ander gebied wonen dan de blanke mensen. Deze gebieden grensden aan de stad en waren door de blanke mensen gebouwd. Het enige voordeel aan deze “townships” was dat de elektriciteit en het water gratis waren. Maar deze townships waren alles behalve ideaal. Aan de door de blanken gebouwde huisjes kwamen allerlei aanbouwsels. De townships begonnen steeds meer op krottenwijken te lijken. De blanke mensen vonden deze krottenwijken geen gezicht en dus kwamen ze met een bulldozer even alle huisjes omver rijden. Je zag dan een paar dagen geen mensen in zo’n township, maar uiteindelijk kwamen ze toch terug, omdat ze gewoonweg nergens anders hadden om heen te gaan. Het werk dat door blanke mensen werd gedaan en het werk dat door zwarte mensen werd gedaan verschilde natuurlijk ook erg. De zwarte mensen werkten vooral in de goud- en diamantmijnen, terwijl de blanke mensen de “goede” baantjes hadden zoals bankmedewerker of in de politiek. Wat wel opviel was dat er in verhouding minder zwarte mensen werkeloos waren dan blanke mensen. Dit is waarschijnlijk ook een reden geweest waarom de meeste blanke mensen zo weinig tegen de apartheid hebben gedaan. Samenvatting: Vanaf 1948 kwamen er steeds meer wetten om blank en zwart te scheidden en gescheiden te houden. In sociaal en juridisch opzicht was het een hel om zwart te zijn. Je mocht niets en alles mocht ongestraft met je gedaan worden.
4. Hoe was het verzet van de zwarte mensen tegen de “Apartheid”? Het South African Native National Congress is in 1912 door zwarte mensen opgericht. Aanvankelijk stelde deze zwarte! politieke partij slechts beperkte eisen ten aanzien van sociale en politieke aanvaarding van de rijke zwarte mensen, maar vanaf 1923 begon de partij, die vanaf datzelfde jaar African National Congress heette, zich steeds meer in te zetten voor gelijkberechting van alle inwoners van Zuid-Afrika. In 1949 besloot de partij om met grotere middelen te werk te gaan. Al het voorafgaande wat het ANC had geprobeerd was op niets uitgelopen. Ze begonnen dus met onder andere boycots en stakingen. In 1952 gingen ze zelfs alle zwarten mensen oproepen om mee te doen met de massale ongehoorzaamheidscampagne. Dit hield in dat de zwarte mensen zich niet meer hielden aan de apartheidsregeltjes. Bijvoorbeeld door de “blanke” ingang in winkelcentra te gebruiken of dat ze identiteitspasjes weggooiden of verbrandden. Bij deze campagne werden 8500 mensen gearresteerd. Dit laat dus zien dat de blanken het (nog) absoluut niet met de zwarte mensen eens waren. Op het ANC congres in 1955 werd het “Handvest van de vrijheid” aangenomen. Dit was een soort blauwdruk voor een democratisch Zuid-Afrika waar de wet niet gebaseerd zou zijn op rassenscheiding. Een soort non-raciaal, democratisch Zuid-Afrika dus. Het ANC werkte samen met zijn blanke tegenhanger, Congress of Democrats (COD). Maar in 1959 besloot een deel van de aanhanger van het ANC zich af te splitsen van het ANC., omdat ze de samenwerking tussen het ANC en het COD niet goed vonden gaan. Zij splitsten zich af in een nieuwe partij, het Panafricanist Congress (PAC). Op 21maart 1960 hielden de beide (ANC en PAC) partijen samen een vreedzame protesttocht in Sharpville. Maar de blanken vonden deze demonstratie heel bedreigend, ook al werd er geen geweld gebruikt. De politie kwam er dus aan te pas en die hebben de demonstratie met vuurwapens uit elkaar gedreven. Na deze demonstratie werden het ANC en de PAC verboden. In de tijd dat bovenstaande allemaal gebeurde was Chief Albert John Lutuli de voorzitter van het ANC. Hij was bekend om zijn geweldloze verzet en kreeg daarom in 1960 ook een Nobelprijs voor de vrede. Maar hiermee was de situatie in Zuid-Afrika nog niet verbeterd. Er moest meer gebeuren om de Apartheid te stoppen. En dus riep Chief Lutuli alle landen om economische maatregelen tegen Zuid-Afrika te treffen, totdat er een zichtbare verbetering was in de situatie van de zwarte bevolking. Maar deze oproep had in het begin nog weinig succes. Toch moest er iets gebeuren. Toen besloot het ANC om over te gaan op gewelddadige acties in de hoop dat die wèl effect zouden hebben. Dit werd de Umkhonto we Sizwe groep. Oftewel “de Speer van het Volk.” Hiervan was Nelson Mandela de leider. Mandela werd de leider, omdat hij zich al een hele tijd had ingezet in het verzet tegen de apartheid. Hij was onder andere één van de leiders van een studenten staking in 1940 aan de Fort Hare universiteit. Ook was hij al een vooraanstaande leider van het ANC. In 1962 werd Mandela opgepakt door de Zuid-Afrikaanse regering omdat hij zonder toestemming het land had verlaten. Maar omdat Nelson Mandela in 1964 al werd opgepakt omdat hij de leider was van de Speer van het Volk en gevangen werd genomen op Robbeneiland werd Chier Tambo de vervanger van Mandela en dus leider van het ANC. In de tijd dat Mandela in de gevangenis zat, werd hij een soort nationaal symbool voor het verzet. Chier Tambo leidde het ANC vanuit het buitenland, omdat het onmogelijk was om de verboden partij binnen Zuid-Afrika te leiden. In 1966 werd Mijnheer Verwoerd vermoord door het “Speer van het Volk.” Het doel van het ANC bleef hetzelfde als eerst. Dus ze bleven streven naar een democratisch en non-raciaal Zuid-Afrika. Een andere anti-apartheids partij was de “South African Students Organisation” ofwel de SASO. Deze partij was opgericht in 1969 door Steve Biko en had als doel bevrijding van de zwarte bevolking op basis van zelfrespect en zwarte identiteit. De SASO richtte zich vooral op hulp aan de zwarte bevolking. Bijvoorbeeld door medische hulp en gerechtelijke ondersteuning. De mensen die deze hulp aanboden waren meestal zwarte studenten en de kerk. In 1972 kwam er een nieuwe anti-apartheids partij. Dit was de “Black People’s Convetion”. De partij was een samenvoeging van de SASO en een aantal andere partijen die in feite hetzelfde doel hadden als de SASO. Van deze BPC werd Steve Biko de president. Dit was op zich natuurlijk een grote eer voor hem, maar de Zuid-Afrikaanse regering zag Steve Biko als een steeds groter wordende bedreiging. In 1973 werd Steve Biko door de regering oficieel verstoten. Dit betekende dat hij zijn studie niet mocht afmaken, niet meer geciteerd mocht worden en dat hij niet meer dan één persoon tegelijk mocht spreken. Steve Biko liet het hier natuurlijk niet bij zitten en hij deed er alles aan om toch nog zoveel mogelijk mensen te bereiken. Hiervoor is hij vier keer gevangen genomen door de Zuid-Afrikaanse politie. De vierde keer dat hij gevangen is genomen is hij overleden door hersenbeschadiging. Hij werd dus zwaar gemarteld om maar informatie te geven. De dood van Steve Biko leidde tot een steeds groter besef van de rest van de wereld dat het absoluut niet kon wat er in Zuid-Afrika gebeurde. Samenvatting: Vanaf 1912 bestond het South African Native National Congress. Later in 1923 werd dit het African National Congress. De partij was aanvankelijk niet geaccepteerd door de blanke mensen. Toch bleef de partij vechten voor gelijkberechting en behandeling van zwarte mensen. Tot 1949 hadden ze zich redelijk rustig gehouden. Maar met het beginnen van de Apartheid begonnen ze steeds hardere acties te voeren. Vanaf 1952 riepen ze alle mensen op om mee te doen aan ongehoorzaamheidscampagnes en (geweldloze) protestacties. Maar de regering vond de situaties te bedreigend en verbood het ANC en zijn afgesplitste deel, het PAC. Binnenlands lukte het dus niet om wat aan de Apartheid te doen, dus Lutuli (toen voorzitter van het ANC) vroeg aan het buitenland om economische sancties en boycots totdat de situatie in Zuid-Afrika verbeterd zou zijn. Omdat deze oproep weinig effect had en geweldloos protest weinig effect had besloten de zwarte leiders om een partij op te richten die geweldvolle acties zou voeren. Dit werd de “ Speer van het Volk”. Mandela was hiervan de leider. Ook Steve Biko was een bekende verzetsstrijder. Hij was de leider van de SASO en hielp de zwarte bevolking zo goed als hij kon met medicijnen en voedsel. Hij is vanwege zijn hulp aan de zwarte mensen een aantal keer opgepakt door de Zuid-Afrikaanse regering. De vierde keer is hij doodgemarteld. Deze gebeurtenis begon de ogen van de rest van de wereld te openen en zij begonnen nu ook te zien dat wat er in Zuid-Afrika gebeurde eigenlijk niet kon.
5. Wat was het echte einde van de “Apartheid”? Bijna de hele wereld zetten in de jaren tachtig een steeds grotere druk op Zuid-Afrikaanse regering. Ze moesten wat aan de apartheid gaan doen, anders zouden er maatregelen komen, zoals boycots en economische sancties. De (toen nog) Europese Gemeenschap bijvoorbeeld hadden een boycot tegen Zuid-Afrika opgericht Deze boycot zou net zolang duren totdat de situatie in Zuid-Afrika verbeterd was. Ook in Zuid-Afrika kwam steeds meer het besef dat het zo niet langer kon. Vanaf 1987 waren de zwarte en de blanke mensen al met elkaar in gesprek over afschaffing van de apartheid. Aan het einde van de jaren tachtig kwam er eindelijk een kleine verbetering voor de zwarte mensen. President Botha was vertrokken en Frederik Willem de Klerk werd in 1989 als president gekozen. De Klerk was lid van de Nasionale Partij en was aanvankelijk erg conservatief. Hij stond toch wel bekend om zijn behoudendheid en zijn voorstandigheid voor de apartheid. Maar zodra hij president was geworden leken beide meningen te verdwijnen als sneeuw voor de zon. De Klerk werd een grote voorstander van de afschaffing van de apartheid. Op 2 februari 1990 begon hij met het legaliseren van het ANC. Het ANC was nu een erkende politieke partij. En vlak daarna liet hij ook de politieke gevangen vrij, zoals Nelson Mandela. Ook maakte hij steeds meer wetten die het maken van apartheid bemoeilijkte. De Klerk probeerde ook met Mandela te overleggen over hoe ze de apartheid moesten oplossen. Beide partijen gebruikten geweld om elkaar van hun geweld te overtuigen, maar eind 1990 kwam hier een einde aan. De twee leiders maakten een afspraak dat beide partijen geen geweld meer zouden gebruiken. Maar ook al gebruikten de twee leiders dan geen geweld tegen elkaar, de gewone blanke en zwarte mensen vochten steeds vaker met elkaar. Beiden wouden wat zij dachten dat het beste voor hun en hun land was en dat liep te vaak uit op gevechten. In 1991 werd Mandela de officiële leider van het ANC. Hoewel het nog niet zo goed ging in Zuid-Afrika kregen steeds meer landen in de gaten dat er wel degelijk gewerkt werd aan afschaffing en zij hieven hun boycots op. Dit zagen ze vooral doordat de twee belangrijkste wetten voor het maken van apartheid werden afgeschaft in 1991. De Groepsgebiedenwet en de Wet op Registratie van Personen. In 1993 kregen De Klerk en Mandela de Nobelprijs voor de vrede. In 1994 kwamen er voor het eerst echte verkiezingen en de zwarte mensen kwamen dan ook massaal om op het ANC te komen stemmen. Het ANC had 63 % van de uitgebrachte stemmen gekregen. Een overtuigende meerderheid dus. Mandela werd president en De Klerk werd samen met Thabo Myuyelwa Mbeki vice-president. Deze laatste zou later, in 1997, ook zijn opvolger voor het ANC worden. In 1996 kwam er eindelijk een nieuwe grondwet in Zuid-Afrika. In deze wet stond dat alle mensen, blank of zwart, hetzelfde behandeld moesten worden. Zowel in het sociale leven als voor de wet. In 1996 richtte Mandela ook de Waarheidscommissie op. Deze commissie kwam onder leiding van Bisschop Desmond Tutu. Het doel van deze commissie was het ophelderen van alle erge dingen die gedaan waren bij zwarte mensen, omdat ze iets deden wat de blanke mensen niet zinde. Iedereen die wat was aangedaan door een blank mens mocht dat laten weten aan de waarheidscommissie. Ruim 8000 mensen reageerden, onder wie bijna het hele ANC. Maar Mandela reageerde niet. Ook een aantal blanken mensen leverden een amnestieverzoek in. Zij waren soms ook mishandeld omdat ze de zwarte mensen teveel hadden geholpen. Voorbeelden hiervan zijn Adriaan Vlok (een minister tijdens Mandela) en Constant Viljoen (voormalig bevelhebber van het leger). De Klerk was één van de mensen die voor de commissie moest verschijnen. Maar hij bleef volhouden dat hij absoluut niet wist dat er zoveel mishandelingen hadden plaatsgevonden. Botha werd ook gevraagd of hij alsjeblieft voor de waarheidscommissie wou komen, maar hij weigerde. Veel aandacht trok Winnie Mandela (toen nog vrouw van), omdat zij jongeren ontvoert, mishandelt en vermoord zou hebben. Samenvatting: Vanuit de hele wereld kwam er aan het einde van de jaren tachtig een steeds grotere druk op Zuid-Afrika om de Apartheid af te schaffen. Ook in Zuid-afrika zelf werd de druk steeds groter. Niet alleen zwarte mensen, maar ook de blanke mensen vonden het niet meer kunnen. Gelukkig kwam in 1989 De Klerk aan de macht en hij heeft samen met Nelson Mandela een heleboel gedaan om de apartheid af te schaffen. In 1991 was de Apartheid officieel afgeschaft en in 1994 werd Mandela de eerste zwarte president van Zuid-Afrika. Hij stelde meteen een commissie in om alle gruwelijkheden die met zwarte mensen gebeurd waren te achterhalen. Deze commissie heette de waarheidscommissie.
Conclusie Waarom was er in Zuid-Afrika een systeem van Apartheid mogelijk en waarom kon het ook weer afgeschaft worden? Er was in Zuid-Afrika een systeem van Apartheid mogelijk, omdat de blanke mensen zich zodra ze er waren als de baas gingen gedragen. De onderlinge verhoudingen tussen de oorspronkelijke bewoners waren al niet zo goed en het was voor de blanke mensen dus niet zo moeilijk om hen te onderdrukken. Door (diverse) oorlogen tussen blank en zwart vonden de blanke overheersers dat het beter zou zijn om blank en zwart compleet te scheiden. Hieruit is de Apartheid ontstaan. De Apartheid begon officieel in 1948, maar was daarvoor ook al erg aan de gang. Zwart en Blank werden compleet gescheiden en omdat de blanken hadden gezorgd dat de zwarte mensen absoluut niets meer te zeggen hadden, konden de zwarte mensen er niet veel tegen doen. Vanaf 1912 verzetten de zwarte mensen zich al. Onder andere door oprichting van verschillende politieke partijen. Dit hielp allemaal niet erg. Pas toen het buitenland zich er erg mee ging bemoeien en de Apartheid toch ook door de blanke inwoners van Zuid-Afrika zelf als erg wreed werd beschouwd, kwam er zo langzaam aan verbetering. De grote namen achter afschaffing van de Apartheid zijn Nelson Mandela en President De Klerk. In 1994 kwam er voor het eerst een zwarte president aan de macht. Dit was Mandela. Eén van de eerste dingen die hij deed was het opstellen van een Waarheidscommissie onder leiding van Bisschop Desmond Tutu, om de fruwelijkheden die de mensen was aangedaan aan het licht te stellen.
REACTIES
1 seconde geleden
I.
I.
Ik vond dat U het heel goed hebt uitgelegd
23 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Hoi!
Ik heb je scriptie gelezen en ik vond het erg goed. Er zat veel bruibare informatie bij. Omdat ik mijn profielwerkstuk over de apartheid wil houden, zou ik graag willen weten waar jij de informatie vandaan hebt gehaald. Wil je mij misschien een aantal titels van boeken of internetpagina's op sturen?
Alvast bedankt!
Liefs, Anne
23 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
Haaai! Zou je dat ook naar mij kunnen sturen misschien? Ik heb het nodig voor een profielwerkstuk, ook van geschiedenis. @Anne, als jij dit eerder leest, zou jij het dan kunnen sturen als dat lukt?
Alvast bedankt!
10 jaar geleden
B.
B.
haihai
Nou ik wou je ff bedanken voor je werkstuk ik moet het namelijk inleveren als praktische opdracht en ik kon niks vinden!
het is echt een goed verslag en nogmaals bedankt
dikke kuz bianca (enschede)
22 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
thank you
22 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
jij bent goed maar ik ben beter. maar ik leen wat info van je wrkstuk want het ziet er wel goed uit
nog maal bedankt.
de groetjes
21 jaar geleden
AntwoordenR.
R.
heey, mooi verslag! ik ben momenteel ook een verslag aan het schrijven over de apartheid in Zuid Afrika en heb echt best wel moeite met het vinden van geschikte informatie. Er is zooo veel info en eigenlijk is er maar zo weinig echt bruikbaar.
21 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
werkstuk is echt prrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrut. dank u wel in ieder geval. ik zoek verder.
21 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
nja sorry hoor. maar is een beetje oude info.
14 jaar geleden
AntwoordenU.
U.
heeii vraagjj hoor, wat voor cijfer kreeg je hiervoor?????
x jwz
11 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Tsjonge jonge, ik heb in mijn leven van 64 jaar nog niet zoveel onzin bij elkaar gezien. Bepaalde feiten die genoemd worden, zijn correct, maar er staan zóveel feitelijke onjuistheden in, dat het hele verhaal wel lijkt of het uit de duim gezogen is. Het moet dan ook maar naar de prullebak.
7 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
echt precies wat ik nodig had voor mijn werkstuk
6 jaar geleden
Antwoorden