Hoofdstuk 6: De bezieling
Beginopdracht
Degene die in het midden zijn afgebeeld zijn groter geschilderd, omdat ze hoger in het plafond zitten. -> Als je er staat kloppen de verhoudingen beter, de verhoudingen kloppen vanaf alle plekken vanwaar je kijkt.
1.1
Bezinning:over bepaalde dingen ga je heel diep nadenken = introvert. Extase: In een soort trance zijn, helemaal in het uiterste. Bewustzijn dat verder gaat dan dat je anders zou kunnen bereiken = extrovert.
1.2
Dibbets brengt verbondenheid tot stand door: - versieringen - steunbalken - abstractheid -> Je oog wordt naar het midden getrokken vanwege het licht.
1.3
1) Het blauw van de hemel==> de bank, de mozaïeken bestaan uit sterren en zonnen. 2) De trap: Leidt naar de hemel, er zijn drie niveaus. 3) het regenwater wat wordt opgevangen bovenaan gaat weer terug naar beneden, waar het uit de mond van de python stroomt. De python bewaakt de onderaardse wateren volgens de klassieke mythe. Dus een soort verbondenheid tussen hemel en degene die hem bewaakt.
1.4
Christus factus est==> Deze is gregoriaans. - Het is melosmatisch, meerdere lettergrepen. - Exaltavit.
1.5
Bezinning: Afbeelding 6.2, 6.3, 6.5, 6.7 en 6.8. Extase: Afbeelding 6.4, 6.6, 6.9 en 6.10.
1.6
Ik zou die logo misschien kunnen gebruiken als advertentie voor een museum of een groot spektakel of voor een reisbureau met reizen naar Italië(en dan in het speciaal Rome). Met dit schilderij kan je goed de sfeer aangeven.
1.7
Ik vind het tweede voorbeeld doet volgens mij het meeste recht aan dit onderwerp. Ik vind het gewoon mooier klinken dan het andere voorbeeld.
2.1
De Eiffeltoren==> Toelopen en spits. Nepal, Himalaya==> Dak van de aarde
2.2
Het heeft niets herkenbaars, het is zwanger van een nieuwe kunststroom. abstract.
2.3
Slachtoffers, het gaat om het zwijgen, respect tonen, hoe die gruwelen plaats hebben kunnen vinden. De zuil: wordt gebruikt als punt van bezinning, om er even bij stil te staan.
2.4
Dit geldt ook voor Blitzschlag mit Lichschein auf Hirsch, door de energie van de blikseminslag. Daar zit heel veel energie in, in de buis komt alle energie samen.
2.5
Wat de fluxusbeweging aanspreekt in dit werk, is dat alledaagse dingen kunst kunnen zijn.
3.1
Gedicht:
De vlinder zingt
En doet mee aan Idols
Met een gouden stem
Die hij hoort in zijn hoofd
Rare zangers kleuren
Die zijn opa opfleuren
3.2
‘De ontaarding die vandaag al bestaat’, bedoelt hij mee: Hij zag de opkomst van het fascisme in Duitsland en Italië vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog als een bedreiging.
3.3
Beiden zijn absurd.
3.4
De chaos wordt versterkt. Dit wordt bereikt door snelle beelden en snelle muziek.
3.5
Freud verdiept zich in het onderbewuste om de behandeling van psychiatrische patiënten te bevorderen. Hij ontwikkelt hiervoor de psychoanalyse, om door te dringen tot het onderbewuste. De surrealisten gaan het juist zien als een kunstvorm en dat is totaal tegenovergesteld dan hoe Freud ertegenaan kijkt.
3.6
De Mantra weerspiegelt de kosmische orde, bij Koyaanisqatsi staat deze orde ook min of meer centraal. In dit stuk staat de machtige natuur tegenover de mens, die in de waan verkeert de natuur naar zijn hand te kunnen zetten.
REACTIES
1 seconde geleden