1. Tijd en Socialiteit
1.1 Ruimte en Tijd
Jeroen of Hiëronymus Bosch, wiens naam verwijst naar de stad waar hij geboren en getogen is, leefde van ca. 1450-1516 in de handelsstad Den Bosch (ook ’s Hertogenbosch genoemd) in Noord-Brabant. De periode waarin hij leefde was een overgangsperiode tussen de Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd.
1.2 Politiek en Economisch (+wetenschappelijk) Den Bosch was één van de vier grote Brabantse steden, naast Antwerpen, Brussel en Leuven die allen een grote bloei kenden. Deze bloei was te danken aan de afwezigheid van oorlog waardoor de handel na een erg ongunstige periode (o.a. de honderdjarige oorlog) opnieuw ongestoord kon bloeien. Dankzij zijn goede ligging, aan de samenvloeiing van de Dommel en de Aa, kon Den Bosch daarvan profiteren en het werd een rijke stad. Het moest echter zijn meerdere erkennen in Antwerpen, dat toen de grootste wereldhaven was. Den Bosch leefde vooral van de handel, maar kende ook een vroege vorm van industrie; namelijk textielindustrie. Deze tijd werd internationaal gekenmerkt door de overgang van het monopolie van handel en ambachtelijke nijverheid uitgeoefend door de koopliedenondernemers in de 15de eeuw naar het mercantilisme en de manufacturen (staatstussen-komst) in de 16de eeuw. Het grote slachtoffer van beide economische verschijnselen was de arbeider die noodgedwongen proletariseerde. Toch was de handel, de vroege industrie en de ambachtelijke nijverheid minder belangrijk in vergelijking met de landbouw, die de hoeksteen van de samenleving was. Slechte resultaten in de landbouwsector beïnvloedden de intensiteit van de handel en de industrie. Het was ook de tijd van de eerste ontdekkingsreizen waardoor er vele nieuwe ideeën, kennis en grote rijkdom ontstond en van de uitvinding van de moderne boekdrukkunst door Gutenberg. De wetenschap ging dus goed vooruit. Er was in die tijd een betrekkelijke rust in de streek rond Den Bosch, op een paar schermutse-lingen met de naburige provinciën na. Het enige meldenswaardige oorlogsfeit was de Gelderse plunderaar Maarten van Rossum die geregeld Den Bosch aandeed. De mogelijkheid tot oorlog was nihil omdat de Bourgondische hertogen, vanaf Filips de Goede (1417-1467) tot en met Karel V (1506-1566), alle kleine hertogdommen van de Lage Landen hadden verenigd tot één groot land onder één koning. Dit land werd de Verenigde Provinciën genoemd. De Verenigde Provinciën behoorden sinds 1477 (als gevolg van het huwelijk tussen Maximiliaan van Oostenrijk en Maria van Bourgondië) tot het Habsburgse Rijk samen met koninkrijk Aragon (Iberisch schiereiland en Zuid-Italië) en het Heilige Roomse Rijk (Duitsland). Karel V zorgde in dit rijk voor de nodige rust. In Engeland daarentegen woedden de Rozenoorlogen tussen “het huis van Lancaster (Tudor)” en “het huis van York”. Dit geschil was het gevolg van her verlies van Noord-Frankrijk op het einde van de honderdjarige oorlog en de rust werd pas hersteld door Hendrik VII. (r. 1485 –1509). In het verzwakte Frankrijk heerste schijnbaar rust onder het “huis van Valois”. Het land herstelde zich langzaam van de honderdjarige oorlog onder Lodewijk XII (r. 1498-1555). In Oost-Europa ontstonden op dat moment machtige, maar kortstondige koninkrijken, die heftig weerstand boden tegen de Ottomanen. De belangrijkste koninkrijken waren Polen-Litouwen, onder Casimir IV (r.1447-1492) en Hongarije onder Matthias Corvinus (r.1477-1490). Bijna alle regimes waren gebaseerd op het absolutisme.
1.3 Sociaal Op sociaal vlak daarentegen was het een periode van grote armoede; in elke stad, ook in Den Bosch, waren er duizenden bedelaars. Soms liet deze hongerige massa van zich horen in volksopstanden, maar die waren te plaatselijk en ongeorganiseerd om veel aan te richten. Aan de andere kant waren er ook rijken die in stenen huizen woonden en veel geld (al of niet door middel van een ‘verstandshuwelijk’) hadden. Jeroen Bosch hoorde bij deze klasse die zich door middel van een goedgekozen echtgenote hogerop had weten te werken.
1.4 Cultureel
1.4.1 Religie
1.4.1.1 Religie op nationaal en internationaal vlak
Op religieus vlak was deze periode, hoe kan het ook anders, met de godsdienstoorlogen in het verschiet, een erg woelige periode; het was namelijk de aanloop naar de Reformatie met Maarten Luther en de daaropvolgende Contrareformatie.
De mensen wilden al lang de Kerk hervormen want de macht van de clerus was te groot en deze geestelijken leefden eveneens niet meer volgens de Bijbelse leer, want ze maakten zich schuldig aan braspartijen en onkuisheid. Over deze zonden, met abten en nonnen in de hoofdrol heeft Bosch veel geschilderd.
1.4.1.2 Religie op provinciaal vlak: Den Bosch De intensiteit van het religieuze leven in Den Bosch was erg eigenaardig. Het godsdienstig leven was er erg bloeiend met onder meer het Lieve-Vrouwe-Broederschap - waar Bosch lid van was - en vele andere religieuze bewegingen. Één op twintig inwoners van Den Bosch was lid van één van deze bewegingen, een veel hoger percentage dan in andere Brabantse steden.
1.4.2 Kunst Op kunstvlak leefde Bosch volop in de Renaissance (=wedergeboorte). Het woord Renaissance wordt gebruikt om de overgang tussen de Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd aan te duiden. Deze kunstvorm was overgewaaid van de Italiaanse steden Firenze, Pisa en Roma. Vanuit de Verenigde Provinciën verspreidde het zich verder over geheel West-en Noord-Europa. In Noord-Europa werd de Renaissance vermengd met gotische aspecten. De Renaissance baseerde zich op de Klassieke Oudheid en bij de architectuur werden veel koepels gebruikt. Een bekende Renaissancekunstenaar of ‘homo universalis’ was Michelangelo.
2. Biografie
2.1 Levensverhaal
Over het leven van Jeroen Bosch is weinig bekend, zelfs zijn geboortedatum niet. Die moeten we afleiden uit een zelfportret dat kort voor zijn dood in 1516 is gemaakt en waar hijzelf op hogere leeftijd is afgebeeld. Het vermoeden bestaat dat hij rond 1450 moet geboren zijn. Zijn geboorteplaats is ook niet bekend, maar men neemt aan dat hij in Den Bosch geboren is. Wat men wel weet is dat zijn echte naam Jeroen van Aken was. Die naam doet dus vermoeden dat de familie oorspronkelijk afkomstig was van de Duitse stad Aachen.
In zijn naaste familie zaten zeker 5 schilders waarvan hij waarschijnlijk zijn opleiding heeft gekregen. Zijn vader, Anthonius van Aken, was ook schilder en hij was getrouwd met Aleid vander Mynnen. Zijn zoon Jeroen werd voor de eerste keer met Bosch aangesproken in 1504 door Filips de Schone toen die hem de opdracht gaf tot het schilderen van één van zijn vele Laatste Oordelen.
In zijn jeugdjaren leefde Bosch in een stenen huis “In Sint-Thoenis” op de markt van Den Bosch. Tussen 1479 en 1481 trouwde hij boven zijn stand met koopliedendochter Aleid van de Meervenne waardoor hij een huis ( “Inden Salvatoer”) aan de betere noordzijde van de markt in handen kreeg.
In het jaar 1486-1487 wordt hij lid van het Lieve-Vrouwe-Broederschap. Deze religieuze beweging legde zich toe op de verering van een beeldje van de Heilige Maagd dat zich in de enorme hoofdkerk van Den Bosch, de Sint-Janskerk bevond. Ook andere leden van zijn familie waren lid van deze broederschap. Zij kregen er geregeld opdrachten van. Een aantal van Bosch’ schilderijen kwamen in de Sint-Janskerk terecht. Op 9 augustus 1516 stierf Jeroen Bosch. Geschiedschrijvers van die tijd vermelden veel epidemieën in dat jaar.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
L.
L.
waar is bijlage 7 alstublief?
20 jaar geleden
AntwoordenF.
F.
wow man, wat een groot, en precies werkstuk, ik hebe er zeer veel aan gehad, hartsikke bedankt
gr frank
20 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
maak er wat vragen bij
8 jaar geleden
Antwoorden