basketbal

Voorwoord Als onderwerp voor deze vervangende opdracht van LO heb ik gekozen voor basketball. Ik heb hiervoor gekozen, omdat het vaker op televisie te zien is en er in de les ook aandacht aan basketball werd besteed. Ik vond basketball eigenlijk nooit een leuke sport en kan het ook niet goed, maar na het maken van het verslag snap ik in ieder geval de spelregels en technieken beter dan van te voren. In het verslag komen de volgende onderwerpen aan de orde: - De geschiedenis van basketball (in de wereld en in Nederland) - De basketballtechniek - Doel van het spel - Het speelveld - De spelregels - Trainen - Soorten wedstrijden - De FIBA en de NBB - Basketballteams in Nederland - De toekomst van en de mogelijkheden voor basketball - Basketball in het nieuws

Inleiding Basketball werd in december 1981 bedacht op de Springfield YMCA Training School in de Amerikaanse staat Massachusetts. Het hoofd van de afdeling Lichamelijke Opvoeding (Dr. Gulich)zag in dat zijn studenten een hekel hadden aan de spelvormen van die tijd. Deze spelvormen moesten het gat tussen het honkbal- en het American-footballseizoen vullen. Uiteindelijk droeg het hoofd van de afdeling een jonge sportinstructeur op om snel met een oplossing voor de dag te komen. De naam van deze jonge sportinstructeur was James Naismith. James is geboren op 6 november 1861 en gestorven op 28 november 1939. Hij wilde in eerste instantie dominee worden, maar werd uiteindelijk atleet. Hij werd atleet omdat: James tijdens een rugbywedstrijd getuige was van een incident en bedacht dat er een effectievere manier moest zijn dan preken om goede dingen te doen. Hij vroeg mensen om raad en deze beviel hem Springfield aan. Dit deed hij en niet veel later ontdekte Dr. Gulich hem. Dr. Gulich spoorde hem aan om een nieuw spel te bedenken. James combineerde kenmerken van een aantal andere sporten en stelde dertien regels op. Deze 13 regels werden de eerste basketballregels ooit. De dertien allereerste regels zijn: 1. De bal moet een voetbal zijn en mag in elke richting geworpen worden, met 1 of 2 handen
2. De bal mag in elke richting worden weggeslagen, maar niet met een vuist. 3. Een speler mag niet met de bal lopen en moet de bal gooien vanaf de plek waar hij hem gevangen heeft. 4. De armen of het lichaam mogen niet gebruikt worden om de bal vast te houden. 5. Op geen enkele manier is het toegestaan met de schouders te duwen, vast te houden, te duwen, te laten struikelen of te slaan; de eerste inbreuk op deze regel levert de speler in kwestie diskwalificatie op, tot het volgende doelpunt wordt gemaakt. Wanneer het duidelijk de bedoeling was een speler te blesseren, dan geldt diskwalificatie voor de hele wedstrijd en is een wissel niet toegestaan. 6. Een fout is: het slaan tegen de bal met de vuist; overtreding van de regels 3 en 4; en de gevallen omschreven in regel 5. 7. Wanneer 1 van beide teams 3 opeenvolgende fouten maakt, dan telt dat als een doelpunt voor de tegenpartij. 8. Een doelpunt wordt gemaakt wanneer de bal vanaf het veld in de basket geworpen of geslagen wordt en daar blijft. De spelers die de basket verdedigen mogen het doel niet aanraken of doen bewegen. Als de bal erop blijft liggen en de verdediging beweegt de basket, dan telt dat als een doelpunt. 9. Als de bal buiten gaat, moet deze in het veld geworpen worden door de eerste persoon die de bal heeft aangeraakt. In geval van onenigheid moet de scheidsrechter de bal in het veld gooien. Degene die de bal ingooit heeft daar 5 seconden voor. Als het langer duurt, gaat de bal naar de tegenpartij. Als 1 der partijen blijft doorgaan tijd te rekken, dan moet de scheidsrechter een fout fluiten tegen dat team. 10. De umpire moet de spelers beoordelen en de fouten noteren en de scheidsrechter waarschuwen wanneer 3 opeenvolgende fouten zijn begaan. Hij heeft de macht om spelers te diskwalificeren volgens regel 5. 11. De scheidsrechter moet de bal beoordelen en beslissen aan wie de bal toebehoort wanneer die in het spel is. Hij moet ook de tijd bijhouden. Hij beslist wanneer een doelpunt gemaakt wordt en houdt de score bij, samen met de andere taken zoals die gewoonlijk door een scheidsrechter worden vervult. 12. Een wedstrijd bestaat uit twee helften van elk 15 minuten met daartussen een pauze van vijf minuten
13. De partij die in een wedstrijd de meeste punten maakt, wint de wedstrijd. In geval van gelijk spel kan bij instemming van beide aanvoerders worden besloten om de wedstrijd voort te zetten tot een doelpunt wordt gemaakt.

Op 18 december 1891 werd basketball voor de allereerste keer gespeeld door een gymklas van de Springfield school. De studenten begonnen wantrouwend maar kregen langzamerhand steeds meer interesse en plezier in het spel. De naam basketball is als volgt ontstaan: het spel werd gespeeld met een basket(met bodem) bevestigd aan een lange standaard. Hierna werd de basket aan het balkon gemaakt en heette de sport basketball. Het probleem in het begin was dat men door de bodem de bal er steeds uit moest halen. Hierop werd een gat onder in de basket gemaakt, zodat men met een stok de bal eruit kon stoten. Nog later maakte men van een ronde ijzeren ring met een stevig net eraan. Dit is de basket die wij kennen. Het bord waaraan de basket bevestigd is had vroeger geen praktisch nut voor de spelers, het was bedoeld om het publiek van de basket weg te houden. Later ontdekte de spelers dat men meer kans van slagen had als men de bal via het bord in de basket speelde. De eerste basketballwedstrijd ooit werd gespeeld op 11 maart 1892. Na deze wedstrijd was iedere toeschouwer ervan overtuigd dat basketball een sport was met enorm grote mogelijkheden. Basketball werd steeds bekender en het verspreidde zich over de wereld. In 1904 was basketball de demonstratiesport op de Olympische spelen. En vanaf 1936 werd de sport erkend als een olympische sport voor mannen. Vanaf 1976 werd het ook voor vrouwen erkend als een olympische sport.

Basketball in Nederland In Nederland werd basketball geïntroduceerd door dr. W van Blijenburg. Hij was directeur van de Militaire Sportacademie in Utrecht. Hij had basketball leren kennen als student aan het Springfield College. In 1929 gaf de Engelse Lew lake een aantal demonstratielessen in Amsterdam. Dit met als doel basketball populairder te maken. Veel korfbalspelers zagen wel iets in basketball en wilde het graag uitproberen. Vanwege het beperkt aantal zalen in Nederland duurde het lang voordat de sport in heel Nederland kon worden gespeeld. Dit veranderde rond 1980 toen veel gemeenten sporthallen gingen bouwen. In 1937 werd het Amsterdams Basketball Comité opgericht dat een basketballcompetitie opzette. In het eerste jaar (1937) namen 35 teams deel aan de competitie. Vanwege de Tweede Wereldoorlog werd de competitie in 1942 stilgelegd. De eerst volgende wedstrijd werd pas gespeeld in 1945. Op 19 december van dat jaar werd de Amsterdamse Basketball Bond opgericht. Deze bond had ongeveer 500 leden. Een groeiende populariteit maakte het noodzakelijk dat basketball landelijk georganiseerd werd. Daarom werd in 1947 de Nederlandse Basketball Bond (NBB) opgericht. Vanaf 1960 worden de nationale competities onderverdeeld in divisies. Het basketball ging commercieel toen in 1963 5 herenteams uit de eredivisie financieel werden ondersteund door sponsors. Momenteel telt de NBB ongeveer 47000 leden. Het doel van basketball is de bal in de basket te spelen en te verhinderen dat de tegenstander controle krijgt over bal of kan scoren. Hierbij moeten de regels als vanzelfsprekend in acht worden genomen.

Het speelveld Het speelveld is een rechthoekig, hard oppervlak zonder obstakels. Het speelveld moet 28 meter lang en 15 meter breed zijn. De middellijn moet evenwijdig aan de lijnen die het einde van het veld aanduiden getrokken worden. De middelcirkel moet een straal van 1,8 meter hebben. De halve cirkel in de beide speelvelden moet eveneens een straal van 1,80 meter hebben. De zogenaamde bucket waarin het bord en de basket zich bevinden moet aan de achterlijn een lengte van 6 meter hebben( van beide zijkanten twee meter verwijderd), hij moet 5.8 meter lang zijn( tot aan de vrijeworplijn. Om de bucket heen wordt de driepuntslijn getekend.

Basketballtechnieken Er zijn veel verschillende technieken bij basketball; een aantal van deze technieken zal ik hieronder uitleggen.

De lay-up 1. Je maakt een tweepas met de bal in de hand
2. Met een been zet je af (een rechtshandige zet zich af met zijn linkerbeen, een linkshandige zet zich af met zijn rechterbeen) 3. Op het hoogste punt laat je bal en probeer je een punt te scoren door de bal tegen het vakje op het bord te gooien.

Dribbelen 1. bij het dribbelen houdt je bal op heuphoogte
2. kijk terwijl je dribbelt om je heen zo houdt je overzicht
3. houd je lichaam tussen de bal en de tegenstander; zo loop je minder kans om de bal te verliezen.

De Chest Pass 1. je houdt de bal met twee handen voor de borst
2. je duwt de bal met twee handen weg en wijst hem na
De Bouncepass werkt hetzelfde alleen gooi je de bal nu niet weg, maar stuit je weg (met 1 stuit).

Doelen vanuit stilstand 1. je houdt een hand onder/achter de bal en de andere hand houdt je ernaast
2. sterk van uit je knieën en werp de bal weg. 3. de arm waarmee je werpt strek je en tevens wijs je de bal na.

Baseball Pass 1. je houdt de bal in 1 hand achter je hoofd. En (als rechtshandige) zet je je linkervoet voor. 2. je gooit de bal langs je oor weg en wijst hem na

De spelregels en veel voorkomende fouten De spelregels van tegenwoordig lijken in sommige opzichten nog wel op de eerste dertien spelregels, maar er zij ook grote verschillen. De belangrijkste spelregels die je moet kennen om een goede en eerlijke partij te kunnen spelen zijn: 1. je mag geen persoonlijke fout maken (een tegenstander opzettelijk aanraken
2. dribbelregel: tijdens het dribbelen mag je de bal niet vasthouden en vervolgens weer verder gaan met dribbelen
3. je mag niet lopen met de bal in de hand; als je bal vangt en wilt afspelen heb je te maken met het ‘standbeen’ en het ‘speelbeen’. Je mag zoveel pivoteren als je welt, mits je het ‘standbeen’ aan de grond houdt. 4. sprongbal; wordt gebruikt om het spel te starten, als twee tegenstanders de bal zo stevig vasthebben dat de bal niet gespeeld kan worden, als een speler zo zwaar gedekt staat dat hij de bal niet binnen vijf seconden kan afspelen, als niet zeker is welk team een fout heeft gemaakt
5. je mag de bal niet met andere lichaamsdelen dan je armen spelen. 6. drie-seconden regel: een speler van de partij die balbezit heeft mag niet langer dan 3 seconden in het trapezium voor de basket van de tegenstander staan. 7. als een speler 5 fouten heeft begaan moet deze onmiddellijk worden vervangen door een andere speler. Als je deze regels beheerst en je eraan houdt is het mogelijk een eerlijke partij basketbal te spelen. Er zijn natuurlijk nog veel meer regels, maar die zijn niet nodig om voor je plezier een basketbalwedstrijd te spelen.

Na een overtreding van de regels wordt het spel weer opgang gebracht door een ingooi vanaf de zijkant, mits de overtreding niet wordt bestraft met een vrije worp voor de tegenstander.

Veel voorkomende verdedigingsfouten zijn: 1. botsen met schouders of heupen
2. aanvaller tegenhouden met gespreide armen en benen
3. tegen de aanvallen aanspringen op het moment dat deze wil schieten
4. aanraken van schietarm of dribbelarm

Veel voorkomende aanvalsfouten: 1. tegen een stilstaande verdediger oplopen
2. tegen een verdediger opspringen bij een rebound
3. wegduwen van een verdediger bij een rebound

Straffen voor de verschillende fouten: 1. bij eenvoudige fouten is er een inworp vanaf de zijkant voor de gedupeerde partij
2. als twee spelers een fout tegen een tegenstander begaan, krijgt de tegenstander twee vrije worpen
3. als je een fout begaat tegen een tegenstander die een doelpoging deed(en het schot was raak) krijgt de tegenstander een vrije worp
4. twee vrije worpen als er een opzettelijke grove fout wordt begaan. De spelers van het team dat de fout maakte moeten achter de schutter gaan staan
5. als een team meer dan 7 fouten maakt geldt voor elke fout daarna dat de tegenstander een vrije worp krijgt, waarbij de spelers van de partij die de fout beging achter de schutter moeten gaan staan. Belangrijk is wel dat de speler tegen wie de fout is begaan de toegekende vrije worpen zelf moet nemen. De andere spelers moeten zich buiten het vrije worp gebied opstellen, dus langs de bucketranden. ( op de afbeelding geven de letters langs de rand van de bucket aan waar de spelers mogen staan. Zowel de verdedigende als de aanvallende partij heeft een aantal plaatsen tot haar beschikking. De eerste plaats aan elke zijde is bestemd voor de aanvallende partij). De bal waarmee gespeeld wordt moet aan een aantal eisen voldoen:  hij moet rond zijn, oranje van kleur en voorzien zijn van 8 traditioneel gevormde vlakken met zwarte naden  uitwendig oppervlak moet gemaakt zijn van leer, kunstleer, rubber of synthetisch materiaal  de bal moet maat 7 hebben en hij moet tussen de 567 en 650 gram wegen.

Het spel en de puntentelling Een basketballploeg bestaat uit minimaal 5 spelers en het liefst ook een aantal vervangers. Daarnaast beschikt een ploeg over een coach die verantwoordelijk is voor het gedrag van de spelers. Iedere basketballwedstrijd is opgedeeld in 4 keer 10 minuten. Het spel begint met een sprongbal. Dit houdt in dat 2 spelers (van iedere partij 1) proberen om de bal, die de scheidsrechter, omhoog gooit naar hun team te slaan. Hierna is het spel begonnen. De spelers bewegen zich vrij over het veld en proberen de bal in de basket van de tegenstander te krijgen. Hierbij is het belangrijk dat een speler zich niet langer dan drie seconden met de bal in de hand in het trapezium van de tegenstander ophoudt. Als er een doelpoging wordt gedaan en de bal raakt uit is de ingooi voor de scorende partij. Het aantal punten dat wordt toegekend voor een doelpunt is als volgt: - 1 punt als het doelpunt wordt gemaakt vanuit een vrije worp - 2 punten als het doelpunt wordt gemaakt vanuit het tweepuntsgebied - 3 punten als het doelpunt wordt gemaakt van het driepuntsgebied. De wedstrijd eindigt als het signaal van de wedstrijdklok afgaat dat aangeeft dat de wedstrijd is afgelopen.

Basketballtraining Voor het spelen van basketball is zeker niet alleen een goede techniek nodig: zonder uithoudingsvermogen, kracht, snelheid en een groot springvermogen ben je nergens. Er zijn veel verschillende manieren om je conditie te verbeteren. Het meest voor de hand liggend is misschien wel duurtraining, waarin je vooral veel rent. Een veel voorkomende oefening is 17 keer op en neer rennen van de ene achterlijn naar de andere achterlijn. Als je een goede conditie heb dan lukt dit je binnen 1 minuut. Daarnaast is het bij basketbal ook van belang dat je goed kun springen, anders kun je immers de bal niet in de basket krijgen. Het springvermogen kun je onder andere verbeteren/vergroten door eerst 25 keer op neer te springen (terwijl je met beide benen afzet en landt) en vervolgens deze zelfde oefening te doen, maar dan op een voet te landen (eerst 25 keer op je rechtervoet en dan 25 keer op je linkervoet). Bij deze oefening is het van belang dat je zo hoog mogelijk springt. Om hoger te komen kun je je armen tijdens het springen boven je hoofd brengen. Er zijn veel meer manieren om je springvermogen en conditie te verbeteren, maar dit zijn twee manieren die erg vaak gebruikt worden en ook makkelijk uit te voeren zijn.

Soorten wedstrijden Er zijn veel verschillende soorten wedstrijden binnen het basketball. De meeste wedstrijden worden georganiseerd door de NBB, de FIBA of de NBA. De ploegen zijn afgaand op hun prestaties en kwaliteiten ingedeeld in verschillende divisies. Voor elke divisie zijn er verschillende wedstrijden. De NBB is verantwoordelijk voor de wedstrijden die in Nederland worden georganiseerd tussen de Nederlandse teams. De FIBA draagt haar verantwoordelijkheid voor onder andere de wereldbekerwedstrijden en andere wedstrijden tussen verschillende landen. De NBA is verantwoordelijk voor de verschillende competities die in Amerika worden gespeeld. Er wordt net zoals bij heel veel andere sporten onderscheid gemaakt tussen de competities voor mannen en vrouwen. Dit komt omdat het gewicht van de bal voor de vrouwen lager ligt dan bij de mannen en daarnaast hangt de basket voor de vrouwen ook lager. In de NBA spelen de beste teams van de wereld en het is opvallend dat er betrekkelijk weinig Nederlanders in deze competities zijn te bewonderen. In grote lijnen is de opzet van de competities door de verschillende bonden hetzelfde, maar er is een groot verschil als je gaat letten op de spelregels. De Amerikaanse bond hanteert namelijk andere regels dan de andere bonden. Vandaar dat een team dat in de Amerikaanse competitie speelt niet snel zal deelnemen aan een competitie buiten Amerika, waar andere regels gelden.

De NBB en de FIBA De Nederlandse basketballbond is opgericht op 15 juli 1947. Hij werd opgericht omdat de belangstelling voor basketball zo groot was geworden dat het noodzakelijk was om de organisatie op landelijk niveau te regelen. Vanuit de basketballbond is het basketball in nederland opgedeeld in 5 gebieden: - Rayon Noord - Rayon Oost - Rayon West - Rayon Zuid - Rayon Noord-Holland
Al deze rayons houden zich bezig met het organiseren van wedstrijden in hun regio en dragen zorg voor de opleiding van scheidsrechters en trainers. Daarnaast worden ook in elke regio apart jongeren gescout voor een plaats in de nationale selectie. De NBB is aangesloten bij de FIBA ( Fédération Internationale de Basketball Amateur). Deze internationale basketbalbond is opgericht op 18 juni 1932 in Geneve. Omdat de FIBA is opgericht in Geneve was en is de voertaal Frans. Op het moment dat de FIBA werd opgericht waren er ongeveer 18 miljoen mensen in ruim 50 landen die basketball speelden. De eerste directeur van de FIBA , R. William Jones, zorgde voor de verspreiding van basketball in ongeveer 130 landen. De FIBA heeft in de loop der jaren vele internationale toernooien en kampioenschappen in het leven geroepen. Zoals bijvoorbeeld de Olympische, de Europese en verschillende Europacup toernooien.

Basketballteams in Nederland Nederland heeft verschillende nationale teams: - Het dames U20 team, het dames U16 team, - Het herenU20 team, het heren U18, het heren U16 team
Daarnaast hebben we ook een nationaal rolstoel herenteam, een rolstoel damesteam en een rolstoel jeugdteam.

Een aantal andere teams die in de Nederlandse competitie spelen zijn: - Mattrixx Magixx (zie rechtsonder) - Omniworld - Eiffeltowers - Woon!Aris - Astronauts (zie linksonder)

Deze teams bestaan voor een groot deel uit buitenlandse spelers, waaronder ook Amerikanen.

De stand op dit moment in de FEB divisie is als volgt: 1. Eiffeltowers
2. Polynorm Giants
3. Matrixx Magixx
4. Hanzevast Capitals
5. Landstede Basketball
6. Woon!Aris
7. Rotterdam Basketball
8. Upstairs Weert
9. Omniworld
10. Zorg en Zekerheid Leiden
11. Amsterdam Astronauts

Afsluiting Basketball is zover ontwikkeld dat er eigenlijk niet meer veel mogelijkheden zijn. Een punt waarop wel nog iets verbeterd kan worden is het aantal van Nederlandse spelers in de eigen, maar zeker ook in de internationale teams. Op dat punt blijft de Nederlandse basketballspeler wat achter, maar dit ligt zeker niet aan de kwaliteit van de spelers. Er zijn in ons land meer dan genoeg talentvolle spelers, maar deze moeten wel de kans krijgen. In de toekomst komt er hopelijk meer aandacht voor goede Nederlandse spelers en gaan ze misschien ook een grotere rol spelen in de internationale basketballwereld. Een ander punt dat voor verbetering vatbaar is, is de manier waarop een scheidsrechter moet werken. Het zou handig zijn als er ook close-up opnames werden gemaakt van alle actiemomenten in een wedstrijd. Aan de hand van die beelden zou het voor een scheidsrechter makkelijker worden om een oordeel te vellen over gebeurtenissen. Daarnaast zouden klachten achteraf ook beter behandelt/beoordeeld kunnen worden. Qua puntentelling valt er niet veel meer te verbeteren; het gaat zo goed als automatisch en dit werkt goed. De enige mogelijkheid voor het Nederlands basketball is dus een betere positie van de Nederlandse spelers in andere dan de competities in eigen land.