Jugendstil

Jugendstil – Art Nouveau

Samenvatting en kenmerken

Jugendstil is een stroming die zich vormde tussen 1880 en 1914. Deze stroming werd in veel landen in Europa bekend. De stroming was geïnspireerd op het impressionisme.

Jugendstil komt van het Duitse blad \"Die Jugend\" en de Franse naam voor deze stroming is Art Nouveau. Deze naam komt van een kunstgalerie in Parijs die zo hete. In Engeland noemen ze het Liberty Style. De Spaanse naam voor deze stroming is Modernismo en in Oostenrijk wordt de bouwstijl ook wel Sezession genoemd. Behalve een verschil in naam is er ook wel een beetje verschil tussen bijvoorbeeld Art Nouveau, Jugendstil en Sezession (etc.). De stijlen verschillen ook van stad tot stad.

Het verschil tussen de Franse Art Nouveau en de Duitse Jugendstil is dat Art nouveau veel vloeiender is. En de Duitse Jugendstil is hoekiger en strenger. Ook de Sezession van Oostenrijk is strakker en meer geometrisch dan Art Nouveau. De kenmerken die de meeste met elkaar gemeen hebben zijn:

• De meeste Jugendstil bestaat A-symmetrische vormen. • Deze stroming werkt ook vooral met vloeiende lijnen. • Er is ook meestal een groot contrast te zien tussen licht en donker. • Veel motieven die op planten en dieren lijken. • Een optimistisch wereldbeeld, geloof in toekomst. • Gebruik nieuwe technieken.

• Hoektorens, topgevels, dakkapellen, balkons en loggia’s (balkons in het appartement). • Grote kozijnen, omrand met natuursteen. • Tegelwerken, smeedwerk en houtsnijwerk in Jugendstil kunstwerken. In januari 1896 werd het weekblad Jugend uitgegeven door Geoge Hirth in München. De randillustratie werd gemaakt door Otto Eckmann, Bernhard pankok en Bruno Paul. Een nieuwe kunstvorming werd algemeen bekend onder de naam Jugendstil. Het werd ook wel spaghettistijl of stijl nouille genoemd vanwege de lijnen. Er verscheen ook een slaolie reclame in Jugendstil, en werd daardoor ook wel slaoliestijl genoemd. In 1896 werd ook de galerie in Parijs geopend door Siegfried Bing, de naam van deze galerie was l’Art nouveau. Omdat hij de nieuwe stijl zo stimuleerde werd de nieuwe stijl in Frankrijk bekend onder de naam Art nouveau.

Ook in Nederland kwamen er vernieuwingen in architectuur en in andere kunsten. Er werden verschillende namen voor deze stijl verzonnen zoals: vermicelli-, slaolie-, Berlage- of Binnenhuisstijl of stijle nouille, vanwege de lijnen. Wij deelden de Nederlandse nieuwe stijl in bij Art nouveau en Jugendstil omdat we zo gemakzuchtig waren. Toch hadden wij ook onze geheel eigen stijl in deze stroming. En dat leidde in 1960 toch tot een nieuwe naam. Het werd vanaf toen Nieuwe kunst genoemd. Het gaf aan dat het nieuw, jong en verfrissend was. In Nederland werden vooral de geometrische figuren gebruikt. Soms blokken maar soms ook vereenvoudigde bloemen en planten. Jugendstil bestaat niet alleen uit schilderijen en tekeningen, maar ook uit gebouwen(architectuur), affiches en andere kunstvoorwerpen (sieraden, glas in lood etc.) Schilderkunst: Jugendstil in de schilderkunst kan je herkennen aan de typische vloeiende lijnen. De lijnen die heen en weer golven spelen een belangrijke rol in de schilderijen. De inspiratie komt van de natuur (bloemen en planten), vuur, water en vrouwenfiguren. Jugendstil wordt soms ook gezien als een decoratief iets, vanwege de bewegelijke lijnen. Bekende Jugendstil schilders zijn: Gustav Klimt, Beardsly en Jan Toorop. Kunstvoorwerpen: Er was in die tijd een ontwikkeling in nieuwe technieken en nieuwe machines. Sommige kunstenaars wilden het met de handen blijven doen. Maar er waren ook kunstenaars die wel wilden gebruik maken van nieuwe methodes. Een van de eerste kunstenaars die dat deed was Henri van de Velde. Hij is de grondlegger van industriële vormgeving. Met de nieuwe technieken werden de vroegere glasblaas, pottenbakkers en edelsmid technieken een nieuw leven ingeblazen. Vooral met glas en emaille werden nieuwe werkwijzen ontwikkeld. En het gietijzer werd gebruikt voor balkons en trapleuningen. Architectuur: In 1893 waren er twee Belgen die voor het eerst Jugendstil/ Art nouveau stijl gebruikten in de architectuur. Ook hier werden golvende lijnen gebruikt. En werden bloemen, planten en dieren vereenvoudigd tot andere vormen. Het was bekend om zijn A-symmetrische ornamenten. En licht-donker effecten. En de andere in het al op de vorige pagina genoemde aspecten. De nieuwe mogelijk heden met ijzer zorgden voor nieuwe constructie. Maar bij Jugendstil/ Art nouveau gaat het vooral om de uit ijzeren gemaakte gevels en trapleuningen. Omdat na de eerste wereld oorlog veel beton werd gebruikte n de economische situatie niet meer zo goed was, eindigde daar het tijdperk van Jugendstil/ Art nouveau.