De tunnel
De 6,6 kilometer lange Westerscheldetunnel, die Terneuzen in Zeeuwsch-Vlaanderen met Goes op Zuid-Beveland verbindt, is de langste verkeerstunnel van Nederland. De tunnel vervangt de veren, Vlissingen-Breskens en Kruiningen-Perkpolder. Het is een toltunnel van categorie I, wat betekent dat de tunnel bestemd is voor alle auto- en vrachtverkeer (uitgezonderd bulktransport met LPG en explosieven).
De maximum vrije hoogte van de tunnel bedraagt 4,5 meter. Voor de tunnelinrit is een detectiesysteem geïnstalleerd dat te hoge voertuigen belet de tunnel in te rijden en hen omleidt via aparte dienstwegen
De bouw van de tunnel was een technisch uniek project. De meeste tunnels in Europa worden gebouwd in harde, rotsachtige materie. Niet eerder is in West-Europa een zo lange en zo diepe tunnel geboord door relatieve zachte grondsoorten als zand en klei. Het diepste punt ligt 60 meter beneden de zeespiegel
Eerdere plannen
De plannen voor een vaste verbinding tussen Zuid-Beveland en Zeeuwsch-Vlaanderen zijn niet nieuw. Al sinds de jaren dertig hebben zakenlieden en bestuurders initiatieven genomen om de oversteek tussen Zuid-Beveland en Zeeuwsch-Vlaanderen makkelijker te maken. Klik voor meer informatie op de tijdsbalk.
Plannen 1966 - 1986
Eind jaren zestig worden plannen gemaakt voor een vaste verbinding tussen Kruiningen en Perkpolder; het traject van de huidige veerverbinding. Het ontwerp bestaat uit een hangbrug en een afgezonken tunnel. Oordeel over het nieuwe ontwerp: te duur.
Plannen vanaf 1986
In 1986 wordt een nieuw plan gemaakt voor een vaste oeververbinding. Het eerste ontwerp gaat uit van een brug en een afgezonken tunnel. Later wordt het ontwerp aangepast tot een geboorde tunnel. Na diverse studies kiezen de provincie Zeeland en de minister van Verkeer& Waterstaat uiteindelijk voor het tracé dat loopt van Ellewoutsdijk op Zuid-Beveland en Terneuzen op Zeeuwsch-Vlaanderen
Snelheid
De centrale ligging van de Westerscheldetunnel zorgt voor een snelle verbinding tussen de havensteden Vlissingen-Terneuzen-Gent. Nederland en België komen dichter binnen je bereik.
In de Westerscheldetunnel geldt een maximum snelheid van 100 km per uur. In uitzonderlijke gevallen, bij spoedreparaties, ongevallen, etc., komt het ook voor dat er uit. Langzaam verkeer wordt niet toegelaten (fietsers, bromfietsers, brommobielen). Voor landbouwverkeer geldt een speciale regeling. Je moet rekening houden met een helling van 4,5%. Vrachtwagens houden verplicht rechts. Dit bevordert een vlotte doorstroming van het verkeerveiligheidsoverwegingen een beperking van de snelheid wordt aangeduid op de matrixborden in de tunnel, of in geval van calamiteiten of andere onvoorziene omstandigheden de desbetreffende tunnelbuis geheel af te sluiten. Uiteraard gebeurt dat alleen wanneer de veiligheid van de tunnelgebruikers niet langer gegarandeerd kan worden. Veiligheid
Veel mensen vinden het eng zo een lange tunnel. Ze zijn bang dat er een ongeluk gebeurd en dat er niemand is die hulp kan bieden van buitenaf. Bij deze tunnel is die angst volstrekt overbodig want hij is heel veilig. De tunnel bestaat uit twee afzonderlijke tunnelbuizen met elk 2 rijstroken en geldt als een van de veiligste in Europa. Hieraan dragen veelomvattende voorzieningen bij: permanente bewaking door een tunneloperator met behulp van moderne apparatuur zoals camera\'s, detectieapparatuur, verkeerssignalering en hulpposten. Dwarsverbindingen om de 250 meter garanderen in noodgevallen een veilige vluchtroute. Bijvoorbeeld bij Autopech, afgevallen lading of een ongeval in de tunnel kan de tunneloperator hulp bieden. In de controlekamer op het Tolplein is er een permanente bewaking van beide tunnelbuizen. De tunneloperator werkt in ploegendiensten (24-uur per dag) en kan met diverse beeldschermen de hele tunnel met daarin alle verkeer zien. Hij kan ook op elke gewenste locatie inzoomen met behulp van de camera\'s in de tunnel die beelden doorsturen naar de controlekamer. Hij ziet dus precies wie waar rijdt, of het te hard gaat, of er rommel op de weg ligt, of wanneer er een voertuig stil staat. De tunneloperator is de eerste contactpersoon voor het oplossen van problemen in de tunnel. Met behulp van de intercom (zwarte telefoon) in de hulpposten, die op iedere 50 meter in de tunnel zijn aangebracht, kan direct contact met de tunneloperator gezocht worden. Hij kan de nodige maatregelen nemen en de bestuurder met pech informatie en zonodig instructies geven.
REACTIES
1 seconde geleden
J.
J.
Ik heb veel aan jouw geweldige werkstuk gehad. Dankjewel hiervoor!
19 jaar geleden
Antwoorden