Inhoudsopgave.
Voorwoord
Boeddhisme
§ 1. het ontstaan van het boeddhisme
Kasten, karman en reïncarnatie
§ 1. inleiding
§ 2. beroepskeuze in India
§ 3. uitleg over het kastenstelsel
§ 4. karman, reïncarnatie en verlossing
Goden en geschriften
§ 1. de betekenis van het hindoeïsme
§ 2. Goden
§ 3. geschriften
Rituelen en Feesten
§ 1. rituelen
§ 2. feesten
Meditatie
§ 1. yoga
Reïncarnatie
§ 1. Kastensysteem
§ 2. De weg van de reïncarnatie
§ 3. Maya en dharma
§ 4. De verlossing
Gereïncarneerde goden
§ 1. Vishnoe, de god met de vele incarnaties
Reïncarnatie in de westerse wereld
§ 1. Geloven in reïncarnatie
§ 2. Kinderen uit de hemel
§ 3. Pop-Pop
§ 4. Terug in het gezin
Nawoord
Bronvermelding
Voorwoord.
Dit werkstuk gaat over het hindoeïsme en het boeddhisme met een uitwerking van het onderwerp reïncarnatie. Zo dat is er uit! Wat een opluchting zeg… nou mijn werkstuk gaat dus eigenlijk over 3 onderwerpen, nou ja eigenlijk nog wel meer. Ik heb vorig jaar namelijk een werkstuk gemaakt over het hindoeïsme en het boeddhisme en ik mocht van meneer hoekstra daar in dit schooljaar mee verder gaan. Dus dat heb ik gedaan. Aan het begin van het tweede termijn ben ik naar meneer hoekstra gegaan en heb ik gevraagd wat ik er aan moest doen om dit werkstuk beter te maken. Meneer Hoekstra vertelde mij dat ik een van de onderwerpen moest gaan uitwerken. Ik koos voor het onderwerp reïncarnatie en dat ben ik beter gaan uitwerken. Ik heb in mijn verslag de volgende thema’s behandeld.
Boeddhisme: In dit hoofdstuk word uitgelegd hoe het boeddhisme uit het hindoeïsme is ontstaan. Een erg mooi verhaal vind ik zelf. Kasten, karman en reïncarnatie: Dit hoofdstuk gaat over het hindoeïsme, hoe het geloof daar een rol speelt in de gewone wereld. Ook krijgt u in dit hoofdstuk een uitleg over het kastenstelsel. Ik vond dit erg interessant. Omdat ik nu ook beter weet hoe het kastenstelsel werkt. Goden en Geschriften: Dit hoofdstuk gaat over de betekenis van het hindoeïsme, maar natuurlijk ook over bepaalde goden en over de boeken van het hindoeïsme. Rituelen en Feesten: Dit hoofdstuk gaat over de rituelen en de feesten in het hindoeïsme. Sommige feesten lijken me heel leuk, en anderen lijken me juist weer niks aan. Meditatie: de hindoeïsme en boeddhisten mediteren natuurlijk ook heel veel. Daarom heb ik een stukje verteld over yoga. Het lijkt me erg ontspannend. Maar volgens mij heb ik er het geduld niet voor. Reïncarnatie: in dit hoofdstuk leg ik uit wat reïncarnatie volgens de Hindoes nou precies inhoud. Ook vertel ik nog wat over het kastensysteem, over maya en darm, over de fasen van het leven en over de verlossing. Ik vond dit een erg leuk hoofdstuk. Gewoon omdat ik allemaal dingen leerde waarvan ik nog niks wist. Gereïncarneerde goden: Dit hoofdstuk gaat over Vishnoe, dit is een god die in totaal 9 keer op aarde terugkomt om de wereld te redden. Reïncarnatie in de westerse wereld: Dit hoofdstuk gaat over hoe mensen in de westerse wereld met reïncarnatie omgaan. Een erg mooi hoofdstuk, ook omdat er van die ontroerende verhalen bij zitten.
Ik vond het een erg leuk onderwerp om een werkstuk over te maken. Maar ik heb het ook zelf gekozen natuurlijk. Het is mij niet tegengevallen en ik heb er veel van geleerd.
Boeddhisme
§ 1. het ontstaan van het boeddhisme.
Het boeddhisme is ontstaan door Siddharta Gautama. Hij was heel rijk. Maar je kut wel heel rijk zijn, dat zegt nog niet dat je ook gelukkig bent. En Siddharta was ook niet gelukkig. Hij besloot om al zijn spullen weg te doen en om als monnik te gaan leven. Hierdoor heeft hij het boeddhisme opgericht. De meeste boeddhisten noemen hem boeddha. Boeddha betekend ‘verlichte’. Boeddha word zo genoemd omdat hij de eerste was die de zin van het leven inzag en de mensen daarmee aanspoorde om op zoek te gaan naar de verlossing. Siddharta Gautama leefde rond 500 voor Christus. Hij zat in een hoge kaste, hij was dus een hindoe, en is dus van jongs af aan met het hindoeïsme opgegroeid. Siddharta groeide op zonder zorgen. Zijn ouders waren rijk en hij zat in een hoge kaste dus dat zou allemaal wel goed komen. Siddharta trouwde al heel vroeg en kreeg een zoon. En toch was Siddharta niet tevreden met zijn leven. Toen hij 29 jaar was verliet Siddharta zijn familie en ging de wijde wereld in. Siddharta ging leven in armoede en hij ging op zoek naar de werkelijke zin van het leven. Siddharta werd monnik. Daardoor begreep hij eindelijk de zin van het leven. Toen Siddharta een keer onder een boom zat te mediteren begreep hij ineens waar al het leed van de wereld vandaan kwam. En vanaf dat moment is Siddharta, boeddha. (de verlichte)
Ik vind het wel een mooi verhaal. Ik geloof ook wel dat het echt gebeurd is. Hij was goed en daarom vereerd iedereen hem nu. Maar wat nou als een hindoe denkt, ach ik ga ook in een klooster. Komt er dan een tweede boeddha? Ik vind het wel een beetje overdreven hoor, dat je iemand helemaal gaat vereren omdat diegene toevallig snapt waar het leed van de wereld vandaan komt?
Kasten, karman en reïncarnatie.
§1. inleiding.
Mijn werkstuk gaat dus over het hindoeïsme en het boeddhisme. Deze godsdiensten zijn geen monotheïstische godsdiensten. Dat zijn godsdiensten die maar in 1 god geloven. Hindoese mensen en boeddhisten geloven dus niet in 1 god maar in meerdere goden. Hindoese mensen geloven in heel veel goden en boeddhisten geloven helemaal niet in goden. Boeddhisten geloven namelijk in een heilig mens. Allebei de geloven komen uit het land India. Het hindoeïsme heeft zijn naam gekregen via de rivier de Indus. De Indus heeft ook voor de naam van het land gezorgd. De meeste mensen in India geloven in het hindoeïsme. Er zijn nog maar heel weinig boeddhisten in India. Het boeddhisme is ontstaan uit het hindoeïsme. Van oorsprong komt het boeddhisme wel uit India, maar het heeft zich in de loop van de jaren verplaatst naar China, zuidoost Azië en Japan. In het boeddhisme draait het om je eigen ‘ik’ achter te laten en je open te stellen voor het goddelijke. Daardoor leer je om tevreden te zijn met jezelf.
Ik wist eerst nooit het verschil tussen het hindoeïsme en het boeddhisme. Nu weet ik in ieder geval het belangrijkste verschil. De ene gelooft in heel veel goden en de andere geloof helemaal niet in goden. Ik wist al wel dat de geloven uit India kwamen. Maar dat het boeddhisme uit het hindoeïsme is ontstaan dat wist ik niet. Ik vind het wel interessant om het verschil te weten.
§ 2. beroepskeuze in India.
In Nederland mag je zelf weten wat je later wilt worden. En je kunt het nog worden ook. In India mag je misschien ook wel zelf weten wat je wilt worden. Maar het is een stuk moeilijker om die droom dan ook waar te maken. In Nederland maakt het dus niks uit waar je vandaan komt. Als jij een bepaalde studie wilt gaan doen, en jij bent slim genoeg om die studie te gaan volgen, dan mag jij die studie volgen. In India gaat dat wel even ietsje anders. Het komt erop neer dat als je vader bijvoorbeeld timmerman is, en jij wilt advocaat worden, dat je dan geen advocaat mag worden omdat je vader timmerman is. Ook al ben je nog zo slim.
Ik vind dit best wel stom geregeld zo. Ik bedoel er worden weet ik veel hoeveel mensen zwaar ongelukkig omdat ze een beroep moeten uitoefenen wat ze niet leuk vinden en het is ook nog eens slecht voor de economie. Want mensen die goed kunnen leren kunnen dus geen goede baan krijgen. Maar aan de andere kant. Iedereen is er op ingesteld. Ze weten daar niet anders. Dus ik kan wel gaan zeggen, je moet de boel veranderen. Maar zij zitten er volgens mij helemaal niet mee.
In India kijkt men eerst naar je afkomst, pas dan kijkt men naar je talenten. Je hebt in India 4 grote rangen. Die rangen zijn weer onderverdeeld in allemaal kleinere rangen. Zo’n rang heet een kaste. De kaste waarin je zit bepaalt heel veel in je leven. Het bepaald niet alleen welk beroep je later moet uitoefenen, maar ook met wie je later gaat trouwen. Niet helemaal natuurlijk. Maar meestal vallen er door het verschil in kaste al een heleboel potentiële lovers uit. Je mag namelijk niet met iemand trouwen die in een veel hogere of een veel lagere kaste zit. Je kaste bepaald ook met wie je omgaat. Zo mag bijvoorbeeld de zoon van de dokter niet met de zoon van de timmerman spelen. Ook al kunnen ze het nog zo goed met elkaar vinden, het mag niet. Een voorbeeld: een zekere Madhau werd op een zeer onaangename manier met het kastensysteem geconfronteerd. Hij had een baan geaccepteerd op de school van zijn kinderjaren. Hier was hij vroeger als leerling om zijn paria-afkomst constant gepest. Klasgenoten wilden niet naast hem zitten. Afgezonderd in een hoekje mocht hij de lessen volgen. Niemand sprak tegen hem, ook de onderwijzer niet. Nu volwassen geworden en zelf onderwijzer, werd het lesgeven hem daar onmogelijk gemaakt door een nieuwe generatie kastebewuste leerlingen. Ze namen na de eerste les onmiddellijk een duik in het water om zich te wassen. Zelfs de schooltassen werden in de wasbeurt meegenomen. Ook zijn vrouw daalde in algehele verwachting waarmee de onaanraakbaren werden benaderd. Toen zij moest bevallen was er in het hele dorp geen vroedvrouw te vinden die wilde helpen bij de bevalling, toen de vroedvrouw van de ‘eigen’ kaste afwezig was. De andere vroedvrouwen mochten niet helpen omdat de reinheidsvoorschriften van hun kaste dat verboden. Pas na een halve dag werd er hulp gevonden.
Deze voorbeelden vind ik wel heel erg. Alleen omdat je bij een bepaalde kaste zit, moet je alleen in de klas zitten, praat niemand tegen je, en als je dan ook nog hebt bewezen dat je wel goed bent door jezelf op te werken tot leraar, word je ook nog beledigd door een paar van die snotneuzen. En dat alleen maar omdat je in een bepaalde kaste zit. En dan ook nog dat stukje over die zwangere vrouw. Ze had wel dood kunnen bloeden. En dat alleen maar door het geloof. Ik denk dat als ik daar zou wonen, dat ik al lang was verhuist, ik bedoel, zo wil je toch niet leven. Maar ja zij zijn niet anders gewent denk ik.
§ 3. uitleg over het kastenstelsel.
Als je het over het kastenstelsel en over paria’s hebt dan denken heel veel mensen gelijk aan India. Toch zijn daarbij heel veel misverstanden. Je hebt, zoals ik al zei, 4 grote kasten. Die kasten zijn onderverdeeld in allemaal kleinere kasten. De 4 grote kasten zijn:
Brahmanen de priesters
Ksatra’s de mensen die het land besturen
Vaisja’s de boeren en de handelaren.
Sjoedra’s de arbeiders (deze werken meestal voor een hogere kaste)
Deze 4 grote kasten zijn dus nog onderverdeeld in allemaal kleinere kasten. Deze staan ook allemaal in rang. Heel vaak hebben mensen binnen dezelfde kaste hetzelfde beroep, moeten trouwen met iemand van dezelfde kaste en elke kaste heeft zelfs zijn eigen gebeden.
Het kastensysteem heeft niet altijd in het hindoeïstische geloof gezeten. Het zijn de brahmanen geweest die het kastensysteem in het hindoeïsme hebben ingevoerd. Zij vinden dat, hoe hoger je kaste is, hoe dichter je bij het goddelijke staat, zo hebben hogere kasten meer regels voor de omgang met bepaalde mensen en ze hebben meer reinheidsvoorschriften dan mensen uit een lagere kaste.
Dit vind ik dus echt heel vals van die brahmanen. Ik bedoel in bijna alle godsdiensten staat dat je jezelf nooit beter moet voelen dan een ander, en wat doen zij, zij gaan een systeem ontwikkelen waarin zij de beteren zijn. Ik vind dat echt heel stom, dus als mijn vader een dominee was geweest in plaats van vrachtwagenchauffeur dan had god meer van mij gehouden. Terwijl een kind van een dominee misschien wel veel slechter leeft dan mij. Ik zou daar echt niet kunnen leven. Tenminste niet met de opvattingen die ik nu heb.
De reinheidsvoorschriften houden niet alleen in dat je je moet wassen, maar het heeft ook te maken met de reinheid van je geest. Zo is een koe heilig. Maar de paria’s zijn juist heel erg onrein. Sommige brahmanen zijn daar zo erg in dat ze hun eten weggooien als de schaduw van een paria er toevallig op is gekomen. Dat eten zou dat ‘besmet’ zijn. Maar je kan natuurlijk niet voorkomen dat je nooit word aangeraakt door een paria. Ja alleen als je de hele dag in bed blijft liggen. Maar om toch rein te blijven moeten de mensen van een hogere kaste vaker in bad en vaker bidden dan mensen van een lagere kaste. Heel veel mensen gaan ook naar de Ganges. Dat is een heilige rivier en als je daarin baad dan word je weer rein.
Ik vind dat van dat eten weggooien wel een beetje doelloos, stel je voor ik heb een hekel aan iemand, dan gooi ik mijn brood toch ook niet weg omdat die persoon mijn broodtrommel heeft aangeraakt. Ik vind het wel grappig dat je rein word als je in de Ganges gaat baden. Die rivier is zo smerig als wat. Maar ja wij eten ook het avondmaal, ik bedoel ieder geloof heeft wel zijn rituelen.
Toch is het niet zo dat als je in een lagere kaste zit, alle kansen op een goede baan weg zijn. Je kan je best opwerken. Dat zie je ook in het verhaal van Madhau. Hij is een paria, maar hij heeft wel mooi een baan als leraar. Andersom kan het ook, mensen met een hoge kaste die een baan van een lage kaste hebben. Toch is het wel zo dat een groot deel van je leven bij de geboorte al vast staat. Als je in een hoge kaste geboren wordt, heb je later waarschijnlijk een goed leven. Word je in een lagere kaste geboren, dan zul je harder moeten werken omdat zelfde goede leven te krijgen.
Op zich is dit het enige voordeel van het kastensysteem. Je weet bij de geboorte al waar je aan toe bent. Moet ik later hard werken om een goede baan te krijgen, of krijg ik een goed leven al mee van mijn ouders?
§4. karman, reïncarnatie en verlossing.
Het kastensysteem is al heel oud. Het is zo oud geworden omdat het heel veel heeft te maken met reïncarnatie. En reïncarnatie hoort nou eenmaal bij het hindoeïstische en boeddhistische geloof. Mensen die in reïncarnatie geloven, geloven erin dat de ziel na de dood het lichaam verlaat en terugkeert in een ander lichaam. Ik geloof ook in een bepaalde vorm van reïncarnatie. Ik vind het een heel interessant onderwerp en daarom heb ik een paar hoofdstukken helemaal toegewijd aan het onderwerp reïncarnatie.
De kaste waarin je in dit leven leeft heeft te maken met je vorige leven. Leefde je in de vorige leven heel goed, dan zit je waarschijnlijk in een hogere kaste. Leefde je in je vorige leven slecht, dan zit je nu waarschijnlijk in een lagere kaste. Een hindoe beschrijft het zo: heb je goed geleefd? Ja? Dan heb je een positief karman voortgebracht en kom je in een hogere kaste. Of: heb je goed geleefd? Nee? Dan heb je een negatief karman voortgebracht en kom je in een lagere kaste. Het kan ook zijn dat je zo slecht hebt geleefd dat je in het volgende leven niet terugkomt als een mens maar als een dier. Over dit systeem is wel goed nagedacht, ik geloof hier niet in, maar het is wel een hele originele opvatting. Maar het kastensysteem klopt dan eigenlijk niet. Wat nou als je heel slecht hebt geleefd, en je komt weer als een koe? Dan ben je ineens heilig, terwijl je het niet verdient. Ik geloof erin dat je alleen reïncarneert als je nog iets af moet maken op deze wereld. Stel je voor, ik kom morgen onder een auto, maar ik heb mijn missie van god op deze aarde nog niet volbracht, dan moet ik terug om het nog een keer te proberen.
Als een hindoe na zijn dood in een hogere kaste komt, dan zou je zeggen dat hij erop vooruit is gegaan. Daar moet je blij mee zijn zouden wij zeggen, een hindoe ziet dat anders. Zij zien het wel als een verbetering, maar ze zijn nog niet tevreden. Een hindoe moet doorgaan met goed leven totdat hij de verlossing heeft bereikt. Als je de verlossing hebt bereikt ben je verlost van het kastenstelsel.
Het systeem word steeds ingewikkelder, maar ook steeds genialer. Net alsof je het moet verdienen om in de hemel te komen. Het is best goed bedacht eigenlijk. Ik denk dat daar heel wat jaartjes in zijn gaan zitten. Maar dan heeft het kastensysteem wel voordelen. Wij krijgen maar 1 kans om te bewijzen dat we in de hemel horen. En zij krijgen er een heleboel, totdat ze er eindelijk 1 benutten.
Als je de hoogste kaste hebt bereikt en je leeft in dat leven ook heel goed, dan kom je na je dood bij het Brahman. Brahman is de god van de Hindoese mensen . Als je bij de verlossing komt dan mag je bij hem wonen. Je komt dan niet meer terug op aarde maar je woont dan in een soort hemel. Maar je komt niet zo maar bij de verlossing hoor, het is een lange en moeilijke weg om daar te komen. De meeste mensen hebben ook heel veel levens nodig om daar te komen. Je moet alles kunnen loslaten waar je aan gehecht bent. Zeg maar al je spullen in de hens steken, naar de noordpool lopen en daar dan in een plaggenhut gaan wonen. Ook moet je al je plichten nagaan die bij je kaste horen. De drie belangrijkste dingen die je moet doen om bij de verlossing te komen zijn: · Je moet vooral niet heel goed gaan geloven omdat je dan bij de verlossing komt, maar je moet geloven voor jezelf, omdat je je er prettig bij voelt. · Je moet kunnen inzien dat je gelijk bent aan Atman (het goddelijke) en dat er dus een stukje van Atman in jouw lichaam schuilt. · 1 van de vele goden trouw dienen. Op deze manier leer je om niet meer op aarde te leven, maar om meer bij god te zijn. Als je dit alles volledig beheerst ben je klaar om niet meer terug te hoeven keren naar de aarde.
Ze vragen nog al wat van je om bij het bereiken van het goddelijke. Geen wonder dat de meeste mensen er lang over doen om het te bereiken. Mij zou het ook niet in 1 keer lukken. Maar wat dat betreft ben ik blij dat ik christen ben.
Goden en geschriften.
§1. de betekenis van het hindoeïsme.
Eén van de oudste namen van het hindoeïsme is: Santana Dharma. Santana Dharma betekend eeuwige orde. Deze eeuwige orde gaat niet over het kastensysteem maar over de orde in de natuur. En dat komt erop neer dat alles steeds weer in dezelfde volorde terug komt, alles gaat volgens hetzelfde patroon. Dus dat het nu lente word, daarna word het zomer, dan herfst , dan winter en dan weer lente. Alles gaat dus steeds in dezelfde volorde. Maar het gaan niet alleen over de natuurlijke orde, maar ook over de orde in jezelf. Ik vind het wel een leuk begrip dat is gegeven aan het hindoeïsme, orde, dat alles volgens een vast patroon gaat. En het klopt ook nog. Alles gaat gewoon via een vast patroon. Je ziet nooit een bloem eerst bloeien en dan pas knoppen krijgen. Erg leuk vind ik dit.
§ 2. Goden.
Voor een hindoe horen natuur en religie bij elkaar. Dat zie je ook aan de goden die zij vereren. Veel goden in het hindoeïstische geloof komen van natuurgoden. Hier een paar voorbeelden. · Indra: Indra is de god van het onweer. Onweer is iets uit de natuur. In verhalen staat dat Indra draken versloeg. Omdat hij deze draken versloeg is hij voor de Hindoes de god die de mensen beschermt tegen de vijanden. · Varoena: Varoena is de god van het water. Ook weer natuur. Deze god kan zien of iemand liegt, of dat hij de waarheid spreekt. · Agni: Agni is de god van het vuur. En dat hoort natuurlijk ook bij de natuur. Vroeger was Agni de god van het offervuur, daarom is Agni nu zeer belangrijk bij het offeren.
Dit zijn alledrie goden die met de natuur te maken hebben. Ik denk dat het vroeger natuurgoden zijn geweest en dat ze langzamerhand in het hindoeïsme zijn opgenomen. Ik vind het wel leuke goden. Volgens mij zijn ze voor de Hindoes als een soort beschermengelen.
Ook bij de goden is er sprake van een rangorde. Een soort kastenstelsel dus. Bovenaan staan 3 goden: Brahma, Visjnoe en Sjiva. De laatste twee zijn het populairst. Er wordt door veel Hindoes een god uitgekozen en vereerd als de enige god. Die Hindoes vereren de andere goden dus niet. Hier even een uitleg van wat de 3 belangrijkste goden nou inhouden: · Brahma: Brahma is Eén van de hogere goden. Toch wordt hij maar weinig vereerd. Hij is de persoonlijke vorm van Brahman. Brahman is het begin (Brahma is dus net zoiets als Adam) Brahma is het begin van de schepping, maar hij heeft de aarde niet geschapen. · Sjiva: Sjiva heeft goed eigenschappen, maar hij heeft ook slechte eigenschappen. Hij is dus heel menselijk. Hij is de schepper, maar ook de vernietiger, maar ook weer de hersteller. Deze god heeft dus verschillende kanten. Hij laat mensen doodgaan om andere mensen juist weer nieuw leven te geven. Daarom is hij ook wel de god van de reïncarnatie. Het is ook Sjiva’s taak om mensen zich te laten voortplanten. In de verhalen in Sjiva net een mens. · Visjnoe: veel Hindoes vinden Visjnoe de enige heer van de wereld. Hij is een liefdevolle schepper, maar ook een persoonlijke verlosser. Hij is een god die af en toe naar de aarde komt om de boel weer een beetje op orde te maken. Visjnoe verschijnt in verschillende lichamen. Deze lichamen worden ook wel incarnaties genoemd. We kennen 10 incarnaties van Visjnoe. 9 ervan zijn al op de aarde geweest. Eentje komt nog als je boel weer in de knoop ligt. Meer hierover in het onderdeel reïncarnatie.
Het is wel raar dat de Hindoes zo veel goden hebben. Maar aan de andere kant lijkt het me ook wel leuk. Als je het dan met de ene god niet eens bent, ga je gewoon een andere vereren. Maar ik denk dat dat niet kan. Maar het lijkt me ook wel lastig. Wij leren alles van 1 god. Zij moeten van 30 goden alles weten.
§3. geschriften.
De oudste boeken van het hindoeïsme zijn meer dan 30 eeuwen oud. Deze boeken heten de veda’s. ze zijn geschreven in het Sanskriet. Sanskriet is een heilige taal. Tegenwoordig word Sanskriet niet meer gebruikt. In de veda’s staan liedjes en gebeden voor het offerritueel. Ook staan er gewone gebeden in de veda’s tegenwoordig lezen allen de priesters de veda’s. de normale mensen hebben niks meer met de veda’s. Wel kennen veel Hindoes verhalen uit andere boeken. Bijvoorbeeld verhalen uit de boeken: Ramajana en Mahabharta. Deze boeken waren eigenlijk ook in het Sanskriet geschreven, maar ze zijn vertaald naar het Indisch. In deze boeken staan leuke, maar ook leerzame verhalen.
Die geschriften lijken wel een beetje op de bijbel, die is ook in 1001 talen vertaald. Maar het voordeel van de bijbel is, is dat iedereen het leest. Ik zou best eens een verhaal uit die leerzame boeken willen horen. Kijken als de verhalen ook echt zo leuk zijn.
Rituelen en Feesten.
§ 1. rituelen.
Ik ben een christen, ik bid voor, en ik bid na het eten. Ik ga (soms) naar de kerk. En als er bij ons iemand word geboren wordt hij of zij gedoopt. Als er iemand overlijd gaan we hem of haar begraven. Dit zijn allemaal dingen die ik doe omdat ze bij mijn geloof horen. Het zijn een soort rituelen. Oké als je er zo over nadenkt klinkt het wel een beetje raar, maar dat komt omdat ik al die dingen zo gewoon vind. Maar ga er eens over nadenken? Ritueel is toch best een goed woord voor zulk soort dingen? Ik vind in ieder geval van wel.
Het hindoeïsme heeft ook bepaalde rituelen. De bedoeling van een ritueel is, de mensen aan sporen om zinvol te gaan leven. De rituelen brengen je ook dichter bij de verlossing. In het hindoeïsme noemen ze deze rituelen ‘Sanskara’s’. er zijn er een stuk of 50 van deze rituelen. Maar een stuk of 18 worden er nog regelmatig gebruikt. De belangrijkste en de meest opvallende heb ik even op een rijtje gezet.
· Namadheya: dit word gevierd op de 12e dag na de geboorte van een kind. Het heeft hetzelfde idee als het dopen in de christelijke kerk. Alleen dan zonder water. De priester geeft het kindje een religieuze naam. Deze naam word alleen gebruikt bij religieuze gelegenheden. Ook word er een horoscoop speciaal voor het kindje opgesteld.
· Churakarana: dit word gevierd voor de 5e verjaardag van het kind. Het is een reinigheidsritueel. Het is de eerste keer dat het hoofdhaar van het kind word geschoren. Door dit ritueel word het kind een hindoe. Het kind krijgt voor het eerst een heilige tekst te horen en het krijgt zijn/haar eerste vuuroffer te zien.
· Upanayana: dit word gevierd voor de 12e verjaardag. Op deze dag word het kind officieel lid van zijn/haar kaste. Het kind krijgt een ‘heilig koord’. Als je deze dag hebt gehad, moet je gaan verdiepen in het hindoeïsme. Vroeger was dit ritueel alleen voor de jongens van de hoogste 3 kasten. Maar tegenwoordig mogen alle kinderen, jongens/meisjes, hoge kaste/lage kaste, dit ritueel volgen.
· Vibah: dit ritueel is het ritueel dat bij het trouwen hoort. Als een hindoe gaat trouwen dan maakt hij of zij 3 periodes door.
* de voorbereiding. Deze bestaat uit :
# de verloving.
# de ondertrouw. (dit gebeurd een half jaar na de verloving, en
voor jaar voor de daadwerkelijke bruiloft.)
#de huwelijksvoorbereiding. (dit duurt 2 dagen)
*de trouwerij zelf.
* de intocht in het nieuwe huis.
· Antyeshti (Karma): dit gebeurd als er iemand is overleden. In Nederland noemen we dit gewoon cremeren. Het dode lichaam wordt verbrand. Eerst wordt het dode lichaam gewassen en wordt er afscheid genomen. Daarna wordt het lijk naar de crematieplaats gebracht. Het vuur waarmee het lijk in brand word gestoken is niet zo maar een vuurtje, nee het moet het vuur van een heilig offervuur zijn. Een dag na de Antyeshti wordt de as en de andere resten van het lichaam verzamelt en boven een rivier of boven de zee uitgestrooid. Hierna rouwt de familie ongeveer 12 dagen. Aan het eind van die 12 dagen is er een rouwceremonie. Na een half jaar word de overledene nog eens herdacht.
Ik vind deze rituelen op zich best goed. Veel van deze rituelen lijken op de dingen die ik doe. Ik heb alleen nooit mijn haar afgeschoren, maar daar kan ik ook niet zo heel erg mee zitten. Ik ben wel blij met mijn mooie lange haar. Wel valt me op dat Hindoes meer rouwen dan wij. Een half jaar na het overlijden houden wij geen herdenking. Wel is er bij mijn moeder in de kerk (ze is katholiek) Eén keer in het jaar een mis speciaal voor mijn overleden oom.
§ 2. feesten.
In het hindoeïsme hebben ze ook feesten. Net zo als de christenen kerstmis, Pasen en Pinksteren, en de moslims de ramadan hebben. Hebben de Hindoes ook bepaalde feesten. Er zijn een heleboel feesten in het hindoeïsme. Er zijn ook veel feesten die alleen in een bepaald gedeelte van India gevierd worden. Er zijn feesten die elk jaar gevierd worden, daarvan noem ik er zo een paar op. Er zijn ook feesten die maar 1 keer in de zoveel jaar gevierd worden. Een voorbeeld daarvan is het feest ‘Kumbha Mela’. Dit feest word 1 keer in de 12 jaar gevierd. Op dit feest gaat iedereen zich baden in rivierwater. Dit feest word ook niet overal gevierd, maar vooral op de plaats waar de Ganges en de Yamuna bij elkaar komen. In 1954 waren er tussen de 2 en de 5 miljoen pelgrims die tegelijk gingen baden in de rivier.
Ik kan me voorstellen dat ze in het hindoeïsme ook gewoon feesten hebben. Ik denk dat elk geloof dat wel heeft. Maar dat ze ook feesten hebben die om de zoveel jaar gevierd worden, dat vind ik wel een beetje raar. Maar het is gewoon de gewoonte daar denk ik.
Hieronder een paar feesten die in India gevierd worden. · Divali feest: dit feest word gevierd in oktober of november. Het feest duurt 4 dagen. Divali betekend: ‘rij lampjes’. Op dit feest wordt alles verlicht, het huis word mooi versierd en iedereen draagt mooie kleren. Ook gaan de mensen op dit feest lekker eten. Voordat het feest begint, mag je geen vlees eten en geen alcohol drinken. Dat is ter ere van Laksimi. Laksimi is de godin van de voorspoed en de welvaart. Het is een vrolijk feest. De Hindoes vieren dan dat het licht (het goede) heeft gewonnen van het donker (het slechte). · Holi feest: dit feest kan gevierd worden vanaf het einde van de maand februari tot en met half april. Het heeft hetzelfde idee als oud en nieuw bij ons. Het is het nieuwjaarsfeest, maar het word ook wel het lentefeest genoemd. · Rakhi feest: dit feest word gevierd in juli of in augustus. Het is het feest van de bescherming. De mensen dragen bij dit feest een heilig koord. Dat is een soort armband die je beschermt tegen het kwade. · Krishnajayanti feest: dit feest word gevierd in augustus of september. Bij dit feest viert men de geboorte van krisna. · Ramajayanti feest: dit feest word gevierd in maart of in april. Het is de viering van de geboorte van Rama. Rama was de ideale broer en koning. Dit feest duurt 1 dag. Op deze dag word het verhaal van Rama voorgelezen of nagespeeld. · Mahasivaratri feest: dit feest is in februari of maart. Dit feest word niet overdag, maar ’s nachts gevierd. Dit feest word ook wel de nacht van Sjiva genoemd. Op deze dag gaan de mensen niet slapen maar doen ze heilige oefeningen of lezen ze heilige teksten, ook zingen ze heilige liederen.
De feesten zijn wel heel erg verschillend met de feesten die ik vier. Ja oké ik vier ook wel oud en nieuw, maar voor de rest. Een heilige nacht hebben wij niet in ons geloof, of ja toch wel, de nacht dat Jezus geboren werd. En wij hebben bij ons op het dorp de nacht van nieuw Amsterdam. Maar dat heeft weer niks met het geloof te maken. De Hindoese feesten lijken me ook niet zo leuk. Maar dat komt misschien ook omdat ik ze nog nooit heb meegemaakt en omdat ik van sommige feesten de bedoeling niet echt snap.
Meditatie.
§ 1. yoga.
Veel Hindoes doen aan yoga. Yoga is een soort meditatie. Alleen is yoga een manier om tot rust te komen. Yoga heeft meerdere betekenissen. Het betekend beheersen maar ook verbinden. Yoga in de vorm van beheersen houdt in dat je een bepaalde weg moet begaan om iets te bereiken. Dat dus niet alles je zo maar komt aanwaaien. Door aan yoga te doen leer je om je lichaam te beheersen in plaats van dat het lichaam jou beheerst. Je leert daarbij om reacties van je lichaam op een andere manier te gaan bekijken. Maar als je het gaat bekijken moet je er ook wat mee doen. Je leert dan ook om je reacties serieus te nemen en om er iets mee te gaan doen. Yoga in de vorm van verbinden houdt in dat je je loslaat van het uiterlijke. En dat je je dus meer richt op het innerlijke. Je leert dus om door het lichaam heen te kijken. Als je dat kan, dan ben je bij het blijvende, dan hoor je bij god. En dat is dus ook een manier om jezelf te verlossen van het kastensysteem. Door yoga leer je dus om dichter bij god te komen. Er zijn Hindoes die proberen om op deze manier bij de verlossing te komen. Deze Hindoes worden daarbij geholpen door een Guru. Een Guru is een soort specialist in het beoefenen van yoga, en die kan je leren om heel dicht bij het goddelijke te komen. Er zijn nog heel veel andere versies van de yoga. Maar deze manieren hebben allemaal weinig of niks te maken met het hindoeïsme. Die yoga oefeningen zijn vanuit India overgewaaid naar de westerse landen. Daar gebruiken ze de yoga meer voor de ontspanning.
Yoga lijkt me best leuk. Je moet er natuurlijk wel de tijd voor nemen. Maar het lijkt me best een ontspannende bezigheid. Kijk daar heb je het weer. Ik wil best op yoga, maar dan niet voor mijn geloof, maar gewoon om me te ontspannen. Maar ik denk dat het als hindoe best leuk is om zo de verlossing te bereiken.
Reïncarnatie
§ 1. Kastensysteem.
In het begin van het hindoeïsme was het geloof ingedeeld in vier kasten. Elk van die kaste had zijn eigen functie. Bovenaan stonden de brahmanen (priesters) daarna kwamen de kshatriya’s (strijders) daarna kwamen de vaishya’s (de boeren en de handelaren) en onderaan stonden de shudra’s (de dienaren) Tegenwoordig is het kastensysteem heel anders. Dit kastensysteem is veel meer uitgewerkt. We weten niet of dit kastensysteem uit het oude kastensysteem is ontstaan of dat het een kastensysteem op zich is. De regering heeft vaak geprobeerd om het kastensysteem af te schaffen. Dat doen ze omdat het leven voor de mensen in de laagste kasten ondraaglijk wordt. Maar als je over straat loopt merk je nog steeds dat de gewone bevolking nog steeds in het kastensysteem gelooft.
Het kastensysteem is dus al heel oud. Het is eigenlijk gebaseerd op een heel simpel iets, maar het is in de loop van de tijd uitgegroeid tot een megagroot iets. Ik vind het heel goed van de regering dat ze proberen om het kastensysteem af te schaffen, maar het is zo ingeburgerd bij de bevolking dat het er heel moeilijk is om het er weer uit te krijgen.
§ 2. De weg van de reïncarnatie.
De Hindoes geloven dat iedereen een eeuwige ziel (atman) heeft. Ze geloven dat de mensen miljoenen keren herboren worden in allemaal verschillende lichamen. Het lichaam waarin je herboren wordt, wordt bepaald door de wet van karma. Dit heeft net zo weinig te maken met je eigen lichaam als de zwaartekrachtwet. Je krijgt in je volgende leven geen beloning voor wat je in dit leven hebt gedaan, maar je krijgt in je volgende leven ook geen straf. Het enige wat je kunt bereiken om uit de cirkel van reïncarnatie te ontsnappen is de bevrijding uit de wedergeboorte. (moksha). Er zijn verschillende manieren om dit te bereiken. Al die manieren samen worden het hindoeïsme genoemd. Ik vind het op zich wel iets hebben als je zo in reïncarnatie gelooft. Ik geloof ook wel in reïncarnatie maar niet op zo’n manier. Ik vind wel dat de mensen de wedergeboorte niet zien als iets waarbij je straf krijgt van wat je gedaan hebt in je vorige leven. Ik denk dat in India dan ook heel veel mensen heel goed leven, alleen maar om bij het moksha te komen.
De belangrijkste wegen om het moksha te bereiken zijn: · De weg van de kennis (jnana-marga) · De weg van het juiste handelen (karma-marga) · De weg van de devotie tot god. Hierbij vereer je een heilige en probeer je zo om een beter leven te krijgen. (bhakti-marga) Elke weg heeft zijn eigen manier om bij de bevrijding te komen. Je kunt er dus eentje kiezen en via die weg proberen om in een hogere kaste te reïncarneren.
Ik vind het een heel goed idee dat je op meerdere manieren bij het moksha kan komen. Want voor sommige mensen is het onmogelijk om het bijvoorbeeld via de weg van de kennis te doen, omdat ze nou eenmaal niet beter kunnen. Ik zou denk ik de weg van de kennis kiezen. Of de weg van het juiste handelen. Omdat ik toch niet kan liegen en ik meestal heel lang pieker om een juiste beslissing te nemen, en als je dan via die weg probeert om bij het moksha te komen dan ga je alleen maar nog beter je best doen om de juiste beslissing te nemen.
§ 3. Maya en dharma.
In alle wegen heb je de begrippen maya en dharma. Maya is de kracht van brahmaan. Brahmaan zorgt er voor dat alles verschijnt. Als je verkeerd naar een verschijning van brahmaan kijkt, word je verleidt door de wereld. En dat mag niet. Zo lang je nog verleid word door de wereld, ben je nog niet klaar om naar het moksha te gaan. Maar hier draait nog niet het hele hindoeïsme om, als je toch verleid word door de wereld, dan is het nog maar 1 van de basis zonden die je kunt doen. Dharma heeft heel veel betekenissen. Maar de meest gebruikte betekenis is: ‘juiste houding’. Eigenlijk is het hindoeïsme gewoon een kaart met daarop alle wegen met hoe je de juiste houding kunt leren, daardoor leer je om juist te handelen. Als je een goede houding hebt in dit leven, word je waarschijnlijk wedergeboren in een hogere kaste en dan ben je weer een stapje dichterbij de verlossing. Als je de juiste houding wilt bereiken zul je de volgende vier levensfasen op de goede volgorde meemaken: · Student · Gezinshoofd · Iemand die zich afzondert om na te denken. · En daarna moet je je gaan toewijden tot god, alles weggeven en bijvoorbeeld in een klooster gaan wonen. Als je deze fasen van je leven niet op de goede volorde doet, of je slaat een fase over, dan heb je niet goed geleefd en kom je dus niet in de hogere kaste in je volgende leven.
Je moet wel heel erg veel doen om bij de verlossing te komen. Vergeleken met het christendom dan. Ik vind het wel een beetje heel erg overdreven. Als je ook maar een heel klein beetje anders leeft, kom je niet in een hogere kaste. Wat wel goed is aan dit systeem is dat iedereen probeert om goed te leven en dus iedereen heel erg aardig tegen elkaar zal doen.
§ 4. De verlossing.
Er zijn dus verschillende vormen om bij het moksha te komen. Er zijn ook vormen van het hindoeïsme waarbij het echt heel moeilijk word om bij de verlossing te komen. Je kunt dan alleen bij de verlossing komen als je je van alle aardse gevoelens los kan maken. Als je zelfs niet meer bang bent om met de lagere kasten om te gaan en je te verontreinigen.
Dit vind ik een heel goed iets. Dat je je dus gewoon helemaal van het kastensysteem los moet maken om bij de verlossing te komen. Alleen is dat wel extreem moeilijk om te doen. Maar als je dat kan dan ben je het ook echt wel waard om bij de verlossing te komen.
In het algemeen kan je alleen bij de verlossing komen als je echt niks meer wil. Als je zelfs niet meer bij de verlossing wil komen. Als je dus eindelijk, na al die levens de verlossing bereikt, dan ben je een vrije ziel. Je kunt ook andere mensen vragen of ze je willen helpen om de verlossing te bereiken. Je kunt verschillende mensen/groepen vragen om je te helpen. Bijvoorbeeld: sekten, gidsen, goeroes en goden. Er is een gebed dat de zoektocht naar de verlossing zo omschrijft: Leid me van het onwerkelijke naar het werkelijke, van de duisternis naar het licht, van de dood naar onsterfelijkheid.
Het wordt steeds moeilijker om bij de verlossing te komen volgens mij. Je bent dan wel een vrije ziel, en ik denk dat je ook heel erg gelukkig bent als je dan uiteindelijk bij de verlossing komt. Ik vind het wel heel goed dat je mensen mag vragen om je te helpen. Want alleen lijkt het me wel heel erg moeilijk. Het gebed is wel een heel erg goed gebed. Het klopt wel. Want het omschrijft de verlossing als iets heel moois.
Gereïncarneerde goden.
§ 1. vishnoe, de god met de vele incarnaties.
Vishnoe was eigenlijk de zonnegod. Ook zijn 10 incarnaties waren eigenlijk allemaal goden. Krishna (de achtste incarnatie) is de god van de liefde. Al die incarnaties komen steeds weer terug naar de aarde om de aarde te beschermen tegen een groot onheil. In totaal zal vishnoe 10 keer terugkomen naar de aarde. Hij komt elke keer als het slecht gaat met de aarde om de boel weer beter te maken. Negen incarnaties zijn al op de aarde geweest. Eentje moet nog komen. Deze komt als de wereld op zijn eind is, hij zal de wereld vernietigen en daarna weer opnieuw scheppen. Drie van de tien incarnaties waren dieren, eentje was een kruising van een mens en een dier en vijf waren mensen. De incarnatie die nog gaat komen is een paard. De incarnaties waren: · Matsya: dit was een vis. Hij redde de wereld en de heilige veda’s van de zondvloed.
· Kurma: dit was een schildpad. Hij heeft geholpen om de wereld te scheppen. Dit deed hij door de wereld op zijn rug te dragen.
· Varaba: dit was een ever. Hij haalde de aarde uit de onderwereld. Dit deed hij met zijn slagtanden. Hij tilde daarmee de aarde uit de onderwereld
· Narasimba: hij was half mens, half leeuw. Hij doodde een demonenkoning en redde zo de wereld.
· Vamana: hij was een dwerg, maar toch versloeg hij koning Bali, wie een demon was.
· Parasburama: hij was een Brahman. Hij vernietigde de strijderklasse.
· Rama: deze ken ik. Ik heb hier een verhaal van op videoband. Deze man redde zijn vrouw en doodde de demon Ravana. Hij is ook de handhaver van de Dharma wet. Deze wet gaat over het hebben van de juiste houding.
· Krishna: hij vertelde de Bhagavad Gita aan de strijder Arjuna. Hij werd naar het bos gebracht, bij de veehoeders. Dit deden ze om hem te laten ontsnappen aan de boze bedoelingen van zijn oom. Daar kreeg hij zijn goddelijke krachten. Alle koemeiden aanbaden hem.
· Boeddha: hij was de verlichte. Hieruit is ook het boeddhisme ontstaan.
· Kalki: dit is een paard. Het moet nog op de aarde komen. Het is dus een incarnatie die nog komt als het weer slecht gaat met de wereld.
Ik vind dit wel een hele mooie God. Hij komt steeds weer terug als het slecht gaat met de wereld. In totaal komt hij 10 keer terug en dan gaat hij de wereld redden door hem te vernietigen. Ik heb een keer een verhaal gehoord over Rama. Ik vond het toen een mooi verhaal, alleen ik wist niet dat het een incarnatie van Vishnoe was. Ik denk ook dat het wel heel veel hoop geeft als je weet dat er iemand is die de wereld komt redden als het weer slecht gaat. Maar ja ik denk dan ook dat de mensen ineens veel minder zuinig met de wereld omgaat, want er zijn toch wel weer goden die de boel gaan redden. De mooiste incarnatie vind ik Rama, maar dat komt ook omdat Rama een van de weinige goden is waarvan ik het verhaal ken.
Reïncarnatie in de westerse wereld.
§ 1. Geloven in reïncarnatie.
Heel veel mensen geloven dat er na dit leven nog een ander leven is. Als je daarin gelooft heb je geluk, want je gelooft ergens in. En geloof kun je namelijk niet bewijzen. Er zijn ook genoeg mensen die niet geloven dat er na dit leven nog een ander leven is. Hebben die mensen dan pech? Maar er is niemand die kan bewijzen dat er na dit leven nog een ander leven is. En er is ook niemand die voor 100% zeker weet dat er leven is na dit leven.
Ik vind het een beetje onzin dat je geluk hebt als je gelooft dat er na dit leven nog een ander leven is. Ik bedoel, je denkt het allemaal zelf. En ik geloof van wel en ik ben gelukkig. Maar misschien zijn er ook wel mensen die er niet in geloven en die kunnen ook wel gelukkig zijn. Het is toch voor ieder voor zich?
§ 2. Kinderen uit de hemel.
Ik ben op zoek gegaan naar reïncarnatie in de westerse wereld. Ik kon hier niet zo heel veel van vinden. Meneer Hoekstra zei tegen mij dat ik informatie moest gaan zoeken over Vicky Brown. Ik heb hier een paar lessen naar gezocht. Maar ik kwam alleen maar op sites waar je Cd’s van haar kon bestellen. Of op een site die gaat over een Vicky Brown huis. Dit ging dus allemaal niet over reïncarnatie. Toen bedacht ik mij ineens dat wij thuis een boek hebben dat gaat over kinderen die terugkomen in de zelfde familie. Ik heb ooit een keer een paar hoofdstukken uit dit boek gelezen en ik vond het een heel mooi boek. Het boek heet Kinderen uit de hemel. En het is geschreven door Carol Bowman. Het boek gaat over mensen die nooit in reïncarnatie geloofden die ineens een overleden familielid zien in hun zoon of dochter. Ik vond het erg indrukwekkende verhalen. Daarom ga ik nu een paar verhalen samenvatten en mijn mening erover geven.
De schrijfster van dit boek is op het idee gekomen om gevallen van reïncarnatie te gaan onderzoeken nadat allebei haar eigen kinderen ineens vlagen uit hun vorige levens herinnerden. Ze is op zoek gegaan naar andere gevallen en daar heeft ze een boek over geschreven. Dit boek heet Wie was mijn kind. Toen het boek uitgebracht was kreeg ze ineens honderden e-mails van mensen die hetzelfde was overkomen. Terwijl het eerste boek ging over kinderen die zich een vreemde herinnerd gaat het boek Kinderen uit de hemel over kinderen die terugkomen als een overleden familielid.
§ 3. Pop-Pop?
Dylan was 2 jaar oud toen hij ineens vreemd gedrag begon te vertonen. Zijn moeder was in de keuken bezig als ze Dylan ineens hoort zeggen: ‘ik rook ook’ terwijl hij net doet of hij een hijs van een sigaret neemt. Als zijn moeder de kamer in komt lopen wijst Dylan op zijn broekzak en zegt ‘’kijk! Daar zit mijn rookgerei’’. Zijn moeder vindt het een raar verschijnsel. Ook omdat niemand in het gezin rookt. Een paar dagen later zit Dylan te spelen als hij ineens roept: ‘7! Ik heb 7 gegooid!’ terwijl hij gewoon met flippo’s aan het spelen is. Zijn moeder vind het wel raar, maar na een paar dagen is ze het hele voorval alweer vergeten. Als Dylan op een gegeven moment een pistooltje krijgt word het helemaal een raar verhaal. Dylan gaat vanaf dan nergens meer heen zonder zijn pistool. Als hij zijn pistool een keer vergeten is dan begint hij net zo lang te krijsen tot hij een nieuwe heeft. De enige manier om Dylan zijn pistooltje thuis te laten liggen is door te zeggen dat het van de wet niet mag in openbare gelegenheden. Een paar weken later komt een tante van Dylan naar Dylans moeder toe. Ze zegt dat ze het vermoeden heeft dat Dylan de reïncarnatie is van hun overleden grootvader. Dylans moeder gelooft het niet gelijk, maar door het volgende verhaal begint ze toch te twijfelen. Ik zou het ook niet willen geloven dat mijn kind ineens mijn opa was. Ik bedoel dat er reïncarnatie is zou ik nog wel willen geloven. Maar dat mensen terugkeren naar hun eigen familie daar had ik tot nu aan toe nog nooit van gehoord. En alle kleine kinderen doen af en toe wel eens raar toch? Ik bedoel, ik heb een klein zusje, nou wat heb ik daar vaak om in een deuk gelegen. Gewoon omdat ze dan weer een rare opmerking maakte. Ik denk dat alle kinderen dat wel doen. De grootvader, genaamd Pop-Pop, was een agent. Hij had altijd zijn pistool bij zich. Deze man rookte zeer veel. Zelfs toen hij doodziek was pafte hij vrolijk verder. Het vreemde was dat Pop-Pop zijn sigaretten altijd in zijn broekzak had. Niet zoals de meeste mensen in zijn borstzak (dan gingen ze niet stuk) maar in zijn broekzak. Net zoals Dylan aangaf. Ook was Pop-Pop dol op gokken. Hij ging vaak na het werk nog even met zijn collega’s een potje spelen. En pas daarna kwam hij naar huis. De dochter van Pop-Pop vertelde dat ze ooit eens Pop-Pops pistool hadden weggegooid omdat ze bang waren dat hij zichzelf wat aan zou doen. Daar is Pop-Pop echt razend om geworden. Daarom wil Dylan zijn pistool ook nooit afgeven.
Als ik dit zo lees, begin ik toch wel een beetje te twijfelen. Zou het dan toch waar zijn. Het is wel heel toevallig dat niet 1, niet 2, maar 3 kenmerken van Pop-Pop terug zijn gekomen bij Dylan. Ik begin nu al wat meer te geloven dat Dylan de reïncarnatie van Pop-Pop is. Het kan echt heel erg moeilijk toeval zijn. Ik zou het wel heel erg eng vinden als het mijn kind was. Je krijgt echt het gevoel dat je met het bovenmenselijke te maken hebt. Maar aan de andere kant is het ook heel erg mooi. Je zou op deze manier ruzies kunnen oplossen. Want ik denk dat er nog wel wat uitgepraat moet worden, anders was Pop-Pop niet teruggekomen.
Maar hoe kan het nou dat Pop-Pop juist bij ‘dat’ gezin is teruggekomen? Een paar maanden voor Pop-Pops dood is Pop-Pop bij Dylans vader ingetrokken. Maar omdat de buurt waarin ze woonden achteruit ging heeft de vader van Dylan het huis verkocht. Daar is Pop-Pop eigenlijk nooit helemaal overheen gekomen. Misschien is dat de reden dat hij juist in dat gezin is teruggekomen. Zodat Pop-Pop merkt dat het wel goede mensen zijn, dat ze nog een kans krijgen om wel goed voor Pop-Pop te zorgen, en dat Pop-Pop nu kan zien dat er wel goed voor hem gezorgd wordt. Dylan heeft ook heel erg lang nog angst gehad om afscheid te nemen. Het was echt heel erg moeilijk om zonder hem weg te gaan. Waarschijnlijk had Pop-Pop gewoon erkenning van liefde nodig.
Hier zit wel wat in. Pop-Pop voelde zich in de steek gelaten en is daarom juist teruggekomen naar dat gezin. Ik geloof daar wel in. Ik geloof namelijk dat je alleen reïncarneert als je hier op aarde nog wat af te maken hebt. Als je dus als het ware te vroeg gestorven bent. Als je niet op tijd je doel hebt bereikt. En dat komt aardig overheen met dit verhaal. Alleen hier moet Pop-Pop nog even de zekerheid hebben dat er wel van hem gehouden word.
De moeder van Dylan zit behoorlijk met het geval in de knoop. De schrijfster van het boek raad de moeder van Dylan aan om met Dylan te gaan praten alsof ze tegen Pop-Pop praat. De vrouw weet niet of dat wel zo verstandig is, en ze besluit om het er eerst met haar man over te hebben. Terwijl ze met haar man praat zit Dylan op de grond te spelen. Ze hebben het erover dat ze zo’n spijt hebben van alles wat ze Pop-Pop hebben aangedaan. En wat blijkt een paar dagen later wil Dylans moeder samen met Dylan weggaan. Bij de deur vraag Dylans moeder nog: ‘Dylan? Waar is je pistool?’ ‘die hoeft niet meer mee’ zegt Dylan.
Wat een raar verhaal hè. Deze mensen waren gewoon katholiek, geloofden nooit in reïncarnatie en nu maken ze het van zo dichtbij mee. Als mij dit zou overkomen zou ik er echt heilig van overtuigd zijn dat reïncarnatie bestaat. Echt alles, maar dan ook echt alles wijst erop dat Dylan de reïncarnatie van Pop-Pop is. Maar ook dat Dylan zijn pistool niet meer mee hoeft nadat zijn moeder heeft verteld dat het haar zo spijt. Echt mooi vind ik dat. Maar het verhaal word nog mooier.
Een paar weken later vraagt Dylans leraar eens rond in de klas wat de fijnste vakanties van de kinderen waren. Dylan steekt zijn hand op en begint een heel verhaal te vertellen over de Grand Canyon. Alleen Dylan is nog nooit in de Grand Canyon geweest. Zijn lerares vind het zo’n raar verhaal dat ze besluit om het aan de ouders te vertellen. En wat blijkt nou... Pop-Pop is een keer naar de Grand Canyon geweest. Dat heeft zo’n enorme indruk op hem gemaakt dat hij er altijd over praatte. Zelfs toen hij hoogbejaard was raakte hij er niet over uitgepraat.
Wat een gigantisch raar verhaal hè. Maar hij is wel heel mooi. Het was het eerste verhaal wat is uit het boek las, en ik was in een keer helemaal ontroerd. Dat zoiets gewoon op deze wereld gebeurd. Het is gewoon onvoorstelbaar. Het zou je maar gebeuren, dat ik later een kind krijg dat dan gewoon precies mijn oma is. Het lijkt me ook wel heel eng. Ik bedoel: je hebt dan niet meer het gevoel dat je je eigen kind hebt maar dat je je opa aan het verzorgen bent. Maar misschien valt dat ook wel weer heel erg mee als het je overkomt.
§ 4. Terug in het gezin.
Het tweede verhaal gaat over een vrouw die haar eigen kind terugkrijgt. Ik vond dit een heel erg mooi verhaal. En ik vond het dan ook wel mooi om dan hier mijn werkstuk mee af te sluiten. Dit verhaal heeft een hele grote indruk op mij gemaakt, en ik hoop dat het dat ook op u doet. Ik wens u veel leesplezier bij het laatste verhaal uit dit werkstuk.
Hoe ga je er mee om wanneer je eigen kind dat gestorven is weer in een nieuw lichaam bij je terugkomt? Soms voel ik me heel licht, alsof ik in de zevende hemel ben. Dan is het weer zo moeilijk te geloven. En het is niet meer dan menselijk zo nu en dan te twijfelen. Het is zo overweldigend omdat het me dwingt op een andere manier naar leven en dood te kijken.
Dit is een stukje dat ik letterlijk uit het boek heb overgenomen. Het zijn de woorden van de moeder van het kindje en het verhaal begon er ook mee. Ik vond het heel mooi om te lezen e het wekte mijn interesse ook heel erg op. Daarom heb ik besloten om het stukje gewoon letterlijk over te nemen zodat ik u aanspoor om ook door te gaan lezen.
Een meisje van 16 jaar krijgt een kindje, ze is wel erg jong, maar ze is er erg blij mee. Ze noemt hem James. Het is een vrolijk jochie. Kort nadat James begint met lopen krijgt hij ineens enorme stuiptrekkingen in zijn been. Het wordt zo erg dat James niet meer kan lopen en met een gebroken been op de grond ligt. Dus zijn moeder met hem naar het ziekenhuis, daar ontdekken ze ook een knobbeltje achter zijn oor. Na verder onderzoek blijkt dat James de ziekte van Hutchison heeft. Een ongeneeslijke ziekte. James wordt steeds zieker en zieker. Op een gegeven moment kan hij zelfs geen eten meer binnenhouden. De dokters brengen een slangetje bij hem naar binnen. Dit doen ze in de hals. Door dit slangetje krijgt hij dan voedsel binnen. Het gaat steeds slechter met James. Hij krijgt overal tumoren. Hij krijgt er ook eentje achter zijn oog. Hierdoor word James blind. Het gaat dan erg snel bergafwaarts met hem, als James 2 jaar is sterft hij.
Dit lijkt me echt erg. Ik bedoel ik moet er niet aan denken dat ik nu al een kind ga krijgen, maar als je dan eenmaal een kind hebt zal ik het ook niet meer kwijt willen. En al helemaal niet aan zo’n vreselijke ziekte. Je ziet je kind gewoon aftakelen. Zo’n klein mensje, nog maar 2 jaar, en dan al sterven. Dat lijkt me echt erg.
De moeder trouwt en ze krijgt opnieuw een kindje, een meisje dit keer. Maar na een paar jaar loopt haar relatie stuk en gaan de ouders scheiden. De moeder hertrouwt en ze krijgt nog een kindje, een jongetje. Ze noemt hem Josh. Na een paar jaar krijgt ze nog een kindje, deze keer via een keizersnee. En het is weer een jongetje. Als de dokter met het kindje naar de moeder toegaat zegt hij dat hij haar iets moet vertellen. Het jongetje is blind aan zijn linkeroog. De dokter vind het heel erg voor de moeder maar de moeder is al lang blij dat het kindje leeft. Ze noemt het Chad. Maar als de moeder beter kijkt valt haar nog meer op. Chad heeft een litteken op dezelfde plaats als waar bij James het slangetje voor de voeding is ingebracht. Als ze aan de artsen vraagt wat het is, zeggen de artsen dat het gewoon een moedervlek is.
Ik ben wel blij dat ze uiteindelijk toch erg gelukkig is geworden met haar nieuwe man en dat ze toch nog weer heeft gekozen om toch maar weer een kindje te nemen. Je kan ook in je verdriet blijven zitten. Maar dan gebeurt er al weer zoiets raars, net zoals in het vorige verhaal. Dat je kind ineens allemaal kenmerken van je overleden zoon heeft. Lijkt me echt heel raar om zoiets mee te maken, maar aan de andere kant heb je wel zoiets van, ik heb mijn kind terug. Maar ja het zal ook wel heel moeilijk te geloven zijn als je niet in reïncarnatie geloofd.
De moeder vind het maar een raar geval en vlug bekijkt ze de baby van top tot teen. Dan ziet ze dat Chad aan de rechterkant van zijn hoofd een gezwelletje heeft, precies op dezelfde plek als waar ze bij James een biopsie hadden gedaan. Ze vraagt aan de dokter of het een tumor is, maar het blijkt een goedaardig gezwel te zijn dat binnen een paar weken verdwenen zal zijn. De moeder krijgt heel sterk het gevoel dat Chad niet zomaar haar kind is, maar dat het James is. Ze voelt zich volkomen gelukkig dat ze James weer heeft, geen gemis meer in haar leven. Ze is zo blij met Chad. Toen haar andere kinderen werden geboren zocht ze naar gelijkenissen met James, maar dit is gewoon James!
Dit lijkt me zo’n mooi gevoel, het gevoel dat je je overleden kind terug hebt. Al die jaren draag je toch dat verdriet met je mee, en dan zo ineens krijg je een kind dat gewoon precies jou overleden kind is. Al die tijd heb je het moeten missen, en zo ineens is het terug. Alsof het jou niet kan missen. Maar het lijkt me ook heel moeilijk te geloven. Omdat het toch iets bovenmenselijks is.
Na 6 maanden besluit de moeder om het ook aan haar man te vertellen. Alleen haar huidige man heeft James nooit gekend. Maar hij zegt wel dat hij door heeft dat de moeder een hele speciale band heeft met Chad. En hij is niet de enige, de rest van de familie, die James wel hebben gekend, vinden ook dat hij erg op James lijkt. Maar de vader van James gelooft er niks van en de moeder besluit om toch maar haar mond er verder over te houden omdat het wel een bizar verhaal is. Het lijkt me erg frustrerend als je het gevoel hebt dat je kind een reïncarnatie is en niemand gelooft je. Ik bedoel het begint er wel heel erg op te lijken dat Chad James is. Alleen het is wel heel erg jammer voor de andere kinderen dat de moeder zo’n goede band heeft met Chad. Hierdoor kan ze hem voor gaan trekken en kunnen de andere kinderen jaloers worden en daardoor Chad gaan verstoten. Maar daar gaat het nu niet om, het gaat erom dat de moeder niet geloofd wordt. Ik zou het ook niet zo 1,2,3 geloven hoor. Maar als je dit zo hoort begin je wel te twijfelen.
Hoe ouder Chad word, hoe meer gelijkenissen er komen. Chad trekt met zijn linkerbeen, net zoals James dat deed. Als de moeder foto’s gaat bekijken komt ze erachter dat bij James, door de tumoren, de ene helft van zijn gezicht iets korter was dan de andere, bij Chad was precies hetzelfde aan de hand. Alleen had Chad geen tumoren. Chad lijkt ook helemaal niet op de rest van de familie, iedereen heeft donker haar en donkere ogen terwijl Chad blond haar en blauwe ogen heeft. De tante van Chad zag nog een gelijkenis. Toen Chad 4 was, was zijn melkgebit bedorven. Terwijl hij dezelfde voeding heeft gehad als de andere kinderen en die nergens last van hadden. Zou dat niet ook een overblijfsel van James zijn. James had immers meer dan 10 tumoren in zijn mond toen hij stierf.
Als je dit zo hoort ben ik er wel zowat van overtuigd dat Chad gewoon James is. Het kan niet anders. Zo veel gelijkenissen. Dat kan geen toeval meer zijn. Zijn moeder is er ook van overtuigd. Maar toch lijkt het me onwijs moeilijk om er mee om te gaan. Je kan niet zo maar aan iedereen vertellen wat je denkt want dan gaan ze denken dat je ze niet helemaal op een rijtje hebt. Maar ik denk dat ik er wel heel gelukkig van zou worden.
Als Chad 2 jaar is komt er nog een kindje, een meisje dit keer. De moeder heeft het nu wel heel erg druk met 4 kinderen en daarbij heeft ze ook nog 2 banen. Dus veel tijd om over Chad na te denken zit er niet bij. Maar op een dag vraagt Chad aan zijn moeder of ze zich hun andere huis nog herinnerde. De moeder was totaal overdonderd en vroeg ‘welk ander huis?’ hij beschreef het huis en voeg ook naar zijn speelgoed. Wat hij ook feilloos beschreef. De moeder vraagt waarom Chad terug wil naar het andere huis en hij zegt: ‘Omdat ik je daar heb achtergelaten.’. De moeder is zich helemaal doodgeschrokken, het huis dat Chad beschreef was het huis waar ze samen met James in had gewoond. Ze had geen foto’s van het huis gehad en niemand uit het gezin was er ooit geweest behalve zijzelf. De opmerking ‘Omdat ik je daar heb achtergelaten.’ Was het bewijs dat Chad wist dat hij James was. Maar het bleef niet bij die ene keer. In de maanden er na smeekte Chad zijn moeder soms om hem mee te nemen naar het andere huis. De moeder weet niet of ze wel naar het andere huis wil, daar zal ze dan met de waarheid geconfronteerd worden. Op een dag wordt Chad kwaad en zegt dat de moeder maar aan haar vader moet vragen waar het huis is. Maar Chad kent zijn opa helemaal niet.
Als dit nog geen bewijs is dat Chad James is dan weet ik het ook niet meer. Deze jongen weet gewoon allemaal dingen die hij helemaal niet kan weten en hij gedraagt zich ook heel raar als hij zich dingen uit zijn vorige leven herinnerd. Ook wil hij het volgens mij weer met zijn moeder goedmaken omdat hij bij haar is weggegaan. Maar ik vind het verhaal nu wel een beetje heel erg zweverig worden. Ik geloof een boel. Maar het moet niet veel erger worden want dan geloof ik het niet meer. Maar aan de andere kant, waarom zou je zoiets verzinnen. Ik bedoel het is echt een heel mooi verhaal. Maar het moet niet te onrealistisch worden.
Het wordt nu wel heel erg moeilijk voor de moeder van Chad. Moet ze het nou geloven of niet? Het lijkt er wel heel erg op, maar is het ook de waarheid. Het lijkt wel alsof Chad in de war is. Dat hij niet meer weet wat hij moet doen. En zijn moeder weet het ook allemaal niet meer. Dan leest ze het boek: Wie was mijn kind? Van dezelfde schrijfster als het boek waar ik dit verhaal uit gehaald heb. Ze stuurt een e-mail en de schrijfster geeft haar telefoonnummer. Binnen een week belt de moeder van Chad al op. De schrijfster is ook helemaal verbaast van dit verhaal, als dit geen reïncarnatie is dan weet zij het ook niet meer. Maar de moeder van Chad heeft ook veel aan de gesprekken. Eindelijk kan ze haar verhaal kwijt. De schrijfster verteld over andere gevallen die wel wat lijken op die van James en Chad en de moeder krijgt hierdoor het gevoel dat ze er niet alleen voor staat.
Ik ben heel erg blij dat de moeder van Chad met de schrijfster is gaan praten, anders had ik dit verhaal nooit geweten. Maar ik denk dat het ook heel goed voor haar is geweest. Ze heeft geleerd dat ze niet de enige is en dat het helemaal niet zo’n superraar verschijnsel is. Dat er meer mensen zijn die hetzelfde mee hebben gemaakt en dat ze dus niet gek is geworden.
De moeder van Chad denkt wel dat James om een bepaalde reden bij haar is teruggekomen. De schrijfster zegt dat dit 2 redenen heeft, als eerste wou James waarschijnlijk gewoon terug naar de mensen waarvan hij hield, en ten tweede is het ook zo dat als mensen reïncarneren ze de kans krijgen om van hun ziekten uit hun vorige leven te kunnen genezen. De moeder van Chad is verbijsterd en vraagt aan de schrijfster dat als ze de conflicten die tussen James en haar waren oplost, dat het dan misschien zo is dat Chad hierdoor weer kan zien? De schrijfster denkt van wel. Dus gaat Chads moeder denken, wat voor conflict tussen James en haar is nog niet opgelost? Na lang denken denkt de moeder dat het waarschijnlijk is dat James haar gewoon zo miste en voelde dat zij hem ook miste. Ze denkt dit ook door de woorden ‘Omdat ik je daar heb achtergelaten’ .
Ik geloof hier ook in. Ik geloof wel in reïncarnatie, maar dat iemand alleen terugkomt als ze op aarde nog iets af te maken hebben. Dit was ook zo in James’ geval. Hij voelde dat zijn moeder het verdriet om hem nooit echt helemaal verwerkt heeft en daarom is hij teruggekomen. Maar hij is ook teruggekomen omdat hij nooit heeft kunnen genezen van zijn ziekte. Ik vind het ook heel goed dat zijn moeder met de schrijfster is gaan praten. Hierdoor leert ze wel om het hele geval een beetje te verwerken en kan ze er uiteindelijk beter mee omgaan.
Chad gaat steeds meer over zijn leven als James praten. Zo heeft hij het over zijn operatie. Terwijl hij nog nooit geopereerd is. Hij heeft het over zijn oor, dat hij daar aan geopereerd is. Het deed geen pijn, want hij sliep. De schrijfster spoort de moeder van Chad aan om tijdens deze herinneringen erachter zien te komen wat er nog afgemaakt moet worden, maar ook om te vertellen dat ze heel blij is dat James terug is. En ook om hem te vertellen dat hij nu gezond is. Maar dit is een hele moeilijke stap voor zijn moeder. Alleen al omdat ze het verdriet om James niet weer wil voelen. Maar ze moet wel opschieten, want meestal vergeten kinderen na hun 7e jaar de dingen uit hun vorige levens. Dus gaat Chads moeder aan de slag. Chad blijkt heel erg gevoelig voor zijn moeder te zijn. Als blijkt dat zijn moeder het niet meer aan kan, houd Chad abrupt op met het over James praten. Op een avond laat ze een foto van James aan Chad zien. Chad is helemaal blij. Hij had die foto altijd al willen hebben. Alleen maar omdat hij dat was.
Dit is wel heel raar. Maar ook heel erg mooi. Je zou het maar meemaken. Ik zou dan echt het gevoel hebben dat ik gek werd. Maar Chads moeder leert er ook steeds beter mee om te gaan. Dat vind ik ook heel knap. Ik bedoel je haalt wel oude wonden open. En het is niet iets wat iedereen meemaakt, wat gewoon is, ik denk dat ik echt het gevoel hebben dat iedereen mij voor gek verklaart. Maar ik vind dat zijn moeder er erg goed mee omgaat.
Na een hele tijd gebeurt er iets wonderlijks. Als Chad op een avond bij zijn moeder op schoot zit zegt zijn moeder tegen hem: ‘ik weet niet alles, maar ik weet wel dat je hier eerder bent geweest en dat je een heel ziek jongetje was. Toen moest je weggaan om in een gezond lichaam weer terug te komen.’ Dan zegt Chad dat hij het weet, en hij gaat spelen. Een paar dagen later komt Chad de keuken binnen en zegt. Ik kan met dit oog zien! En hij wijst naar zijn linker oog. Dus zij met Chad naar de oogarts, en die zegt dat er maar een kleine verbetering is. Maar dat maakt Chads moeder niet uit. Er is verbetering! Daarna praatte Chad nog wel over zijn leven als James, maar het werd steeds minder. En als Chad 6 jaar is heeft hij het er helemaal niet meer over. Zijn moeder vind dat wel jammer, maar ze is ook onwijs gelukkig dat ze James terug heeft.
Wat een mooi verhaal hè. Ik vond het echt heel ontroerend. Net zoals alle verhalen uit het boek ontroerend zijn. Ik zou ze het liefs allemaal in het werkstuk zetten, maar dan kan ik net zo goed het boek overtypen. En aangezien ik dat een beetje doelloos vind doe ik het toch maar niet. Ik hoop dat u van het verhaal heeft genoten. En ik ga zo lekker verder met het lezen van de verhalen in het boek.
Nawoord.
Geloof ik in reïncarnatie? Ja. Waarom? Gewoon, ik geloof dat mensen terugkomen als ze op aarde nog niet al hun doeleinden bereikt hebben. Als iemand gelukkig sterft, alles heeft gedaan wat hij moest doen in zijn leven, dan komt hij of zij niet terug. Maar als iemand onverwachts sterft, bijvoorbeeld door een ongeluk, dan geloof ik wel dat diegene terugkomt omdat hij zijn missie op aarde nog niet heeft voldaan.
Ik heb het in dit werkstuk gehad over boeddhisme, een erg interessant onderwerp omdat dit geloof niet gelooft in een god maar in een mens. Ook heb ik het gehad over Kasten, karman en reïncarnatie, een hoofdstuk over het hindoeïsme en hoe dat geloof nou precies in elkaar steekt. Ik heb het ook gehad over de Goden en Geschriften van het hindoeïsme. Elk geloof heeft zo zijn eigen god(en) en geschriften en natuurlijk ook zijn Rituelen en Feesten. Waar ik ook een hoofdstuk over heb geschreven. Heel belangrijk in deze 2 geloven is natuurlijk ook Meditatie. Wat in de loop van de tijd steeds meer naar het westen is overgegaan. Reïncarnatie is heel belangrijk in het hindoeïsme en boeddhisme, daarom heb ik het uitgelegd, over goden verteld en ook nog een hoofdstuk geschreven over Reïncarnatie in de westerse wereld. Hoe de mensen er hier nou mee omgaan.
Ik vond het een erg leuk werkstuk om te maken. Ook omdat het onderwerp mij interesseerde. Ik heb er dan ook best wel veel van geleerd volgens mij. Ik heb veel nagedacht over hoe ik over reïncarnatie denk en wat ik er nou precies van moet geloven. Ik heb er dus best wel veel aan gehad dat ik dit werkstuk moest maken. Ik heb er ook wel veel plezier aan gehad. Ik heb namelijk best wel veel in de lessen gedaan en daarom hoefde ik thuis bijna niks meer te doen. Alleen toen crashte onze computer en moest ik alles opnieuw uittypen. Maar ja hierdoor kan ik weer een stuk sneller typen, en dat is weer erg handig bij het maken van andere verslagen.
Ik hoop dat u van mijn werkstuk genoten hebt. Ik vond het erg leuk om het te maken. Ik hoop ook dat u mijn informatie interessant vind. En niet dat u na 3 bladzijden al dacht van , jee wat is dit voor onzin. Ik heb er namelijk erg mijn best op gedaan en daarom hoop ik dat u ervan hebt genoten. En heel stiekem hoop ik ook dat u het boek: Kinderen uit de hemel, van Carol Bowman eens gaat lezen, want het is echt een heel mooi boek en het is zeer de moeite waard om het te gaan lezen. Maar u heeft al genoeg moeten lezen de laatste tijd. (al die verslagen) maar ik wens u veel plezier bij het lezen van de andere verslagen.
Met vriendelijke groet,
Bronvermelding.
Wie was mijn kind? – Carol Bowman.
Een wereld van religies – John Bowker.
Grotere Godsdiensten – Mary Swain Hoover, Diane S. Marton, Pamela Rowe Pearbod, Shirley L. Scott en Marriet Watkins.
Geen geloof zonder bewijs. Leven na dit leven – Pe de Bruin
Weg van jezelf, over Hindoes en boeddhisten – Janet Borghuis, Lodewijk van den Breejen, Cor Jongeneelen, Pieter van Lier en Geke Punt-Tibben.
REACTIES
1 seconde geleden
C.
C.
in het hoofdstuk ''Boeddhisme''
in de 3e regel daar van staat ''Maar je kut wel rijk zijn ...enzzz''
Wat moet zijn ''Maar je kuNt wel rijk zijn''...
whuwhahaahah het is wel geinig zo die zin :-P
Chandeni(12 jaar)
geplaatst op:!4 Novmber 2010
14 jaar geleden
Antwoorden