Pinguins

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 3701 woorden
  • 11 maart 2004
  • 729 keer beoordeeld
Cijfer 6
729 keer beoordeeld

Inhoudsopgave.

Soorten pinguïns
Het lichaam van pinguïns
Eten en drinken
Pinguïns op het land en in het water
Pinguïn baby’s
Broed tijd van pinguïns
Toekomst van pinguïns
Bedreiging door de mens

Inleiding

Dit werkstuk gaat over pinguïns. In dit werkstuk gaat het over soorten pinguïns bijvoorbeeld : keizerspinguïn, koningspinguïn, rotspinguïn, macaronipinguïn en nog 14 andere soorten pinguïns. Ook gaat het over het lichaam van pinguïns. In dat hoofdstuk gaat het over hoe pinguïns zijn gebouwd en hoe snel ze zich kunnen voortbewegen. Het gaat ook over eten en drinken. In dat stukje staat alles wat de pinguïns eten en drinken ze eten bijvoorbeeld: minikreeftjes en vissen en drinken sneeuw. Ook gaat het over pinguïns op het land en in het water. Dat hoofdstuk gaat ook over waar ze broeden in het water of op het land. Dan hebben we ook nog het hoofdstuk pinguïn baby’s. Dat gaat over hoe veel vis de pinguïn baby’s eten en hoe ze worden geboren. Ook gaat het over de broedtijd van pinguïns. In dat hoofdstuk gaat het over hoelang pinguïns moeten broeden en hoeveel eieren ze leggen. Dan hebben we de toekomst van pinguïns. Dat hoofdstuk gaat over hoe hun toekomst eruit ziet of het goed of slecht is. En tenslotte hebben we het hoofdstuk bedreiging door de mens. Dat gaat over waar de meeste pinguïns voorkomen en dat mensen de plaats innemen van pinguïns.

Soorten pinguïns.

Er zijn achttien verschillende soorten pinguïns. Ze lijken allemaal op elkaar. Aan hun koppen kun je het verschil zien. Ze zijn er soms naar vernoemd: je hebt bijvoorbeeld de geelkuif, de kinband, de dikbek, de geeloog en de brilpinguïns. De ene soort is ook groter dan de andere. De keizerpinguïn is het grootst. Hij kan wel 1 meter hoog worden en 40 kilo wegen. De kleinste pinguïn is de dwergpinguïn. Hij kan ongeveer 30 centimeter hoog worden en ongeveer maar 1 kilo wegen. Bijna alle pinguïns leven en broeden in een groep. Soms broeden ze in kolonies van wel honderdduizend dieren. Ze maken daarbij heel veel lawaai. Pinguïns leggen meestal 1 of 2 eieren maar heel soms ook 3. Dat doen ze in nesten van gras of kuiltjes in rotsen. Pinguïns in warmere streken, nestelen in holen of in zelf gegraven gangen. Er zijn ook pinguïns die helemaal geen nest maken.

Hier staan 18 soorten pinguïns met hun naam en gewicht erbij: Naam gewicht Adeliepinguïn 5 tot 8 kg Stormbandpinguïn 4 tot 5 kg
Ezelspinguïn 6 tot 8 kg
Keizerspinguïn 30 tot 41 kg
Koningspinguïn 15 tot 17 kg Rotspinguïn 2 tot 4 kg
Macaronipinguïn 4 tot 7 kg
Schlegelspinguïn 5 tot 8 kg
Grote kuifpinguïn 4 tot 6 kg Fjordland kuifpinguïn 4 tot 5 kg Snares kuifpinguïn 3 tot 4 kg
Geeloogpinguïn 5 tot 9 kg
Zwartvoetpinguïn 3 tot 5 kg
Magelhaenpinguïn 4 tot 8 kg
Humboldtpinguïn 5 tot 6 kg
Galapagospinguïn 2 tot 4 kg
Dwergpinguïn 1 tot 2 kg
Witvleugelpinguïn 1.5 tot 2 kg

Het lichaam van pinguïns.

Pinguïns zijn vogels die niet kunnen vliegen. Ze hebben sterke vinnen in plaats van vleugels. Op het land lopen ze rechtop, waggelend als clowntjes. Maar in de sneeuw kunnen ze harder rennen dan een mens. Als ze op het ijs zijn glijden ze op hun buik. Ze zetten zich af met hun poten en vleugels, ze gaan dan super hard over het ijs heen. Pinguïns zijn dan ook kampioenen in zwemmen en in duiken. Het lijkt alsof ze door het water vliegen. Als raketten jagen ze achter vissen aan. Ze zijn helemaal aangepast aan het leven in de zee. Ze hebben roeivleugels en stuurpoten. Soms duiken ze als dolfijnen boven water en onder water. Als ze boven water komen halen ze adem terwijl ze keihard doorzwemmen. Keizerpinguïns kunnen meer dan 250 meter diep duiken om hun prooi te vangen. Hoe dat kan begrijpt niemand. Kleinere pinguïns jagen meer aan de oppervlakte van het water. Vogels hebben een stroomlijnvorm: van voren rond een van achteren een punt lopend. Dat is de beste vorm bij het vliegen. Daarom hebben vliegtuigen ook die vorm. Vissen hebben weer een andere vorm. Die zijn het breedst in het midden. Hun vorm noemen we een spoelvorm. Een pinguïn heeft meer de spoelvorm dan de stroomlijnvorm. Daar zien we alweer aan, dat ook de lichaamsvorm aan het water is aangepast. Pinguïns hebben ook zwemvliezen tussen hun tenen. Dat poten zijn flinke roeispanen en ze kunnen er ook mee sturen. Geen wonder dat de pinguïn de zwemkampioen onder de vogels is. Onder water haalt hij een snelheid van
36 km per uur.

Gecamoufleerd Alle pinguïns hebben een zwarte rug en een witte buik. Daardoor zijn ze goed gecamoufleerd
als ze zwemmen aan het water oppervlak. Vanuit de lucht bekeken vallen ze niet op in de donkere zee, en vanuit het diepe water valt hun witte buik weg tegen de achtergrond van de lichte lucht.

De vacht

De pinguïn heeft een vacht van heel veel kleine donsveertjes. Die kleine veertjes zijn super warm. Dat moet ook wel om in de koude oceaan te zwemmen. Er kan bijna geen water door de dichte vacht komen. Dat is alleen maar handig er blijft wel wat water. In de vacht blijven hangen maar dat is geen probleem. Als de pinguïns dan op land komen schudden ze heel hard in het rond. Dan vliegt het water alle kanten op. Want stel je voor je komt uit de oceaan en je bent helemaal nat. Helemaal boven op de vacht zitten de donsveertjes. Daar onder zitten grote klamme veren die zijn voor het water tegen te houden daaronder zitten hele kleine zachte veertjes. Die zijn voor de pinguïn warm te houden.

Eten en drinken.

Omdat Antarctica bijna helemaal bedekt is met ijs, is er niet veel eetbaars te vinden. Maar in zee krioelt het van het voedsel. Het wemelt er van drijvende miniplantjes en minidiertjes, minikreeftjes, vissen en zeewier. Pinguïns halen dan ook al hun eten uit het water. Ze vangen vooral minikreeftjes, vissen en inktvissen. Alle pinguïns drinken zoet en zout water en als het nodig is “drinken” ze sneeuw. Pinguïns zijn zeer geschikt voor het jagen op glibberige prooien. Het zijn snelle en behendige zwemmers de bewegingen van vluchtende scholen vissen gemakkelijk kunnen volgen. De ogen van pinguïns zijn goed aangepast aan de onderwaterwereld, en sommige pinguïns zien beter onder water dan op het land. Hun witte buik werkt als camouflage, waardoor pinguïns voor vissen in het water onder hen onzichtbaar zijn. Net als alle andere vogels hebben pinguïns geen tanden, maar wel stevige stekels op hun tong en gehemelte. Deze stekels zijn ideaal om glibberige vis mee vast te houden. Aan de grootte en vorm van de snavel kun je zien wat het favoriete voedsel van een pinguïn is. Konings- en keizerspinguïns, die voornamelijk op pijlinktvis jagen, hebben een lange, tangvormige snavel waarmee ze hun langgerekte, snelle prooi kunnen ophappen. Kleinere pinguïns die vooral krill of vis eten, hebben kortere, stompere snavels. Ten opzichte van hun grootte kunnen pinguïns enorme hoeveelheden voedsel eten. Zo is er een Magalhaes-pinguïn waargenomen die tijdens 1 jachtpartij bijna 4 kg pijlinktvis had gegeten. Het gemiddelde gewicht van een Magalhaes-pinguïn met een lege maag is amper 5 kg, dus deze vogel had zijn gewicht bijna verdubbeld. Maar pinguïns zijn ook heel goed in het overleven van magere tijden. De meeste soorten kunnen wekenlang zonder voedsel wanneer ze in de rui zijn en dus niet kunnen jagen. Konings- en keizerspinguïns, die voornamelijk op pijlinktvis jagen, hebben een lange, tangvormige snavel waarmee ze hun langgerekte, snelle prooi kunnen ophappen. Kleinere pinguïns die vooral krill of vis eten, hebben kortere, stompere snavels. Ten opzichte van hun grootte kunnen pinguïns enorme hoeveelheden voedsel eten. Zo is er een Magalhaes-pinguïn waargenomen die tijdens 1 jachtpartij bijna 4 kg pijlinktvis had gegeten. Het gemiddelde gewicht van een Magalhaes-pinguïn met een lege maag is amper 5 kg, dus deze vogel had zijn gewicht bijna verdubbeld. Maar pinguïns zijn ook heel goed in het overleven van magere tijden. De meeste soorten kunnen wekenlang zonder voedsel wanneer ze in de rui zijn en dus niet kunnen jagen.

Pinguïns op het land. Op het land voelen pinguïns zich minder op het gemak dan in het water. Als ze het voor het kiezen hebben, zouden de meeste pinguïns waarschijnlijk nooit uit het water komen. Maar dat is nu eenmaal niet zo. Ze moeten jaarlijks minstens gedurende een periode aan land komen om te broeden en nieuwe veren te laten groeien (ruien). Dat kan niet in het water. De meeste mensen denken dat pinguïns langzaam vooruit waggelen. Maar iedere pinguïnsoort heeft zijn eigen manier van lopen. Ezelspinguïns draven levendig rond. Keizerpinguïns zwaaien van links naar rechts. Geelkuifpinguïns worden niet voor niets ook wel rotsspringer genoemd ze springen van de ene rots naar de andere. Rotsspringers overbruggen soms bijna 2 meter met een enkele sprong. Als er sneeuw ligt, kunnen pinguïns zich op een snelle manier voortbewegen: ze laten zich op hun buik vallen en schuiven als sleetjes naar voren. Om in bewegen te blijven, duwen ze met hun poten en vleugels. Zoals een skiër zijn stoken gebruikt al ‘rodelend’ kunnen pinguïns veel kilometers afleggen

Het voor uit bewegen van pinguïns.

Om aan land te komen, zwemmen de meeste pinguïns naar het strand; de rest leggen ze lopend af. Adéliepinguïns hebben een speciale manier om uit het water te komen. Onder water maken ze vaart, waarna ze als een kleine raket de lucht in schieten en rechtop landen. Adéliepinguïns kunnen ruim 2 m recht omhoog springen. Omdat ze maar 60 cm lang zijn, kunnen deze dieren dus ruim drie keer hun eigen lengte springen. Een mens die dit wilt proberen moet ongeveer 5,5 m omhoog springen. Adélie- en keizerspinguïns zijn beter dan welk ander dier bestand tegen de kou. Deze pinguïns hebben van alle pinguïnsoorten het beste systeem om hun lichaamstemperatuur gelijkmatig te houden. Een Adéliepinguïn kan tot zijn nek in de sneeuw liggen en toch dezelfde lichaamstemperatuur hebben als een pinguïn die op de evenaar leeft.

Pinguïns in de zee Pinguïns voelen zich thuis op zee. Ze brengen er het grootste gedeelte van hun tijd door in de zee. Waarschijnlijk voelen zij zich prettiger op zee dan op het land. Sommige pinguïns blijven dicht bij de kust en zwemmen nooit ver van de broedkolonies weg. Ze vissen overdag en komen dan ‘s avonds thuis. Anderen soorten maken lange reizen op zee en bijvoorbeeld de kuifpinguïns blijven soms we 5 maanden achtereen op zee, zonder ooit in zicht van het land te komen. Ze leggen daarbij duizenden kilometers af. Pinguïns zijn geweldige lange afstandzwemmers. Ze jagen vaak in grote groepen. Als ze zwemmen, springen ze uit het water om lucht te happen en plonzen daarna weer terug. Zo krijgen ze lucht binnen die ze nodig hebben, zonder snelheid te verliezen. Deze manier van zwemmen lijkt sterk op die van dolfijnen. Pinguïns kunnen duiken tot wel 20 meter onder de wateroppervlakte. Toch blijven ze in totaal nooit langer dan 3 minuten onder water. Langer kunnen Pinguïns niet volhouden. Dit heeft te maken met de enorme hoeveelheid lucht die tussen de veren zit. Om uit de zee aan land te komen zet de Pinguïn in het water flink vaart. Even vliegt hij door de lucht om uiteindelijk op het ijs terecht te komen. Sommige IJsschotsen steken soms wel meer dan twee meter boven het water uit, toch is dat voor de meeste pinguïns geen bezwaar. Pinguins maken in het water gewoon wat snelheid en springen gewoon iets hoger, ze springen dan met het grootste gemak en komen toch weer op hun eigen pootjes terecht. Als je als mens in het ijskoude water zou raken, zouden je spieren verstijven. Doordat Pinguïns een enorme snelheid hebben wekken ze warmte op. Door warmte verstijven de spieren van de Pinguïns niet, maar werken juist beter.

Pinguïnbaby’s

Pinguïnbaby\'s worden op dezelfde manier geboren als andere vogels, ze komen uit een ei. Omdat vogeleieren niet in zee gelegd kunnen worden, moeten de volwassen pinguïns aan land gaan om een kuiken te krijgen. De meeste pinguïns bouwen een nest en leggen hun eieren daarin. Net als andere vogels zitten ze op eieren en houden ze die warm totdat ze uitkomen. Als de kleintjes er eenmaal zijn, besteden de pinguïnouders de meeste tijd aan het zoeken naar voedsel voor hun kuikens. De meeste vrouwtjes hebben twee kuikens per jaar, al worden er soms drie eieren gelegd. De konings- en keizerspinguïns gedragen zich niet altijd zoals de andere pinguïns. De meeste pinguïns keren ieder jaar terug naar dezelfde plaats om jongen te krijgen. Sommige zwemmen duizenden kilometers om er te komen. Ze gebruiken waarschijnlijk de zon als gids. Keizers- en koningspinguïns bouwen geen nesten. In plaats daarvan dragen ze hun eieren mee op hun voeten. Nadat de eieren zijn uitgekomen, dragen de vaders en moeders de jongen bij toerbeurt. Als het kouder wordt, kunnen zowel eieren als kuikens bedekt worden met een huidflap die ze warm houdt. Sommige pinguïnsoorten die in vrij warme streken leven, maken hun nest in een hol in de grond. Daar zijn de pinguïnbaby’s veilig voor aanvallen van roofdieren. In koudere streken groeien vaak geen planten die geschikt zijn om er een nest van te maken. De pinguïns verzamelen dan stenen als bouwmateriaal voor hun nest.

De jongen van de keizerspinguïn komen ter wereld onder barre weersomstandigheden. De vrouwtjes leggen hun eieren tijdens de koudste maanden van de Arctische winter. Daarna keren ze terug naar zee. De mannetjes houden de eieren op hun voeten en bebroeden ze gedurende twee zeer koude maanden. Al die tijd eten ze niet. Om warm te blijven kruipen ze dicht bij elkaar. Er zijn soms sneeuwstormen met snelheden van meer dan 150 km per uur, waarbij de temperatuur extreem laag kan worden. Als de eieren zijn uitgekomen keren de vrouwtjespinguïns terug. Pinguïnbaby\'s hebben altijd honger. Hun ouders moeten elke dag vele keren naar de oceaan om voldoende vis te vangen. De ouders voeden hun kuikens soms bijna 1 kg vis per uur. De mannetjes komen meestal het eerst aan bij het nest gebied. Als de vrouwtjes een paar dagen later komen, groeten de partners elkaar eerst met een korte ceremonie. Adeliepinguïns
Steken gewoon hun snavel in de lucht en spreiden hun vleugles om elkaar te begroeten. Een jonge pinguïn heeft nog geen speklaag en ook het verenpak is niet waterdicht. Hij kan dus niet het water in. Om de wind te weerstaan heeft hij een extra dik, donzen verenpak. Als vader op reis is op zoek naar eten, blijft moeder bij de jongen. Komt vader terug, dan is het moeders beurt om de zee in te gaan. De ouders brengen in hun krop voedsel mee. Bij het nest braken ze dat op en kunnen de jongen het papje eten. In de grote kolonie herkennen de pinguïns elkaar altijd. Meestal aan hun roep, maar ook aan bijvoorbeeld de patronen op hun buik. Zwartvoetpinguïns hebben zwarte vlekjes op hun buik die bij elke pinguïn weer anders zijn.

Broedtijd van pinguïns.

De broedtijd is van 32 tot 68 dagen. Hoe groter het ei, hoe langer de pinguïn moet broeden. Zo moeten de mannetjes van de keizerspinguïns meer dan twee maanden het ei uitbroeden tot eindelijk de vrouwtjes terugkomen en het juist uitgekomen kuiken voor de eerste keer voeden en overnemen. Pas dan kunnen de mannetjes de lange weg naar de ijsrand afleggen om na drie lange maanden vasten eindelijk iets te eten. Bij de keizerspinguïns zijn het uitsluitend de mannetjes die de broedtijd uitzitten. Bij de andere soorten wordt er veel vaker gewisseld. Steeds neemt het mannetje de eerste beurt voor z´n rekening, maar naargelang de soort neemt het vrouwtje na 1 tot 14 dagen over. Nadien wisselen ze elkaar regelmatig af, zodat telkens één op voedseljacht is, terwijl de andere broedt en de kuikens bewaakt. Komt de partner niet tijdig terug, dan blijft de broedende pinguïn tot drie weken wachten, tot hij/zij noodgedwongen het nest moet verlaten om zelf te kunnen overleven. In zo´n situatie worden de eieren meestal het slachtoffer van rovers. De ontwikkeling in het ei gebeurt hetzelfde voor alle vogels, alhoewel de tijdsspanne afhankelijk is van de soort. Eenmaal het kuiken volledig ontwikkeld is, heeft het ongeveer een dag nodig om uit het ei te komen. Vanaf dat moment zijn ze compleet afhankelijk van hun ouders, omdat ze nog geen bescherming tegen kou en vocht bezitten.

De broedtijd is net zo in te delen als de soorten. Dit betekent dat ze in te delen zijn in 6 groepen.

soort broedtijd Aantal eieren broeddagen
Aptenodytes: keizerspinguïn koningspinguïn 64 dagen 54 dagen 1 alleen mannetje afwisselend
Pygoscelis: Adéliepinguïn EzelspinguïnKinbandpinguïn 32 tot 36 dagen 2 om de twee dagen
Eudyptes: Macaronipinguïn Schlegelpinguïn Grote kuifpinguïn Snares kuifpinguïn Dikbek- of Fjordlandpinguïn Rotsspringer 33 tot 37 dagen 2 eierener kan 6 dagen tussen zitten max. 12 dagen
Spheniscus: Afrikaanse of zwartvoetpinguïn Humboldt pinguïn Magelhaen pinguïn Galápagospinguïn 38 tot 42 dagen 2 tot 3 Eudyptula: Dwergpinguïn 33 tot 39 dagen 2 tot 3 1 tot 3 dagen
Megadyptes: Geeloogpinguïn 39 tot 51 dagen 2 1 tot 3 dagen

Toekomst van pinguïns.

De toekomst ziet er voor de pinguïns op het eerste gezicht goed uit. Er leven tenslotte miljoenen pinguïns op het moment. De meeste houden zich op in afgelegen gebieden, waar de mens ze niet stoort. Niemand gebruikt hun huiden voor jassen of maken snijwerk uit pinguïnsnavels. Toch zijn alle pinguïnsoorten door de wet beschermd. Als er één diersoort veilig voor uitroeiing is, zou het zeker de pinguïn moeten zijn. Maar wetenschappers hebben vastgelegd, dat zelfs pinguïns niet kunnen ontsnappen aan de ingrepen van de mens op het milieu. Niemand probeert pinguïns kwaad te doen, maar toch kunnen mensen schade berokkenen. Het probleem zit hem in de oceaan. Pinguïns zijn volkomen afhankelijk van het zeewater. Ze halen er al hun voedsel uit en zwemmen er het grootste gedeelte van hun leven in. De miljoenen pinguïns van nu hebben ieder jaar miljoenen tonnen vis, inktvis en kril nodig. Zolang de wereldbevolking toeneemt, halen de mensen steeds meer voedsel uit die delen van de oceaan waar de pinguïns jagen. Op sommige plaatsen hebben de mensen al zoveel vis uit de oceaan gehaald, dat er waarschijnlijk niet meer genoeg is om een grote kolonie pinguïns in leven te houden. Voor de westkust van Zuid-Amerika bijvoorbeeld, halen vissers miljarden ansjovissen per jaar uit zee. Het aantal Humboldtpinguïns in deze streek is als gevolg daarvan gedaald. Iets dergelijks is de zwartvoetpinguïns van Zuid-Afrika overkomen. In het Arctische gebied zijn sommige landen begonnen met het vissen op krill. Voor veel pinguïns ter plaatse is krill het hoofdvoedsel (niet alleen voor pinguïns maar ook voor zeehonden en walvissen). Als de mens de krillvangst ieder jaar vergroot, zal dat zeker leiden tot een afname van het aantal pinguïns en andere dieren die in dat gebied leven. De vervuiling van de oceaan vormt een tweede probleem. Mensen storten zoveel chemicaliën in zee, dat sommige van die giffen terechtkomen in de afgelegen gebieden
waar pinguïns leven. Als een olietanker olie verliest op zee, lijden de pinguïns met alle andere zeedieren mee. De vogels krijgen vaak gif binnen als ze met hun snavel de olie uit de veren proberen te krijgen.

Bedreiging door de mens.

Het aantal brilpinguïns in Zuid-Afrika nam tussen 1956 en 1978 met 50% af. Dit kwam door overbevissing van hun voedingsgebied
Begin 19e eeuw werden pinguïns steeds weer voor hun olie afgeslacht. Pas in 1919 kwam er een einde aan deze brute moorden. Al in 1897 werden eieren uit de nesten geroofd, waardoor er steeds minder nakomelingen kwamen. Nog steeds worden op de falkland eilanden eieren weggehaald. Ook in 1982 kwam men nog met het idee om van de huid handschoenen en andere luxe leer artikelen te maken en het vlees als delicatesse te verkopen. Gelukkig was de afzet markt te klein en ging de firma failliet. De zeer zeldzaam voorkomende geeloogpinguïn is in zijn soort bedreigd. En toch gaat men door met de beboste kustgebieden van Nieuw-Zeeland te kappen. Wetende dat dit de broedgebieden zijn van deze pinguïn. Vanaf het moment dat het antarctisch verdrag in 1959 van kracht ging, is Antarctica alleen nog gebruikt voor vreedzame en wetenschappelijke doeleinde. Ondertussen telt het verdrag 39 deelstaten. In de ijsvrije gebieden op Antarctica (2 – 3% van het totale oppervlak) zijn ongeveer 70 onderzoeksstations. Daarvan zijn er 45 het hele jaar door bemant. Ook hier moet de mens er voor waken dat hij de pinguïn geen broedruimte wegneemt. Deze stations hebben straten, landingsbanen, gebouwen en vuilstort plaatsen. Telkens als een vliegtuig over een kolonie vliegt, verstoort hij de rust. Soms verlaten de pinguïns zelfs hun nest en komen pas terug als het gevaar geweken is. Ook de voor de kust liggende schepen verontreinigen het water. Deze vervuiling komt in het verenpak van de pinguïn. Daarbij komt ook nog de olie die de schepen bij het bevoorraden van de stations verliezen. Als de veren hiermee vervuild raken kunnen de pinguïns zich niet meer beschermen tegen de kou. Pas met het ondertekenen van het Madrid protocol in 1990 werd er vast gelegd dat vuil terug gebracht moest worden en niet ter plaatse verbrand mocht worden. Verder werden alle deelstaten het er over eens dat grondstof winning de komende 50 jaar niet gebeurd. Het ecosysteem schijnt de aanwezigheid van de mens tot nu toe nog goed te doorstaan. Aangerichte schade werd te niet gedaan en verwijderd. Het is zeker zinvol gebleken meerdere stations uit verschillende landen samen te voegen, in plaats van een nieuw station in te richten. Het ozongat zorgt ervoor dat de ijslaag op de oceaan vermindert – het leefgebied van de pinguïn smelt langzaam weg. Het massatoerisme op de Antarctica moet beperkt blijven. Het aantal toeristen zou wettelijk vast gelegd moeten worden.

REACTIES

M.

M.

In dit werkstukstaat dat er 18 pinguïnsoorten maar er zijn 17 soorten pinguïns

17 jaar geleden

L.

L.

het klopt niej met die vacht.

18 jaar geleden

F.

F.

er zijn 21 pinguins in plaats van 18

13 jaar geleden

I.

I.

ik wil weten hoeveel er nou bestaan 18 of 21 ???

13 jaar geleden

A.

A.

er zijn inderdaad 18 soorten pinguïns.

13 jaar geleden

B.

B.

er zijn 21 soorten hoor!

13 jaar geleden

W.

W.

er zijn wel 18 ...

als er 21 zijn noem ze maar eens op ;)

13 jaar geleden

G.

G.

leuk hoor

12 jaar geleden

G.

G.

wat voor een cijfer had je hiervoor???

12 jaar geleden

I.

I.

ik hou een werkstuk over pinguins

12 jaar geleden

H.

H.

er zijn 22 pinguings want hij mist de kleine blauwe pinguing de snares-eilandpinguing en de kuifpinguin de schlegelpinguin

12 jaar geleden

S.

S.

ik heb er veel informatie gezocht goede website

11 jaar geleden

J.

J.

Hoeveel maanden of jaren moet de moeder een kindje in het buik hebben? Want dat staat er niet in.

11 jaar geleden

S.

S.

hoeveel kilo vis eet een pinguin per dag?

10 jaar geleden

I.

I.

Je hebt bij "Het lichaam van pinguïns" gewoon van de site http://vuurboom.com/pinguins/ de tekst gekopieerd. ._.

10 jaar geleden

S.

S.

er zijn maar 17 soorten pinguïns hoor!

9 jaar geleden

M.

M.

Idd 17 pinguinsoorten...

9 jaar geleden

A.

A.

bedankt voor je informatie, ik heb er veel aan gehad

9 jaar geleden

H.

H.

Leuk

8 jaar geleden

H.

H.

dit is best handig voor een werkstek zuperzeg

8 jaar geleden

L.

L.

Hou eens op met die ruzie over hoeveel soorten het is heel raar zo! ;P

8 jaar geleden

A.

A.

Het klopt niet er 17 soorten pinguïns en ze zwemmen 40 km per uur niet 36

7 jaar geleden

P.

P.

ik moest een dieren verslag maken voor mijn eindwerk en dit werkstuk heeft me er heel erg goed bij geholpen. :)

7 jaar geleden

S.

S.

ik vind het best leuk en veel info ik doe dit voor het eerst nirt makelijk

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.