Vervoer 1650-1930

Hoe veranderde het vervoer naar het werk tussen 1650-1930?

Rond 1650 hadden de mensen wel werk, maar dat was meestal bij hun eigen huis en dus hadden ze nog geen echt vervoer nodig. Een tijd later kreeg je de huisnijverheid. Ook daarvoor hoefde je zelf niet het huis uit. Wel moest de man van wie ze grondstoffen kregen en die het spul weer ophaalde wat ze hadden gemaakt zichzelf vervoeren. Ik denk, maar weet niet zeker dat hij dat waarschijnlijk op een soort bakfiets heeft gedaan. Toen kreeg je manufacturen. Dat was vaak dicht bij je in de buurt en daar kon je dus wel lopend heen. Tussen 1750 en 1820 werden er veel kanalen gegraven. Dit was vooral belangrijk voor de schippers in die tijd. In totaal ruim 7000 km. Pas in de achttiende/negentiende eeuw verschenen de eerst fabrieken. Arbeiders die daar werkten moesten dicht bij de fabriek wonen. Dat komt doordat er toen nog nauwelijks openbaar vervoer was, zoals trams en bussen, en dus moesten de meeste arbeiders lopend, fietsend of te paard. Rond 1800 voeren de eerst stoomschepen in de Verenigde Staten. Daarmee kon je dus ook naar je werk toe maar werd meer gebruikt door de schippers. In 1804 kwam er de eerst stoomtrein. Die zorgde ervoor dat ook arbeider verder van de fabrieken konden wonen. De rijkere mensen woonden vaak al in de buitenwijken. De eerste passagierstrein in Engeland haalde in 1825 een snelheid van 20 km per uur. Vijf jaar later lieren er al treinen met 48 km per uur. Toen werd de stoomlocomotief die eerst alleen werd gebruik in de mijnen ook bovengronds gebruikt. En dus werd er in 1830 de eerst spoorweg aangelegd door George Stephenson. Dat was tussen Liverpool en Manchester. Zo’n tien jaar later lag er al bijna 2500 kilometer rails. Al deze vervoersmiddelen zorgden voor snelle en goede verbindingen. In 1769 maakte de Fransman Cugnot een driewielig voertuig dat een snelheid van 3,5 kilometer per uur haalde. Dit driewielig voertuig had ook nadelen. Het was een lomp, zwaar voertuig dat de wegen beschadigde en vervuilde. Daarom is er aan het einde van de negentiende eeuw een automobiel met verbrandingsmotor uitgevonden. Dit voertuig was heel handig te gebruiken voor als je je werk verder weg had. Zo dus dit waren de belangrijkste voertuigen die de mensen vroeger gebruikten om naar hun werk te gaan en weer terug te komen.