Lichaamstaal

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 2097 woorden
  • 15 april 2001
  • 308 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
308 keer beoordeeld

Proloog

Wat we via ons lichaam uitdrukken is directer en eerlijker dan wat we zeggen met woorden. Het brengt boodschappen over die we bij ons spreken wel eens proberen te verbergen. Deze manier van communiceren wordt ook wel \'lichaamstaal\' genoemd.

Voordat je ook maar een woord gezegd hebt, word je al beoordeeld op je gedrag. De manier waarop je gaat zitten, de toon waarop je spreekt en hoe je iemand benadert, bepaalt binnen korte tijd of je de sympathie van een ander wint. De eerste indruk legt de basis voor een al dan niet geslaagde, harmoni-euze relatie.

Hoe beter je lichaamstaal begrijpt, hoe duidelijker herkenbaar en begrijpbaar de gedragspatronen van anderen worden.

Wanneer je de situatie, waarin de ander zich verkeert, herkent, kun je er adequaat - in woorden en met lichaamstaal - op reageren.

Aangezien het in een beroep als leerkracht erg belangrijk is om gedragspatro-nen van anderen te begrijpen en erop te kunnen reageren, vind ik dit onder-werp zeer geschikt. Ik zal u in dit verslag, aan de hand van enkele illustraties inzicht geven in hoe je de lichaamstaal van anderen juist kunt interpreteren. Ook zal ik wat dieper ingaan op een paar specifieke aspecten, die voor een leerkracht zeer leervol zullen zijn, zoals de lichaamstaal van kinderen en de lichaamstaal voor een groep, waarbij je vooral van je eigen lichaamstaal bewust wordt.

Na het lezen hiervan denk ik dat u er van overtuigd bent dat het bewust worden en begrijpen van lichaamstaal en hierop juist reageren, waardevol is in het onderwijs Kern Lichaamstaal

Non-verbale communicatie Lichaamstaal is non-verbaal communiceren. Deze term verwijst naar alles wat wij met ons lichaam doen, m.u.v. spreken. Onze kijkrichting, onze oogbewe-ging, onze gezichtsuitdrukkingen, benen gekruist naar iemand toe, of van iemand af, hand- en armbewegingen, voet- en beenbewegingen, het al dan niet aanraken van de partner, het gespannen kijken, krabben, kleren recht-strijken, haren gladstrijken en zo kan ik nog wel even verder gaan. Onder non-verbaal gedrag verstaan wij het volledige scala van lichamelijk gedrag, behalve dan het spreken.

De wijze waarop wij iets overbrengen, verstaan we hier echter wel onder. Hierbij wordt gedacht aan: spreektempo, intonatie, toon- hoogte, duur van spreekpauzes, haperingen, etc. Deze zogenoemde para- linguïstische kenmer-ken worden geassocieerd met emoties, als angst, woede, sympathie, enzo-voort.

Lichaamstaal als hoofdcommunicatie Uit enquêtes is gebleken, dat veel mensen denken dat er voor 70 procent op het niveau van gesproken taal wordt gecommuniceerd en voor 30 procent op onuitgesproken niveau. \"In werkelijkheid maakt datgene wat wordt gezegd slechts 3 procent uit van de menselijke communicatie\", aldus G. Rebel. A.M. Nijssen beweert echter dat de gesproken taal 7 procent bedraagt. Maar het blijft een zeer klein percentage. Dit betekent dat maar liefst 93 tot 97 op onuitgesproken niveau wordt gecommuniceerd.

Het is ook altijd veel belangrijker hóe iets wordt gezegd dan wát er wordt gezegd. De toon waarop een verzoek wordt uitgesproken, de glimlach waar-mee dat gepaard gaat of de onzeker afgewende blik. Ze beïnvloeden de aangesprokene meer dan de woorden.

Uitzenden van signalen Het onderbewuste De reactie van het lichaam op hetgeen gezegd wordt, komt vanuit ons onder-bewustzijn. De meeste mensen zijn nauwelijks in staat er iets aan te doen. Wij krijgen automatisch een wit gezicht bij een slecht bericht, en bij nervositeit gaan wij vanzelf transpireren. Deze automatische signalen, die bijna niet beïnvloedbaar zijn, kunnen waardevol zijn om te ontdekken of iemand echt de waarheid spreekt of uit beleefdheid wat zegt wat hij eigenlijk niet meent of gewoon liegt. Hand- en armbewegingen Als mensen met elkaar praten gebruiken ze heel vaak hun handen en armen om aanvullende informatie te geven. Deze lichaamsdelen ondersteunen heel duidelijk onze woorden. Handen kunnen vier belangrijke soorten signalen uitstralen;

*Ontspannen, open gespreide handen, met de handpalmen naar boven gekeerd, associëren wij met positief zijn, met vertrouwen, openheid, eerlijk-heid en oprechtheid. Open handpalmen geven aan dat met niets te verbergen heeft.

*Verborgen handpalmen wekken het gevoel dat iemand iets verbergt, dat hij niet helemaal eerlijk is. Als hij beide handen met de rug naar boven gekeerd op tafel legt en hij verbaal beweert dat hij ons zijn beste voorstel heeft ge-daan, krijgen wij automatisch gevoelens van wantrouwen. Als kinderen iets te verbergen hebben of als zij liegen, houden zij altijd hun handpalmen verbor-gen, vaak achter hun rug.

*Dominante handbewegingen met de palm naar beneden maken meestal een beweging van boven naar beneden. Ze oefenen een zekere druk uit. Ook schouderkloppen is vaak een dominante handbeweging, ook al is het als compliment bedoeld, men kan het opvatten als: \"Man, dit keer heb je het goed gedaan, maar ik sta toch nog altijd boven jou.\"

*Handen die spanning verraden. Iemand die zijn handen krachtig in elkaar klemt, geeft daarmee duidelijk aan dat hij in spanning verkeert, wat hij ook zegt.

*Met gespreide vingers zijn vingertoppen tegen elkaar tikken, als een soort dak: hij is erg zeker over hetgeen hij zegt en is daarbij ook nog zelfingenomen en trots.

*Achter zijn oren krabben: geeft aan dat hij nog in onzekerheid verkeert.

*Aanraken van de neus is een gebaar van twijfel, waarmee vaak een afwijzing wordt uitgedrukt.

*Handen in de nek: hij wil duidelijk domineren. Ook vaak een afwijzend gebaar, zeker als hij door de gelaatsuitdrukking wordt ondersteund.

*Armen gekruist als bescherming als wij ons aangevallen voelen of het met onze spreker oneens zijn. Hoe hoger gekruist, des te groter de bescherming.

Beensignalen. Hoe lager de lichaamsdelen zich bevinden, hoe moeilijker ze onder controle te houden zijn. De oorzaak hiervan ligt waarschijnlijk in het feit dat iedereen zijn aandacht vooral op het gelaat richt. Aan de lager gelegen lichaamsdelen wordt zelden aandacht besteed.

Voeten en benen geven daardoor een heel waardevol beeld over emoties.

*Loopgedrag:

Aan de manier van het lopen herkennen wij al bepaalde mensentypen.

Als een kind blij is, zal het snel en lichtvoetig lopen. Als een kind te neerge-slagen is, dan loopt het met afgezakte schoudertjes en met lood in de schoe-nen.

Een rustig, zelfverzekerd persoon maakt vaak korte pasjes.

Personen die in kleine details denken, lopen vaak ook met korte pasjes.

Mensen die energiek met grote passen en met laaiend enthousiasme lopen en daarbij forse armbewegingen maken, kunnen eerder uit balans raken.

*voet- en beensignalen:

Als men de benen van de spreker weg kruist n.a.v. hetgeen die zegt, heeft dit wel degelijk een betekenis. Hij zegt daarmee onbewust dat hij weg wil van het besproken thema, dat hij het er niet mee eens is. Doorgaan met het gesprek heeft dan weinig zin. Rompsignalen Als iemand geïrriteerd is kan hij niet slap in zijn stoel onderuit hangen. Bij woede stroomt het bloed naar de handen, waardoor gemakkelijker uitgehaald kan worden naar de tegenstander. Hierbij past geen onderuitgezakte romp. Bij vrees stolt het bloed als het ware in de aderen en staat de romp een moment stokstijf. Iemand die zich verveelt kan onmogelijk een romphouding aannemen waaruit zou blijken dat hij zeer attent is. De houding van de romp is een bruikbare aanwijzing voor de ware emoties, omdat de romp de spier-spanning van het hele lichaam weerspiegelt. Meestal worden rompgebaren gedwongen samen geproduceerd met gebaren van andere lichaamsdelen. Het ophalen van de schouders is zo\'n samengesteld gebaar. Men trekt de schou-ders op, maar meestal trekt men dan ook zijn gezicht in een bepaalde plooi, terwijl het hoofd scheef wordt gehouden en de handen naar boven worden gedraaid. Deze houding drukt uit: \"Weet ik veel?\" Spiegelen Zelfde gebaren - goed contact. Wanneer het gesprek tussen u en uw partner goed verloopt, zult u opmerken dat u zich beiden onbewust voegt naar de gebaren en de mimiek van de ander. Als je de handbeweging van uw partner, zijn lichaamshouding, zijn stand en ook zijn toonhoogte overneemt, dan betekent dit dat u zich goed op hem kunt instellen. U toont invoelingsvermogen en straalt sympathie uit. Het spiegelen van houdingen. Als wij onze communicatie met iemand willen verbeteren is het zinvol ervoor te zorgen dat we met elkaar op dezelfde golflengte komen te zitten. Dit kun je doen door zijn lichaamshouding, zijn intonatie, zijn spreeksnelheid met die van de partner te laten overeenkomen. Op die manier koppel je zijn gedrag en houding aan die van de gesprekspartner, waardoor er automatisch weder-zijdse betrokkenheid en vertrouwen ontstaat.

Als iemand in een bepaalde houding zit en hij moet ergens van worden overtuigd, is zinvol zijn houding aan te nemen om tot een zo open mogelijk contact te komen.

Als de ander langzaam spreekt is het natuurlijk dom om zelf een veel sneller spreektempo te hanteren. Je moet proberen om dit spreekritme over te nemen.

Lichaamstaal van de leerkracht De lichaamshouding beïnvloedt de groep. Veel mensen moeten zo nu en dan voor een groep spreken, een toespraak voor een bruidspaar, een speech op iemands verjaardag of voor je beroep.

Niet alleen wat de spreker zegt is belangrijk, maar vooral ook wat hij met zijn lichaam doet tijdens het spreken. Vooral bij het vrij improviseren komen de ondersteunende gebaren als het ware vanzelf. Als iemand wat nerveus is als hij voor het eerst voor een groep staat, moet hij toch door zijn non-verbale houding zelfvertrouwen uitstralen.

Enkele tips: -In elke presentatie zijn pauzes geweldige aandachttrekkers voor hetgeen daarachter volgt en werkt dus non-verbaal bijzonder goed.

-Iemand die in staat is een stilte in een speech te leggen straalt daardoor zelfvertrouwen uit.

-Gedachteloos spelen met sleutels, een pen of een stift, leidt de aandacht onnodig af van de over te brengen boodschap.

-Het voortdurend friemelen aan een horloge of het voortdurend krabben van een hand komt non-verbaal niet erg positief over.

-Gebruik de non-verbale communicatiezones om belangrijke emoties over te brengen. ( Lichaamshoek, voeten en benen, handen, hoofd en gelaat, armen ).

Lichaamstaal der kinderen Belangrijk Lichaamstaal is bij kinderen rijker dan bij volwassenen. Baby\'s zijn er hele-maal van afhankelijk en peuters bijna helemaal. Deze beginnen zich verbaal al uit te drukken, maar hebben nog geen uitgebreide woordenschat en maken zich dus vaak duidelijk met non-verbale signalen. Ook de schoolgaande jeugd gebruikt zeer veel non-verbale signalen, die vaak samengaan met hun verbale uitingen. De lichaamstaal van kinderen is wel veel minder gecompliceerd dan die van volwassenen.

Vier grondvormen van lichaamstaal Als kinderen kunnen lopen en spelen, gebruiken ze maar 4 grondvormen van lichaamstaal:

*Naar iemand heen rennen en eventueel aanvallen.

Als het kind een agressieve reactie vertoont, wenst het feitelijk ergens een verklaring voor. Het loopt bijvoorbeeld vrij op de ander toe, blijft voor hem staan, maakt zijn lichaam zo groot mogelijk, houdt het hoofd rechtop, kijkt de ander recht in de ogen en probeert uit te vissen wat de ander wil of niet.

*Vluchten door rennen

Als een kind iets verboden wordt en het zich niet aan dit verbod wil houden, dan kiest het de weg van de vlucht. Het probeert zich van de gebieder te ontdoen door zo snel mogelijk afstand van hem of haar te nemen.

*Verbergen.

Als een kleiner kind zich bedreigd voelt of vindt iemand een onaangenaam persoon vindt, dan verbergt het zich achter moeders rokken, achter of onder een stoel of het gooit zich op de grond en maakt zich daar zo klein mogelijk.

*Het kind schrikt, adapteert en accepteert

Als het grotere kind zich onderwerpt of probeert een confrontatie op een vredelievende wijze te beëindigen, dan zal het zijn hoofd naar links of rechts buigen, waardoor de halswervel vrijgemaakt wordt. Het kind lijkt te willen zeggen dat het zich niet wil verdedigen.

Groepsgedrag Kinderen leren al heel jong om hun plek in de groep te veroveren en te verdedigen. Sommige kinderen willen een leidinggevende plaats in de groep. Op de speelplaats zie je zo\'n kind bepalen welk spel er gespeeld gaat worden. Door zijn lichaam zo groot mogelijk te maken, en door kracht toont hij zijn dominantie. Deze status kan worden verworven door sneller te kunnen rennen, beter te voetballen, enz. Toch hoeft het niet altijd op deze manier te gaan.

Als een kind eens verliest, laat het zijn armen slap langs zijn lichaam hangen, laat hij of zij het hoofd zakken, maakt zich kleiner en ontstaat er een droevige trek op het gezicht. Het kind probeert op deze manier non-verbaal over te brengen: \"Ik geef op, ik voel mij gekwetst, ik wil niet meer!\"

Soms kan het kind zich dan ook van de groep afwenden, waardoor hij toch het gevoel behoudt sterk te zijn geweest. Hij gaat dan alleen spelen en drukt daarmee non-verbaal uit: \"Ik heb jullie niet nodig. Ik kan het ook alleen. Dan hoef ik mij ook niet aan jullie ongeschreven regels te onderwerpen.\"

Literatuurlijst:

*A. M. Nijssen - Lichaamstaal. *G. Rebel - De juiste lichaamstaal. *A. Pease - Body Language.

REACTIES

S.

S.

hoi,
ten eerste wil ik even zeggen dat ik het een leuk werkstuk vond. Ik vroeg me alleen af of je een conclusie heb over het onderwerp.
Nou ik hoor het wel.
Groetjes Sanne

21 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.