Geschiedenis
Hoofdstuk 3
De zestiger-jaren
Oriëntatie
Voor de jaren 60
- Respect voor gezag
- Respect voor het huwelijk
Vanaf de jaren 60 wordt de burger mondig
§ 3.1
Wederopbouw van een verwilderd land
Deelvraag: Welke politieke, economische en sociaal-culturele ontwikkelingen waren kenmerkend voor de naoorlogse samenleving tot de jaren 60?
Moreel verval:
- Het gedrag in de oorlog, verzet en ondermijning van het gezag zet zich door in de jaren na de oorlog
Consensuspolitiek:
- Een politiek die doormiddel van overleg tot overeenstemming wil komen
- Consensusovereenstemming
- Werkgevers en werknemers moeten samenwerken om de problemen de baas te worden
- Zo hield de overheid de lonen laag om het bedrijfsleven (industrie) te stimuleren
Censuspolitiek 2:
- Door de gevoerde politiek en het Marshallplan produceerde NL in 1950 al evenveel als voor de oorlog en was de schade hersteld
Verzorgingsstaat:
- Na 1950 (wederopbouw) krijgt de overheid een nieuwe taak: zorgen voor sociale zekerheid
- AOW (Algemene Ouderdomswet)
- Kinderbijslagwet
- Nederland wordt een land waarin de overheid zorgt dat ook zwakke groepen een inkomen hebben
Verzuiling:
- 4 zuilen
- Socialistisch
- Liberalistisch
- Rooms-Katholiek
- Protestants
- Overheid stimuleerde goede gezagsverhoudingen, door regels een jeugdwerk
De verzuiling werd doorbroken door:
- Verstedelijking
- Televisie
- Hogere opleiding
§ 3.2
Strijd tegen het gezag
Deelvraag: Welke politieke, economische en sociaal-culturele veranderingen ontstonden in de jaren 60?
Verwilderde massajeugd:
“Men leunt, hangt, slentert en men kletst als een eindeloos geleuter, men gilt en tiert, jengelt en zeurt.” (’53)
Jongeren en vrouwen:
- Vanaf jaren ’60 ontstaat er een generatiekloof
- Jongeren wilden inspraak en medezeggenschap
- Ook de vrouwen wilden gelijke rechten
- Dolle Mina’s – abortus en gratis kinderopvang
Politieke partijen:
- 1958 einde rooms-rode coalitie
- Politici moesten steeds meer naar de samenleving luisteren
- Oude partijen reageerden afwijzend
- Nieuwe partijen
Secularisatie:
- Afname van de invloed van een religie op de samenleving
- Van de jaren ’60 liepen kerken leeg
- Nieuwe vormen in erediensten bleken daar niets aan te veranderen
- Individualisme en materialisme wonen aan terrein
§ 3.3
Politieke veranderingen
Deelvraag: Hoe ontwikkelde de politieke situatie zich na de jaren zestig
Poldermodel (1)
- Politieke idealen verdwenen naar de achtergrond het ging om wat praktisch haalbaar was
- Hierdoor gingen partijen steeds meer op elkaar lijken
- Meer zwevende kiezers
- Minder stemmen
- Minder inhoud
Poldermodel (2)
- Politiek van de jaren ’80 leek op de jaren ‘50
- Vanaf de jaren ’90 ontstond poldermodel
- Overleg tussen grote partijen en werkgevers- en werknemers-organisaties
- Loonmatiging
- Geen stakingen
- Industrie moest hierdoor concurrerend worden met het buitenland
Polarisatie jaren ’80:
- Plaatsen van kruisraketten in Europa
§ 3.4
Een postchristelijke maatschappij
Deelvraag:Hoe ontwikkelde de sociaal-culturele situatie zich na de jaren zestig?
Leven in een postchristelijke maatschappij:
- Invulling zondag
- Popconcerten
- Omgaan met Kerst
- Abortus, homohuwelijk, euthanasie
- Geloof op het nachtkastje
- Men weet te geloven wat geloof inhoudt
Van de jaren ’60 naar ’70:
- Weer met beide benen op de grond door vooral economische problemen
- Gezag en orde kwamen terug
- Je ziet dit terug in de kledingstijl deze wordt weer klassieker
Wat wel bleef:
- In de jaren ’60 nog verboden op school (spijkerbroeken)
Vrije tijd:
- Leven to naar het weekend (vanaf 1960 vrije zaterdag!)
- Winkelen
- Bijv. attractieparken
Veranderingen in het gezin
- Onderhandelingshuishouden
- Steeds minder gezinnen niet rijk
Emancipatie
- Jongens en meisje gelijk opgevoed
- Dus meisjes ook techniek en jongens ook verzorging
- In 1998 vindt nog maar 16% van de Nederlanders de traditionele rolverdeling goed
REACTIES
1 seconde geleden
E.
E.
van welke leermethode is dit een samenvatting? kan ik er ergens meer over vinden?
7 jaar geleden
Antwoorden