Tijdvak 1: Jagers verzamelaars

Beoordeling 5.9
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 1353 woorden
  • 13 mei 2008
  • 108 keer beoordeeld
Cijfer 5.9
108 keer beoordeeld

Feniks tijdvak 1: jagers verzamelaars

Van vuistbijl tot sikkel; Orientatie
Amerikaanse archeoloog Ralph Solecki, deed opgravingen vond skeletten van de Neanderthalers. Er waren weinig grafgiften de grafgiften die er waren waren: dierenbotten of stenen werktuigen. Neanderthaler misschien emotioneel handelen; graf was miss wel bedekt met bloemen volgens Arlette leroi- Gourham. (first flower people?! Boek)

Tijd van jagers en boeren: Prehistorie eindigt tot mensen zelf t schrift gaan gebruiken(historie)

Deense archeoloog Christan Thomson: prehistorie indelen: steentijd, bronstijd en de ijzertijd. (later steentijd ondergedeeld in oude steentijd midden steentijd en nieuwe steentijd.)

Artefacten: voorwerpen die door mensen zijn gemaakt.

In beginjaren van de archeologische wetenschap legde men de nadruk op het opsporen beschrijven en dateren van een voorwerp. Na de 2e WO vonden steeds meer archeologen dat zij met behulp van bodemvondsten ontwikkelingen uit het verleden in kart moesten brengen. Pas toen kon er over echte wetenschap worden gesproken. Tegenwoordig meer belangstelling voor het individu uit het verleden.

Context: omstandigheden.
Hypothesen: voor onderstelling. Voorlopig antwoord op onderzoeksvraag.
Neolitische revolutie: de ontdekking van de landbouw

Jagers verzamelaars hadden een nomadisch bestaan met weinig bezit. Toen de landbouw kwam (neolitische revolutie) konden mensen zich permanent gaan vestigen. Aantal inwn. Groeide en zo ontstonden soms stedelijke gemeenschappen. De samenleving werd hiërarchischer en complexer. Regels wetten en afspraken werden belangrijk. Zo ontstond het schrift!

Hiërarchiser: naar rangorde.
Agrarisch: Betrekking hebbend op de landbouw
Cultuur: Geheel van voortbrengeslen van een gemeenschap
Jagers verzamelaars: groep mensen meestal zonder vaste woonplaats die leeft van de jacht en het verzamelen van gewassen
Landbouwsamenleving: Natuurlijke milieu wordt aangepast ten behoeve van de productie van planten en dieren voor menselijk gebruik

Tijdvak eindigt ong bij 3300 v chr.
Protohistorie: De g scan een groep mensen die zelf nog geen schrift gebruiken maar waarover door anderen al wel werd geschreven.
Processuele archeologie. Opvatting dat archeologen ontwikkelingen uit het verleden moeten beschrijven en verklaren.
Contextuele archeologie archeologen moeten onderzoek doen naar de unieke omstandigheden waaronder de mensen hebben geleefd en bepalen in hoeverre deze omstandigheden het leven van de mensen hebben beïnvloed.
Cultuurhistorische archeologie: opvatting dat archeologen prehistorische culturen aan de hand van uiterlijke kenmerken moeten beschrijven.

Hypotheses vragen en onderbouwen zie schrift *
1.1 een zwervend bestaan.
Steven mithen : grote brand in kamp jagers verzamelaars. Verwoest alles. Maar omdat ze in de buurt hebben geïnvesteerd anleggen van akkers, zaaien van gewassen en ontginningen (geschikt maken voor de (land)bouw) Vroeger was voedsel een dagtaak waaraan iedereen meewerkte.

Paleoantropologen zijn wetenschappers die onderzoek doen naar de oorsprong en ontwikkeling van mensachtigen en de mens. (menselijke evolutie)

1e mensachtigen 6 milj jaar geleden ontstaan in afrika afstammen van apen. (er waren verschillende geslachten van mensachtigen)Vanuit afrika heeft de mens zich verspreid. Oudste sporen van mensen in nabije oosten zijn ong 1.4 milj jaar oud. (Israel)
Neanderthalers niet voorlopers van de mens maar een ander apart soort. Neanderthalers waren onze tijdelijke tijdsgenoten ze leefde naast homo sapiens

Creationisten: tegenhangers van de evolutietheorie (werk is van god of goden)

Makers van voorwerpen die steeds bij elkaar worden gevonden noemen we een culturele groep of cultuur.

Hutten: Open sites
Grotten: cave sites.
Band: de vorm waarin jager-verzamelaars samenleefden
Egalitair: Niet naar rangorde

Ohala cultuur meer van galilea kwam droog te staan. Hout hutten was vergaan. Hutten zijn ooit door brand verwoest. Jagers verzamelaars waren egalitair. Mannen jaagden in kleine groepen. De grootte van een band werd bepaald door de carrying capacity (draagkracht) van gebied (ong 10 vierkante kilometer begroeid gebied p.p.) was het minder, hongersnood, moord of doortrekken.

Jagers verzamelaars bleven niet altijd op dezelfde plaats maar trokken vaak tussen bepaalde kampen. Bijv om te jagen, opbrengst terug naar hoofdkamp. Ohala cultuur waren geen nomade. Basiskamp was hele jaar door bewoond. Door de ijstijd in europa konden jagers verzamelaars zich beter vestigen in het nabije oosten, daar was steppen en groeide graan e.d. goed.

Sommige dingen zoals immateriële kenmerken kan je niet weten., zoals rolverdeling man vrouw. Je kon soms wel zien dat culturen geloofden in hiernamaals dmv grafgiften.
Je kan iets zeggen over de middelen van bestaan en over het nederzettingspatroon en ook over de ouderdom van het kamp en het bestaan van handel. niet taakverdeling

Toen de christelijke normen en waarden strikt werden aangehouden werden de evolutie dingen verboden. Geen eigen mening.

Etnoarcheologie: Studie naar het belang van voorwerpen, gebouwen en structuren binnen primitieve stammen.
Virilokale vestigingsregel: Vrouw vestigt zich bij de man

Etnoarcheologie kan een rol spelen bij het reconstrueren van een prehistorische cultuur als bepaalde kenmerken van een cultuur niet meer door middel van opgravingen 8erhaald kunnen worden. Maar wel wanneer een hedendaagse vergelijkbare cultuur van jagers verzamelaars kan worden bestudeerd.

Als je een kamp ging vestigen was het belangrijk dat er water was, voedsel was en dat het veilig was bijvoorbeeld op een heuvel.. Het kon ook handig zijn als er vuursteen was en plekken waar dieren (jacht) langstrokken

1.2 De ontdekking van de landbouw.
Rond 11000 v chr landbouw echt ontdekt en ging leven van akkerbouw en veeteelt. Vruchtbare halve maan: gebied waar landbouw als eerste werd ontdekt. Belangrijkste gebeurtenis in de gs volgens sommige archeologen. Mensen gingen zich vestigen trokken niet meer zoveel door en er ontstonden nederzettingen soms steden. Het werd een landbouwsamenleving.

Gedomesticeerd: Mensen kunnen zelf gewassen laten groeien dieren tam maakten en zelf fokten

Gordon Childe- Oasetheorie: laatste ijstijd zorgde ervoor dat het klimaat in het nabije oosten droger werd. Mensen trokken nar plaatsten waar water voorradig was. Daar gingen zij over op het domesticeren van hun landbouw en dieren om te overleven

Hillman. Jagers verzamelaars werden gedwongen om zelf granen te gaan verbouwen omdat deze door het droge worden van ht klimaat nauwelijks meer in het wild groeiden.

Lewis binford: Door klimaatsveranderingen gingen mensen meer in kustgebieden en lange rivieren wonen waardoor de carrying capacity verstoord raakt Men wordt gedwongen om zelf gewassen te gaan verbouwen.

Sedentaire revolutie: na ontdekking van de landbouw gingen mensen op een vaste plek wonen.

Rond 7500 v. Chr. Waren bijna alle culturen in het nabije oosten agrarisch. Vanaf ong 4000 v. Chr. Werden dieren steeds meer gebruikt ook voor de landbouw.

Secondary products revolution: dieren voorzagen mensen niet alleen van vlees maar ook melk en wol.

Te weinig grond.. daarom trokken mensen weg uit gebied van de halve maan. Zo is het verspreid geraakt bijvoorbeeld ook in Europa en de balkan. Rond 5300 v. Chr. Vestigden zich tijdelijk de 1e landbouwers in z-Limburg.

Landbouw had grote gevolgen: Grootte van de groepen veranderden, werktuigen en de onderkomens

Megalitische culturen: Culturen waarvan de mensen grote (monumentale) bouwwerken van zwerfkeien (megalieten) maakten. Bijv. hunnebedbouwers. De culturen starten pas na de neolitische culturen want toen hoefde men zich niet de hele dag meer bezig te houden met voedsel en er waren meer mensen

1.3 Mesopotamië: van grotten tot steden
Mesopotamië komt uit Grieks betekend tussen de rivieren (tigris en de eufraat) We zijn homo urbanus geworden. Veel mensen in de stad.

Beschaving: Complexe samenleving waarin mensen in steden wonen.

Stedelijk wonen is alleen mogelijk als de landbouw een surplus(overschot) oplevert zodat de stedelingen zich met andere zaken kunnen bezighouden dan het bewerken van de grond.

Doordat het klimaat veranderde konden de nomade hun leven niet meer vol houden. Daarom was het noodzaak dat ze gingen samenwerken en daarom is dus beschaving ontstaan volgens Brooks.

Boeren die veel produceerden..(overschotten) kregen vaak de macht. Ze werden leiders van de nederzettingen.

Dorpen in mesopotamië bleven groeien en werden stedelijke nederzettingen. Uruk was de grootste stadsstaat. Waarschijnlijk geleid door soort van vorst. Die stonden dan aan het hoofd van ingewikkelde organisaties, die bijv de irrigatie moesten onderhouden en tempels bouwen. Steden wilden groter en meer macht- oorlogen stadmuren om tegen te houden

Vier belangrijkste karakteristieken van de stedelijke gemeenschappen: 1) een hiërarchische opbouw van de samenleving, 2) de aanwezigheid van een godsdienstig centrum, 3) de taakverdeling in de samenleving en 4) het gebruik van het schrift.

1 slaven,boeren, ambachtslieden, priesters vorst+familie
2 verschillende goden. Anu koning van de goden. Ziggurat soort tempel. Bidden tot de goden maar ook belasting betalen. Waren veel werklieden en handelaren. Er was sprake van redistributie: herverdeling
3 iedereen eigen taak ambachtslieden schrijvers en noem maar op.
4 rond 3300 v chr. Ontwikkelde soemeriers het schrift. (spijkerschrift vanwege vorm van tekens) Bestond uit logogrammen (herkenbare afbeeldingen) Hoofdzakelijk gebruikt voor registreren economische zaken.

REACTIES

E.

E.

hier de samenvatting geschiedenis

13 jaar geleden

A.

A.

Goed gedaan! Heb je ook info over de kunst die de jagers-verzamelaars gebruikte?

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.