Wisselkoersen

Beoordeling 6.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 3015 woorden
  • 4 augustus 2007
  • 33 keer beoordeeld
Cijfer 6.1
33 keer beoordeeld

In dit Leerarrangement ga ik het hebben over internationaal betalen, over transacties en over de wisselkoersen. Nederland heeft een sterk open economie dus er vinden ook veel internationale betalingen plaats. Door de komst van de Euro vinden er nu veel betalingen plaats in deze munteenheid. Maar er vinden ook nog steeds veel betalingen plaats in andere valuta´s. Veel wisselkoersen veranderen dagelijks. De wisselkoersveranderingen van de dollar ten opzichte van de euro worden dagelijks op het journaal vermeld. Want wisselkoersveranderingen kunnen de internationale handel sterk beinvloeden. Ook het omwisselen van jouw euro´s heeft een effect op de wisselkoers. We spreken dan van vraag en aanbod naar euro´s. Door een wisselkoersverandering kan de export en de import worden beinvloed. Een koersdaling van de euro kan leiden tot een grotere export van de eurolanden en een lage import. Hoe kan dit allemaal nou gebeuren? Al dit aspecten kan je terug vinden in dit leerarrangement.

1. Wat zijn naast de euro de 3 belangrijkste internationaal valuta´s en wat zijn van deze valuta´s de wisselkoersverhouding ten aanzien van de euro? Naast de euro zijn Amerikaanse Dollar, Japanse Yen en Engelse Pond de 3 belangrijkste internationale valuta´s. De wisselkoersverhouding ten aanzien van de Euro is: 1 Euro= 1,19060 USD
1 Euro= 0,684133 GBP
1 Euro= 140.670 JPY
Op 18 februari 2006

2. Welke criteria (kengetallen) gelden voor een open economie? Open economie houdt in dat een land intensieve handelsbetrekkingen onderhoudt met het buitenland. Voor de Open economie gelden de volgende criteria´s ofwel kengetallen: • Invoerqoute • Uitvoerquote

3. Bepaal aan de hand van de onder 2 gevonden criteria de mate van openheid van de Nederlandse economie en vergelijk dat met de USA. In Nederland geldt voor beide quote 50%, voor de USA is dat nog niet eens 10%. Door dit percentage zie je dat Nederland een open economie heeft.

4. Handeling Deelrekening Uitgave ontvangst
Kopen van NIKE schoenen Goederenrekening X
Vakantie naar het buitenland Dienstrekening X
Rente van uitgeleende bedrag in het buitenland Primaire inkomensrekening X
Geld naar familie sturen die in het buitenland zijn Inkomensoverdrachtenrekening
X 5. 2 kranten die te maken hebben met 2 verschillende vormen van internationaal betalen. Redenen waarom dit te maken heeft met internationaal betalen en op welke manier dit op de betalingsbalans zal worden verwerkt. ALKMAAR - De Alkmaarse zeeppompjesfabrikant Airspray komt in handen van het Britse verpakkingsbedrijf Rexam. De Britten willen een bedrag van bijna 146 miljoen euro op tafel leggen. Bijna de helft van de aandeelhouders van Airspray heeft al ingestemd met het bod. Dit hebben beide partijen woensdag bekendgemaakt.

Airspray levert pompjes aan multinationals als Unilever, Colgate-Palmolive en L\'Oréal. Rexam is pas sinds de zomer van vorig jaar op dit terrein actief. Het Britse bedrijf is groot geworden met de productie van frisdrankblikjes. Onder de klanten bevindt zich onder meer het snelgroeiende Red Bull.

Rode banaan komt er aan
door Jan Colijn
AMSTERDAM - De rode banaan is in aantocht. Het Britse warenhuis Marks & Spencer heeft het bizar gekleurde fruit sinds deze week in de schappen liggen. Verwacht wordt dat de rode bananen eerdaags ook bij de Nederlandse groenteboer te koop zijn. De rode exemplaren zijn nog zoeter dan hun gele soortgenoten. De schil heeft z\'n opmerkelijke kleur door het anti-oxidant betacaroteen, dezelfde stof als in wortels.

Reden Deelrekening Uitgave Ontvangst
Aandelen kopen van een Nederlandse bedrijf dienstenrekening X
Aanschaf buitenlandse goed goederenrekening X

6. Tot welke notities leidt dit op de betalingsbalans, met deelrekeningen? Goederen gekocht -> Goederenrekening -> uitgave
Handelskrediet -> Financielerekening -> ontvangst

7. Welke soorten kapitaalbeleggingen vinden in andere landen vaak plaats en welke betalingen vonden als gevolg daarvan op een later tiidstip plaat? Een land leent van een andere land en betaald rente en aflossing aan beleggers. Bijvoorbeeld; Een Nederlands fabrikant leent $15 miljoen van een Amerikaanse belegger. Of de beleggers van een land beleggen in de aandelen van een ander land. Dividend betaling. Bijvoorbeeld Een Franse verkezekeringsmaatschappij belegt in Zuid-Afrikaanse aandelen.

8. Hoe worden onder punt 7 gevonden gegevens genoteerd op de betalingsbalans? Kapitaalrekening ontvangst voor het land dat leent en uitgave voor het land van de beleggers. Wordt als kapitaalinvoer geboekt op de rekening. Kapitaalrekening ontvangst voor het land waar wordt belegd. En uitvoer voor het land van de beleggers. Die transactie wordt als kapitaaluitvoer naar Zuid-Afrika genoteerd.

9. Betalingsbalans
Ja/ Nee Deelrekening Ontvangst Uitgave
1 JA Dienstrekening X
2 JA Dienstrekening X
3 NEE Goederen X
4 JA Inkomstensoverdrachtrekening X
5 JA Goederen X
6 JA Primaire inkomensrekening X
7 JA Kapitaalrekening X
8 JA Primaire inkomensrekening X

10. Met welke bedrag verandert het materiele saldo van de betalingsbalans als gevolg van bovenstaande transacties? Dienstrekening: reis naar Marokko wordt in Nederland betaald aan Nederlands reisbureau kost = 1.000 euro. In Marokko wordt er betaald aan het hotel kost = 500 euro. Totaal dienstrekening = 1.500 euro uitgave
Primaire ontvangsten = 30 ontvangsten
Inkomstenoverdracht = 400 ontvangsten
1.500 – 30 - 400 = 1.070 is het onzichtbaar verkeer
goederenrekening 0 + onzichtbaar verkeer 1070= lopende rekening -1070
kapitaalrekening 1000- lopende rekening –1070= -70 materiele saldo.

11. Leg uit welke manier ondanks alle wijzigingen op de betalingsbalans toch het formele evenwicht tot stand komt. Door de veranderingen van de officiële reserves wordt er voor gezorgd dat er de telling op nul uitkomt. Dit kan door het interneren op de deviezenreserve die de ECB heeft.

12. Waarom wijzigen wisselkoersen dagelijks? De wisselkoers wordt bepaald door vraag en aanbod op de valutamarkt. De koers wordt overgelaten aan het vrije spel van vraag en aanbod. De koers kan dan veranderen van het ene op het andere moment.

Om het effect van wisselkoersen te kunnen beoordelen kunnen we zelf een berekening maken. Zoek de dagkoersen op van het land buiten het Eurogebied waar je het laatst naar toe bent geweest(of van je geboorteland) en anders kies je zelf een land, waar je op vakantie naar toe zou willen. Stel je voor dat 1000 euro omwisselt in de valuta van het land waar je naar toe gaat, maar er gebeurt iets bijzonders, waardoor je niet wegkunt en je wisselt weer terug in euro´s. Je krijgt minder terug (we laten de bankkosten buiten beschouwing)

13. Welke bedrag ben je in euro´s kwijtgeraakt? Nieuwe Turkse Lira(YTL) = 1,5636 aankoop 1,5711 verkoop Op 20 februari 2006
1000* 1,5636= 1563,6 YTL
1563,6 / 1,5711= 995,25 euro
1000 – 995,25= 4, 75 euro minder

Er is duidelijk een verband tussen de notities op de betalingsbalans en de veranderingen in een wisselkoers. Ook het omwisselen van jouw euro´s heeft een (micro)effect op de wisselkoers.

14. Welke effect wordt hier bedoeld en op welke koers? Doordat je je euro´s omwisseld in dollars bijvoorbeeld komt er aanbod van euro´s op de valutamarkt en dus vraag naar dollars. Omdat er meer vraag naar dollars zijn stijgt de koers van Dollar.

Gedurende het laatste jaar zijn er voortdurend stijgingen geweest van de euro ten opzichte van de dollar koers. Europa begint zich zelfs een beetje zorgen te maken met die mooie euro en de USA blijken zich weinig zorgen te maken over de koersstijging van de euro.

15. Noem voorjezelf een mogelijk positief effect van deze koersontwikkeling. De rente in Europa daalt ten opzichte van die in het buitenland, waardoor het voor ons aantrekkelijker wordt om ons spaargeld buiten Europa te beleggen.

16. Wat zijn de zorgen van Europa? De producten van Europa worden te duur. Een hogere eurokoers leidt tot duurdere import. Bij een hoge eurokoers zal het buitenland normaal gesproken minder europese producten kopen dan bij een lagere. De gevraagde hoeveelheid ervan zal kleiner zijn.

17. Waarom maakt de USA zich weinig zorgen over de lage dollar koers? Want hoe hoger de koers van de euro is (buitenlanders krijgen meer dollar´s voor een euro), hoe goedkoper USA producten zijn. Bij lagere prijzen zullen wij meer USA goederen en diensten kopen. Bij een hogere koers van euro worden er dus meer dollar´s gevraagd en meer euro´s aangeboden.

Op het nieuws van 10 november 2004 kwam het bericht dat de rentestand in de USA opnieuw is verhoogd. Dit leidt niet tot veel koersinvloeden zolang de rentestand lager blijft dan in de Eurolanden. Zodra de rentestand in de USA aanmerkelijk hoger wordt kan dit invloed hebben op transacties op de betalingsbalans en ook op de koers van euro. 18. Welke invloed op de betalingsbalans en de koers kan er dan optreden? De hoge rente in europa maakt het aantrekkelijk om te beleggen in de euro’s. De vraag naar euro’s stijgt. De koers van de euro stijgt, dat weer leidt tot lagere importprijzen. Maar als de rentestand in USA hoger is dan in Europa, wordt het beleggen in euro’s niet aantrekkelijk meer, vraag naar euro’s daalt, de koers van de euro daalt, dat weer leidt tot hogere importprijzen.

19. Met welke procent is de eurokoers gestegen ten opzichte van de dollar sinds de introductie van de euro? introductie van de euro is, € 1 = $ 0,82
Op 23 februari 2006 is de koers, € 1 = $ 1,19336 (Nieuw-Oud) / Oud x 100% 1,19336 – 0,82= 0,37336
0,37336: 0,82= 0,45532 x 100%= 45,53% gestegen

20. Wat zijn de 2 andere belangrijke bepalende factoren? overheidsingrijping, verlaging van invoerheffingen en vraag en aanbod.

21. Geef van een van deze bepalende factoren in het kort een korte uitleg van de mogelijke invoed op de koers ontwikkeling. Doordat de overheid invoerheffingen verlaagd is er meer handel, waardoor de koers kan veranderen.

Naast de koers zal ook e prijsontwikkeling van buitenlandse producten een grote rol spelen. Stel dat de koers van de dollar ten opzichte van de euro stijgt van 1,25 euro naar 1,30 euro. Intussen is de prijs van de computer die je inde USA wilt kopen gedaald van 1250 dollar naar 1200 dollar.

22. Komt dit voor jou nu gunstig of ongunstig uit? Maak een berekening. Wanneer de koers 1,25 euro is betaal je voor de computer= 1250 * 1,25= 1562,5 Wanneer de koers 1,30 euro is betaal je voor de computer= 1200 * 1,30= 1560
1562,5 – 1560 = 2,50
Dus een voordeel van 2,50 euro.

We gaan kijken naar de koersverhouding van de dollar ten opzichte van de euro. Deze koers is vanaf de introductie van de euro 1 euro is 0,82 dollarsterk gewijzigd. Nu, november 2004 1 euro is ongeveer 1,30 dollar. Stel dat je destijds voor 20 dollar een CD in de VS hebt gekocht via internet en dat de prijs, als je hem nu zou hebben gekocht, is gestegen tot 24 dollar.

23. Bereken in euro je voordeel/nadeel als je deze CD nu had gekocht. 20 / 0,82= 24,40
24 / 1,30= 18,50
24,40 – 18,50= 5,90 euro voordeel

24. Bereken op basis van de gegevens boven 23 de koersen van de euro bij introductie en nu ten opzichte van de dollar. 1/0.82=1.22 dus 1 dollar was 1.22euro
1/1.30=0.77 dus 1 dollar is 0.77 euro

25. Houd voor een week de koersontwikkeling van de euro ten opzichte van de dollar bij en noteerd dit in onderstaand grafiek. 20 feb. = 1 euro = 1, 1932 USD
21 feb. = 1 euro = 1, 1906 USD
22 feb. = 1 euro = 1, 1875 USD
23 feb. = 1 euro = 1, 1957 USD
24 feb. = 1 euro = 1, 1896 USD
25 feb. = 1 euro = 1, 1907 USD
26 feb. = 1 euro = 1, 1942 USD
27 feb. = 1 euro = 1, 1842 USD €koers

Stel dat de prijzen (inflatie) in de VS sneller stijgen dan in de Eurozone.

26. Beredeneer welke verandering(en) op de betalingsbalans zal hiervan het gevolg zijn? Noem ook de deelbalans. Door de hogere prijzen wordt het voor ons duurder om goederen aan te schaffen van de VS dat zien we op de betalingsbalans terug als lagere primaire inkomensrekening en lagere dienstrekening.

27. Leg uit wat er dan met het aanbod/ de vraag van de euro en dus de koers van de euro gebeurd. Europa wordt goedkoper ten opzichte van USA. De export van Eurozone zal stijgen, dus de vraag naar euro´s gaat ook stijgen. Hierdoor stijgt de koers van euro.

28. Teken in onderstaand grafiek 1 een vraag en een aanbodlijn naar de euro.

29. Teken in grafiek 1 de verandering in vraag en / of aanbod als gevolg van je beoordeling bij vraag 27.

30. Waarom zal de CB de rentestand verhogen? Een hogere rente in het emu-gebied betekend dat het internationaal aantrekkelijk wordt om te beleggen in euro’s dus de vraag naar euro’s stijgt dus de koers van de euro stijgt ook.

31. Welke lijn in de grafiek gaat verschuiven? De vraaglijn verschuift naar recht, omdat de vraag naar euro´s toeneemt.

32. Zijn er nog landen met een stabiele wisselkoer? Zweden en Denemarken zij richten zich op de euro.Tot 2002 was de koers van de pedo in Argentinië gekoppeld aan de Amerikaanse dollar.

33. Teken in grafiek 3 een vraaglijn/ aanbodlijn/ de spilkoers/ de marges en de bandbreedte en laat vervolgens de vraaglijn of de aanbodlijn verschuiven zodat de koers buiten de bandbreedte valt.

34. Leg uit hoe de centrale bank hier nu het rente-instrument moet gebruiken. De centrale bank kan de rente verhogen. Beleggen in die munt wordt aantrekkelijker gemaakt. De vergrote vraag van beleggers naar de valuta kan de koers doen stijgen of een koersdaling verhinderen.

35. Leg uit in welke situatie de CB eigen valuta zal inkopen. Om de vraag naar de munt kunstmatig te verhogen en daardoor de koers ervan te ondersteunen koopt de CB eigen valuta in. Dat gebeurt wanner de koers van de munt niet op streefnivieau is.

36. Leg uit of nu de vraaglijn of de aanbodlijn verschuift. De vraaglijn verschuift, door het kopen van eigen valuta is er vraag naar die valuta ontstaan.

37. Leg uit of de vraaglijn of aanbodlijn naar links of rechts verschuift. De vraaglijn verschuift naar rechts. Het vraaglijn verschuift naar rechts omdat je meer gaat betalen voor het zelfde aantal valuta.

38. Welke 3 landen hebben een vaste koersverhouding afgesproken en wat was van deze 3 landen de vaste koersverhouding? Denemarken, Zweden en Verenigd Koninkrijk. Euro

39. Wat houdt het stabiliteitspact precies in en welke 2 landen kwamen hierdoor in de problemen? Dat lidstaten moeten streven naar een sluitende overheidsbegroting. Mocht het een tijdje tegenzitten met de economie, waardoor de belastingopbrengsten wat minder rijkelijk binnenvloeien en het overheidstekort oploopt, dan kan het overheidstekort nog een stukje stijgen voordat de gevarenzone van 3 procent in zich komt. Komt een land toch boven de kritische grens van 3 procent, dan moet de overheid een boete geven. 2 landen die hierdoor in problemen zijn geraakt zijn Duitsland en Frankrijk. Duitsland had in 2002 een begrotingstekort van 3,75% en het zag er niet uit dat het beter wordt in 2003.Frankrijk had ook een begrotingstekort.

40. Geef van elk van deze rekening een voorbeeld van een financiele transactie. Inkomensoverdrachtenrekening: zijn bedragen die bijvoorbeeld een werknemer van Ahold overmaakt naar zijn familie in Marokko. Kapitaalrekening: Benz leent $10miljoen van Amerikaanse beleggers. Het wordt als kapitaalinvoer geboekt op de rekening of Franse verzekeringsmaatschappij belegt in Zuid-Afrikaanse aandelen het wordt geboekt als kapitaaluitvoer naar Zuid-Afrika.

Door de export ontvangt een land buitenlandse valuta en de import moet worden betaald met buitenlandse valuta. Als er minder exportis dan import en de lopende rekening vertoond een tekort ontstaat er dus een probleem. Tekort aan buitenlandse valuta.

41. Zoek uit op welke 2 manieren dit tekort op korte termijn zou kunnen worden aangepakt. 1. buitenlands valuta opkopen
2. je eigen valuta uit de markt halen

42. Noem van elk van deze 2 manieren het nadeel? 1. De vraag naar de buitenlandse valuta stijgt, aanbod blijft het zelfde hierdoor stijgen de prijzen in het desbetreffende land en dus kun je minder kopen voor het gekocht valuta. 2. Wanneer je je eigen valuta uit de markt haalt stijgt de vraag, tegelijkertijd wordt je duurder voor het buitenland en zal buitenland bij jou minder kopen.

43. -Als de Import>Export wordt er meer van de eigen valuta aangeboden dan gevraagd -de koers van de eigen valuta zal daardoor stijgen -hierdoor kan de export toenemen en zal het tekort dalen.

44. Hoe kan de overheid via de rentestand de bestedingen beinvloeden om de import af te remmen? Rentestand wordt verhoogd, waardoor besteders minder gaan kopen, omdat lenen duurder wordt. Het wordt meer aantrekkelijker om te sparen. Omdat ze minder gaan kopen neemt de import af. Zo kan dus de overheid via de rentestand de import afremmen.

45. Hoe kan de overheid via de belastingen de bestedingen beinvloeden om de import af te remmen? De overheid zou de belastingtarieven kunnen verhogen. Gezinnen hebben dan minder geld om te besteden. Een daling van de bestedingen leidt tot een vermindering van de import.

46. Welke negatieve effecten kunnen er zijn voor de binnenlandse economie? Veranderingen van wisselkoersen hebben invloed op de omvang van de internationale handel, en daarmee op productie en werkgelegenheid. Als de wisselkoers van de euro daalt, worden de Nederlandse producten voor het buitenland goedkoper. De internationale concurrentiepositie van Nederland is dan verbeterd. Andere landen zullen dan meer goederen en diensten uit Nederland importeren. Zo zal de omvang van de Nederlandse export toenemen. Omgekeerd kan als gevolg van deze wisselkoersverandering de omvang van de Nederlandse import dalen omdat voor Nederlanders de buitenlandse producten duurder worden. De daling van de wisselkoers zal tot een hogere export en een lagere import leiden. Een stijging van de wisselkoers zal dus tot een lagere export en een hogere import leiden. Als de euro apprecieert, dan worden de buitenlandse producten voor ons goedkoper. -> dus meer import. En minder export, want de producten van ons worden te duur. Een daling van de wisselkoers is gunstig voor de werkgelegenheid, omdat de export stijgt, en dat zorgt voor werk. Een stijging van de export is ook gunstig voor de consument, omdat de producten dan goedkoper worden.

47. Waarom kan de wisselkoersdaling tot een hogere export en lagere import leiden? Een daling van de wisselkoers bevordert de export, want hierdoor worden de exportproducten van het land goedkoper voor het buitenland. Tegelijkertijd leidt de koersdaling tot hogere invoerprijzen, wat een remmende invloed heeft op de invoer. Een koersdaling heeft dus invloed op de verhouding tussen het gemiddeld prijspeil van de uitvoer en dat van de invoer.

48. Waarom kan de kostprijs van bedrijven stijgen? Door de wisselkoers moet er meer betaald worden vb. 1 $ koopt een bedrijf grondstoffen van Amerika ze betalen eerst €1,01 voor $1 nu betalen ze €1,30 voor $1 nu is de kostprijs van het bedrijf gestegen omdat hij meer kosten moet maken om te kunnen produceren.

49. Wat verstaan we onder ruilvoet? De ruilvoet is de verhouding die in een land bestaat tussen de prijs die het land ontvangt voor zijn exportproducten en de prijs die het land moet betalen voor zijn importproducten. Ruilvoet = export / import x 100%. Simpeler gezegd: De ruilvoet is de hoeveelheid producten die een afnemer bereid is te ruilen tegen een ander product.

50. Hoe kan een wisselkoersdaling leiden tot een ruilvoetverslechtering? De hoogte van de wisselkoers heeft ook invloed op de ruilvoet van een land. Bij de ruilvoet kijken we naar prijsverhoudingen tussen import- en exportproducten van een bepaald land.Wanneer een land steeds meer producten moet exporteren om een bepaaldehoeveelheid goederen te kunnen importeren, spreken we van een ruilvoetverslechtering. Dit effect wordt veroorzaakt doordat de prijzen van exportproducten minder stijgen (of zelfs dalen t.o.v.) dan de prijzen van invoerproducten.We kunnen de ruilvoet(verandering) ook berekenen met de volgende formule:Hoe hoger de waarde, hoe beter de ruilvoet.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.