Welke invloed heeft Hollywood op de Europese cinema?

Beoordeling 5.9
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 3799 woorden
  • 18 februari 2004
  • 72 keer beoordeeld
Cijfer 5.9
72 keer beoordeeld

Welke invloed heeft Hollywood op de Europese cinema?

De Amerikaanse filmindustrie heeft in vrijwel de hele wereld een oppermachtige positie. Entertainment vormt één van de grootste exportproducten van het land. Naast bijvoorbeeld de muziek en videogames hoort ook de Amerikaanse filmindustrie bij de entertainmentsector. Er zijn maar een paar landen ter wereld waar de films van eigen bodem populairder zijn dan de Amerikaanse. Dat is in India (‘Bollywood’) en Egypte het geval. In Frankrijk en Zuid-Korea zijn de marktaandelen van nationale en Amerikaanse films bijna even groot. In Nederland zorgden Amerikaanse films in 2002 voor 65,3% van het bioscoopbezoek (inclusief coproducties zelfs 74,4%). Voor geheel Europa is de situatie bijna gelijk. De machtige positie van de Amerikaanse filmindustrie is voor een deel te danken aan een zeer goed distributie- en marketingapparaat (al houden overal ter wereld mensen kennelijk ook gewoon van Hollywoodproducten). Daarbij komt natuurlijk dat de Amerikaanse filmindustrie de op één na grootste ter wereld is en het aanbod is daardoor zo overweldigend dat men er nauwelijks meer omheen kan. Wat de Amerikaanse filmmaatschappijen voor hebben op de concurentie is dat de grote Amerikaanse studio’s bijna in elk land een eigen filiaal hebben. In Europa worden de films van Warner Bros., 20th Century-Fox, Disney en Columbia Tri-Star (eigendom van Sony) door zulke filialen verspreid. Paramount, Universal en DreamWorks distribueren in Nederland en Europa via hun gezamelijke dochteronderneming UIP (United International Pictures). Pas na de Eerste Wereldoorlog heeft de Amerikaanse filmindustrie de dominante positie ingenomen die we nu kennen. Voor 1914 was de filmindustrie bijna exclusief een Europese aangelegenheid, met name door films uit Denemarken, Frankrijk, Italië en Rusland, en in mindere mate Duitsland, Zweden, Engeland en een heel klein beetje Nederland. Ook in de Verenigde Staten hadden Europese films een fors marktaandeel, in sterke tegenstelling tot de huidige situatie. In de hedendaagse situatie is ongeveer 95% van de fims in de Amerikaanse filmtheaters van eigen bodem en slechts 3% van Europese makelij. Door de Eerste Wereldoorlog in Europa konden de films uit Europa Amerika echter niet meer goed bereiken. In 1918 was de situatie volledig omgedraaid, en vanaf de jaren twintig raakten de Europese bioscopen geheel in de ban van Hollywood zoals we dat nu nog steeds zien. Na de Tweede Wereldoorlog werd de positie van de Hollywoodfilm nog eens extra versterkt. In Nederland bijvoorbeeld was er niet genoeg geld om films uit Hollywood te kopen en te vertonen in eigen land. De Amerikaanse overheid heeft toen besloten dat een bepaald minimum bedrag dat de Nederlandse overheid ontving via de Marshall-hulp besteed moest worden aan het inkopen van Hollywoodproducties. Hiermee heeft de Amerikaanse overheid dus als het ware hun exportproduct uit Hollywood zelf geïmplementeerd of ingekocht in de Europese samenleving. Naar de invloed die de Amerikaanse film heeft op de Europese en Nederlandse film is geen wetenschappelijk onderzoek gedaan, tenminste voor zover wij dat weten. Dat betekent niet dat er helemaal niets over te zeggen valt. Europese films, die wel goedkoper zijn dan Amerikaanse, maar toch altijd nog vrij duur om te maken, laten zich lastig exporteren. Het Amerikaanse publiek is niet zo bereid te kijken naar ondertitelde films, waarin een vreemde taal gesproken wordt. Dat geldt overigens minder in andere Europese landen, vooral niet in landen waar nagesynchroniseerd wordt (Duitsland, Italië, Spanje, Oostenrijk, een groot deel van Frankrijk). Voor Europese en Nederlandse producenten is het dan verleidelijk om maar Engelstalige films te gaan maken. Neem bijvoorbeeld de Nederlandse regisseur Paul Verhoeven die met films als ‘Total Recall’, ‘Basic Instinct’ en ‘Starship Troopers’ Engelstalige films maakt die eigenlijk gewoon Hollywoodproducties zijn en daarmee bij een groot publiek scoort. Iets wat waarschijnlijk nooit gelukt was wanneer hij een typisch Nederlandse film gemaakt had. Deze trend, het maken van een Engelstalige film, is de laatste jaren veelgebruikt door Europese en enkele Nederlandse filmmakers. Je kunt hier dus duidelijk een invloed van de Amerikaanse film waarnemen op de Europese film. De Europese film gaat zich vormen naar het populairdere Amerikaanse model. Hoewel de trend van het maken van Engelstalige films in plaats van het gebruik van de moedertaal op het moment weer wat afneemt zie je dat Amerikaanse opvattingen over filmmaken steeds populairder worden: een sterke marketingcampagne, proefvoorstellingen om de definitieve montage te bepalen. Veel van die elementen vind je terug in huidige Nederlandse en Europese succesfilms. Bijvoorbeeld ‘Phileine zegt sorry’, ‘Costa!’ of de Engelse ‘James Bond’ serie. Cineasten zeggen dat door de neiging van Europese filmmakers hun films naar een Hollywoodmodel te maken de Europese film onpersoonlijker wordt. Een Amerikaanse film wordt namelijk eerder ervaren als een verhaal dat simpelweg gebeurt en neergezet wordt door de acteurs. De mening van de regisseur over het probleem in de film wordt weggelaten of genegeerd. In de Amerikaanse filmindustrie is de regisseur als het ware onzichtbaar. Dat terwijl de Europese cinema de mening van een regisseur veel meer waardeert, de regisseur veel meer ruimte geeft om deze mening kenbaar te maken en dus duidelijk aanwezig is. Hierdoor wordt de Europese film persoonlijker, karakteristieker en artisktieker en heerst er veel meer diversiteit onder de films. Op deze manier onderscheidt het zich van een massaproduct zoals veel films uit Hollywood. Dat is iets wat minder wordt naarmate men steeds meer gaat filmen naar Amerikaanse opvattingen. Een andere en negatievere invloed van het succes van Hollywood op de Europese film is dat veel Europees film- en acteertalent het eigen land verlaat in ruil voor een plaats in de Amerikaanse filmindustrie. Er valt daar immers meer geld te verdienen dan hier. Op die manier kaapt de Amerikaanse filmindustrie het Europees talent weg waardoor de markt hier steeds kleiner wordt. De Hollywoodfilm beïnvloed niet alleen de Europese manier van het filmmaken maar ook de gedachtengangen van de Europeaan of hoe wij tegen dingen aankijken. Een goed voorbeeld om dit mee toe te lichten is de oorlog in Irak. “Ik zag een raket op me af komen; het was net als in de film. Het leek niet echt. Ik hoorde geen harde geluiden, alleen maar gezoem.” Dit is wat een Amerikaanse soldaat zei over zijn ervaringen die hij tijdens de oorlog in Irak deed gedurende de strijd. Dat in dit geval een Amerikaanse soldaat dit zegt is niet typerend. Het had net zo goed een Engelsman kunnen zijn. De door onder andere Hollywoodfilms veroorzaakte versmelting van fictie en realiteit heeft ook invloed op Europa. Op het gebied van oorlog is dit op het moment het beste zichtbaar. In films als ‘Black Hawk Down’, ‘Top Gun’ en ‘Rambo’ wordt oorlog als een spektakel neergezet. Van waargebeurde gebeurtenissen wordt een fictief verhaal gemaakt. Op die manier lijkt oorlog, in tegenstelling tot de werkelijkheid, pijnloos. Wanneer de verslaggeving van deze oorlog dan ook nog op een Hollywoodachtige manier gebeurt door middel van de zogenaamde ‘embedded’ journalisten, zoals in Irak gebeurde, beïnvloed dat de beeldvorming van mensen enorm. Een oorlog lijkt op deze manier meer op een film of een spel dan op wat het in werkelijkheid is. Dit effect heeft ook in Europa zijn invloed gehad al is het dan in mindere mate. Voor het verkrijgen van steun voor de oorlog in Irak heeft de Amerikaanse regering hier ongetwijfeld baat bij gehad. Dat de Amerikaanse overheid Hollywood gebruikt om politieke standpunten te verspreiden, te ondersteunen en in sommige gevallen zelfs te propageren is geen geheim. In de Tweede Wereldoorlog werden er in Hollywood veel anti-nazistische films gemaakt. Eerst was de Amerikaanse overheid wat terughoudend wat betreft deze films. Later toen de Amerikanen zich in de oorlog mengden zagen ze het nut van deze films in en werden ze zelfs gesteund en gebruikt door de overheid. In die tijd was Hollywood sterk op de hand van de overheid. Ten tijde van de oorlog in Vietnam veranderde dit en werd Hollywood kritischer en werd deze oorlog met films als bijvoorbeeld ‘Apocalyps Now’ sterk bekritiseerd. Deze houding van Hollywood ten opzichte van de staat duurdeongeveer tot 11 september 2001. Na de aanslagen heerst er een soort patriotisme in Amerika waar ook de filmindustrie aan mee doet. Films als ‘Collateral Damage’ steunen dit patriotisme en trachten sympathie voor de nieuwe Amerikaanse houding te winnen. Niet altijd zijn Amerikaanse filmmakers alleen maar lovend over hun overheid. Eén van de meest recente en succesvolste films die het beleid van de Amerikaanse overheid bekritiseerde was Micheal Moore’s ‘Bowling for Columbine’. In deze documentaire bekritiseerd de regisseur het wapenbeleid dat de Amerikaanse overheid voert. In Europa werd de film enorm populair mede dankzij het toch al sterke anti-amerikanisme dat door deze film nog eens extra aangewakkerd werd. Op een slimme manier weet Moore met deze film, die op bepaalde punten totaal ongenuanceerd en zelfs leugenachtig is, ontzettend veel kijkers te overtuigen van de domheid van alle Amerikanen. De documentaire is enorm generaliserend maar Europa slikte het met geen enkel probleem. Iets wat toch wel grappig is aangezien wij onszelf ten opzichte van de Amerikanen vaak als genuanceerder, relativerender en intelligenter zien. Vanuit economsich oogpunt was het natuurlijk heel slim van Moore om een sterk anti-Amerikaanse film te maken. Hij voedde hiermee een markt die enorm was en bijna nog helemaal vrij van een massaproduct zoals deze documentaire. Het feit dat de film erg populistisch was wil niet zeggen dat hij oninteressant was. Integendeel, de film gaf een hoop mensen nieuwe en verhelderende informatie. Ongetwijfeld heeft deze film een invloed gehad op de huidige visie van groepen Europeanen op Amerika zowel op een positieve als negatieve manier. De invloed van de Amerikaanse filmindustrie op onze maatschappij zit dus deels in de gedachten die op ons worden overgebracht. De Amerikaanse overheid gebruikt de zo enorm populaire Hollywoodfilm om voor de door hun gevoerde politiek ook in Europa aan voorstanders te winnen. Een groot deel van de films die er worden geproduceerd ondersteunen namelijk politiek van de Amerikaanse overheid. Zoals eerder al gezegd zijn er natuurlijk ook films die het Amerikaanse beleid bekritiseren. Naast de invloed die de Amerikaanse film heeft op politiek gebied is er ook nog de invloed op sociaal gebied. Denk hierbij aan het vervagen van de grenzen tussen de realiteit en de film. Het voorbeeld van de soldaat die alleen nog maar kan beschrijven wat hij heeft gezien door te zeggen dat het allemaal net een film leek is hiervoor misschien wel het meest tekenend. Iets afschuwelijks zoals een oorlog wordt in films verheerlijkt, geweld wordt omgevormd tot een gestyleerd ballet. Op een gegeven moment zien mensen het verschil niet meer en wordt oorlog normaal. Hoe hebben de Amerikanen onze eetcultuur beïnvloed? In de jaren ‘40 en ‘50 onstaat in Amerika het concept van de fastfoodketens. Een bedrijf die volgens dit concept opereert noemt men een franchise-onderneming. Enkele voorbeelden van de bekendste franchise-ondernemingen zijn de fastfoodketens zoals McDonald’s, Burger King en Kentucky Fried Chicken. Ook de koffiehuizen van Starbuck’s vallen onder het begrip ‘franchise-onderneming’. Om te begrijpen waar de kracht en het succes van de franchise-onderneming zich aan ontleent zullen wij uitleggen hoe een franchise in elkaar steekt. De franchise-onderneming is een zeer specifieke methode van het distribueren van goederen en services. Eigenlijk bestaat het al sinds de tijd dat mensen handel begonnen te drijven en heeft het zich in de loop der tijd ontwikkeld tot de verfijnde vorm waarin we het nu herkennen. Er bestaan verschillende vormen van ‘franchising’. Franchising begon met het verkrijgen van een recht om een bepaald product van een fabrikant te verkopen. Een voorbeeld hiervan is een autodealer die uitsluitend auto’s van het merk Citroën verkoopt. Een andere vorm van franchising is het verkopen van een product met een bepaalde naam en een bepaald proces of systeem dat aan deze naam gekoppeld is. Een goed voorbeeld hiervan is de fastfoodketen McDonald’s. In dit geval is McDonald’s de franchisegever die een systeem ontwikkeld heeft en dat systeem verkoopt aan de franchisenemer. Een franchisenemer is een onafhankelijke ondernemer die besluit om met behulp van het door McDonald’s ontwikkelde systeem en de door McDonald’s verworven naamsbekendheid een eigen McDonald’s restaurant te openen. In de loop der tijd heeft McDonald’s een systeem ontwikkeld waarmee je de verkopen van een fastfoodrestaurant tot het absolute maximum kan drijven door een idioot hoge mate van systematiek voor elk onderdeel wat je in het bedrijf kan vinden. Zoals bijvoorbeeld hoeveel seconden de friet gefrituurd wordt tot de exacte woorden die een bediener gebruikt wanneer hij een klant aanspreekt. Voor alles binnen het bedrijf heeft McDonald’s een manier bedacht hoe het uitgevoerd moet worden en McDonald’s ziet er op toe dat het ook daadwerkelijk op deze manier gebeurt. McDonald’s heeft hiervoor een trainingsprogramma ontwikkeld dat ervoor zorgt dat iedere franchisenemer het door McDonald’s ontwikkelde systeem voor 100% in zijn of haar restaurant implementeerd. De relatie die McDonald’s met de franchisenemer heeft is dat McDonald’s de grond en het pand van de franchisenemer bezit en als het ware verhuurd voor een bepaald percentage van de winst die de franchisenemer maakt. Dus hoe beter de franchisenemer het doet des te beter het met McDonald’s gaat. Ook ziet McDonald’s er op toe dat de franchisenemer aan de KSKW-regels (Kwaliteit, Service, Kraakhelderheid en Waar voor je geld) voldoet. McDonald’s verkoopt niets direct aan de franchisenemer. Alle producten die door McDonald’s worden verkocht worden niet door McDonald’s zelf gefabriceerd. De cola komt van Coca-Cola, de ice-tea komt van Liptonice en de kaas, sla en augurken op de hamburgers komen ook allemaal van externe leveranciers die los staan van McDonald’s. Hierdoor is McDonald’s onafhankelijk van de franchisenemer. Wanneer de kaas voor de cheeseburgers niet goed is kan McDonald’s hier niet verantwoordelijk voor worden gehouden. De leverancier van de kaas is verantwoordelijk. Op deze manier is McDonald’s beschermd tegen claims wat betreft de kwaliteit van hun product. Het is immers de leverancier die ervoor moet zorgen dat de kwaliteit hoog is. McDonald’s zorgt er echter wel voor dat deze externe leveranciers aan de hoge kwaliteitseisen voldoen. Wanneer een externe leverancier of een franchisenemer niet aan de eisen van McDonald’s voldoet zal McDonald’s na een waarschuwing onverbiddelijk zijn en de desbetrefende uit het ‘systeem’ verwijderen wanneer er geen verbetering volgt. Tegenwoordig geniet McDonald\'s een enorme naamsbekendheid en dat maakt het voor de ondernemer extra aantrekkelijk om franchisenemer van McDonald\'s te worden. Het is net aslof je op een rijdende trein springt. Je hoeft als ondernemer niets zelf op te starten want alles is al voor jou uitgedacht door McDonald’s. Voor 140.000 euro is het mogelijk om een franchise van McDonald\'s te kopen. Dat is de enige echte investering die je hoeft te doen. Het concept van een franchise-onderneming zoals McDonald’s is kapitalisme ten top. Het succes van McDonald’s is voor een groot deel te wijten aan de perfectie waarmee het systeem van McDonald’s binnen het bedrijf van de franchisenemer wordt geïmplementeerd door de uitgebreide en intensieve trainingen die McDonald\'s ontwikkeld heeft. Het systeem heeft de fase bereikt waarin het nagenoeg perfect is. Het enige wat dan nog nodig is zijn klanten en die zijn er in overvloed. Je ziet dan tegenwoordig ook overal ter wereld in bijna elk onbeduidend stadje een McDonald’s vestiging. Dit is ondermeer mogelijk omdat McDonald’s hun producten aanpast aan de lokale vraag die er in het gebied van de vestiging heerst. Zo is er bijvoorbeeld een duidelijk verschil te zien tussen een portie frites in een McDonald’s in Amsterdam en een vestiging in Berlijn. De verpakkingen zijn anders, de frites hebben een ander formaat en je krijgt andere mayonaise. Dit alles is enkel om de reden dat er ingespeeld moet worden op de vraag van de klant om een zo groot mogelijke winst te behalen. Daar vind je gelijk een reden waarom McDonald’s zo aanslaat in Europa. De klant krijgt wat hij verwacht en hij krijgt het snel. In zestig seconden om precies te zijn. Deze snelheid is zowel voor de klant als voor McDonald’s van levensbelang want in de kapitalistische samenleving is tijd gelijk aan geld. In plaats van uitgebreid te lunchen, koffie te drinken in een oud koffiehuis of ergens te dineren stapt men tegenwoordig eerder een McDonald’s binnen. In plaats van naar een klein café te gaan waar plek is voor hooguit dertig mensen om koffie te drinken gaat men nu naar een Starkbuck’s waar ruim honderd mensen dezelfde koffie geserveerd krijgen. Mensen verkiezen modern en massaal boven de traditionele en uniekere ervaring van eten en drinken. Op die manier verdwijnt het typisch Berlijnse café en komt daar Starbuck’s voor in de plaats. De lokale eet- en drinkcultuur wordt aangetast en het unieke en kenmerkende verdwijnt en maakt plaats voor de massaliteit van McDonald’s en Burger King. De lokale specialiteiten maken plaats voor hamburgers en cola. Dat leidt tot een vervlakking van de eetcultuur in Europa. Met de komst van de fastfoodketens lijkt eten alleen nog maar om eten de draaien. Het idee dat je honger gestild moet worden, en het liefst zo snel mogelijk, is de reden dat je die hamburger iedere keer in een recordtijd naar binnen werkt. Dit is geheel in strijd met de Europese tradities. Men besteedde uren aan het bereiden van een maaltijd en zat daarna nog eens uren aan tafel om van deze maaltijd te genieten. Men had plezier in het eten, men genoot, men proefde het eten. Wanneer je goed kon koken dwong dat respect af. Dat geldt nu nog steeds wel maar toch zijn er steeds meer mensen die de kunst van het koken verruilen voor een magnetronmaaltijd die al een week op je ligt te wachten in de supermarkt of een bliksembezoekje aan een hamburgertent. Eten moet snel en makkelijk, zodat er daarna weer gewerkt kan worden. Als reactie op de fastfoodcultuur is er in Europa, in Italië om precies te zijn, de Slow Food-beweging ontstaan. “Als het snelle leven in dienst van de productiviteit ons leven verandert en milieu en landschap bedreigt, dan is Slow Food daarop het antwoord. Tegen de krankzinnigheid van het Fast Life moeten we ons verdedigen met traag materieel genot. De strijd tegen de jachtigheid begint aan tafel met de ontdekking van de aroma’s van de lokale keuken”, aldus een deel van het manifest van de Slow Food-beweging. De Slow Food-beweging is een internationale organisatie en werd in 1989 opgericht direct na de opening van de eerste McDonald’s in Rome. De belangrijkste bezigheid van Slow Food is het zoeken naar lokale specialiteiten die vergeten dreigen te worden. Door te zoeken naar jonge belangstellenden probeert Slow Food deze specialiteiten over te brengen op jongere generaties en ze te behouden. Slow Food stelt dat het plezier en genot dat men aan lekker eten beleefd bijdraagt aan de lokale economie en cultuur en pleit ervoor dat mensen tijd en geld gaan besteden aan het herontdekken van hun lokale eetcultuur. Slow Food doet dit door zeer uitgebreide diners te organiseren zodat de lokale bevolking weer in contact kan komen met de door hen vergeten specialiteiten. De organisatie is echter ook op hoog politiek niveau actief. Zo heeft de oprichter onlangs bij de Europese Comissie van Landbouw aangekaart dat de landbouwsubsidies in Europa momenteel gericht zijn op de kwantiteit van de productie en niet op de kwaliteit. Volgens Slow Food zou dit omgekeert moeten zijn om tot een kwalitatief beter en dus lekkerder product te komen. De organisatie is dan ook een grote voorstander van biologische voeding. Slow Food is in feite de tegenhanger van McDonald\'s die de onder andere door McDonald\'s aangedane \'schade\' in Europa wil herstellen door de strijden tegen de massaliteit die onze eetcultuur momenteel overheerst. De introductie van het fastfood is al met al de grootste invloed die de Amerikaanse eetcultuur in Europa gehad heeft. Gestimuleerd door het overwaaien van het kapitalisme is de neiging om gehaast een hamburger te eten groter geworden dan de wil om zich te verdiepen in de lokale eetcultuur. Het gevolg hiervan is dat plaatselijke cultuur verloren gaat en plaatsmaakt voor een massale kapitalistische onderneming zoals bijvoorbeeld McDonald\'s. In Arnhem is dit te zien aan het feit dat in het pand waar vroeger een heel exclusieve mode-zaak zat nu een McDonald\'s vestiging is geplaatst en waar enkele jaren geleden nog een prachtig café zat nu een Burger King die plek heeft ingenomen. Conclusie Na het lezen van de antwoorden op alle gestelde deelvragen mag het duidelijk zijn dat de Amerikaanse cultuur een grote invloed heeft op Europa. In de geschiedenis is deze invloed al duidelijk te zien en tegenwoordig is hij er nog steeds. Tijdens het maken van dit profielwerkstuk viel ons het volgende op. Wanneer je de invloeden op alle door ons behandelde punten globaal bekijkt, dus de film, het eten, de mode, de muziek en de media is er één aspect van deze invloeden die ver boven de rest uitsteekt. Al het Amerikaanse wat wij om ons heen zien is gericht op de massa. Films waar honderdduizenden per dag naar kijken, fastfoodketens waar miljoenen Europeanen eten, kleding waar bijna iedereen in loopt en de Amerikaanse muziek en media die ook in Europa erg populair geworden zijn. Eén voor één zijn het producten die uitermate geschikt zijn voor massaconsumptie en producten van de kapitalistische samenleving die je in Europa in enorme aantallen tegenkomt. Het is vrij logisch dat de Amerikaanse producten die wij in Europa kennen sterk commerciëel zijn aangezien het exportproducten zijn. Dat deze producten zo succesvol zouden zijn buiten Amerika zelf hadden veel Amerikanen zelf nooit durven dromen. Voor het succes in Europa van de door ons besproken onderdelen van de Amerikaanse cultuur is echter een interessante verklaring te geven. Het grootste deel van de huidige Amerikaanse bevolking bestaat uit mensen die oorspronkelijk van Europeanen afstammen, de rest bestaat uit mensen die hun wortels in andere delen van de wereld hebben liggen. Amerika is dus een grote smeltkroes van allerlei verschillende culturen. Op deze manier mengen de verschillende eetculturen, muziekstijlen en andere onderdelen van de verschillende culturen zich met elkaar tot één nieuwe cultuur. Deze nieuwe cultuur bestaat uit allerlei elementen uit verschillende culturen die de culturele selectieprocedure hebben overleefd. Je zou het kunnen bekijken vanuit de optiek van Darwin\'s evolutietheorie, de sterkste overleefd. De nieuwe in Amerika ontstane cultuur heeft dus het \'beste\' uit alle daar samenlevende culturen samengevoegd. Daarmee is het succes van Amerika\'s massaproducten makkelijk te verklaren. De nieuw ontwikkelde cultuur zal het namelijk over de hele wereld goed doen aangezien hij ontwikkeld is uit bijna alle culturen die er op aarde bestaan. Slechts de simpelste ingrediënten blijven bestaan, al het specifieke is weggefilterd door middel van de selectie. Op deze manier kom je bij de hamburger die bestaat uit vlees en brood, iets wat men overal ter wereld kent, en de Hollywoodfilm die in dit geval teert op de ingrediënten seks en geweld en het overal goed doet.

REACTIES

K.

K.

wat was jou bron

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.