Eerste en tweede feministische golf

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • 5e klas havo | 2739 woorden
  • 18 mei 2001
  • 216 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
216 keer beoordeeld

Hoofdvraag WAT VOOR INVLOED HEBBEN DE TWEE FEMINISTISCHE GOLVEN GEHAD OP DE POSITIE VAN DE VROUW IN DE MAATSCHAPPIJ?

Inleiding De positie van de vrouw is sinds een lange tijd een veel besproken onderwerp. Vroeger waren haar taken het verzorgen van het huishouden, haar kinderen en man. De rolverdeling van mannen en vrouwen was heel simpel, de man zorgde voor de centen, de vrouw voor het huishouden. Daar werd ze als klein meisje in opgevoed en voor opgeleidt, ze wist niet beter. School was voor de meeste meisjes dan ook niet weggelegd en een universitaire opleiding al helemaal niet, dat was alleen voor jongens.

Tegenwoordig is dat gelukkig helemaal anders, vrouwen hebben in Nederland precies dezelfde rechten (en plichten) als de mannelijke helft van de bevolking. In deze tijd is het percentage vrouwen dat naar school gaat hetzelfde als dat van de mannen. Deze ontwikkeling van de positie van de vrouw is niet zomaar uit de lucht gevallen, jarenlang hebben vrouwen hier hard voor moeten werken. Zowel om de wetten te veranderen en om de mentaliteit van de maatschappij te veranderen.

Rond 1848 de eerste feministen van zich lieten horen. (Feminisme komt van het Latijnse woord ‘femina’ dat ‘vrouw’ betekent). Zij vochten onder anderen voor het kiesrecht en het recht voor vrouwen om scholing te krijgen. Nadat de eerste golf vrouwen hun eisen voor elkaar hadden gekregen kwam er een tijd dat vrouwen wel rechten hadden maar hier niet zo heel erg gebruik van maakte. Vooral in de jaren 50 kwam het traditionele gezin weer terug in de maatschappij.

Toen midden jaren 60 stonden er weer een paar vrouwen op die vonden dat er iets moest worden veranderd. Vrouwen moesten op het sociale vlak meer te vertellen krijgen. Zij wilden de pil legaal hebben in Nederland en ook moest abortus gelegaliseerd worden. Langzaam hebben zij ook alles bereikt wat zij wilden bereiken. Nou, ja? Alles? Tegenwoordig hebben vrouwen op elk gebied dezelfde mogelijkheden als het mannelijk geslacht. Ze kunnen dezelfde scholing volgen en hebben dezelfde kans op de arbeidsmarkt. Maar of dat overal nog zomaar aanvaard is, is nog maar de vraag. In dit werkstuk zal er dieper op deze ontwikkeling in worden gegaan en een antwoord worden gegeven op de vraag: Wat hebben de twee feministische golven voor invloed gehad op de positie van de vrouw in de maatschappij?

1E FEMINISTISCHE GOLF

Algemeen Deze eerste golf ontstond in de Verenigde Staten en duurde van ongeveer 1848 tot 1940. maar het hoogtepunt lag in de periode van 1890 tot 1920 vooral ook omdat de strijd om het vrouwenkiesrecht toen het grootst werd. De vrouwen wilden gelijke behandeling wat betreft arbeid, onderwijs en politiek.

Het algemeen kiesrecht voor vrouwen Een van de belangrijkste doelen van de eerste feministische golf is toch wel de strijd om het kiesrecht. In de jaren dat het vooral speelde hadden de vrouwen doorgekregen dat ze eigenlijk in bezit moesten zijn van het kiesrecht, als ze echt iets wilden bereiken. Hun reden voor het vrouwenkiesrecht was omdat zij vonden dat ze als moeders verantwoordelijk waren voor de opvoeding van de nieuwe generatie. Daarom moesten vrouwen ook als volwaardige burgers worden beschouwd.

De strijd om het kiesrecht was de oorzaak van het oprichten van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht (VvVK). Dit gebeurde in het jaar 1894 naar het initiatief van Wilhelmina Drucker. Een andere vrouw die ook een groot aandeel had in het oprichten ven deze vereniging van Aletta Jacobs die ook nog eens jaren lang voorzitster is geweest, namelijk van 1904 tot 1920. In 1916 had deze vereniging 20.000 leden die zowel uit mannen en vrouwen bestonden. Maar mannen mochten geen groot aandeel hebben in deze vereniging. Ze mochten alleen lid zijn.

Vanaf het begin van de twintigste eeuw stond het kiesrecht centraal en niet alleen maar in Nederland maar ook in de rest van europa. In Nederland waren het vooral de liberale en orthodox-protestantse vrouwen die het algemeen kiesrecht voor het vrouwelijke geslacht heel erg belangrijk vonden. Op allerlei manieren werd er actie gevoerd voorla via het openbare vergaderingen, een maandbladen nadere vormen van propaganda probeerde deze vrouwen hun doel te bereiken.

In 1907 splitste de VvVK zich, hierdoor werd er een nieuwe organisatie opgericht namelijk de Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht. Zij hadden hetzelfde doel als de VvVK maar vonden ze te radicaal en besloten het daarom op een andere manier aan te pakken. De Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht was namelijk niet alleen maar bezig met propaganda maar ook het voorbereiden van vrouwen op het kiesrecht dat ze binnen een paar jaar hoopten te krijgen.

Een andere groep die kwam overwaaien uit Engeland in 1906 waren de Suffragettes. Deze groep waren zeer radicaal en waren van menig dat het kiesrecht alleen kon worden verworven door middel van keiharde acties. De acties die zij hadden waren bijvoorbeeld het ingooien van ruiten, het doorsnijden van telegraaf -en telefoondraden, het vastketenen aan hekken en als ze opgepakt waren hielden ze hongerstakingen in de gevangenis.

Maar in 1919 was het eindelijk zover vrouwen hadden het kiesrecht verworven, nadat ze het passieve recht in 1917 al hadden mochten ze nu ook zelf naar de stembussen.

Scholing voor vrouwen Vroeger waren de rollen tussen mannen en vrouwen heel duidelijk verdeeld. De vrouw voedde de kinderen op en zorgde voor het huishouden, terwijl de man buitenshuis het geld verdiende. Voor de vrouw stond dit vast, al bijna op het moment dat ze werd geboren. Vandaar dat een opleiding voor een vrouw niet echt nodig was. Totdat men vond in de jaren 60 van de negentiende eeuw dat de opleidingsmogelijkheden voor meisjes verbeterd moesten worden, om ervoor te zorgen dat ze later een beroep konden uitoefenen.

Bevolking Totaal aantal leerlingen
Jongens 1848 407.000 23.000
1945 658.000 77.300
Meisjes 1848 404.000 5.500
1945 634.000 40.200
Bron: CBS

2E FEMINISTISCHE GOLF

Algemeen De eerste golf had wel veel goeds betekend voor de vrouw in de maatschappij, maar gelijkheid aan de man was er nog steeds niet en dat was de reden voor een nieuwe golf. Vrouwen werden nog steeds bekeken op een bepaalde manier en moesten voldoen aan een bepaald beeld dat men (mannen) van hen had. Deze tweede feministische golf ontstond in de Verenigde Staten in 1965 door een boek van Betty Frieman zij schreef over de onvrede van de huisvrouw over haar bestaan. In West Europa begon deze golf in 1967 door een artikel van Joke Smit in de Gids van november 1967, zij schrijft over het onbehagen van de vrouw. De basis van de feministes van de tweede golf waren jonge vrouwen die hoog waren opgeleid.

Wat wilden ze bereiken? In de eerste golf hadden de vrouwen al heel wat bereikt wat betreft politiek en scholing. Maar nu ging het meer om de sociale gebieden. Vrouwen mochten al goed onderwijs volgen en een betaalde baan hebben maar er werd tot nu toe nog niet echt gebruik van worden gemaakt en geaccepteerd werd het al helemaal niet. Een getrouwde vrouw mocht wel wat werken, maar het zou nooit ten koste van het gezin mogen gaan. Als een vrouw dus ging werken betekende dit een extra belasting van het huishouden en een betaald baan ernaast. Ook was het nog zo dat een vrouw minder verdiende dan een man ook al deden ze hetzelfde werk. En vaak was het zo dat mannen nog altijd voorrang kregen op werk al had een vrouw meer of gelijke opleiding. Deze golf was pas zo laat op gang gekomen omdat vrouwen meer tijd kregen om de traditionele rollenpatroon te doorbreken. Gezinnen werden namelijk kleiner door anticonceptiemiddelen en vrouwen nu makkelijker later kinderen konden krijgen, dankzij allerlei nieuwe apparaten zoals de wasmachine hoefde vrouw ook vanaf nu minder tijd in het huishouden te stoppen. Een volgend punt wat meewerkte was omdat de vraag naar arbeid anders was geworden na de tweede wereld oorlog. Er was meer vraag naar verzorgende beroepen. Zo ontstonden er banen die door mannen en vrouwen gedaan konden worden.

De vrouwen hadden dus een aantal punten waar aan moest worden gewerkt:

§ Volledige gelijkheid aan de man op elk terrein
Zoals al gezegd het moeste meer worden geaccepteerd dat een vrouw een betaalde baan had. Het recht ertoe was er al maar nu moest men het nog normaal gaan vinden.

§ Zij wilde niet alleen huismoeder zijn maar ook een leuke baan hebben en daarvoor hetzelfde salaris verdienen als de man. Voor de vrouw lag het heel dubbel. Aan de ene kant werden zij voorbereid op een maatschappelijk bestaan, aan de andere kant werden zij vanaf dat ze jong waren doordrongen van het feit dat dit bestaan zou ophouden wanneer zij zouden gaan trouwen en kinderen zouden krijgen. Er waren veel vrouwen in deze tijd die het liever anders hadden gezien. In deze tijd wees een gehouden enquête uit dat 34% van de getrouwde vrouwen heel graag een betaalde baan had willen hebben.

Degene die hier een compleet vernieuwende oplossing voor had was Joke Kool-Smit. Zij stelde het algemene arbeidstijdverkorting voor. Hierdoor zou het makkelijker worden voor echtparen om samen de opvoeding met een betaalde baan te kunnen combineren. Zo zouden vrouwen ook een carrière kunnen opbouwen.

§ Het recht op abortus. Dit was nog volledig uit ten boze. Het was verboden bij de wet. Het werd wel stiekem gedaan maar niet door professionele artsen. Het risico op infecties was bij abortus dus nog groot.

§ Het wijzigen van de huwelijkswetgeving waarin de man boven de vrouw werd gesteld. Bij de wet was nog bepaald dat een man boven de vrouw was gesteld in het huwelijk. Tot 1956 was de getrouwde vrouw nog handelingsonbekwaam. Als er een huwelijk werd gesloten beloofde een vrouw nog gehoorzaamheid aan haar echtgenoot. Ze konden geen enkel rechtshandeling verrichten zonder toestemming van de man. Ze konden bijvoorbeeld geen contract tekenen zonder toestemming, geen geld halen zonder toestemming en geen grote aankopen doen ook weer zonder toestemming van hun echtgenoot. de man beheerde in die tijd nog het gezamenlijke vermogen als de man en vrouw in gemeenschap van goederen waren getrouwd. Ook al was dit het erfgoed vanaf de vrouw, de man besliste erover. Wat niet in 1956 was geschrapt was dat de man officieel hoofd van het gezin was. Deze wet verdween 13 jaar later pas in 1969.

Dit gebeurde door middel van een aantal vrouwenbewegingen die ontstonden tijdens de tweede feministische golf:

Verschillende Vrouwenbewegingen & stromingen Net als in de eerste golf waren er ook in de tweede vrouwenbewegingen die zich inzette voor het recht van de vrouw. Natuurlijk richtte de groepen zich nu wel op andere problemen namelijk problemen die centraal stonden in de tweede feministische golf.

De Man-Vrouw-Maatschappij (MVM) Deze eerste beweging van de tweede feministische golf werd zaterdag 26 oktober 1968 opgericht door Joke Kool-Smit en Hedy d’Ancona. Hedy D’ancona en Henk Misset waren de voorzitters van de groep. Het kwam voort uit de tijdelijke Actiegroep Vrouwen 2000. Het was de eerste groep van de tweede feministische golf en het bijzondere was dat zowel mannen als vrouwen hiervan lid konden worden. Man-Vrouw-Maatschappij had als doel om het traditionele rollenpatroon te doorbreken, wat betreft mannen en vrouwen. Voor allebei moest er evenveel mogelijkheid zijn om een goede opleiding te kunnen volgen en daarna goed betaald werk te kunnen hebben. Het moest vooral voor vrouwen makkelijker worden om moederschap en betaalt werk te combineren. Zij zette zich daarom vooral in voor betere opleidingskansen voor meisjes, kinderopvang en abortus. In 1988 werd Man-Vrouw-Maatschappij opgeheven omdat ze vonden dat ze overbodig werden, naar hun mening waren er andere manieren nodig geworden om iets te bereiken op dit gebied.

Dolle Mina
Deze Amsterdamse radicale actiegroep werd opgericht in december van het jaar 1969. De naam van de groep was afgeleid naar de naam Wilhelmina Elizabeth Drucker (feministe die een grote rol speelde in de eerste golf). Dolle Mina had goede banden met studenten en andere socialistische jongeren. Dolle Mina hield zich bezig met abortus en voorbehoedsmiddelen. Een voorbeeld van een van hun acties is “Baas in eigen buik” dat voor veel mensen nog steeds wel bekend in de oren klinkt. Ook bonden ze roze linten om urinoirs, ze floten mannen na, er werden crèches ingericht op openbare pleinen, het uitdelen van condooms en missverkiezingen verstoord. In 1977 kwamen er wat meningsverschillen in de groep en betekende dit voor hen ook het einde.

Consciousness-raising groups (praatgroepen) Dit was niet echt een groep maar meer een soort van stroming. Dit waren praatgroepen die alleen voor vrouwen toegankelijk waren en hen duidelijk maakt dat ze werden onderdrukt. Ook zeiden ze dat het niet iets was waar elke vrouw apart iets aan moest proberen te doen maar dat het iets maatschappelijks was en dat er met zijn allen aan gewerkt moest worden. Deze praatgroepen begonnen in de Verenigde Staten en kwamen in 1971 ook naar Nederland overwaaien.

Paarse september
Dit was een hele kleine radicale groep, opgericht in 1972 en bestond slechts uit drie vrouwen. Zij verzette zich tegen de normale heteroseksuele levensnorm. Zij waren van mening dat huwelijken ervoor zorgden dat het rolpatroon nog steeds zo erg bestond. De groep zoals zij was opgericht bestond tot 1974.

Nieuwe vrouwenbeweging
Deze stroming had geen officiële naam. Het ontstond rond 1972 en had zijn grootste succes eind jaren 70 toen vrouwenhuizen, vrouwenkranten, allerlei vrouwenbedrijven, vrouwengezondheidscentra en blijf-van-mijn-lijfhuizen werden opgericht. Blijf-van-mijn-lijfhuizen waren huizen speciaal voor vrouwen en meisjes die werden geslagen door hun vriend of man en nergens anders terecht konden.

Opzij
Dit is een vrouwentijdschrift dat nog steeds bestaat, het is het grootste dat in Nederland ooit heeft bestaan. Het is in 1972 opgericht door Hedy d’Ancona en Hora Adema die ook allebei lid waren van Man-Vrouw-Maatschappij.

Emancipatiecommissie
In 1974 werd deze commissie opgericht met als doel om de regering vijf jaar lang te adviseren over emancipatievraagstukken. Voorzitster was Paula wassen-Van Schaveren. Na vijf jaar stelde zij voor om een raad op te richten wat verder niets met het regering en ministeries te maken heeft. Dit werd de Emancipatieraad

Emancipatieraad
Werd in 1981 ingesteld en had eigenlijk hetzelfde doel als dat de Emancipatiecommissie had. Dat was de regering advies geven over voornemens die grote gevolgen zouden hebben over de positie van de vrouw en de rolverdeling tussen mannen en vrouwen. In 1997 is er een einde gekomen aan deze raad.

Wat is er uiteindelijk bereikt?

1990 1998
Aantal(x1000) Gemiddeld inkomen Aantal (x1000) Gemiddeld inkomen
Vrouwen 1.957 29,4 2715 35,7
Mannen 3.665 56,2 4.024 64,6

Als je de positie van de vrouw vergelijkt voor de feministische golven met die van erna, hebben de vrouwen in deze twee golven heel wat bereikt. Het is inmiddels in Nederland al vrij normaal dat een vrouw evenveel mag doen en zijn als een man. Zij mag een opleiding volgen, stemmen, bepalen over haarzelf. Tegen een getrouwde
vrouw die de kost verdient wordt allang niet raar meer opgekeken. Maar nog steeds zorgt de man in de meeste gezin voor de kost. In de tabel hierboven staat een overzicht van het aantal werkende vrouwen in 1990 en 1998. Opvallend is vooral dat de verschillen tussen mannen en vrouwen nog steeds heel groot zijn en dat met de jaren er steeds meer vrouwen buiten de deur gaan werken.

Dat het bestaan van de moderne vrouw meer en meer is geaccepteerd heeft ook te maken met de rechten die vrouwen hebben verworven, vandaar dat hieronder een kort overzicht staat van wetten die in de loop der jaren zijn gekomen in het voordeel van de vrouw:

1917: De vrouw heeft het passief kiesrecht. Elke vrouw mocht zich vanaf toen verkiesbaar stellen, maar nog niet stemmen.

1919: Actief stemrecht voor vrouwen.

1956: Een getrouwde vrouw is niet meer handelingsonbekwaam. Zij mag zonder dat haar man hier toestemming voor hoeft te geven rechtshandelingen verrichten.

20 maart 1975: de wet gelijk loon voor mannen en vrouwen. Werkgevers mogen vanaf nu niet meer mannen meer betalen dan hun vrouwelijke
werkgevers.

1 maart 1980: Wet gelijke behandeling voor mannen en vrouwen. Mannen en vrouwen moesten vanaf nu gelijk worden behandeld. Ze waren voor de wet dus gelijk.

1984: Abortus werd volgens de wet onder bepaalde voorwaarden toegestaan.

1994: De Algemene Wet Gelijke Behandeling Het verbiedt alle discriminatie op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat, niet alleen bij het aangaan of beëindigen van een arbeidsovereenkomst, maar ook bij de toegang tot en de ontplooiing binnen het vrije beroep, en bij alle zakelijk goederen- en dienstenverkeer.

Gebruikte bronnen

Internet: http://www.vrouwenbelangen.nl http://emancipatie.nl

Boeken: Titel: Politiek Veelstromenland: Feminisme
Schrijver: Drs. Anneke Ribberink
Jaar van uitgave: 1987
Uitgeverij: SSP, Amsterdam

Titel: Vrouwen van Nederland 1898-1948
Schrijver: Dra M. G. Schenk
Jaar van uitgave: 1958
Uitgeverij: Scheltens & Giltay, Amsterdam

Titel: MEMO Geschiedenis voor de tweede fase HAVO
Schrijver: Diverse auteurs onder eindredactie van: Marc Kropman, Idzard van Manen Wietske Miedema
Jaar van uitgave: 1999
Uitgeverij: Malberg, Den Bosch

CD-ROMS: Spectrum Encyclopedie 1998
Encarta Encyclopedie, Microsoft Elsevier, Winkler Prins 2001

REACTIES

P.

P.

leuk werktstuk

18 jaar geleden

F.

F.

hoi , heel erg goed gemaakt ik heb er heel veel aangehad , ik zou je graag persoonlijk hartelijk willen bedanken.
onelove

12 jaar geleden

L.

L.

heey,
ook erg bedankt xD heb er veel aan gehad met mijn eigen werkstuk dit is soms nog veel handig/ makkelijker te begrijpen dan andere site's

10 jaar geleden

D.

D.

leuk werkstuk maar wanneer was de 2de golf??

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.