“Integratiebeleid, te streng of te soepel?”
“Integratie is een onmogelijke opgave wanneer de instroom van niet-westerse allochtonen de huidige omvang van circa 50.000 per jaar houdt. Om het ontstaan van een permanente onderklasse te voorkomen moet de Nederlandse samenleving leren leven met een hard uitzettingsbeleid, inclusief het beëindigen van opvang.” – Stef Blok, VVD-lid.
Nederland is een multiculturele samenleving, dat betekent dat er in Nederland mensen van verschillende culturen leven. Dat geeft nog al eens problemen, daarom moeten de mensen die uit het buitenland naar Nederland zijn geïmmigreerd, de Nederlandse taal kunnen leren en zich aanpassen aan de Nederlandse normen en waarden. Dat aanpassen aan het land waar je woont heet integreren. Deze integratie werkt vaak niet en het lukt de buitenlanders niet te integreren. Bijzondere gevallen zijn dat buitenlanders na jaren in Nederland te wonen nog steeds onze taal niet beheersen en geen acht nemen aan de Nederlandse wetgeving, normen en waarden. Deze problemen worden in dit essay beschreven. Eerst leg ik uit wat integratie is en hoe het is gekomen dat er zo veel buitenlanders in Nederland leven als er nu zijn. Daarna komen de politieke partijen aan het bod en hun standpunten, passen die bij hun partijbelangen. Tenslotte geef ik het commentaar op de standpunten weer en geef ik mijn eigen mening. De hoofdvraag van dit essay is: “Is de integratie van allochtonen mislukt?” Deelvragen zijn: - Wat is integratie? - Wat zijn de partijstandpunten? - Passen deze partijstandpunten bij hun ideologie? - Wat is mijn eigen mening over het integratiebeleid? Wat is integratie?
In Nederland komt 5 tot 10 procent van alle inwoners uit het buitenland. Het lijkt alsof integratie en immigratie slechts een probleem van de afgelopen jaren is, maar immigratie is een proces dat zich al eeuwen gelden heeft ontwikkeld. In de middeleeuwen was Nederland een populaire woonplaats voor mensen uit het buitenland, vooral door die handelsgeest van het land, de centrale ligging in Europa en aan de oceaan. Ook na deze tijd bleef Nederland populair, denk maar aan de VOC (Verenigd Oost-Indische Compagnie) die met schepen vanuit exotische landen voer en ook slaven meenam, die na de onafhankelijkheid een belangrijke bevolkingsgroep vormde. In de periode tussen 1580 en 1780 was het aantal immigranten in verhouding tot de omvang van de bevolking groot: tussen de 6 en 11 procent van de inwoners van wat nu Nederland heet was vreemdeling. Ook deze nieuwkomers woonden voornamelijk in de grote steden. In de zeventiende eeuw lag het percentage buitenlanders in Amsterdam rond de 30 procent. Tussen 1933 en 1940 vluchtten er ongeveer dertigduizend mensen uit nazi-Duitsland naar Nederland. Veel nieuwkomers trouwden hier met Nederlanders of hun kinderen trouwden met Nederlanders. Ongeveer 1 op de 7 inwoners van Nederland in 1990 was ofwel zelf buiten Nederland geboren of 1 of beide ouders was in het buitenland geboren. Zo zijn er in Nederland bijna 450.000 mensen met een Duitse achtergrond. Op dit moment kennen we vier groepen immigranten die om sterk uiteenlopende redenen naar ons land zijn gekomen:
Ten eerste zijn dat mensen uit het Middellandse-Zeegebied, die vroeger gastarbeiders genoemd werden. Een groot deel van hen is tussen 1960 en 1974 via wervingscampagnes hierheen gehaald. Zo werden eerst door het bedrijfsleven en al snel ook door de overheid de tekorten op de arbeidsmarkt opgevuld. De immigranten kregen banen die door Nederlanders niet konden, of wilde gedaan worden. De regering in die tijd dacht dat wanneer ze de migranten niet meer nodig had, ze teruggingen naar hun eigen land. Integratie was dus niet nodig. Maar ze bleven en gingen niet terug, omdat er in ons land financiële zekerheid is en je dus, eenmaal binnen, gegarandeerd bent van een uitkering en verblijfsplaats. De tweede groep bestaat uit buitenlanders die uit de landen van de Europese Gemeenschap komen. Een derde groepering is afkomstig uit de voormalige kolonies, overzeese gebieden, uit Indonesië, Suriname en uit de Nederlandse Antillen. De meeste van hen hebben een Nederlands paspoort. Tenslotte zijn hier mensen die asiel hebben aangevraagd, asielzoekers. Of ze hebben een verblijfplaats gekregen, erkende vluchtelingen. De problemen
Omdat de gastarbeiders noch terugkeerden naar hun land van herkomst, noch intergratie kenden, ontstonden er problemen waar we vandaag de dag nog steeds mee kampen. De allochtonen hadden geen kennis van onze taal, cultuur, normen en waarden van de autochtonen en visa versa. Dat kwam omdat Nederland weinig mogelijkheden bood, voor de allochtonen om bijvoorbeeld de taal te leren, omdat zij verwachtten dat ze weer terug zouden keren naar hun land van herkomst. Door deze verschillen in cultuur ontstaan er botsingen tussen allochtonen en autochtonen.
Waarom is integratie zo een belangrijk onderwerp?
Vroeger hoorde vrijwel iedereen in Nederland bij een bepaalde zuil. In de jaren 50 behoorde men tot de katholieke, protestantse, liberale, of sociaal-democratische zuil. Iedere zuil had zuil had zijn eigen politieke partij, krant tv-omroep, ect. Echter, in de jaren 60 begon de ontzuiling, een belangrijk proces, waardoor het nu goed mogelijk is dat een katholieke gelovige bijvoorbeeld op een liberale partij stemt en een sociaal-democratische krant leest. Doordat we deze verandering hebben doorgaan vinden wij nu dat allochtonen niet alleen met mensen van hun eigen afkomst om moet gaan, naar een aparte school moeten gaan en in aparte buurten moeten wonen. Maar bijvoorbeeld Islamieten, leven naar westerse maatstaven nu, zoals wij zelf tientallen, misschien wel honderd jaar geleden leefden, qua normen en waarden.
De problemen rond de integratie van allochtonen zijn een maatschappelijk probleem. Dit omdat de problemen niet alleen gelden voor enkele individuen, maar dat ze een groot effect hebben op een belangrijk deel van de Nederlandse bevolking. Door het gebrek aan integratie en vanwege discriminatie door autochtonen hebben allochtonen een sociaal-economische achterstand opgelopen en staan de meeste allochtonen aan de “onderkant” van de maatschappij. De sociale mobiliteit is niet groot, dat wil zeggen dat de samenleving niet erg veel tolerantie toont. Hierover lees je een menig van een VVD-lid in de inleiding van dit essay. Ook is er een onderwerp dat de laatste tijd steeds vaker de kop opsteekt in de media namelijk het immigratiebeleid, als het gaat om het halen van een partner uit het buitenland. Dit essay gaat niet over immigratie, maar toch heeft dit veel met het onderwerp te maken. Bij veel allochtonen gaat hun voorkeur uit naar een partner uit eigen land en als men kan aantonen dat een van de partners in het buitenland woont, is de toelating stukken soepeler dan normaal. Echter, wanneer een van de ouders uit het buitenland komt, en dus de Nederlandse taal niet goed beheerst, krijgen de kinderen hierdoor een taalachterstand, als ze thuis geen Nederlands spreken.
De meningsverschillen
Integratie is een begrip dat op verschillende manieren gebruikt kan worden. Ten eerste kun je onder integratie verstaan dat nieuwkomers in een land de dominante cultuur overnemen en dat de eigen cultuur verdwijnt. Dit proces wordt assimilatie genoemd en geld niet alleen in culturele zin maar ook in sociaal-economische zin. Er kan ook sprake zijn van een tegemoetkoming van beide partijen waarbij sprake is van wederzijdse integratie. De culturen passen zich dan aan elkaar aan en vormen één nieuwe cultuur. Integratie hoeft niet te betekenen dat alle culturele aspecten volledig overgenomen worden: Allochtonen kunnen vaak voor een gedeelte hun eigen cultuur houden en toch geïntegreerd zijn in de Nederlandse cultuur. Vrijwel iedereen is het ermee eens dat de relatie tussen autochtonen en allochtonen verbeterd moet worden. “Het moet van hun kant komen, want zij zijn hier te gast en wij waren hier eerder”; is een veel voorkomende rechtse uitspraak. Terwijl mensen met een politieke voorkeur voor een linkse partij vinden dat allochtonen en autochtonen elkaar een stapje moeten naderen.
De standpunten van politieke partijen
Inburgering
Soms lijkt alsof het in de politiek alleen nog om integratie gaat. Bijna alle politieke partijen hebben het erover, dat allochtonen beter Nederland moeten spreken en dat het spreken van de Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving een voorwaarde is voor toelating en voor het recht op een uitkering. Zelfs PvdA, SP en GroenLinks, die hier tot voor kort niets van wilden horen, vinden dat nieuwkomers die hun inburgeringcursus niet goed afronden, minder geld krijgen via een eventuele uitkering. Elke politiek partij heeft zijn eigen mening over integratie en vrijwel iedereen vindt dat allochtonen moeten integreren, maar hoe….?
De PVDA vindt dat integratie bevorderd moet worden door vreemdelingen een oriëntatie op Nederland te bieden, de Nederlandse taal te leren en een goede voorbereiding op de arbeidsmarkt te geven. Ook moeten vreemdelingen op alle niveau´s in de politiek deel kunnen nemen, niet alleen op lokaal niveau. De allochtonen moeten vooral worden”gestimuleerd” om te integreren. Het CDA vindt dat allochtonen die in een achterstandssituatie dreigen te raken aangespoord moeten worden snel aan het maatschappelijke leven deel te nemen. Dit door scholing en het leren van de Nederlandse taal. Als de “aansporingen” niet serieus genomen worden moet de verblijfsvergunning volgens het CDA in gevaar komen. Ook vindt het CDA dat criminele vreemdelingen sneller moeten worden uitgezet en dat illegaliteit bestreden moet worden. De VVD vindt de integratie van allochtonen erg belangrijk en legt ook het accent op scholing, de taal en voorbereiding op de arbeidsmarkt. De partij is voor een inburgeringscontract met vreemdelingen. Hierin kunnen dan verplichtingen voor de allochtoon wat betreft scholing, arbeidsmarkt en huisvesting geregeld worden. D66 vindt dat integratie van twee kanten moet komen. Aan de ene kant moeten Nederlanders respect hebben voor de andere culturen, maar die culturen mogen niet de oorzaak zijn van een isolement van allochtonen. Bij integratie zullen zowel de allochtone cultuur als de autochtone cultuur veranderen. In de probleemgebieden moeten allochtonen geholpen worden, en per geval moet bekeken worden wat de beste integratiemogelijkheden van iemand zijn en welke hulp van de overheid daarbij nodig is. Omdat de hulp en opvang duur is, is de allochtoon is verplicht mee te werken aan de integratie. Groenlinks vindt dat problemen tussen allochtonen en autochtonen vooral veroorzaakt worden doordat Nederlanders op allochtonen reageren met het “aandikken” van hun eigen identiteit. De overheid moet juist de voordelen en niet de nadelen van de immigratie benadrukken. Ook Groenlinks wil integratie bevorderen door beleid wat betreft de arbeidsmarkt, de huisvesting en het onderwijs. “Klein Rechts” (Christen Unie en SGP), of de orthodox-christelijke vindt dat integratie gestimuleerd moet worden door scholing en een oriëntatie op de Nederlandse cultuur. De CD (of: extreem rechts over het algemeen) is tegen de multiculturele samenleving. Vreemdelingen en minderheden moeten volledig integreren of verdwijnen. Verder moeten alle voorkeursbehandelingen voor minderheden (de positieve discriminatie) ongedaan worden gemaakt en moeten asielzoekers in werkkampen onder worden gebracht. Een beetje het idee van Hitler, niet erg origineel. De LFP wisselt nogal eens van standpunt, maar toen Pim Fortuyn nog leefde had deze partij een standpunt dat overeen komt met dat van extreem rechtse partijen, als het ging om integratie. Uitspraken als:”De grenzen moeten dicht,” en “Nederland is vol,” zijn nog algemeen bekend. De LPF had het niet over werkkampen. De inburgering in Nederland is dus een spraakmakend onderwerp in de politiek en zoals bij elk onderwerp zijn de meningen verdeeld. Ook vindt de LPF net als de VVD dat er gekort moet worden op alle uitkeringen als de inburgeringcursus niet voldoende wordt afgerond. Passen deze standpunten bij de partij-ideologie?
Omdat de VVD een liberale partij is zou je zeggen dat deze partij geen problemen heeft met wat allochtonen doen en laten in Nederland, maar dat is echter niet zo. De VVD is ook een rechtse partij en vindt daarom dat allochtonen zich moeten aanpassen mee met hulp van een inburgeringscursus en als die cursus niet voldoende wordt afgesloten is moeten deze allochtonen het land weer verlaten. Zo is de visie van de VVD. Bij het CDA is het logisch dat deze zich tolerant opstellen als het gaat om religie, omdat deze partij een belangrijke partij is voor gelovige, vooral christenen, kunnen ze allochtonen niet verbieden om bijvoorbeeld hoofddoekjes te dragen. Het standpunt van Groenlinks is veroorzaakt door de ideologie van de partij, opkomen voor de zwakkeren in de samenleving. Toch vindt Groenlinks dat allochtonen moeten inburgeren en dat het integratiebeleid niet goed functioneert. De ideologie van de PvdA komt vrijwel overeen met het standpunt m.b.t. het onderwerp integratie. De PvdA vindt het belangrijk dat de overheid ingrijpt in de zaken van burgers. Zo willen ze stimuleren dat allochtonen integreren.
Mijn eigen mening
Ik vind dat allochtonen die in Nederland wonen, zich moeten aanpassen aan de Nederlandse normen en waarden, zondermeer. Onder aanpassen versta ik het handhaven van onze economie, het sociaal handhaven, en (kunnen) deelnemen aan de nationale- al dan niet regionale politiek. Daar staat tegenover dat Nederland de allochtonen een kans geeft, een gelijke kans in onderwijs en werk. Dus we moeten niet discrimineren op afkomst. Kwaliteit van een werknemer moet een rol spelen bij sollicitatie en absoluut niet de afkomst. Maar ik vind ook dat het huidige integratiebeleid te soepel is. Ik ben het met de VVD eens dat allochtonen die het niet lukt te slagen voor hun inburgeringscursus niet meer langer in Nederlands kunnen blijven. Dat komt omdat ik steeds vaker mensen tegen kom die al jaren in Nederland wonen en nog veel te weinig Nederlands spreken om zich goed uit te kunnen drukken. Mensen die niet of nauwelijks Nederlands spreken kunnen niet deelnemen aan de bovengenoemde politiek en andere zaken. Vaak gaan zij ook bij elkaar wonen, spreken hun eigen taal, zo is het logisch dat intergratie niet lukt. Groepsvorming moet worden tegengegaan en scholen moeten uitsluitend gemengd zijn, dus voor iedereen toegankelijk. Maar ik vind dat naast een strenge inburgeringscursus de allochtonen een kijkje moeten nemen in de Nederlandse arbeidsmarkt en dat allochtonen op alle niveau’s aan politiek deel zouden moeten kunnen nemen, mits zij de taal goed beheersen en volledig ingeburgerd zijn. Ik vind wel dat ze hun eigen cultuur moeten behouden als ze dat willen, maar dat ze zich aanpassen aan Nederlandse normen en waarden en de sociale controle in allochtone kringen zou daardoor moeten toenemen. De allochtonen zouden zich thuis moeten voelen in Nederland en Nederlanders kunnen toleranter worden tegenover allochtonen als zij meer respect voor elkaar kunnen hebben en elkaar beter kunnen begrijpen.
Conclusie
Je hebt in dit essay kunnen lezen dat integratie het economisch en sociaal handhaven van de Nederlandse cultuur en het kunnen deelnemen aan de politiek is. Daar staat tegenover dat wij niet discrimineren. Het antwoord op de hoofdvraag is: Nee, de integratie is tot dusver niet gelukt, maar het gaat wel steeds beter. Dat komt omdat de gastarbeiders geen mogelijkheden kregen van de autochtonen om zich goed aan te passen, maar nu zien wij steeds meer de noodzaak van integratie in, na de ontzuiling in de jaren 60. Ik ben het eens met de standpunten van de VVD en de PvdA, ook al wijkt de VVD van haar ideologie af, omdat het huidige integratiebeleid te soepel is, dat merk ik nu, als ik mensen tegen kan die al jaren in Nederland wonen, maar nog steeds de taal niet beheersen. Maar we moeten de allochtonen wel meer kansen bieden.
Bronvermelding
http://www2.omroep.nl/nos/verkiezingen/paginas/achtergrond/integratie.html
http://www.groenlinks.nl/partij/2dekamer/nieuws/4002144.html
http://www.groenlinks.nl/partij/2dekamer/nieuws/4001518.html
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
hey casper! het is gewoon fabuleus hoe jij jouw bedenkingen op papier heb gezet. Je bent gewoon een bron goedlopende hersens! vele malen dank,
l'ámour toujours
ton cherie
19 jaar geleden
Antwoorden