Natuurparken in Amerika:
Everglades
Gates of the Arctic
Glacier
Glacier Bay
Grand Canyon
Grand Teton
Great Basin
Great Smoky Mtns
Guadalupe Mtns
Haleakala
Hawaii Volcanoes
Hot Springs
Isle Royale
Joshua Tree
Katmai
Kenai Fjords
Kobuk Valley
Lake Clark
Lassen Volcanic
Mammoth Cave
Mesa Verde
Mount Rainier
North Cascades
Olympic
Petrified Forest
Redwood
Rocky Mountain
Saguaro
Sequoia / Kings Canyon
Shenandoah
Theodore Roosevelt NP
Virgin Islands
Voyageurs
In 1872 werd door het Amerikaanse congres Yellowstone National Park als het eerste nationale park van Amerika (en van de wereld) aangewezen. Het doel van een nationaal park is om het te beschermen tegen menselijke activiteiten. Industrie, landbouw en bewoning worden uit national parken geweerd. In eerste instantie werden de nationale parken beschermd (o.a. tegen stropers) door het leger. Maar al snel werd er een aparte overheidsdienst, de National Park Service (NPS), in het leven geroepen die het beheer van de parken tot taak kreeg.
Soorten nationale parken
Alhoewel men in het algemeen spreekt over nationale parken, is de juiste term eigenlijk \"National Park System Areas\". Deze \"areas\" zijn allemaal door het Amerikaanse congres aangewezen. De parken worden aangewezen omdat ze van groot belang zijn voor het behouden van de natuur, historie en recreatie in de VS. Er zijn circa 385 NPS gebieden en dat aantal groeit nog steeds. Deze gebieden varieren van uitgestrekte natuurgebieden tot bv een gebouw dat een historische waarde heeft.
De bekendste zijn de Nationale Parken (NP) waarvan er 57 zijn. Denk maar aan de Grand Canyon en Yellowstone National Park.
Naast de genoemde nationale parken en monuments zijn er onder andere ook:
•- National Battlefields (NB, NBP, NBS)
- National Historical Parks (NHP)
- National Rivers (NR, NRA, NRR, NRRA, WR, WSR)
- National Seashores (NS)
- National Scenic Trails (NST)
Naast National Parks kennen de Verenigde Staten ook tal van andere vormen van bescherming van natuur en cultuur, zoals:
- National Monuments (nationale monumenten)
- National Preserves ( vrij vertaald: nationale instandhoudingen),
- Historic Battlefields (historische slagvelden)
- National Memorials (nationale gedenkplaatsen),
- National Recreation Areas (nationale recreatiegebieden)
- National Forests (nationale bossen)
Yellowstone National Park
De geschiedenis van Amerika\'s nationale parken begint bij wat vandaag een van de meest bekende en drukst bezochte parken is..Yellowstone.
Al meer dan 11.000 jaar geleden trokken indianen door het gebied dat tegenwoordig Yellowstone National Park is. De trapper John Colter was in 1807 de eerste blanke die het gebied betrad. In zijn voetsporen volgden anderen, aangetrokken door de mogelijkheid om in het gebied wild te vangen en handel te drijven met de indianen. De trappers keren terug met verhalen over fonteinen die honderden voet de lucht in schoten, en hete bronnen waar men vis kon vangen die werd gekookt terwijl ze uit het hete water omhoog werd gehaald.
Aangetrokken door de wilde verhalen van de trappers werden er expedities op touw gezet om het gebied te verkennen. In 1870 trok de Washburn expeditie door het gebied.
Grand Teton
Grand Teton heeft directe aansluiting met Yellowstone. Het is minder beroemd maar even mooi. Het park kreeg de status tot National Park in 1929.
Grand Canyon
Iedereen heeft wel eens het ontstaan een \'Canyon\' gezien: \'s nachts heeft het geregend en als je dan in de berm kijkt zie je smalle water geulen die in de aarde zijn uitgesleten. Bij de Grand Canyon is het net zo gebeurt alleen dan in 10 miljoen jaar, op een afstand van 445 km, met een verval van 700 meter en een oppervlak van 4929 km2. De eerste nationale parken
Al in 1832 kwam de schilder George Catlin op het idee om in mooie natuurgebieden in het westen parken te stichten. Bij parken dacht men in die tijd alleen aan keurig aangelegde stadsparken met een vijver en een fontein. Er was niemand die dacht aan parken zoals Catlin die wilde: woeste gebieden die bewoond werden door bizons en indianen. In de jaren die volgden, schoof de frontier naar het westen. Het uiterste westen, waar goud gevonden was, werd al snel bewoond. In het gebied dat tussen de frontier en dat uiterste westen in lag, woonden zelfs rond 1870 nog nauwelijks blanken. Hier waren woeste bergen, diepe ravijnen en grote, zinderend-hete vlaktes. Alleen avonturiers en onderzoekers kwamen hier. Vooral voor biologen vormde dit soort gebieden een paradijs. Hier konden zij onderzoek doen naar het leven van oorspronkelijke Amerikaanse dieren en planten. John Muir was een natuurliefhebber die met zijn rugzak de bergen van de Sierra Nevada introk. Hij was diep onder de indruk van de grootsheid. Maar Muir zag dat deze gebieden steeds meer door mensen in gebruik werden genomen. Er kwamen steden, spoorwegen en landbouwgebied. Ook Ferdinand Hayden zag dit gebeuren. Voor het te laat was, wilde hij het gebied rond de rivier de Yellowstone tot Nationaal park laten maken. De regering moest zorgen dat de natuur in dat park behouden bleef. Het park moest daarnaast toegankelijk zijn voor recreatie. Zijn verhaal, met foto’s en schilderijen, maakte veel indruk op de parlementsleden in Washington. In 1872 werd besloten tot oprichting van het eerste nationaal park ter wereld: het Yellowstone Park. Op 1 oktober 1890 werd Yosemite Park gesticht. In 1903 zorgde president Roosevelt er persoonlijk voor dat het park werd uitgebreid. Net als Muir geloofde de president in de gezonde werking die de natuur op mensen had.
Tot 1919 werden er alleen nationale parken in het westen gesticht. Maar in het oosten werden dieren nog sterker met uitsterven bedreigd dan in het westen. Ook daar waren gebieden die de moeite waard waren om in stand te houden. Bovendien wilde men ook de mensen die in deze dichtbevolkte gebieden woonden, de kans geven om redelijk snel in een stuk ‘ongerepte’ natuur te zijn
REACTIES
1 seconde geleden
P.
P.
super wil mijn naam niet geven maar heel goed
14 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
ik wil dat ik alles over de indianen van comache.
6 jaar geleden
Antwoorden