Nest door Sanneke van Hassel

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
Boekcover Nest
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 3456 woorden
  • 8 februari 2013
  • 50 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
50 keer beoordeeld

Boekcover Nest
Shadow
Nest door Sanneke van Hassel
Shadow

Schrijver: Sanneke van Hassel

Titel: Nest

Uitgeverij De Bezige Bij

Amsterdam, 2010 (2010)

1e druk

188 bladzijdes

Genre: Psychologische roman

Structuur

Het verhaal is opgedragen aan Bartje van Roon. Er is nergens iets te vinden over deze persoon. Ik denk dat het een jeugdvriend is, die ook in een situatie zoals die van Julia terecht is gekomen.

Ieder deel van de vier delen begint met een eigen motto:

Het boek opent met een motto van Nescio: “Weldra zouden de fonteinen van den haat alom hoog opspatten uit zwarte, brokkelige gaten in ons gladgeschoren, glanzige gras. Maar nog dronken wij thee en tennisten en reden in auto’s en werden onderdanig gegroet.” Dit slaat terug op de sfeer in de straat waar het gezin woont, de bewoners zijn vriendelijk tegen elkaar, maar roddelen achter elkaars rug om over iedereen. Oftewel, de schone schijn ophouden.

Het deel “Herfst”begint met een Engelstalig motto uit het boek The Virage Book of Women Gardeners  van Gertrude Jekyll: “The ‘Dahlia ’s first duty in life is to flaunt and to swagger and to carry gorgeous blooms well above in leaves, and on no account to hang his head. “ Er staat dat de Dahlia’s eerste plicht is te pronken met zijn bloemen en om in geen geval het hoofd te laten hangen. Die doen Julia en haar moeder Belia ook, die blijven vol houden, ook al is haar vader het absoluut niet eens met haar beslissing het kind te houden.

Het deel “Kerst” heeft een motto uit het boek The Garden in Winter  van Rosemary Verey : “A garden in winter is the absolute test of the true gardener.”Ik denk dat dit motto meer terug slaat op Julia’s moeder, die lid is van een soort tuiniersclubje en dus haar tuin netjes moet houden om de beste te blijven en haar naam hoog te houden. Als Julia naar Zwitserland gestuurd gaat worden, is haar tante Pietie die daar woont dit boek aan het lezen.

Het deel “Lente” heeft een Engelstalig motto van opnieuw Gertrude Jekyll : “ When you are weeding always use a little blunt knife; there is a good sort of short strong knife with a smooth horn handle that costs sevenpiece. It should be one of your regular tools. If you cannot get the Dandelion root right up you should cratch away some of the top soil and cut the root as far down as you can reach with the blade of your knife. “ Deze heeft al weer betrekking op Belia. Ze moet niet genoegen nemen met wat ze heeft maar het maximale halen uit het leven.

Het deel “April” heeft alleen de aanduiding “grasmaand.” Dit kan vooruit wijzen naar de laatste woorden van de roman: “voorbij het hoge gras.”

Het boek bestaat dus uit 4 delen, met in totaal 49 hoofdstukken, die de namen van jaargetijden hebben. Doordat er verschillende ik-vertellers zijn,tien namelijk, staat er boven elk hoofdstuk wie het verteld. Het deel april is het vijftigste hoofdstuk dat door Julia zelf wordt verteld. Er valt wel een bepaalde hiërarchie op: vader Heppe voert het woord in tien hoofdstukjes, moeder Belia in negen en dochter/zusje Malou in acht.

Samenvatting

In de Hoflaan, de deftigste laan van Schoonoord, bewoont de familie Van Wees een van de fraaie villa's. Het gezin bestaat uit vader Heppe, moeder Belia en twee dochters, Julia van zestien en de iets jongere Malou. Heppe demonstreert nadrukkelijk dat hij de baas in huis is, al laat hij zich in feite weinig gelegen liggen aan het gezin. Hij heeft het druk als advocaat en moet daarnaast tijd vrijmaken voor zijn vriendin Jolanda. De twee dochters zijn heel verschillend: Julia, een ijverige leerling in 5 vwo, leest veel, onder andere in de Metamorphosen van Ovidius en is van plan klassieke talen te gaan studeren. Haar zuster Malou neemt de zaken wat luchtiger op en is een echt uitgaanstype. Voor haar hanteert Belia op dit punt nog strikte regels. En niet alleen op dit punt: zowel binnens- als buitenshuis gelden in de chique laan alle codes van 'ons soort mensen'.

Er plonst een steen in de vijver als Julia opeens meldt: 'Er is iets heel erg mis' (p. 22). Eerst aan haar moeder, vervolgens aan haar vader biecht ze op dat ze zwanger is. Ze weigert te zeggen van wie. Het is gebeurd op 2 juni, vijf maanden geleden, toen Belia en Heppe een weekend weg waren en de twee dochters een feestje hadden georganiseerd in het ouderlijk huis. Er is nog weinig van de zwangerschap te zien, dus het is zaak de 'schande' zoveel mogelijk te camoufleren. Verhit overleg dus over wat er moet gebeuren. Heppe kiest onmiddellijk voor een abortus. Hij weet zelfs een kliniek in Spanje waar nog tot 25 weken geaborteerd wordt. Belia en Julia wijzen dat resoluut af. Ditmaal moet Heppe bakzeil halen. Hij heeft een alternatief: de baby meteen na de geboorte afstaan voor adoptie.

Toch blijft een urgent punt hoe de zaak geheim gehouden kan worden. Huisarts Karel, een goede vriend die ook in de laan woont, is bereid een medische verklaring uit te schrijven dat Julia geveld is door de ziekte van Pfeiffer. Op grond van die verklaring hoeft Julia de komende maanden niet naar school maar blijft ze 'ziek' thuis. Daarnaast neemt Belia contact op met haar zuster Pietie, die in Zwitserland dicht bij Genève woont. De kinderloze tante Pietie is graag bereid haar nichtje Julia een paar maanden te logeren te hebben. Heppe kent een goede Nederlandse gynaecoloog in Genève, die bereid is alle nodige medische zorg te verlenen. De school zal alle huiswerkopdrachten aanleveren.

Helemaal geheim blijft het natuurlijk niet. Als de Hoflaan Oud en Nieuw viert, laat huisarts Karel zich pijpen door zijn buurvrouw Thessa (hoewel hij eigenlijk een oogje heeft op Belia). Hij vertelt Thessa van Julia's situatie. Bij die gelegenheid blijken overigens de huwelijken van alle bevriende buurtbewoners even broos. Verder is Malou een zwakke plek in de afspraak tot geheimhouding. Ze vertelt haar hartsvriendin - onder strikte geheimhouding uiteraard - wat de echte kwaal van haar zuster is. Bij Malou ligt de zaak gecompliceerd omdat zij weet welke jongen Julia ontmaagd heeft, en zelf inmiddels hevig verliefd geworden is op deze Joeri, zanger van de band What If. Ze zet alles op alles om ook door hem geneukt te worden. Met succes: opnieuw in het ouderlijk slaapvertrek van de familie Van Wees heeft Joeri seks met de tweede dochter. Ditmaal gebruikt hij een condoom.

Met Julia gaat het voorspoedig in Zwitserland. Tante spreekt 's ochtends Frans met haar, 's middags zit Julia 2,5 uur aan haar huiswerk, af en toe gaat ze een poosje naar buiten. Een rustig bestaan. Maar op een dag beginnen de weeën. Julia heeft veel pijn; ze gaat naar het ziekenhuis; het wordt een zware bevalling. Als de baby geboren is, krijgt ze het kindje niet in haar armen. Het wordt meteen naar een andere kamer gebracht: Julia mag zich niet hechten. Wel mag ze de baby een naam geven. Het wordt Baukje, naar het bekende klassieke verhaal van Philemon en Baucis uit Ovidius' Metamorphosen .

Julia is met de baby in Nederland teruggekeerd. Wanneer die voor adoptie zal worden weggehaald, verlaat Julia 's ochtends in alle vroegte het huis, de baby opgeborgen in Julia's vroegere poppenwagen. Het is een zachte aprildag. Ze laat de woonwijk achter zich en komt in een natuurgebied. Zeulend met de poppenwagen bereikt ze een grote plas. 'Het is belangrijk om te weten dat het tijd is om te gaan, belangrijker dan waar je naartoe wilt' (p. 187). Ze wikkelt de baby in een trui, tilt haar uit de wagen en draagt haar naar 'een mooie plek, een bed van stro om samen in te vallen. We zijn er bijna, moet je weten, voorbij het hoge gras' (p. 188, slot van de roman).

Verhaaltechniek

Ruimte

Het verhaal speelt zich af in Schoonoord, een bestaand plaatsje in Drenthe. Daar wonen Julia, haar ouders en Malou. Ook alle andere “hoofdpersonages”wonen hier, allen in dezelfde straat. Een heel kort deel van het verhaal speelt zich af in Zwitserland, dicht bij Geneve.

In een interview in de Trouw van 17 september staat: „Ik wilde al een tijd een verhaal schrijven over mensen uit de betere kringen. In grote lijnen had ik dit boek dus al in mijn hoofd zitten. De wijk waar ’Nest’ zich afspeelt heb ik Schoonoord genoemd. Dat roept iets reins op. Iets onbevlekts. Schoonoord is in wezen gebaseerd op de statige Rotterdamse Hoflaan, waar ik vaak doorheen rijd. De Hoflaan heb ik er bewust in gelaten omdat ik die naam vind passen bij de straat die ik voor ogen had. Een plek is voor mij belangrijk. Een boksschool, een tankstation; daar kunnen zich goed verhalen afspelen. Naast mijn redacteur bij De Bezige Bij was schrijver Thomas Verbogt in het hele proces een soort mentor van me. Hem liet ik alles lezen, hij gaf me vertrouwen. We hadden veel plezier over de personages.”

Het verhaal speelt zich dus niet af in het bestaande Schoonoord, maar in een verzonnen plaatsje dat toevallig dezelfde naam heeft.

De verteltijd is ongeveer vier uur. Ik lees z’n boek snel uit, want het was niet zo dik en ook niet moeilijk geschreven.  De vertelde tijd is 7 maanden, want Julia is al even zwanger als ze het haar ouders verteld en even na de bevalling verdwijnt ze samen met Baukje.

Wanneer Belia Julia naar Zwitserland brengt, vertelt ze in de auto over de roman van een schrijfster die haar kind door een verkeersongeluk is kwijtgeraakt. Uit de verdere omschrijving van het verhaal blijkt dat het om de roman “Contrapunt” van Anna Enquist gaat. De eerste druk van dit boek verscheen in oktober 2008. Dus het boek speelt zich af tussen eind 2008 en 2010, het jaar waarin het boek is uitgebracht.

Verhaalfiguren

In Nest komen veel personages voor die op één punt duidelijk overeenstemmen: ze spreken hun gevoelens niet uit, zeggen nooit wat ze werkelijk denken maar draaien eromheen. Uit het aantal keren dat ze als ik-verteller aan het woord komen is echter wel duidelijk dat in de roman alles draait om het 'nest' van de familie Van Wees: vader Heppe, moeder Belia en hun dochters. Omdat Julia het gezin in rep en roer brengt, krijgt zij de meeste aandacht; er wordt veel over haar gepraat en beraadslaagd. Daardoor krijg je van haar ook het meeste een beeld.

Julia is een heel gevoelige tiener. 'Als kleuter al trok ze zich al het wereldleed aan. Tranen om een dode merel, een blindengeleidehond op het Jeugdjournaal ' (p. 20). Maar ze is ook een sterke persoonlijkheid en erop gesteld haar eigen gang te gaan. 'Nooit klagen, nooit gedoe' (p. 68). Ze is een voorbeeldige vwo-leerling: 'altijd lezen, vroeg naar bed, toonde nooit interesse in een jongen' (p. 23). Ze wordt het tamelijk naïeve slachtoffer van een weddenschap tussen medescholieren wie de meeste meisjes ontmaagd heeft. Het is voor haar ouders een complete verrassing dat juist zij zwanger wordt. Erg mededeelzaam was ze overigens nooit, niet vóór en niet na de zwangerschap. 'Ik voed mezelf wel op', was al vroeg haar stelregel (p. 68). Daarin had ze iets onverzettelijks.

Dat streven om haar eigen gang te gaan wil ze ook overdragen op haar baby: 'Het moet zijn eigen weg gaan. Zoals alles. Ik denk dat je niks bij je kunt houden. Ook ik zal vertrekken en verder gaan' (p. 143). Weinig woorden, maar een onafhankelijke persoonlijkheid.

Haar jongere zuster Malou is in vele opzichten het tegenovergestelde: ze is tegendraads, dol op uitgaan, feesten en sport. Zich er volledig van bewust dat ze mooi gevonden wordt, flirt ze met overgave en legt het er heel bewust op aan dat ze seks heeft met Joeri. Zij zorgt voor de meeste onrust thuis, totdat Julia totaal onverwacht voor grote opschudding zorgt.

Vader Heppe is een onsympathiek type. Tussen Belia, die de kinderen claimt en de dochters, die hem ontlopen voelt hij zich als man en vader miskend. Huisarts Karel, die een oogje heeft op Belia, noemt hem 'die ploert' (p. 28). Heppe laat zich van de weeromstuit weinig gelegen liggen aan het gezin en is vooral geïnteresseerd in drank en vrouwen. Maar dan. Er breekt tenslotte enig besef van eigen falen door. Wanneer hij Belia wil bellen die in Zwitserland Julia assisteert bij de bevalling, krijgt hij de voicemail en spreekt in: '"Ik probeer je zo nog eens te bellen. Sterkte, schat". Schat, een woord dat ik lang niet tegen haar heb gebruikt, dat ik misschien vaker had moeten zeggen, tegen haar, tegen de meisjes' (p. 151).

Belia is de volgzame huisvrouw die alles doet om thuis de lieve vrede te bewaren en naar buiten toe de schijn van een gelukkig gezin op te houden. Ze zoekt haar plezier en tijdverdrijf in tuinieren en buitenshuis in tennis- en leesclub en in het bestuur van een sociaal fonds. Ze staat alleen fel op haar strepen in de discussie met Heppe over abortus: 'In dit huis wordt niet gemoord' (p. 44).

Vertelwijze:

Boven elk hoofdstuk staat wie de verteller ervan is. Het zijn allemaal ik-vertellers. In de hoofdstukken wisselt de verteller telkens, ieder hoofdstuk wordt door iemand anders vertelt. Er is dus een meervoudig perspectief gebruikt.

- Heppe (Julia’s vader) gebruikt 10 hoofdstukken

- Belia (Julia’s moeder) 9

- Malou (Julia’s zusje) 8

- Karel Vogelenzang ( de huisarts van het gezin) 5

- Joeri Coevermans (de verwekker van het kind) 4

- Thessa Sticker (buurvrouw) 4

- Wanda Peters (vrouw die de adoptie kan regelen voor Julia) 3

- Stefan Beks (een toevallige trompetspeler) 3

- Mevrouw P.J.M. Barones van der Does de Willevoorde (zus van Belia) 3

- Julia 1

Soms gaan ze verder met waar de ene verteller is gebleven; soms worden stukjes opnieuw verteld maar dan vanuit het wisselende perspectief.

De roman heeft een chronologische structuur waarin de vertelde tijd van herfst 2008 tot april 2009 is. Dat is een periode van ongeveer een half jaar. Er zijn nauwelijks of geen flashbacks.

Motieven:

Schone schijn: als Julia zwanger raakt willen haar ouders wanhopig de schone schijn ophouden naar buiten toe. Dit heeft erg te maken met de omgeving waar het gezin woont. Daar houd t iedereen de schone schijn op. Van valse doktersverklaringen tot overspel dat geaccepteerd wordt.

Gezinsleven: meer het ontbreken ervan. Er is echt totaal geen structuur, of meer een hiërarchie in het gezin, hoewel vader dit wel graag wilt. Maar doordat hij er nooit is heeft hij geen kans op dit te bereiken.

Tienerzwangerschap: als Julia zwanger raakt, zet dit haar hele leven op z’n kop. Haar vader neemt alle beslissingen voor haar, maar ze besluit toch het kind te houden.

Thema:

Het thema is miscommunicatie, want  niemand luistert naar elkaar, iedereen is uitsluitend met zichzelf en de eigen zaakjes bezig en leeft volledig langs elkaar heen. Vooral Belia lijdt hieronder: ze probeert wanhopig met Julia in gesprek te komen. Ook tussen Julia en haar zusje is er veel gebrek aan communicatie, dit blijkt maar weer wanneer ook Malou met de vader van Julia’s kind naar bed gaat.

Tussen vader Heppe en het gezin is al helemaal een miscommunicatie. Hij leeft totaal in z’n eigen wereldje en houdt alleen zijn eigen belangen voor ogen.

Titelverklaring

Nest kan naar verschillende dingen verwijzen, het komt ook enkele keren in de tekst voor. Nest slaat in het algemeen terug op het nest dat de familie hoort te zijn, de warmte en steun van een gezin.

In het boek,, wanneer de grote boom wordt omgekapt, staat: “nu de boom weg is, kun je de wolken weer zien. Gek dat ik nu al niet meer precies weet hoe die eruitzag. Zo snel went het als iets er niet meer is. Ik doe mijn ogen dicht, probeer aan niets meer te denken, niet aan Sjim, niet aan Joeri. Een stam, een kluwen in de boom, steeds hoger, tot ik niet verder kan. Ver van de grond bouw ik een nest van waaruit ik alles kan overzien. “

Iedereen heeft behoefte aan eigen plekje, een eigen nestje. Maar het gezin vormt geen warm nest. Doordat alle gezinsleden hun eigen interesses hebben, leven ze compleet langs elkaar geen en hebben ze allemaal behoefte aan hun eigen beschermplaats.

Aan het einde van het boek zoekt Julia haar nestje, samen met de baby. Ze zoekt een erg letterlijk nest, ze gaat de natuur in om een plekje te zoeken waar ze kunnen blijven.

Schrijfstijl

De schrijfster gebruikt niet veel manieren om spanning te creëren, zo lijkt het op het eerste oog.

Maar Sanneke van Hassel gooit je meteen in het diepe, je wordt aan het begin van het boek meteen midden in de gebeurtenissen gegooid. Dit heeft als gevolg dat je het boek al meteen niet meer weg wil leggen, je wilt het graag meteen uitlezen.

Ook gebruikt ze meerdere perspectieven, waardoor je als lezer alle kanten van het verhaal leert kennen en zo dus meer weet dat bijvoorbeeld Julia.

Verder gebruikt ze niet veel stijlfiguren of iets dergelijks. 

Plaats in de literatuurgeschiedenis

Het is een recent boek. De eerste druk is uit 2010. Hierdoor is het een eigentijds verhaal geworden met veel herkenbare aspecten.  Ook speelt het verhaal zich af in deze tijd. Sanneke van Hassel was eerst een schrijfster die vooral korte verhaaltjes schreef, dat merk je ook wel een beetje aan Nest. Sanneke van Hassel debuteerde in 2005 met IJsregen en won in 2008 de BNG Nieuwe Literatuurprijs voor haar tweede verhalenbundel Witte Veder.

Doordat Sanneke van Hassel veel korte verhalen heeft geschreven is ze getraind in korte zinnen en zo weet ze de personages kort maar krachtig neer te zetten.

In een interview in Trouw op 17 september heeft zei Sanneke van Hassel: „Ik wilde al een tijd een verhaal schrijven over mensen uit de betere kringen. In grote lijnen had ik dit boek dus al in mijn hoofd zitten. De wijk waar ’Nest’ zich afspeelt heb ik Schoonoord genoemd. Dat roept iets reins op. Iets onbevlekts. Schoonoord is in wezen gebaseerd op de statige Rotterdamse Hoflaan, waar ik vaak doorheen rijd. De Hoflaan heb ik er bewust in gelaten omdat ik die naam vind passen bij de straat die ik voor ogen had. Een plek is voor mij belangrijk. Een boksschool, een tankstation; daar kunnen zich goed verhalen afspelen. Naast mijn redacteur bij De Bezige Bij was schrijver Thomas Verbogt in het hele proces een soort mentor van me. Hem liet ik alles lezen, hij gaf me vertrouwen. We hadden veel plezier over de personages.”

Aan je stijl veranderde je weinig. Je zinnen zijn eerder nóg korter.

„Die indruk heb ik zelf niet. Het zou kunnen. Het verschil tussen een kort verhaal en deze roman zat hem voor mij vooral in het constant rekening houden met het feit dat het verhaal door moest lopen. Ik moest verschillende stemmen maken en die met elkaar verbinden. Een kort verhaal schrijf je in een roes. Nu moest ik materiaal maken. ’Nee, Sanneke’, zei ik dan tegen mezelf, ’eerst lengte maken, dan pas priegelen aan zinnen’.”  

Beoordeling

Eigen mening over het boek

Ik vond het persoonlijk een makkelijk boek om te lezen, doordat het in makkelijke, korte zinnen geschreven was, zonder al dat ellenlange gezwets zoals je in veel literatuur tegen komt. Wat het verhaal minder makkelijk maakte, maar des te interessanter, was het meervoudig vertelperspectief.  Je leerde alle personages kennen, alsof je hun dagboek las, wat je als lezer een informatievoorsprong gaf. Dat maakte juist dat ik het boek niet wilde wegleggen. Dat vind ik erg knap gedaan van de schrijfster.

Het is in deze tijd niet echt een origineel onderwerp meer, tienerzwangerschappen. Maar door de ‘vormgeving’ is het toch een goed boek geworden.  Een verwend nest wordt uit het nest gegooid om een eigen nest te beginnen. Zo zou je het boek wel erg toepasselijk ten opzichte van de titel kunnen samenvatten.

Ik vind het wel jammer dat de personages zo oppervlakkig worden neergezet. Het zijn gewoon allemaal stereotypes. Zo herken je de personages wel makkelijker, maar het is zo voorspelbaar. Dat is erg jammer.

Het intrigerende aan het boek was het wisselende perspectief. Je leest eerst alles over de zwangerschap in de visies van alle buurtbewoners en gezinsleden, behalve die van Julia, die pas als laatste aan het woord komt. Dit zorgt ook wel voor aardig wat spanning, want je wilt toch wel erg graag weten wat Julia zelf er nou van vindt.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Nest door Sanneke van Hassel"