Familieziek door Adriaan van Dis

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Familieziek
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 2235 woorden
  • 23 mei 2003
  • 106 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
106 keer beoordeeld

Boekcover Familieziek
Shadow
Familieziek door Adriaan van Dis
Shadow

Zakelijke Gegevens

Titel: familieziek
Schrijver: Adriaan van Dis
Geschreven in: 2002
Druk: eerste druk
Uitgever: Augustus, Amsterdam – Antwerpen Motto:

Pour fabriquer une bombe ‘A’ Mes enfants croyez-moi
C’est vraiment de la tarte
La question du détonateur
S’résout en un quart d’heur’ C’est de cell’s qu’on écarte
En c’qui concerne la bombe ‘H’ C’est pas beaucoup plus vach’ Mais un’ chos’ me tourmente
C’est qu’cell’s de ma fabrication
N’ont qu’un rayon d’action
De trois mètres cinquante
Y’a quéqu’chos’qui cloch’ là-d’dans
J’y retourne immédiat’ment

Boris Vian, ‘La java des bombes atomiques’

Het motto wil zeggen dat het maken van een bom iets belachelijks is. Een bom ontploft en binnen vijftien minuten is er een knal. Alles is binnen één knal verwoest en wat heeft dat voor zin.

Beschrijving Samenvatting

Dit boek is moeilijk samen te vatten, doordat het bestaat uit allerlei verhaaltjes. Het gaat over een gezin dat na de oorlog in Nederlands-Indië is verhuisd naar Nederland. Vader was soldaat en moeder en drie zusters gevangenen in een kamp. Doordat moeder heel ziek was, regelde ‘eerstezus’ iemand die voor moeder kon gaan zorgen. Zij zorgde ervoor dat meneer Java voor moeder ging zorgen. (stiekem was zij een beetje op hem verliefd)Moeder en meneer Java werden verliefd en gingen samen verder. Moeder was al eerder getrouwd geweest, uit dit huwelijk komen de kinderen: ‘eerstezus’, ‘middelzus’ en ‘derdezus’. Uit de relatie met meneer Java komt één kind, ‘jongen’. Nadat moeder vrij kwam uit het kamp zijn ze dus naar Nederland ‘gevlucht’ om in Nederland hun bestaan weer op te bouwen. Ze krijgen het thuis niet makkelijk. Meneer Java is erg getraumatiseerd door de oorlog en is daardoor erg hard geworden. Wel is hij dol op zijn zoon, blijkt uit dit boek. Hij wil hem zoveel mogelijk leren en trekt het meest naar hem toe. Hij wil dat de ‘jongen’ heel veel levenslessen leert. Uiteindelijk komt meneer Java in een inrichting, omdat hij steeds gekker wordt. Dat komt waarschijnlijk omdat hij zo ontzettend bang is dat er weer oorlog uitbreekt of dat er weer een “H” of “A” bom ontploft. Tenslotte is meneer Java weer thuis en hij is veranderd, hij wil weer normaal doen. Hij belooft zijn leven te beteren. Toch heeft de familie veel geleden door wat er met vader is gebeurd. Elk verhaal in dit boek is een verhaal apart en toch gaat het steeds over het leven binnen de familie.

Personages

Dit boek heeft zes personages, die allemaal een rol spelen in de verschillende verhalen, maar de “jongen” is de hoofdpersoon.

“Jongen”: jongen is een beetje een zielige jongen. De relatie met zijn moeder is matig, ze vindt hem vaak ondankbaar en als hij eens tegen haar aan wil kruipen loopt ze weg. Toch denk ik dat er ook wel wat liefde aan te pas komt, maar dat zij (moeder) dit niet durft te uiten. De relatie tussen de “jongen” en zijn drie zussen is helemaal niet goed. Zij pesten hem en vinden hem maar stom en lelijk ( ‘hij gaat steeds meer op zijn vader lijken’) De jongen kan wel goed met zijn vader opschieten, ook al is hij af en toe heel bang voor zijn vader. Hij is bang wanneer hij iets fout doet en bang wanneer vader weer eens een uitbarsting heeft. Hij leert ook veel door en van vader. Ik denk dat hij zijn vader ook wel bewondert.

“Meneer Java”: Meneer Java komt uit Indië en is getraumatiseerd door de oorlog in Nederlands-Indië. Hij is getrouwd met moeder. Ze zijn om de problemen met Nederlands-Indië verhuisd naar Nederland, om te proberen hier hun bestaan weer op te bouwen. Meneer Java heeft geen baan, hij is werkloos en zit in de onderstand. Hij heeft één “echt” kind en drie “half”- dochters, die niet echt blij met hem zijn. Het is een zeer driftige, militaire man die niet weet wat hij met zijn leven moet en daarom zijn gezin bang maakt. Het is een harde man, maar hij heeft ook zachte trekjes. Hij houdt veel van zijn zoon, maar kan hem ook ontzettend op de huid zitten. Meneer Java wordt steeds gekker (mede door de radio, waar hij het nieuws over de bommen goed bijhoudt) daardoor komt hij in een inrichting. Het leven daar doet hem op één of andere manier erg goed, want wanneer hij uit de inrichting komt, wil hij zijn leven beteren en aardiger zijn.

“Moeder”: moeder is een vrij zelfstandige vrouw. Eerst wou ze bij meneer Java weg, maar is uiteindelijk toch gebleven. Zij heeft in een kamp gezeten, samen met haar drie dochters. Toen ze erg ziek was, werd ze geholpen door meneer Java. Ze is goed voor hem. Wanneer meneer Java in een inrichting belandt, komt ze hem vaak bezoeken. Ook moeder is getraumatiseerd door de oorlog, maar uit dit veel minder agressief dan vader.

“De drie zusters”: dit zijn geen sympathieke meisjes, ze pesten “jongen”veel en proberen niet eens aardig voor hem te zijn. Ze smoezelen achter zijn en Meneer Java’s rug om (achter het gordijn) en willen hun heel snel het huis uit werken. Als Meneer Java in het gesticht zit, zoeken ze hem maar één keer op, want ze hebben het altijd te druk. “Eerstezus” heeft een brief aan meneer Java geschreven, maar heeft die weggegooid.

Uit deze brief kun je opmaken dat “eerstezus” misschien verliefd is geweest op meneer Java, maar meneer Java had geen oog voor haar, maar voor haar moeder. Misschien is dit de reden dat ze nooit aardig tegen meneer Java doet en hem uit huis wil hebben.

Thema

Het thema gaat over het verhuizen van een plek waar je je veilig en thuis voelt, naar een plek waar je vreemd bent. In dit boek telt die verhuizing niet alleen mee, maar ook wat de mensen in dit boek er van vinden, wat er met ze gebeurt. Ontheemding. Motief: Het fotoalbum: in dit fotoalbum staat bijna het hele leven van Meneer Java van voor de verhuizing van Nederlands-Indië naar Nederland. Hoe hij vroeger was en je (de jongen) leert ook van alles uit het fotoalbum.

Over het verhaal

De vertelwijze van dit verhaal is personale vertelwijze. Het lijkt namelijk net alsof je in de huid van de hoofdpersoon kruipt. Je ziet heel veel vanuit de “jongen” zijn standpunt en je kunt de jongen steeds vervangen door ‘ik’. Het boek is geschreven in chronologische volgorde. Het loopt vanaf het begin dat moeder weg wil tot het einde dat Meneer Java uit het gesticht komt en is veranderd zodat moeder wel wil blijven. Af en toe heb je een flashback, wanneer ze het fotoalbum openslaan, gaan ze terug in de tijd. De brief van “eerstezus” naar meneer Java is een flashback op eerdere gebeurtenissen. Het is een continue vertelwijze, er zitten geen gaten in dit boek. Af en toe slaat hij een stukje tijd over. De duur van dit verhaal, de vertelde tijd is ± 7 jaar. De verteltijd is van blz. 9 tot blz. 203. Het verhaal is in tegenwoordige tijd geschreven, je beleeft mee wat de familie ook beleefd en dat is in tegenwoordige tijd weergegeven. Historisch gezien speelt dit boek zich af in de jaren vijftig. In de tijd dat Soekarno een grote rol speelde in Indië. Dat kom je te weten, doordat meneer Java het steeds over die ‘Aap’ heeft en dat is Soekarno. Er zijn verder geen vooruitwijzingen in dit boek. Het speelt zich af in Nederland en dan voornamelijk in een dorpje aan zee. Er zit een stukje in van het kamp waar moeder in heeft gezeten, dat was nog in Nederlands-Indië en een stukje op de boerderij waar de ‘jongen’ is ondergebracht, wanneer hij steeds onhandelbaarder wordt. Ook speelt een deel van het boek zich af in de inrichting waar meneer Java terecht komt.

Compositie / structuur

Dit boek is in media res constructie geschreven. Het begint ermee dat moeder eigenlijk weg wil bij meneer Java, het begint dus meteen midden in een ‘actie’, maar daarna gaat het in chronologische volgorde verder. Er komen weinig flashbacks in voor, maar uit de gesprekken en de hoofdstukjes wordt duidelijk waarom moeder weg wou gaan.

Het verhaal eindigt als het ware goed. Meneer Java komt terug uit de inrichting. Hij is nog wel wat slapjes en broos, maar het gaat beter met hem. Hij wil zijn leven beteren en minder snel kwaad worden. Moeder denkt dat die eigenschap gewoon in hem zit, maar meneer Java wil dat zij het van hem afboent (hij zit in bad). Ondertussen kijkt de jongen mee door het glas en hij neemt alles goed op. In zijn ogen is het ook goed afgelopen, hij ziet nu hoe vader echt in elkaar zit en hoe alles bij hem werkt. Ik vind het dan ook een boek met een gesloten einde. Als meneer Java uit het gesticht komt is hij weer “genezen” hij wil zijn leven beteren en de ‘jongen’ weet nu hoe alles in elkaar zit. Zou er nog een verhaal aan vast geknoopt worden, dan zou het langdradig worden. Bijv. als hij opeens weer helemaal gek ging worden enzo. Een gesloten einde dus.

Het boek bevat eenenzestig hele kleine hoofdstukjes van meestal twee bladzijden, soms iets langer of soms iets korter. Elk hoofdstukje heeft een gepaste titel. Dit boek is niet uit een serie afkomstig, maar heeft wel dezelfde achtergrond als de boeken “Nathan Sid” en “Indische tuinen” (ook geschreven door Adriaan van Dis) Genre

Het genre van dit boek is (zoals Van Dis het noemt) een roman uit taferelen. Een boek dat bestaat uit allerlei losse schetsen. Ik vind het een psychologische roman, omdat je in de verhaaltjes veel te weten komt over wat er in de jongen omgaat. Het boek eindigt er ook mee dat de jongen nu weet hoe zijn vader in elkaar zit. Taalgebruik en stijl

Het taalgebruik is niet erg moeilijk. Door het taalgebruik dat niet moeilijk is en de korte hoofdstukjes is het boek makkelijk leesbaar. De stijl van dit boek is mooi, doordat het korte hoofdstukken zijn. Zo lijkt het verhaal en boek heel overzichtelijk. Interpretatie

Ik heb dit boek met plezier gelezen. In het begin vond ik er niet zoveel aan, maar later toen ik het wat beter snapte, begon ik het boek leuker te vinden.

Ik heb het in delen gelezen, want het bestond uit allerlei kleine hoofdstukjes. Van elk hoofdstukje dat ik uit had, maakte ik meteen een samenvatting. Uiteindelijk heb ik de samenvatting niet gebruikt, want het valt niet goed samen te vatten in het geheel. In het boek heb ik gezien dat meneer Java erg door de val van het Nederlands-Indië en de oorlog die daarna kwam, is getraumatiseerd. Hij reageert dit nogal af op zijn gezin.Hij heeft het er moeilijk mee. Wat de schrijver wil vertellen is een verhaal over een Nederlands – Indische gezin dat naar Nederland is gekomen en hier een leven probeert op te bouwen. Ik denk dat het in verschillende kleine hoofdstukjes is geschreven, omdat men dan beter het verhaal snapt, want in (bijna) ieder hoofdstukje zit een apart verhaal. Over de schrijver

Adriaan van Dis wordt geboren op 16 december in 1946 te Bergen, een plaats in Noord-Holland. Zijn moeder is van Indische afkomst en zijn vader is blank. Zijn vader was een ex-militair die uit het Koninklijk Nederlands Indische Leger komt. Adriaan van Dis heeft een HBS-opleiding gevolgd en wanneer hij deze heeft afgerond gaat hij een studie Nederlands op een MO-opleiding volgen in Amsterdam. Hij haalt zijn diploma, een Mo-A-akte en gaat in 1969 op reis richting India. Een half jaar later is hij alweer terug en blijkt dat hij niet verder is gereisd dan Afghanistan. Hij gaat zijn opleiding verder afronden. Dan richt hij zich op een andere studie, namelijk een studie Zuid-Afrikaans. Als hij deze afleiding heeft afgerond werkt hij (in de periode van 1978 tot1982) als chef bij het “NRC handelsblad” en tot 1985 is hij “redacteur features” bij deze krant. In 1983 schrijft hij zijn debuut: een novelle ‘Nathan Sid’ . Hiervoor krijgt hij een prijs, het gouden Ezelsoor (1984). Veel van zijn boeken zijn autobiografisch, zoals Nathan Sid. Adriaan van Dis heeft daarnaast ook nog een praatprogramma dat vanaf 1983 uit gezonden wordt. Voor dit programma krijgt hij de Nipkowschijf (1986). Hij is enkele jaren bestuurslid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde en in 1987 wordt hij redacteur van “de Gids”. Tussendoor schrijft hij nog een aantal toneelstukken. In 1995 krijgt hij de publieksprijs voor het Nederlandse boek.

Verder heeft Adriaan van Dis nog geschreven: “Nathan Sid” (novelle, 1983), “Amsterdam door schrijvers en dichters in kaart gebracht” (non-fictie, 1984 (samen met anderen geschreven)), “De vraatzuchtige spreekt” (verhaal, 1986), “De rat van Arras” (novelle, 1986), “Casablanca” (verhalen, 1986) “Tropenjaren” (toneelstuk, 1986) ,“Brieven zonder grieven” (speech, 1986), “Een barbaar in China. Een reis door Centraal-Azië” (reisverhaal, 1987), “Zoen” (verhaal, 1987), “komedie om geld” (toneel, 1988), “Zilver of Het verlies van de onschuld” (roman, 1988), “Een uur in de wind.Een komedie om geld/ Tropenjaren” (toneel, 1989), “Het beloofde land.een reis door de Karoo” (reisroman, 1990), “In Afrika” (reisroman, 1991), “Waar twee olifanten vechten. Mozambique in oorlog” (reisverhaal, 1992), “Bergen, Bergen aan zee, Bergen” (verhaal, 1993), “Noord Zuid.

Een modern sprookje” (verhaal, 1994), “Indische Duinen” (roman, 1994), “Wij, koningin” (verhalen, 1995), “Palmwijn” (novelle, 1996), “De vrijheid verteld” (verhalen, 1996), “Totok” (poëzie, 1997), “O wye en droeve land, ….” (gedichten, 1998), “Een deken van herinnering…” (speech, 1998), “Dubbelliefde, geschiedenis van een jongeman” (roman, 1999) en “Op oorlogspad in Japan”(novelle, 2000) als laatst heeft hij “Familieziek” geschreven.

REACTIES

B.

B.

thx rooz
hier kan ik weer ff mee verder :p
thx

21 jaar geleden

H.

H.

Heel erg bedankt voor dit uitreksel!!!

20 jaar geleden

F.

F.

Thnx man, door deze samenvatting weet ik uiteindelijk wat meneer Java had. Ik dacht zelf dat hij een ziekte had omdat moeder vaak pillen gaf aan hem. Blijkt dat die pillen voor hem was om van zijn trauma af te komen.

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Familieziek door Adriaan van Dis"