Een bitch als baas, opgesloten worden in een koelcel, superlaat uitbetaald worden; niet elke bijbaan is een feest. Uit het grote bijbaantjes-onderzoek van Scholieren.com blijkt dat 15 procent van de jongeren wel eens te maken heeft gehad met problemen op het werk. Lies (15), Daphne (18) en Anouk (16) vertellen over hun ervaringen.
 

Lies werkt bij een bakker. Hoewel ze het daar soms best naar haar zin heeft, verloopt niet alles gesmeerd. "Mijn eerste salaris kreeg ik pas na zeven weken. Het geld van mijn eerste dag kwam nog later. Uiteindelijk kreeg ik mijn loon wel, maar daar gingen heel wat telefoontjes aan vooraf."

Verder is Lies niet bepaald fan van haar baas. "Ze is vreselijk. Ze houdt preken waar de klanten gewoon bijstaan, en soms lacht ze je uit. Als ik een vrije dag aanvraag - gewoon op tijd - doet ze altijd moeilijk. Verder is ze superonduidelijk over werktijden, waardoor het soms lastig af te stemmen is met school."

Verkleumd in de koelcel

Daphne heeft ook niet al te leuke ervaringen overgehouden aan haar bijbaantje. Ze werkte lange tijd in de tuinbouw. Dat viel zo tegen dat ze een jaar geleden ontslag nam. "Op een gegeven moment moest ik etiketten op planten plakken in een soort van koelcel. Alleen vergaten ze dat ik daar aan het werk was. Zonder dat ik het gemerkt had was de deur op slot gedaan, zodat ik er niet uit kon. Een halfuur na werktijd werd ik er verkleumd uitgehaald."

Net als Lies waren er ook bij Daphne's werk problemen met de uitbetaling. "Er werd daar gebruikgemaakt van een computerprogramma waar je iedere werkdag moest invullen wat je had gedaan die dag en hoeveel uren je had gemaakt. Als je werkzaamheden had verricht die niet in de lijst stonden, moest je iets aanvinken wat erop leek. Ik kreeg vaak de melding dat het niet klopte. Later bleek dat ik die uren dan niet uitbetaald kreeg, omdat ik het zogenaamd verkeerd had ingevuld. Ook moest ik vaak onbetaald overwerken. Soms een halfuur, maar ook halve dagen. Dat was echt heel vervelend. Het leek me dan uiteindelijk ook beter om te stoppen."

Bang voor ontslag

Anouk werkt in de horeca en durft haar werkgever niet te verlaten uit angst om geen nieuw baantje te kunnen vinden. "Ik krijg altijd superslecht uitbetaald. Vaak komt mijn salaris weken te laat, en dan blijkt het ook nog eens niet te kloppen. Soms is maar de helft van mijn salaris gestort, de rest komt altijd 'later'. Ik durf mijn baas hier niet op aan te spreken, omdat ik bang ben dat ze me dan gaan ontslaan. Ik heb het geld echt nodig."

Ook krijgt Anouk voor haar gevoel veel te weinig geld voor hetgeen ze doet. "Ik doe meestal veel meer dan ik zou moeten doen. Toch kan ik dit voor mijn gevoel niet aankaarten, want ik wil deze baan behouden. In mijn omgeving hoor ik vaak hetzelfde. Een slechte baan is nog altijd beter dan helemaal geen baan."

Hulp inschakelen

Veel jongeren durven problemen op het werk dus niet aan te kaarten, maar betekent dat ook dat je alles maar moet pikken? Robbert Coenmans, van FNV Jong, zegt dat je als eerste in gesprek moet gaan met je baas. "Je kunt ook kijken of er binnen het bedrijf waar jij werkt een vertrouwenspersoon aanwezig is als je bijvoorbeeld gepest wordt door je collega's."

Als er sprake is van een juridisch probleem - je krijgt bijvoorbeeld te laat uitbetaald - dan kun je vragen of andere collega's er ook last van hebben. Coenmans: "Dan kun je als groep op je baas afstappen en sta je sterker. Als dat niet helpt, kun je bijvoorbeeld naar FNV Jong toe. Stel dat je op staande voet zonder - volgens jou - geldige reden ontslagen wordt, dan kun je contact met ons opnemen." FNV Jong geeft je dan advies, of schrijft een brief naar je werkgever.