Sander Dekker, de staatssecretaris van Onderwijs (die volgende week op Scholieren.com komt chatten), presenteerde maandag een spiksplinternieuw plan om pesten op school tegen te gaan. Dat plan schreef hij samen met de Kinderombudsman, Marc Dullaert.

Is dit het zoveelste pestprotocol dat ergens onderin een laatje verdwijnt, of zou het daadwerkelijk kunnen helpen om pesten te voorkomen?

Hieronder de belangrijkste punten op een rijtje. Daarna mag je zelf oordelen:

1. Aandacht

Een van de belangrijkste onderwerpen in het plan is het feit dat er meer aandacht moet komen, en daarna ook vooral blijven, voor pesten. Dat moet op verschillende manieren gebeuren: scholen moeten gaan samenwerken met ouders, en met ze in gesprek gaan (soms samen met leerlingen). Dat klinkt nog een beetje vaag, maar de staatssecretaris vindt dan ook dat de school zelf mag bepalen wat ze dan precies gaan vertellen in zo'n gesprek. Ook moet de school in het begin van de schoolcarrière van een leerling al duidelijk maken hoe er omgegaan wordt met pesten en wat de afspraken worden. 

Een tweede manier waarop de staatssecretaris en de Kinderombudsman aandacht voor pesten gaan vragen is door een jaarlijkse themadag vast te stellen in het begin van het schooljaar, waarop er samen met basisscholen en middelbare scholen wordt stilgestaan bij pesten en de gevolgen daarvan.

2. Meldpunt voor onopgeloste klachten

Er zijn te veel klachten over pesten die niet goed behandeld worden: dat moet anders, vindt Dekker. Klachtencommissies op scholen moeten snel en goed kijken naar pestklachten. Als een probleem niet binnen de school wordt opgelost, kan de Kinderombudsman ingeschakeld worden. Als kinderen en ouders niet door de school geholpen worden, hebben ze dus een alternatief.

3. Leraren moeten leren

Leraren zijn superbelangrijk in de strijd tegen pesten. Maar in veel gevallen heeft een leraar niet door wat er op sociaal gebied tussen leerlingen gebeurt, en als dat wel zo is gaan ze er lang niet altijd goed mee om. Daarom moeten alle leraren 'les' krijgen in hoe ze pesten kunnen voorkomen, signaleren en aanpakken. Nieuwe leraren gaan dit tijdens hun opleiding leren en degenen die nu al voor de klas staan, krijgen bijscholing. Een speciaal aandachtspunt in deze training wordt het pesten via social media.

Een voorbeeld van een situatie waarin leraren een rol kunnen spelen is de gymles: tijdens gym heb je veel te maken met fysiek contact. Daarom moet tijdens deze lessen zowel op de basisschool als op de middelbare school aandacht komen voor een respectvolle omgang met elkaar.

4. Verplicht aanpakken

Scholen mogen niet langer zelf bepalen of ze wel of geen beleid hebben tegen pesten. Bovendien moet "de wildgroei van anti-pestprogramma's," zoals het plan het noemt, tegen worden gegaan. Er zijn te veel verschillende programma's, waardoor er geen overzicht meer is. Er komt nu een wetsvoorstel waarin scholen worden verplicht om een bewezen effectief pestprogramma én een vertrouwenspersoon te hebben. Ook komt er een inspectie die hierop toeziet. Wat zo'n "bewezen effectief pestprogramma" precies is, weten de staatssecretaris en de Kinderombudsman nog niet, maar ze gaan deskundigen vragen om daar onderzoek naar te doen.

Ik vind persoonlijk dat er een aantal goede initiatieven tussen bovenstaande punten staan, maar het is natuurlijk altijd afwachten wat we er in de praktijk van gaan merken. Wat vind jij, gaat dit helpen om pesten terug te dringen? Of zijn het vooral mooie woorden?

Als je jouw mening persoonlijk wil laten horen aan Sander Dekker, de staatssecretaris van Onderwijs en medebedenker van dit plan, of hem een (andere) vraag wilt stellen, kom dan volgende week woensdag 3 april tussen 17:00 en 17:45 naar onze chatbox, daar is Sander te gast!