Een beschrijving van het leven van de beruchte Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete en als zodanig van eind 1940 tot begin mei 1945 de hoogste functionaris van het bezettingsbestuur. En die uiteindelijk in het Neurenbergproces moest boeten voor zijn vreselijke misdaden.
Arthur Seyss-Inquart was geboren in Oostenrijk op 22 juli 1892. Hij was afkomstig uit een zogenoemde ‘goede familie’, en had zich in de loop der jaren tot een bekwaam jurist ontwikkelt.
In 1928 kreeg hij een ernstig ongeluk in de Oostenrijkse Alpen, waardoor hij de rest van zijn leven mank zou lopen. Dit ongeval heeft deels tot gevolg gehad dat hij verder de politiek is ingegaan: door zijn gedeeltelijke invaliditeit en de frustratie die daarvan het gevolg was werden zijn staatkundige aspiraties gewekt en versterkt. Hij had trouwens ook meer tijd voor de politiek.
Seyss-Inquart was als kind al ‘nationaal gezind’ en hij raakte na het lezen van Mein Kampf onder de indruk van het nationaal-socialisme en meldde zich in 1931 aan als ‘begunstiger’ van de Oostenrijkse naziepartij.
Tussen 1931 en 1938 verdiept hij zich verder in het nationaal-socialisme en doet hij zijn best om in contact te komen met Hitler; hij gaat verschillende keren naar Berlijn en ontmoet kopstukken van de NSDAP.
Op aandrang van Hitler werd hij half februari 1938 benoemd tot minister van Binnenlandse Zaken en Openbare Veiligheid in zijn geboorteland. Toen drie weken later de Duitsers het aftreden van de Oostenrijkse bondskanselier Schuschnigg eisten werd Seyss-Inquart benoemd tot diens opvolger. Als zodanig speelde hij een belangrijke rol bij de ‘uitnodiging’ aan Hitler Oostenrijk binnen te vallen. Hij had zich daarna de rang ss-generaal laten geven, joodse eigendommen in beslag genomen en toegelaten dat onder zijn regime joden werden weggevoerd naar concentratiekampen en tegenstanders van het regime vermoord.
Op 18 mei 1940 benoemde Hitler hem tot rijkscommissaris in het inmiddels bezette Nederland, waar hij Zes en een Kwart werd genoemd, omdat hij nog steeds mank liep.
Bijna vijf jaar lang woonde hij op het landgoed Clingendael in Den Haag; een gesloten, wat teruggetrokken man , liefhebber van muziek, en zelf een niet onverdienstelijke pianist. De omstandigheden dréven hem meer dan dat hij deze naar zijn hand zette en als zodanig was hij een opportunist. Zijn grenzeloze bewondering voor de Führer maakte heb bereidwillig alles te doen wat van hem verlangd werd. Slechts in het belangrijkste deel van zijn opdracht, het zo ‘raszuivere’ Nederlandse volk te winnen voor het nationaal-socialisme, slaagde hij niet.
Hij werd uiteindelijk op 4 mei 1945 in Hamburg gearresteerd en eerst naar Delden overgebracht en daar gevangen gezet. Later werd hij overgeplaatst naar Bad Mondorf in Luxemburg waar alle oorlogsmisdadigers voorlopig werden verzameld voor een van de eerste vooronderzoeken die later tot het Neurenbergproces leidden.
Het Neurenbergproces
Het Internationaal Militair Tribunaal te Neurenberg werd speciaal opgericht door de VS, Groot-Brittannië, de Sovjet-Unie en Frankrijk om Duitse oorlogsmisdadigers te veroordelen. Er kwam een groot proces waar de verdachten op vier hoofdpunten beschuldigd konden worden.
Seyss-Inquart werd alle hoofdpunten ten laste gelegd:
1. Samenzwering volgens een gemeenschappelijk plan om de onbeperkte macht te verkrijgen en te behouden;
2. misdrijven tegen de vrede, culminerend in het ontketenen van een wereldoorlog;
3. oorlogsmisdrijven, zoals massamoorden, foltering, het dwingen tot slavenarbeid en plundering;
4. misdrijven tegen de menselijkheid, zoals de vervolging van etnische of godsdienstige minderheden en rasmoord.
Gedurende dit proces kwamen de vreselijke misdaden die Seyss-Inquart tijdens WOII had begaan aan het licht zoals: deelname aan de ‘Anschluss’; hij was ss-generaal geweest; hij had ingestemd met het meedogenloos gevoerde bezettingsbeleid in Polen onder het mom: het is ten bate van Duitsland; hij was op de hoogte van de ‘AB-Aktion’, een georganiseerde moord op Poolse intellectuelen; het gevangen zetten van grote aantallen Nederlanders in concentratiekampen; hij begon als rijkscommissaris in Nederland onmiddellijk met het zenden van dwangarbeiders naar Duitsland; en de jodenvervolging.
Tijdens het proces gedroeg Seyss-Inquart zich aanvankelijk nerveus , maar later gaf hij blijk van een grote dosis strijdvaardigheid en scherpzinnigheid tijdens de verhoren. Hij rekende er waarschijnlijk op dat hij zou worden vrijgesproken. Gedurende het verdere verloop van het proces trok hij zich enigszins terug in zichzelf. Tijdens de uitspraak van het vonnis hield hij zich groot en probeerde geen emoties te tonen.
De conclusie van het Tribunaal luidde dat hij schuldig was op de punten 2, 3 en 4 van de aanklacht. En werd hij ter dood veroordeeld, samen met elf andere topnazi’s. In de nacht van 15 op 16 oktober 1946 werd hij op 54-jarige leeftijd als laatste van de elf opgehangen. Zo eindigde het leven van Arthur Seyss-Inquart.
REACTIES
1 seconde geleden